Gebied heroveren is nog niet het belangrijkste doel van het Oekraïense offensief

Oorlog in Oekraïne In de eerste weken van het tegenoffensief richten de Oekraïense strijdkrachten zich vooral op het verzwakken van de Russische troepen, voorraden en aanvoerlijnen, voordat ze massaal in de aanval gaan.

Oekraïense soldaten in een recent veroverde Russische loopgraaf in de buurt van Bachmoet. De Oekraïense strijdkrachten boeken langzaam terreinwinst, maar het offensief is nu nog vooral gericht op het verzwakken van de tegenstander.
Oekraïense soldaten in een recent veroverde Russische loopgraaf in de buurt van Bachmoet. De Oekraïense strijdkrachten boeken langzaam terreinwinst, maar het offensief is nu nog vooral gericht op het verzwakken van de tegenstander. Foto Lipkos/AP

Een oorlog van vernietiging is gelijk aan een oorlog van kilometers. Die ietwat cryptische uitspraak, dinsdag gedaan door de secretaris van de Oekraïense Veiligheids- en Defensieraad, Oleksi Danilov, vertelt feitelijk het verhaal van de eerste maand van het Oekraïense tegenoffensief.

Voor veel volgers in het Westen gaat de zichtbare opmars tot nu toe te langzaam, al betekent dat allerminst dat de Oekraïense strijdkrachten geen vooruitgang boeken. Maar dit is wat Danilov bedoelde met zijn uitspraak: in de eerste fase van het tegenoffensief is het systematisch afbreken van de Russische verdedigingscapaciteit net zo belangrijk als het boeken van terreinwinst op het slagveld. Het spaart bovendien mensenlevens en militair materieel aan Oekraïense zijde; zij zijn daar over het algemeen zuiniger op dan de Russen.

Terwijl Oekraïense troepen op sommige plekken misschien honderd of tweehonderd meter terrein per dag heroveren, zijn hun collega’s al maanden bezig met een niet aflatende campagne achter de Russische linies; een barrage van raketten en aanvalsdrones die dagelijks inslaan in munitiedepots en brandstofopslagplaatsen, op commandoposten, artillerie, militaire voertuigen, troepenconcentraties, de Russische luchtmacht, hun luchtverdediging en cruciale infrastructuur als bruggen, wegen en spoorwegen. „Hoe meer we zullen vernietigen, des te meer we zullen bevrijden”, zei Danilov. „We opereren kalm, wijs, stap voor stap.” En die strategie begint resultaat op te leveren, zei hij. „Vooral de laatste dagen zijn bijzonder vruchtbaar geweest.”

‘Dit is geen show’

Een voorbeeld daarvan was dinsdagavond te zien in bezet Makiivka, bij de stad Donetsk, waar vermoedelijk een Russisch munitiedepot werd opgeblazen met een serie verwoestende explosies. In hun dagelijkse overzicht van de Russische verliezen in bezet gebied maakten de Oekraïense autoriteiten woensdagochtend melding van de vernietiging van onder meer 36 Russische artilleriesystemen en negen meervoudige raketlanceerinstallaties. De vorderingen gaan ook in Oekraïense ogen wellicht langzamer dan zij zouden willen, maar wel gestaag.

De commandant van de Oekraïense strijdkrachten, generaal Valeri Zaloezjny, viel vorige week enigszins uit zijn rol toen hij in een interview met The Washington Post met de woorden „It pisses me off” zijn frustratie uitsprak over kritische noten die in het Westen worden geplaatst bij de vermeende trage voortgang van het Oekraïense tegenoffensief. „Dit is geen show”, sprak Zaloezjny. „Dit is geen show die de hele wereld kan bekijken, en waar mensen geld op kunnen inzetten of iets dergelijks. Elke dag wordt om elke meter gestreden met bloed.”

Dit is geen show die de hele wereld kan bekijken, en waar mensen geld op kunnen inzetten of iets dergelijks. Elke dag wordt om elke meter gestreden met bloed

Generaal Valeri Zaloezjny commandant van de Oekraïense strijdkrachten

De architect achter de Oekraïense overlevingsstrijd tegen de Russen wees er fijntjes op dat zijn strategie een rechtstreeks gevolg is van de westerse terughoudendheid bij het leveren van de wapens die Oekraïne nodig heeft. „Als wij niet worden voorzien van alle wapens, zijn deze plannen helemaal niet uitvoerbaar. Maar toch zijn we daarmee bezig. Misschien niet zo snel als de kijkers van de show, de toeschouwers, zouden willen, maar dat is hun probleem.”

Lees ook Hoe Oekraïne de zwakke plekken in de Russische linies zoekt

De hoogste militair bij de NAVO, de Nederlandse admiraal Rob Bauer, schaarde zich maandag in Brussel volledig achter de strategie die Zaloezjny kiest, ook om grote verliezen te voorkomen. Bauer wees erop dat sommige delen van de Russische verdedigingslinie tot dertig kilometer breed zijn, vol obstakels, zoals mijnenvelden. „Tijdens de Tweede Wereldoorlog zagen we in Normandië dat het zeven, acht negen weken duurde voordat de geallieerden echt door de Duitse verdedigingslinies heen braken. Dus het is geen verrassing dat het niet snel gaat.”

Geen luchtoverwicht

De Oekraïense strijdkrachten lopen tegen twee grote problemen aan: zij hebben geen luchtoverwicht, en zij zijn gedwongen een belangrijk deel van hun luchtverdediging in te zetten om de Oekraïense bevolking in de steden te beschermen tegen de onophoudelijke Russische luchtaanvallen.

Voor Oekraïense operaties langs de lange frontlinie heeft dat grote consequenties: troepen en materieel zijn uiterst kwetsbaar voor Russische luchtaanvallen, en zelf zijn de Oekraïners maar mondjesmaat in staat de zwaar opgetuigde Russische stellingen, de loopgraven en de mijnenvelden, vanuit de lucht te bestoken. Het gebrek aan Oekraïens luchtoverwicht wordt enigszins gecompenseerd door de inzet van artillerie, aanvalsdrones en raketten.

Oekraïense militairen richten een mortier tijdens gevechten in de buurt van Bachmoet.
Foto Alex Babenko/AP

Dat is de strijd die sinds begin juni wordt gevoerd. Verspreid over de hele frontlinie van zo’n duizend kilometer voeren Oekraïense troepen kleinere, aftastende offensieven uit, probing attacks, op zoek naar mogelijke zwakke plekken in de zware Russische verdedigingslinies. Het zware materieel dat de afgelopen maanden vanuit het Westen naar Oekraïne werd gestuurd wordt grotendeels achter de hand gehouden, vermoedelijk in afwachting van een eerste doorbraak.

Die keuze om dat front zo lang mogelijk uit te rekken levert Kyiv ook een groot voordeel op: zolang de Russen niet weten waar het grote offensief zal beginnen, zijn zij gedwongen hun troepen te spreiden over de volle lengte, van Cherson in het zuiden van Oekraïne, tot de noordelijke Donbas in het oosten.

Volgens de Australische militair analist Mick Ryan, generaal buiten dienst, heeft deze Oekraïense strategie van ‘het brede front’ nog een ander voordeel. Door de vorm van de lange, banaanvormige frontlijn hebben de Oekraïners aan de ‘binnenkant’ beduidend kortere aanvoerlijnen dan de Russen aan de buitenkant. Het kost de Russen simpelweg meer tijd dan de Oekraïners om troepen en materieel te verplaatsen langs dezelfde frontlinie. „Er zijn veel voorbeelden in de militaire geschiedenis waarin kleinere legers binnenlijnen hebben gebruikt om grotere legers te verslaan”, aldus Ryan.

Ook het Institute for the Study of War (ISW) ziet in het verloop van het Oekraïense tegenoffensief geen reden om te denken aan een vroegtijdig einde van de opmars. In zijn dagelijkse bericht over de oorlog stelde ISW dinsdagavond dat het huidige tempo van de Oekraïense operaties „geen indicatie is van een patstelling of een bewijs dat Oekraïne geen grote gebieden kan heroveren”.

De Amerikaanse denktank maakte melding van offensieve Oekraïense operaties in minimaal vier sectoren langs het front. Ten noorden en ten zuiden van de grotendeels verwoeste stad Bachmoet, in de Donbas, zou het Oekraïense leger nog steeds terrein winnen op de Russen. Ook in het grensgebied tussen de regio’s Donetsk en Zaporizja, en ten zuiden van Orichiv in Zaporizja zou Oekraïne stukken grondgebied hebben heroverd.