Gezondheidsraad adviseert verruiming mogelijkheden embryo-onderzoek

Wetenschappers moeten embryo’s die overblijven na ivf-trajecten voortaan tot 28 dagen kunnen gebruiken voor onderzoek. Dat adviseert de Gezondheidsraad woensdagochtend. Nu ligt die ‘onderzoeksgrens’ in de Embryowet nog op veertien dagen.

Het gaat specifiek om ‘rest-embryo’s’ buiten het lichaam die na ivf-trajecten zijn overgebleven en speciaal voor wetenschappelijk onderzoek in leven worden gehouden. Dat zijn in de praktijk embryo’s die gemaakt zijn voor ivf, maar door zichtbare afwijkingen niet geschikt zijn om terug te plaatsen in de baarmoeder van de wensouder. Soms blijven er ook embryo’s over nadat de kinderwens al vervuld is.

Embryowet

Er moet volgens de Embryowet altijd getoetst worden of onderzoek nodig is, en of dat niet op een andere manier kan worden uitgevoerd. Ook moeten de ouders schriftelijk toestemming geven. Als aan die criteria wordt voldaan, mogen de embryo’s voor onderzoek worden gebruikt. Dat is nu nog maximaal veertien dagen, maar de Gezondheidsraad wil dit verdubbelen: „Onderzoek met embryo’s tot 28 dagen na de bevruchting kan waardevolle kennis opleveren die nu buiten bereik is en die niet op een andere manier te verkrijgen is.”


Lees ook
Wat kan verruiming van de Embryowet opleveren?

Uit een achtcellige embryo <strong>wordt met een pipet een eicel gehaald</strong> voor genetisch onderzoek.” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2023/10/gezondheidsraad-adviseert-verruiming-mogelijkheden-embryo-onderzoek.jpg”><br />
</a> </p>
<p>Zo is er momenteel weinig kennis over de ontwikkeling van embryo’s tussen de twee en vier weken, terwijl er dan wel belangrijke processen plaatsvinden, zoals de vorming van de organen en de lichaamsassen. „Onderzoek in de derde en vierde week zou bijvoorbeeld inzicht kunnen geven in het ontstaan van aangeboren hartafwijkingen en neuralebuisdefecten (open schedel of rug), aandoeningen die veel voorkomen bij baby’s”, aldus de Gezondheidsraad. Over de periode ná een maand is al meer bekend bij wetenschappers, doordat niet-levend materiaal dat is overgebleven van abortussen mag worden gebruikt bij onderzoek.</p>
<p>Het ministerie van Volksgezondheid had de Gezondheidsraad gevraagd zich over de zogeheten onderzoeksgrens te buigen. De raad erkent dat het hier om een maatschappelijk gevoelig onderwerp gaat. „Het is van belang dat de wetgever zorgvuldig omgaat met de verschillende opvattingen die hierover in de maatschappij bestaan”, staat in het advies te lezen. „Onvoldoende oog voor het maatschappelijke perspectief zou kunnen leiden tot maatschappelijke onrust of zelfs afname van het vertrouwen in de wetenschap in het algemeen.”</p>
<div class=