Steeds gaan zijn armen even omhoog, als iets fout gaat, of iets mis dreigt te gaan. Dan weer zijn hoofd naar beneden, ogen naar de grond, als Oostenrijk opnieuw doorkomt aan de rechterflank van Oranje. In het coachvak van het Olympiastadion in Berlijn, dat door de sintelbaan rondom het veld van enorme omvang is, oogt bondscoach Ronald Koeman lang moedeloos, hulpeloos.
In bijna honderd minuten voetbal maakt Nederland een uiterst wankele en breekbare indruk. Het verliest met 3-2 van Oostenrijk in het laatste groepsduel. Oranje, dat al geplaatst was voor de achtste finales, eindigt zo als derde in groep D. Hierdoor wacht in de volgende ronde waarschijnlijk een zware tegenstander – welk land, is nog niet bekend.
Vooraf was de vraag hoe de Nederlandse opbouw zich zou houden tegen Oostenrijk. Dat wordt gezien als een van de dark horses van dit EK, met de ervaren Duitse coach Ralf Rangnick, bekend vanwege zijn directe speelwijze met ‘hoge’ druk op de tegenstander.
In theorie is Oranje daar tegen gewapend, dinsdagavond. Denzel Dumfries, normaal de motor op de rechterflank, is gepasseerd. Een keuze die samenhangt met de agressieve speelwijze van Oostenrijk. Dumfries is een back die zich onderscheidt met aanvallende loopacties, maar is kwetsbaar als hij laag op het veld onder druk wordt gezet. In het eerste groepsduel tegen Polen leed hij negentien keer balverlies, in absolute zin het meest van alle spelers.
Om die reden kiest Koeman voor Feyenoord-back Lutsharel Geertruida, die behendiger is in de kleine ruimte en goed aanvoelt wanneer hij het middenveld kan inkomen. Spelverdeler Joey Veerman, die teleurstelde tegen Polen en vervolgens werd gepasseerd tegen Frankrijk, krijgt eveneens een basisplek. Met zijn passing moet hij in staat zijn om diepgaande spelers te bereiken, onder wie de snelle Donyell Malen, die ook voor het eerst start op dit EK. Door de felle druk van Oostenrijk, vallen er op andere plekken gaten waar Oranje van zou kunnen profiteren, is het idee.
De realiteit is dat Nederland juist op de eigen rechterflank wordt overlopen. Er is nauwelijks afstemming of onderlinge communicatie. Rechtsbuiten Malen laat meteen zijn man ontsnappen, linksback Alexander Prass. Die geeft een goede voorzet, maar Marcel Sabitzer komt net tekort. Het is de aanloop naar de slechtste eerste zes minuten onder Koeman als bondscoach.
De onrust is er vanaf de aftrap. Koeman staat er vlakbij, bij de gebrekkige afstemming op de rechterflank van Oranje. Zoals het een jaar geleden in de eindronde van de Nations League ook misging tegen Italië, dat wist er keer op keer doorheen te breken.
Enorme ruimtes
De ruimtes die Oranje weggeeft zijn ook nu enorm, naar de maatstaven van het moderne topvoetbal. Na zes minuten komt Oostenrijk opnieuw door op de rechterflank van Oranje, dat na de aftrap nog nauwelijks over de middenlijn is geweest. Prass, linkermiddenvelder bij Sturm Graz, wordt opnieuw weggestoken, nu door spits Marko Arnautovic. Hij krijgt alle tijd, Malen probeert de pass op Arnautovic nog af te dekken, maar glijdt dan zelf de bal in eigen doel: 0-1. De ontlading bij Oostenrijk, het zure gezicht bij Xavi Simons, die op de bank begint.
Er is meer om ontevreden over te zijn. Frustratie is te zien bij Koeman als Joey Veerman de bal te makkelijk verliest op het middenveld. En later nog een keer, als Veerman in een dribbel zomaar struikelt over de bal, illustratief voor zijn ongelukkige toernooi tot dusver.
Kansen krijgt Oranje wel, al is het niet vanuit georganiseerd voetbal. Middenvelder Tijjani Reijnders komt in kansrijke positie voor de goal, maar schiet slecht in – ruim naast. En uit een goede steekpass van Reijnders ontstaat er zomaar een enorme kans voor Malen, maar die gaat net naast.
Koeman probeert ondertussen met armgebaren zijn spelers te bereiken. Pakt de bal even bij een ingooi, houdt die kort vast, zegt dan nog wat tegen Geertruida. En hij probeert van een grotere afstand ook aanvoerder Virgil van Dijk te coachen.
Desillusie bij Veerman
Simons loopt na een half uur warm, trekt zijn shirt uit. Veerman gaat eruit – te vaak balverlies. Koeman geeft hem een klein tikje. Veerman, zwaar gedesillusioneerd, reageert er niet op. Tuft even, haalt dan beide handen over zijn gezicht. Hij zoekt uiterst links in de dug-out een plekje op. Handdoek over zijn gezicht, daarna met zijn hoofd tussen zijn knieën. Hij wordt getroost door Jeremie Frimpong.
Meteen na rust is Oranje iets scherper. Geertruida onderschept de bal, Simons maakt een rush, geeft af op Cody Gakpo, die rustig blijft en in de verre hoek schiet: 1-1. Weer hij, de belangrijkste toernooispeler van Oranje. Enorme opluchting bij Koeman.
Maar juist als Oranje iets meer in het ritme lijkt te komen, blijkt hoe broos het fundament is. Tien minuten later komt Oostenrijk weer door over de rechterflank van Oranje. Florian Grillitsch geeft een fraaie pass vanaf de achterlijn, Romano Schmid kopt vallend binnen. Het gaat zo makkelijk, het snijden door de defensie. De ruimtes zijn zo groot.
Koeman schakelt over naar zijn noodplan. Pinchhitter Wout Weghorst wordt ingebracht, en heeft meteen zijn waarde. Gakpo brengt de bal hoog in, Weghorst kopt boven iedereen uit, richting spits Depay. Die controleert knap en volleert technisch fraai de 2-2 binnen.
Maar vijf minuten later, gaat het opnieuw mis op de rechterflank van Oranje. De defensie krijgt geen grip op het directe, snelle spel. Christoph Baumgartner geeft een mooie steekpass terwijl Virgil van Dijk buitenspel opheft, Marcel Sabitzer schiet hoog in het doel: 2-3.
Tegen acht uur valt de avondzon over het Olympiastadion. Oranje probeert het nog, krijgt nog een kopkans via Weghorst. Tevergeefs. Oranje gaat met groot chagrijn en een gebutst vertrouwen de knock-outfase in.