Gemeenten: snel plan nodig voor 4.900 ‘derdelanders’ uit Oekraïne

Oekraïne Vanaf 4 maart hebben duizenden mensen met een tijdelijke Oekraïense verblijfsvergunning geen recht meer op gemeentelijke opvang. In een brandbrief aan de staatssecretaris vragen gemeenten om een snelle oplossing.

Aankomst van vluchtelingen (niet per se derdelanders) uit Oekraïne, vorig jaar maart bij de Harbor Club aan de Cruquiuskade in Amsterdam.
Aankomst van vluchtelingen (niet per se derdelanders) uit Oekraïne, vorig jaar maart bij de Harbor Club aan de Cruquiuskade in Amsterdam.

Foto Olivier Middendorp

Het kabinet moet nog voor het einde van deze maand met een duidelijk plan komen voor de opvangsituatie van bijna 5.000 derdelanders uit Oekraïne. Dat schrijft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) woensdag in een brandbrief aan staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel en Migratie, VVD). Gemeenten vrezen dat anders de asielopvangcrisis verergert. Ook voelen ze zich „in de kou gezet” omdat ze al sinds de zomer „stelselmatig” doch tevergeefs hebben aangedrongen op een tijdige oplossing voor deze groep.

Met het uitbreken van de oorlog in Oekraïne zijn sinds vorig jaar februari niet alleen bijna 95.000 Oekraïense staatsburgers naar Nederland gevlucht, maar ook duizenden zogenoemde derdelanders. Dat zijn mensen met een tijdelijke Oekraïense verblijfsvergunning, vaak studenten uit het Midden-Oosten en Afrika. Beide groepen hoefden zich aanvankelijk niet als asielzoeker bij het aanmeldcentrum in Ter Apel te melden, dankzij een tijdelijke beschermingsregeling. Gemeenten zijn verantwoordelijk gemaakt voor de opvang van Oekraïners en derdelanders.

Tijdelijke bescherming

Om de druk op de gemeentelijke opvang te verzachten besloot Van der Burg van de zomer dat derdelanders uit Oekraïne niet langer onder de tijdelijke beschermingsregeling vallen. Dat betekende dat, als zij in Nederland willen blijven, zij zich als normale asielzoeker in Ter Apel moesten melden. Negentig derdelanders hebben sindsdien asiel aangevraagd, zegt een woordvoerder van het ministerie van Justitie en Veiligheid. Een uitzondering werd gemaakt voor derdelanders die al vóór 19 juli stonden ingeschreven in de Basisregistratie Personen. Zij mochten tot 4 maart 2023 gebruikmaken van de gemeentelijke opvang en de voorzieningen die daarbij komen kijken. Dat zijn er zo’n 4.900.

De afspraak was, zo schrijft VNG, dat het Rijk uiterlijk 1 oktober een plan van aanpak voor deze groep derdelanders uit Oekraïne zou presenteren voor de situatie na 4 maart. Een concreet plan ligt er nog steeds niet, signaleren gemeenten. Evenmin zien zij duidelijke communicatie hierover. Zij voorzien daarom „een zeer groot risico” voor de asielopvang, waar al een crisis gaande is. „Als het kabinet een politiek besluit neemt, moet het Rijk ook nadenken over de consequenties van deze beleidskeuze voor de doelgroep en de (gemeentelijke) uitvoering.”

Remigratie

De zorgen in de brief van de VNG zijn bekend, schrijft een woordvoerder van Van der Burg in een reactie aan NRC. Er wordt aan oplossingen gewerkt, maar het ministerie kan daar „nu nog niet op vooruitlopen”. Het benadrukt sinds de zomer bezig te zijn geweest met het in kaart brengen van de groep en het uitvoeren van een tijdelijke remigratieregeling, die tot 1 februari loopt. Dit houdt in dat derdelanders uit Oekraïne (financiële) steun en begeleiding krijgen als ze aangeven weg te willen uit Nederland. Tot begin december hebben ongeveer honderd derdelanders zich aangemeld voor remigratie, laat de woordvoerder weten.

Wat de gemeenten betreft is het onwenselijk om derdelanders te blijven opvangen in de gemeentelijke opvang. Dat komt omdat deze „reguliere asielzoekers” vanaf 4 maart geen aanspraak meer maken op bepaalde voorzieningen, zoals het recht op arbeid. De verschillende regels en verplichtingen kunnen dan „voor onrust” tussen mensen in de opvang zorgen. VNG wijst er bovendien op dat er „geen wettelijke basis” bestaat voor gemeentelijke opvang van asielzoekers.


Lees ook dit stuk uit december: Negen maanden in Nederland. Hoe gaat het met de Oekraïners?

Op straat

Er gaat „hoe dan ook” een onwenselijke situatie ontstaan, voorspelt Rutger Groot Wassink, voorzitter van de tijdelijke VNG-commissie asiel en migratie. Derdelanders dreigen vanaf 4 maart op straat te belanden, en nog meer druk op het asielsysteem te leggen. „Terwijl gemeenten druk bezig zijn met het ontlasten van het COA [Centraal Orgaan opvang Asielzoekers]”, zegt hij. „Het is echt aan het kabinet om met een oplossing te komen, we hebben hier sinds de zomer nadrukkelijk aandacht voor gevraagd.”

De meest logische oplossing, stelt hij, is als derdelanders iets langer gebruiken mogen maken van de voorzieningen voor Oekraïners tot er een duurzame oplossing is bedacht. „Dat voorkomt heen en weer slepen van deze mensen.”