Financiële ongelijkheid ligt niet aan vrouwen zelf; pak de genderkloof aan

Emancipatie De ‘Pink Tax’ is onderdeel van een diepe financiële genderkloof. Maatregelen zijn nodig, zeggen en .


Foto Javier Zayas Photography

‘Koop blauwe scheermesjes. Probleem opgelost. Doei.” En daarmee lijkt een ongelijkheidsprobleem afgedaan. Als je het aan BBB-voorvrouw Caroline van der Plas vraagt, tenminste.

Recent verscheen in Nieuwsuur een reportage over de ‘Pink Tax’, ofwel prijsdiscriminatie op basis van gender. Kort gezegd zijn producten gericht op vrouwen vaak duurder dan die voor mannen, ook al zijn ze nagenoeg identiek. De zogeheten Pink Tax is niet alleen een Nederlands fenomeen. Amerikaanse onderzoekers berekenden dat vrouwen gemiddeld 1.300 dollar per jaar extra betalen voor allerlei producten, van parfum tot kleding tot vitaminepillen en speelgoed, omdat verkopers een prijspremium op artikelen toevoegen die specifiek aan vrouwen gemarket worden.

Dikke bult

Vrouwen vallen voor deze marketingtruc. Dus eigen schuld, dikke bult? Nee. Met de keuze om het probleem „op te lossen” door weg te kijken van de onderliggende problematiek, zoals prijs-discriminatie, de genderloonkloof en stereotype gendernormen, weet men de Pink Tax te bagatelliseren tot een non-issue. Dat bedrijven discriminatie als verdienmodel hebben, blijft onbenoemd.

Het fenomeen Pink Tax staat niet op zichzelf. We leven in een maatschappij waarin van vrouwen (én mannen) wordt verwacht dat ze zich conformeren aan bepaalde gendernormen. Zogenoemde gendernormen zijn een verdienmodel. Zo laat de drogisterijketen Kruidvat in haar voorjaarsreclame een knielende poetsende vrouw zien die zich tijdens het schoonmaken klaarstoomt voor haar summer body. Want „multitasken is wel zo voordelig, zéker als de scheermesjes maar 6,99 euro kosten”.

Wat Kruidvat daarbij niet vermeldt, is dat je meer betaalt voor het roze scheermesje dan de blauwe variant. In het wereldbeeld van Kruidvat is daarbij de transformatie van de huisvrouw tot afgetrainde multitasker zogenaamd emanciperend. Zolang de consument zich niet bewust is van deze stereotyperende prijsdiscriminatie, heeft het bedrijf een mooi verdienmodel.

Vrouwen lopen een onevenredig groot risico om te vervallen in armoede

Hier bovenop is de loonkloof tussen man en vrouw in Nederland groter dan in andere EU-landen. Nederlandse vrouwen verdienen gemiddeld 13,5 procent minder dan mannen. Dat kan in een werkend leven oplopen tot driehonderdduizend euro. Vrouwen bouwen gemiddeld 40 procent minder pensioen op en een derde van de Nederlandse vrouwen is niet financieel onafhankelijk.

Tot een aantal jaar terug hief de Nederlandse staat 21 procent belasting op menstruatieproducten. De pil verdween jarenlang uit de basisverzekering. En ook de Pink Tax draagt bij aan de vergroting van de financiële kloof tussen man en vrouw.


Lees ook:Vrouwen betalen vaak meer voor hetzelfde product

Met andere woorden, voor hetzelfde werk krijgen vrouwen minder betaald. Voor hetzelfde product betalen zij meer. Hierdoor lopen vrouwen een onevenredig groot risico om te vervallen in armoede. Als ze zich hier druk om maken, volgen er discussies of de cijfers kloppen, spreekt men van ‘deeltijdprinsesjes’ of vraagt men zich af of het niet aan de vrouwen zelf ligt.

Essentiële beroepen

Aan deze financiële kloof ligt decennialang bewust beleid ten grondslag. Vrouwen verrichten in Nederland veel meer onbetaald werk dan mannen, maar krijgen daar weinig krediet voor. Zo schetst Lynn Berger in Ik werk al (ik krijg er alleen niet voor betaald) dat Nederlandse vrouwen gemiddeld 26,5 uur aan de zorg voor kinderen, naasten en het huishouden besteden. Voor mannen is dat slechts 17,4 uur. Daarbij vervullen vrouwen tot 85 procent van essentiële maatschappelijke beroepen zoals verpleegkundigen en leerkrachten. Banen die onze samenleving overeind houden. Hoewel de nationale economie niet kan draaien zonder dit betaalde en onbetaalde werk van vrouwen, komen ze er financieel bekaaid vanaf.

In plaats van actie te ondernemen schuift men het probleem af op het individu. Vrouwen kiezen er toch zelf voor om minder te werken? Vrouwen kopen toch zelf de roze scheermesjes? Stellen dat deze ongelijkheid puur met de keuzes van (individuele) vrouwen te maken heeft is het tot dader maken van degenen die systematisch financieel worden gediscrimineerd.

Om de financiële genderkloof aan te pakken moet de overheid structurele veranderingen doorvoeren om iedereen dezelfde kansen te geven om te werken en te zorgen. De overheid zou de waarde van onbetaald werk moeten meten in het Nederlandse bbp. Ze zou in moeten zetten op langer ouderschapsverlof, het dichten van de loonkloof en het verbeteren van de kwaliteit en financiële toegang tot kinderopvang. Zij zou de salarissen in vitale maatschappelijke sectoren, zoals de zorg, het onderwijs of de kinderopvang, moeten verbeteren. En prijsdiscriminatie op basis van gender moeten verbieden.

Want zo, Caroline, lossen we ongelijkheidsproblemen op. „Doei.”