Groep acht niet afsluiten met een musical maar met een film: ‘Niemand hoeft doodop van de zenuwen het podium op’

‘Daar komt ’ie. Iedereen stil. En actie.” Met een camera in de hand en een koptelefoon op staat filmcoach Jantien Jonkheijm met een groepje verklede kinderen in de gymzaal van basisschool De Venen in Reeuwijk. Een paar jongens zijn in pak, op hun bovenlip plakt een snor. Een van hen heeft de rol van inspecteur, die controleert of de leerlingen die in een rij staan opgesteld hun lach wel kunnen inhouden. Want lachen dat doen volwassenen niet. Twee meisjes op hakjes en met een klembord in de hand noteren met een stalen gezicht wie in de lach schiet van het geluid van een krijsend speelgoedvarkentje.

Alle leerlingen uit groep acht van De Venen nemen deze weken een zogenoemde eindfilm op. De film is drie jaar geleden in de plaats gekomen van de traditionele eindmusical van groep acht. En dat werkt zo: de klassen, het zijn er drie, kiezen een script uit dat gemaakt is door een filmproductiebedrijf. De docent verdeelt de rollen, de leerlingen zorgen voor kostuums en attributen. En dan verschijnt er een filmcoach, in dit geval Jonkheijm, die de film in één dag opneemt. Thuis monteert ze de boel aan elkaar.

Dit scheelt zoveel tijd, zegt meester Jerry Knotter van groep acht. „Met de musical waren we veertien weken zoet.” Je moet toch met 75 kinderen teksten stampen, liedjes zingen, dansjes oefenen, wie komt op welk moment het toneel op en af, vergeet de techniek niet, de verlichting, de muziek, microfoons. „En dan nog de decors, knutselen en schilderen.” Bovendien konden niet alle kinderen tegelijk repeteren en waren er altijd leerlingen die zich verveelden, vertelt hij. „Er ging te veel kostbare onderwijstijd verloren. Nu kunnen we nog drie maanden de diepte in.”

Storyboard

De Venen is maar een van vele basisscholen die de groep-acht-musical vaarwel heeft gezegd. Cijfers over hoeveel van de 6.500 basisscholen in Nederland een afscheidsfilm hebben, bestaan niet. Er zijn zeven relatief kleine bedrijven die de films aanbieden, naar schatting 1.500 scholen kopen hier hun eindfilm. De bedrijven leveren een script, sommige ook een camera, microfoonhengel, geheugenkaart, handleiding, clapperboard, geluidsfragmenten, rollenoverzicht en filmtips.

De ondernemingen bieden veelal drie opties: Leerkrachten kopen een script, filmen met een geleverde camera of hun eigen iPhone en monteren zelf – dat laatste kost zeker 35 uur. Of ze filmen zelf en laten het editen over aan het productiebedrijf. Of dat bedrijf stuurt een filmcoach, vaak een zzp’er, die alles doet. De prijzen lopen op van circa 165 euro voor doe alles zelf tot 1.500 euro voor een all-in-pakket. Ter vergelijking: kant-en-klare musicals kosten 200 tot 500 euro.

De eindfilm heeft een vlucht genomen sinds corona, vertelt filmmaker Filip Braams, hij is mede-eigenaar van Hollywood in de Klas. „In die tijd moest groep acht op afstand afscheid nemen, daar leent een film zich wel voor, een musical niet.” Braams geeft sinds 2005 workshops korte films maken op basisscholen. „Op een dag zei een schooldirecteur: dit is zo leuk, kun je hier geen afscheidsfilm van maken? En zo is het balletje gaan rollen.”

Braams heeft zeven scripts en 21 coaches in de aanbieding. Zijn films duren 35 minuten. Zo’n honderd scholen huren zijn coaches in, ruim tweehonderd kopen een zelfstandig pakket. Leerkrachten krijgen een script en een storyboard waar elk shot uitgelegd wordt. Wie zich nog onzeker voelt, kan bij Braams een masterclass filmen en editen volgen.

De klas van meester Jerry Knotter koos voor de film Ongekend talent van Hollywood in de Klas. In deze film vertrekt schooldirecteur ‘Grijsmaarwijs’ en is de nieuwe directeur ‘Tijdisgeld’ streng. Ze vindt dat de kinderen zo snel mogelijk volwassen moet worden. De leerlingen proberen haar met hun talenten op andere ideeën te brengen.

De eindfilm wordt opgenomen met medewerking van een filmcoach.

Foto’s Bram Petraeus

Geen tekst leren

Filmcoach Jantien Jonkheijm, die voor Hollywood in de Klas werkt, is inmiddels in de lerarenkamer van De Venen beland met een nieuwe groep kinderen. Een meisje met een grijs, nauwsluitend jurkje en een strak knotje valt op. Jonkheijm richt de camera op haar. „Jij bent de nieuwe schooldirecteur. Kijk op je horloge en zeg: „Vijf seconden hebben deze kinderen nog om hun lunch op te eten. Ja, klaar? Actie.”

Het meisje: „Vijf seconden hebben deze kinderen nog om hun lunch op te eten.”

Jonkheijm: „Heel goed.” Ze wijst een ander meisje aan. „Jij zegt: Dat is heel snel.”

Het andere meisje: „Dat is heul snel.”

Jonkheijm: „Nee. Dat is écht héél snel.”

Het meisje: „Dat is écht héél snel!”

Jantien: „Wat goed!” Ze draait zich om naar een kleine jongen in pak. „Jij zegt: Zo houden zij tijd over voor belangrijke zaken.”

De jongen kijkt in de camera en mompelt: „Zo hebben hun tijd over voor belangrijke zaken.”

Een knipoog of grappige blik in de camera is al genoeg om cool te zijn

Filip Braams
mede-eigenaar van Hollywood in de Klas

De kinderen hoeven geen teksten uit hun hoofd te leren, de coach souffleert, legt Filip Braams uit. Dat scheelt tijd, en het is een uitkomst voor kinderen met bijvoorbeeld autisme, een verstandelijke beperking of spraakproblemen. Want zinnen en woorden pas je gemakkelijk aan. „Af en toe zijn er ook kinderen die niet kunnen of durven te praten, dan is een knipoog of een grappige blik in de camera al genoeg om cool te zijn in de film.” En zodoende is de eindfilm ook populair in het speciaal basisonderwijs – De Venen is overigens een reguliere school – een kwart van Braams klanten behoort tot dat segment. Maar ook voor kinderen die de Nederlandse taal niet goed beheersen is film handig, weet Jonkheijm. Dat had ze onlangs aan de hand op een school in de Haagse Schilderswijk. Toen een leerling de nieuwe directeur moest spelen en het moderne lespakket moest aanprijzen, veranderde ze de tekst van ‘Dit is ons ultra-prestigieuze lesprogramma van 2030’ naar ‘Kijk, nieuwe lessen.’ Om het verhaal van de film te verduidelijken kan een voice-over ook goed werken, zegt ze.

Video Filmhub Zuid Holland

Bang om te zingen

De eindfilm past goed in de leefwereld van kinderen, zegt filmmaker Peter Sterke. „Jonge mensen maken immers graag filmpjes op hun telefoon.” Sterke biedt sinds 2010 via zijn bedrijf Groep8musicals.nl zowel films als musicals aan. Destijds verkocht hij aan vijf scholen één filmscript, nu aan tachtig scholen zeven verschillende. Zijn films duren ongeveer 50 minuten. Hij regisseert de eindfilm op veel scholen en het valt hem op dat kinderen niet meer graag willen zingen, ze zijn bang vals te klinken. „Er wordt ook steeds minder muziekles gegeven. Daarnaast komen leerlingen veel minder in het theater. Ze zijn niet meer zo bekend met het fenomeen musical.”

Dat betekent niet dat er helemaal geen muziek of liedjes in de film zitten. Alle aanbieders leveren nummers. Dat kunnen kant-en-klare, ingezongen versies van een productiebedrijf zijn, maar ook twee liedjes die de kinderen zelf moeten zingen tijdens het opnemen van de film. Soms is er ook een speciaal nummer dat de ouders kunnen zingen op de avond dat de film getoond wordt.

In de gang van De Venen staan drie meiden te wachten op de volgende scène. Wat vinden zijn van de eindfilm? „Heel leuk!” En tegelijk: „Gelukkig hoeven we niet te zingen.” Maar ze hadden het wel leuk gevonden „om een decor te knutselen.”

De filmverhalen spelen zich op school af. Bij de films van Hollywood in de Klas toveren kinderen de school om tot hotel om sloop tegen te gaan, zijn plots alle doorstroomtoetsen gestolen en gaat groep acht viral op YouTube. Bij Groep8musicals.nl komen leerlingen in opstand als hun basisschool dreigt te sluiten, raken ze verstrikt in virtual reality als de nieuwe vr-juf ze meeneemt naar het verleden en hacken ze het leerlingvolgsysteem als blijkt dat er niet genoeg kinderen op school zijn.

Scholen in de Randstad kiezen andere films uit dan in de regio, vertelt Peter Sterke. In de grote steden verkoopt hij het script waarbij leerlingen zo vervelend zijn dat ze naar een speciale schoolgevangenis moeten goed. „Er zit zelfs een vechtscène in.” In het oosten van het land willen ze eerder een lief verhaal, zegt hij. Daar zijn ze volgens hem dol op films die gaan over kleine scholen. „Dat herkennen ze daar natuurlijk.” Leerkrachten stellen soms eisen, zegt hij. „Ze willen geen zang, geen rollen die met de liefde of homofilie te maken hebben. Christelijke scholen willen vaak geen tovenarij.”

Rode loper

Scholen met een eindfilm hebben dus geen musicalavond maar wel een filmpremière. En ook dat biedt voordelen, zegt meester Jerry Knotter. „Niemand hoeft doodop van de zenuwen het podium op, iedereen kan ontspannen komen kijken en er kan niets misgaan.” De basisschool huurt dit jaar een theater in de buurt af met 220 stoelen. „Kinderen verschijnen als echte filmsterren in gala op de rode loper, hun ouders zijn dan de paparazzi, die maken foto’s en vragen om een interview.” Thuis kan iedereen de film downloaden. „Een mooi souvenir.”

In een andere gang van De Venen staan leerlingen klaar voor de laatste scènes. Een jongen is gehuld in een bakkersoutfit met bijpassende muts. „Van Temu”, vertelt hij. Naast hem staat een scootmobiel, geleend van zijn tante. Daar mag de oude directrice ‘Grijsmaarwijs’ in rijden. Die rol is voor een tenger meisje met een grijze pruik en een oubollig bloesje. „Hé”, zegt ze, „daar is meester Jerry!” Hijgend komt hij de gang in, hij moest halsoverkop een nieuwe taart halen bij de Jumbo. De vorige is geplet, die vloog door de lucht en belandde op zijn kop op het schoolplein toen de bakker werd aangereden door de oude directrice op de scootmobiel. De lol was enorm.

Foto Bram Petraeus