N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Terreur Een reeks overwinningen op Al-Shabaab stemt veel Somaliërs optimistisch. Maar de terreurgroep beschikt nog steeds over een stevige oorlogskas.
Afrika’s meest hardnekkige terreurorganisatie, Al-Shabaab in Somalië, staat onder zware druk. De Somalische regering noemt militaire successen in de afgelopen weken tegen de radicale islamstrijders „een volksopstand”. Dit is het belangrijkste offensief tegen de groep in tien jaar, gesteund door troepen van de Verenigde Staten en de Afrikaanse Unie.
Veel Somaliërs voelen optimisme, maar na jarenlange oorlog rijst de vraag of de regering niet te vroeg juicht. De ondergang van het aan Al-Qaida gelieerde Al-Shabaab lijkt niet aanstaande, de groep beschikt over een stevige oorlogskas dankzij het heffen van belastingen en door smokkel.
Een opmerkelijke overwinning was eerder deze maand de inname van Harardhere, een havenstadje dat Al-Shabaab in 2011 had veroverd op piraten die koopvaardijschepen kaapten. Ook het nabijgelegen Galcad en Eldheere werden ingenomen. De Somalische regeringstroepen werken bij dit offensief samen met milities en regionale troepen uit de deelstaat Galmudug en troepen uit de naburige deelstaat Puntland. Die samenwerking lijkt de sleutel tot de recente zeges op Al-Shabaab.
Sommige Somaliërs leefden jarenlang onder het juk van de organisatie. Mohamud Adow woont in Rage-El. Dertien jaar lang beheerste Al-Shabaab zijn dorp in Midden-Somalië toen hij het nieuws vernam dat Somalische troepen de extremisten uit nabijgelegen dorpen hadden verdreven. Op een avond in augustus sloop een kleine groep bewoners van Rage-El het dorp uit en zocht contact met de regeringssoldaten. De 80-jarige Adow was een van de personen die zich aansloot bij een plaatselijke militie die samen met Somalische troepen vervolgens de terroristen uit hun dorp verjoegen. „De bewoners leefden in doodsangst onder Al-Shabaab”, zei Adow, die na de inname door persbureau Associated Press werd geïnterviewd.
Groot verschil met vorige offensieven
Het gewapende verzet tegen de organisatie begon eerder vorig jaar onder bewoners in de centrale regio Hiiraan toen clanmilities en soefi-strijders de handen ineen sloegen. De bewoners verzetten zich tegen de onderdrukking door Al-Shabaab van hun gematigde soefi-tak van de islam, ze verafschuwen de heffing van hoge belastingen, evenals de rekrutering van hun jongeren voor het leger en de indoctrinatie op speciale moslimscholen.
De in mei tot president van Somalië gekozen Hassan Sheikh Mohamud speelde in op dit plaatselijke initiatief. „Dat is het grote verschil met alle vorige offensieven tegen Al-Shabaab: de nauwe samenwerking met de milities en nieuwe door Amerika en Turkije opgeleide speciale eenheden van het Somalische leger”, zegt Omar Mahmoud van de International Crisis Group.
De zeges op de terroristen vinden vooralsnog in Midden-Somalië plaats, terwijl de meeste door Al-Shabaab beheerste gebieden in Zuid-Somalië liggen. „Iedereen in het zuiden wacht gespannen af of het offensief ons bereikt, maar er worden geen milities gemobiliseerd”, zegt een hulpverlener werkzaam in de zuidelijke havenstad Kismayo. In de zuidelijke deelstaten willen de autoriteiten hun eigen strijdkrachten inzetten en dat leidt tot fricties met de plaatselijke milities. Het Keniaanse leger, onderdeel van de Afrikaanse vredesmacht, versterkt zijn posities langs de grens in de verwachting dat Al-Shabaabstrijders zullen proberen te ontsnappen naar Kenia.
Clanmilities
Het is niet de eerste keer dat de terreurgroep door samenwerking van leger en milities onder druk is komen te staan. Maar in het verleden bleken deze zeges kortstondig, omdat de overheid te zwak bleek de veroverde gebieden te besturen, waarna de terroristen terugkeerden.
Bovendien zou de terugkeer van een op clans gebaseerd bestuur Somalië terugvoeren naar de jaren negentig, toen clanmilities het land terroriseerden en een chaos ontstond waaraan Al-Shabaab in 2006 een einde maakte. Drie jaar later had de groepering de helft van het Somalische grondgebied in handen, inclusief de hoofdstad Mogadishu. Toen voerden de militanten nog nauwelijks terreuracties uit. Zij concentreerden zich op het vestigen van een kalifaat.
Lees ook: Enorme aanslag in Somalië toont kracht van terreurgroep Al-Shabaab
De twee grootste troeven in Al-Shabaabs handen zijn terreuraanslagen en belastingen. De bloedigste aanlag was in 2017 toen in Mogadishu een autobom ontplofte waarbij meer dan vijfhonderd mensen omkwamen. Ook nu nog zijn er bijna maandelijks terreuraanvallen op hotels of ministeries, met tientallen dodelijke slachtoffers. Geholpen door een robuuste inlichtingendienst, die volgens veiligheidsexperts de overheid heeft geïnfiltreerd, opereren Al-Shabaab-agenten in door de overheid bestuurde gebieden. Deze agenten innen onder andere heffingen op zeecontainers die aankomen in de haven van Mogadishu en belastingen van zakenlui op basis van Al-Shabaabs berekeningen van hun winsten. Inwoners van Mogadishu merkten op dat ze zelfs bij renovaties van hun bedrijven eerst een vergoeding moeten betalen aan de terreurgroep.