N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Kunstmatige intelligentie De EU gaat grenzen stellen aan de onbegrensde mogelijkheden van kunstmatige intelligentie. De internationale techwereld kijkt gespannen toe als het Europese parlement woensdag over een nieuwe AI-wet stemt.
Woensdag stemt het Europees Parlement over nieuwe wetgeving die de toepassing van kunstmatige intelligentie moet reguleren. Voor techbedrijven staat er veel op het spel. OpenAI-topman Sam Altman, van het populaire ChatGPT, dreigde vorige maand al zijn software uit Europa te halen als de EU te veel beperkingen oplegt. Hij is bang voor wat ze in de VS het ‘Brussel-effect’ noemen: eerst conformeren Amerikaanse techbedrijven zich onder luidkeels protest aan strengere regels die Europa hun oplegt, daarna introduceren andere landen vergelijkbare wetten. Dat gebeurde bij de privacywetgeving die de EU in 2016 invoerde. Ook met de ‘Digital Markets Act’ en de ‘Digital Services Act’ uit 2022 loopt Europa voorop in techregulering. Hoe zit het met de nieuwe AI-wet?
1 Wat staat er woensdag ter discussie in het Europees Parlement?
De zogeheten Europese ‘AI Act’ – een omvangrijk wetsvoorstel dat kunstmatige intelligentie op allerlei manieren moet gaan reguleren. De meest risicovolle vormen van AI moeten in Europa zelfs verboden worden, bijvoorbeeld sociale scoringssystemen zoals die door de Chinese overheid worden gebruikt. De toepassing van andere AI-systemen krijgt strenge regels opgelegd, onder meer over transparantie, het gebruik van persoonlijke data en energiegebruik.
De AI-wet werd al in 2021 door de Europese Commissie gepresenteerd, waardoor sommige bepalingen alweer achterhaald zijn. Aan het voorstel voegen Europarlementariërs woensdag daarom strenge regels toe voor grote AI-systemen als ChatGPT – het taalmodel dat sinds vorig jaar veel gebruikt wordt voor het genereren van tekst. Voordat zo’n systeem in Europa wordt toegelaten, moet een AI-bedrijf een risicoanalyse maken van de toepassing in de praktijk en transparant zijn over de data die het gebruikt.
Gevoelig is deze woensdag nog of Europarlementariërs ook stemmen voor een algeheel verbod op de inzet van realtime (onmiddellijke) gezichtsherkenning. Vooral linkse fracties pleiten daarvoor, terwijl de christendemocraten vrezen voor hindernissen voor opsporingsdiensten.
Woensdag is niet het laatste woord over de AI-wet gesproken: eerst volgen onderhandelingen met de Europese lidstaten. Als die later dit jaar zijn afgerond, zou Europa mondiaal vooroplopen in de regulering van AI. Implementatie na een akkoord kan wel even duren. Pas op z’n vroegst over twee jaar zou de AI-wet echt gaan gelden. Daarom werkt Brussel aan een snel in te zetten ‘AI-pact’ waarin grote techbedrijven als Google en Microsoft vrijwillig afspraken maken. In het Verenigd Koninkrijk boden Amerikaanse bedrijven al aan om de overheid inzage te geven in de werking van hun AI-modellen.
2 Heeft Europa iets geleerd van alle discussies rond Big Tech?
Jazeker – dat vrijblijvendheid en vrijwilligheid ondanks alle beloftes meestal niet werkt. Eerder voerde Brussel om die reden al vergaande privacyregels in en op dit moment werkt het aan de implementatie van wetgeving die de almacht van de techreuzen moet breken. Techbedrijven moeten straks verplicht concurrentie toestaan op hun platforms en veel strenger illegaal materiaal gaan verwijderen. De ervaring met de techregulering sterkt Europese politici nu in de poging dat ook voor AI te gaan doen.
Brussel weet ook hoe lastig het is de grote bedrijven echt te raken. Tot nu toe werd slechts één echt grote boete uitgereikt voor schending van de privacywet – onlangs 1,2 miljard euro voor Meta.
3 Probeert niet iedereen nu de aankomende regels naar zijn hand te zetten?
Over één ding is iedereen het eens: overheden moeten haast maken met regelgeving om AI in goede banen te leiden. De lobby om beleidsbepalers te beïnvloeden is in volle gang.
Op 9 maart riepen zo’n duizend wetenschappers en prominenten in het bedrijfsleven op tot een tijdelijke ‘ontwikkelpauze’ van AI. De ontwikkelingen gaan zó snel, concludeerde de groep, dat de pauzeknop moest worden ingedrukt. In mei volgde een nieuwe brief, ditmaal ook ondertekend door OpenAI-topman Sam Altman, die opriep om AI tot „een wereldwijde prioriteit” te maken. En dinsdag startte een groep Nederlandse wetenschappers, opiniemakers en kunstenaars een petitie, waarin ze Nederland opriepen om haast te maken met AI-wetgeving.
Ook de techbedrijven zeggen regels nodig te hebben om hun technologie – en die van hun concurrenten – in de hand te houden.
4 Hoe kijken grootmachten China en de VS tegen de nieuwe vormen van AI aan?
China werkt aan regulering van ‘deep synthesis service providers’, bedrijven die met AI teksten, afbeeldingen of video’s genereren. In april publiceerde de Chinese cybertoezichthouder een voorlopige lijst met richtlijnen. De data waarop de modellen getraind worden, moeten „objectief, divers en accuraat” zijn en de inhoud die kunstmatige intelligentie creëert moet passen bij het gedachtengoed van de Chinese staat. Zo houdt de overheid de mogelijkheid om te censureren wat AI verzint.
Alle aansprakelijkheid voor de synthetische media legt China bij de bedrijven die de AI-modellen ontwikkelen. Alle inhoud die AI bedenkt krijgt een label. De AI-providers moeten ook mechanismes bouwen hebben om ‘geruchten’ of nepnieuws te bestrijden. Daarnaast moeten burgers zich met hun echte naam registreren als ze gebruikmaken van AI-diensten.
OpenAI, Google, Meta; veel grote AI-providers komen uit Amerika. De VS namen tot nu toe geen beperkende maatregelen en lijken af te wachten wat Europa besluit op het gebied van AI-regulering. Vorig jaar gaven de VS al wel een voorzetje voor een grondwet om burgerrechten te beschermen tegen gevaarlijke AI-toepassingen. In mei stak de regering-Biden 140 miljoen dollar in publieke onderzoeksprojecten naar kunstmatige intelligentie. De nadruk in Washington ligt op het bouwen van meer krachtige AI in Amerika, om de technologierace met China niet te verliezen.