Florentijnse monniken vrezen dat het gedaan is met de rust door de komst van luxewoningen

Piazza Santo Spirito – het plein van de heilige geest – is een gezellig drukke plek in Oltrarno, een volkse wijk aan de linkeroever van de Arno-rivier in hartje Florence. Aan het eind van de middag pakken de marktkramers weer in, om plaats te ruimen voor studenten, toeristen en locals op zoek naar een aperitief. Het plein ontleent zijn naam aan de okergele vijftiende-eeuwse basiliek, een ontwerp van de renaissance-architect Filippo Brunelleschi.

De trekpleister in de basiliek is een houten beeld van Christus aan het kruis, gemaakt door een piepjonge Michelangelo. Vlak ernaast ligt het klooster van de katholieke Augustijnenorde. De beroemde kunstenaar verbleef anderhalf jaar bij de monniken, die hem de lichamen van overleden patiënten uit een nabijgelegen ziekenhuis lieten bestuderen. Uit dank schonk de toen achttienjarige Michelangelo de kloosterorde het houten Jezusbeeld, een vroeg meesterwerk.

Zo rumoerig het plein, des te opvallender de stilte zodra je het fraaie kloosterhof betreedt. In de binnentuin staan de citroenboompjes al in bloei – de monniken drinken graag limonade. „We hopen vurig deze stilte – zo noodzakelijk voor ons leven van toewijding en gebed – te kunnen behouden”, zegt broeder Giuseppe Pagano (64), de prior. „Maar als een groot deel van dit klooster tot luxewoningen wordt omgevormd, is het gedaan met de rust. Dan zit er niks anders op dan ons boeltje te pakken.”

In de 18de en 19de eeuw beleefde de Augustijnenorde haar hoogtepunt in Florence, met zo’n vierhonderd monniken in dit klooster. „Vandaag zijn we nog met zijn vieren. Roepingen zijn een groot probleem”, erkent Pagano. De vier monniken delen het dagelijkse leven met drie studenten en een leek, die inspringt als tuinier en als manusje-van-alles.

Oorspronkelijk bestond het klooster uit twee, naast elkaar gelegen kloostergangen. De twee binnenplaatsen waren met elkaar verbonden. Dat veranderde na de eenmaking van Italië, in de 19de eeuw, toen de jonge Italiaanse staat het eigendom in beslag nam. De twee kloostergangen werden van elkaar gescheiden, en een groot deel van het klooster kwam in handen van het ministerie van Defensie. Een van de kloostergangen werd een legerkazerne.

De basiliek van Santo Spirito, waar het klooster bij hoort, geldt als een hoogtepunt van de renaissance.
Foto Massimiliano Donati
De kloostergang van Santo Spirito. In een naastgelegen, hierop gelijkende kloostergang moeten de luxewoningen komen. Ooit waren de twee binnenplaatsen met elkaar verbonden.
Foto Massimiliano Donati
De Santo Spirito herbergt niet alleen belangrijke kunstwerken, maar is ook een belangrijk religieus centrum in Florence.
Foto Massimiliano Donati
In de sacristie van de basiliek van Santo Spirito hangt de wereldberoemde Crucifix van Michelangelo.
Foto Massimiliano Donati

Tegenwoordig wonen de monniken in de andere, tweede kloostergang, maar ook die mogen ze niet helemaal gebruiken: ze hebben enkel nog toegang tot de benedenverdieping van de binnenplaats. Ook de kamers van de bovenste verdieping, die uitkijken op de binnentuin van de kloosterorde, worden door het leger gebruikt. En straks dus wellicht door de nieuwe bewoners van de luxewoningen. Toen Italië nog de dienstplicht kende, was de kazerne in het klooster de aanmeldingsplek voor jonge rekruten. Vandaag doet het gebouw dienst als archief.

Aanbesteding

Maar niet lang meer, want bij toeval kwamen de broeders erachter dat Defensie de kazerne niet langer nodig heeft. De augustijnen, die al jaren droomden van de hereniging van beide kloostergangen, wisten niet dat de overheid via een aanbesteding naar een nieuwe beheerder zocht en namen zelf dus niet deel. Uiteindelijk dook slechts één bedrijf op, Fastpol, met een project om de kazerne in het oude klooster om te vormen tot luxewoningen voor ouderen. In 2022 kreeg Fastpol het beheer van de kazerne in handen. De enige deelnemer was automatisch de winnaar.

De monniken vermoeden dat ‘luxewoningen voor ouderen’ eufemistische taal is voor een luxeresidentie voor de allerrijksten. Ze verkeren in het ongewisse over hun toekomst en hebben geen idee wanneer de renovatie, op de bovenste verdieping van hun kloostergang en vlak ernaast, dan zou beginnen.

Wijkbewoner Miguel Martinez steunt de kloosterbroeders in hun strijd tegen de luxewoningen.
Foto Massimiliano Donati

Hun lot kan op veel solidariteit rekenen in de wijk. „Samen met ongebreideld toerisme maken bouwspeculanten deze stad langzaam kapot”, zegt buurtbewoner Miguel Martinez (69), bij een koffie op het plein voor de basiliek. Een kwarteeuw geleden verhuisde hij naar Florence, en in die jaren zag hij zijn wijk in de beroemde renaissancestad sterk veranderen. „We verloren al de binnenspeeltuin, waar mijn twee kinderen speelden, en ook het gemeentelijk theater moest wijken voor de plannen van een bouwpromotor. En behalve toeristen kan niemand hier nog een kamer huren.”

Donderdag protesteerden honderden buurtbewoners samen op het plein voor de basiliek tegen de plannen voor een luxeresidentie. De advocaat van de broeders denkt het tij nog te kunnen keren: „Het bedrijf Fastpol kreeg dan wel het beheer van de kazerne in handen, maar er is nog altijd geen contract getekend”, zegt Lorenzo Calvani, tijdens een informatieavond in de basiliek. „Wij zetten álle juridische middelen in om het project te verhinderen.” Fastpol reageerde niet op vragen van deze krant om commentaar.

Tegen de komst van de luxewoningen wordt inmiddels ook betoogd, zoals hier afgelopen donderdag. Hier wordt speculatie gebezigd, luidt een van de leuzen.

Foto Massimiliano Donati

Cultuurcentrum

De monniken stellen voor het klooster te herdopen tot een cultuurcentrum, met huisvesting voor studenten die zelf kiezen wat ze doneren. „Zoals de jonge Michelangelo de kans kreeg zijn geniale talent te laten ontluiken, willen wij nog meer jongeren aanmoedigen zich hier te ontwikkelen”, zegt broeder Pagano. Hij weet zelf ook wel dat de kloostergang nooit meer met monniken zal worden gevuld, zegt hij met een zucht, terwijl fluisterende toeristen de binnentuin komen bewonderen. „Maar het zou zonde zijn als louter een kleine elite toegang tot dit klooster krijgt.” In hun eentje zijn de broeders geen maat voor een kapitaalkrachtige bouwpromotor, maar de Augustijnenorde in de VS biedt de Italiaanse monniken alvast financiële ondersteuning aan.

Ook de stad Florence en de landstreek Toscane zijn door het verse protest en de media-aandacht wakker geschoten. „Ik steun de broeders volledig”, zegt Eugenio Giani, de regiopresident van Toscane aan de telefoon. „De procedure om het gebouw een andere bestemming te geven, is véél te snel en een tikje geheimzinnig verlopen.” Ook Giani vindt dat het gebouw zijn publieke functie moet behouden. „Het is onaanvaardbaar dat deze historische plek straks het commerciële project van bouwspeculanten wordt.”

De broeders, de stad Florence en de streek Toscane vragen een onderhoud met minister van Defensie, Guido Crosetto, om de toekomst van de kazerne en het klooster te bespreken. Crosetto liet via een woordvoerder weten dat hij de zaak bestudeert.

Uitzicht op de naastgelegen kloostergang, die lang fungeerde als binnenplaats van een kazerne.
Foto Massimiliano Donati