De Federal Reserve, de Amerikaanse centrale bank, heeft haar raming voor de inflatie naar boven bijgesteld. Tegelijkertijd heeft de Fed de prognose voor de economische groei juist verlaagd. Dit maakte de Fed woensdagavond bekend na een bestuursvergadering.
Zo bevestigt de Fed de zorgen van beleggers, en ook van consumenten, die steeds meer denken dat het economisch beleid van president Donald Trump negatief kan gaan uitpakken. Het bleek de afgelopen weken uit dalende beurskoersen en uit een dalend consumentenvertrouwen.
De goedereninflatie loopt sinds kort weer op in de VS, zei Jerome Powell, de president van de Fed, in een persconferentie na de vergadering. „Een deel daarvan, een belangrijk deel daarvan, komt waarschijnlijk door de heffingen”, zei hij, verwijzend naar de invoerheffingen op goederen uit meerdere landen die Trump schoksgewijs heeft ingevoerd sinds zijn aantreden in januari. Het is heel moeilijk de invoerheffingen van andere factoren te onderscheiden, zei Powell. Maar hij zei ook: „Meestal zorgen heffingen voor lagere groei en voor hogere prijzen.”
Onzekere factoren
Elk van de twaalf Fed-bestuurders mag zelf prognoses doen over bbp-groei, werkloosheid en inflatie. De doorsnee raming voor de inflatie in 2025 ligt nu op 2,7 procent, tegen 2,5 procent bij de Fed-bestuursvergadering van december. De Fed streeft naar inflatie van 2 procent.
De Fed-bestuurders gaan er nu vanuit dat de economische groei in 2025 uitkomt op 1,7 procent, terwijl dit percentage bij de vergadering in december nog op 2,1 procent lag. De verwachte werkloosheid, 4,4 procent, ligt een fractie hoger dan in december: 4,3 procent.
De Fed liet de rente, zoals algemeen was verwacht, ongewijzigd, op een bandbreedte tussen de 4,25 en 4,5 procent. „De onzekerheid is ongebruikelijk hoog”, zei Powell. Hij noemde Trumps invoerheffingen, zijn migratiebeleid, zijn dereguleringsagenda en zijn begrotingsbeleid als onzekere factoren.
Recessie
De Fed streeft een dubbel doel na: inflatie van 2 procent en „maximale” werkgelegenheid. De meerderheid van de bestuurders verwacht dat het nodig is de rente dit jaar tweemaal met 0,25 procentpunt te verlagen, na een serie renteverlagingen vorig jaar. Ook in december was dit de verwachting.
Het probleem voor de Fed is dat inflatiebestrijding gebaat is bij hogere rentes, maar economische groei – en dus werkgelegenheid – juist bij lagere rentes. Dat de renteverwachting van bestuursleden hetzelfde bleek als in december, komt doordat de hogere inflatieverwachting en de lagere groeiverwachting „elkaar compenseren”, zei Powell.
Op de financiële markten is de voorbije weken de vrees gegroeid dat de VS afstevenen op een recessie. Daar gaat de Fed vooralsnog niet vanuit, zei Powell: de bbp-groei blijft de komende jaren positief.
Met 136 stemmen voor en 27 stemmen tegen verbood het Hongaarse parlement dinsdag de Budapest Pride March, het jaarlijkse evenement van en voor de lhbti-gemeenschap. De eerste Pride-mars achter het gevallen IJzeren Gordijn vond in 1997 plaats in Hongarije. Nu is Hongarije het eerste EU-land dat de mars verbiedt, formeel omdat het in strijd zou zijn met de Wet op Kinderbescherming. Het evenement op 28 juni gaat gewoon door, hebben de organisatie en de burgemeester van Boedapest aangekondigd. Deelnemers zullen worden opgespoord met behulp van elektronische gezichtsherkenning, zegt de regering van premier Viktor Orbán.
Kati Piri, lid van de Tweede Kamer voor GroenLinks-PvdA. Foto Bart Maat
Het verbod van de Pride-mars volgt op eerdere maatregelen tegen de lhbti-gemeenschap, zegt Kati Piri, Tweede Kamerlid voor GroenLinks-PvdA en lid van de Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken. Voormalig Europarlementariër Piri is van Hongaarse komaf en volgt de ontwikkelingen in Hongarije op de voet. „De economie staat er slecht voor, er is veel inflatie, Hongaren zijn ontevreden. Niet voor het eerst probeert Orbán de aandacht af te leiden met een maatregel die past in zijn cultuuroorlog tegen alles wat liberaal en progressief is.”
Sinds 2021 is de ‘propagandawet’ van kracht, een verbod op het ‘afbeelden en promoten’ van lhbti-uitingen voor jongeren onder de achttien jaar. Nu dit verbod. Waarom richt Orbán zijn pijlen speciaal op de lhbti-gemeenschap?
„Dat past in het draaiboek van rechtspopulisten overal te wereld. Kijk naar Trump en zijn afkeer van transgenders. Ze keren zich tegen minderheden. Dat is een glijdende schaal: nu gaat het over lhbti, morgen wellicht over vakbonden en zo verder. Overigens blijkt uit een peiling dat een meerderheid van de bevolking tegen het Pride-verbod is. Orbán hoopt waarschijnlijk stemmen weg te halen bij de extreemrechtse partij Mi Hazánk Mozgalom (Onze Vaderland Beweging), die staat nu op 6 procent van de stemmen en is daarmee de grootste van de kleine partijen.”
Het verbod is strijdig met de waarden van de EU. Wat kan Brussel doen?
„Het beste instrument is het rechtsstaatmechanisme, waarmee EU-subsidies kunnen worden bevroren als een lidstaat handelt in strijd met de EU-waarden op het gebied van rechtsstaat en democratie. Hongarije was altijd de grootste netto-ontvanger van de EU, de Europese subsidies zijn de bron voor Orbáns kleptocratie. De miljarden die nu zijn bevroren mogen niet alsnog worden uitgekeerd, daar zullen we als Kamer ook op aandringen in Brussel.
„De EU kan ook een rol spelen bij het overnemen van financiering van buitenlandse initiatieven om het maatschappelijk middenveld en onafhankelijke media te versterken. Veel Amerikaanse financiering daarvan valt nu weg, ook in andere landen, in de Balkan en de Kaukasus. In Hongarije verwacht ik verdere wetgeving tegen buitenlandse financiering.”
Orbán gaat steeds verder met zijn kritiek op de EU en het ondermijnen van gemeenschappelijk beleid, bijvoorbeeld wat betreft Oekraïne. Wanneer is de grens bereikt?
„Hongarije eruit zetten kan niet. Rutte zei ooit dat de enige reële optie is opheffing van de EU op dinsdagavond en oprichting van een nieuwe EU op woensdagochtend, zonder Hongarije. Orbán zal niet zelf opstappen, zelfs niet als de geldkraan uit Brussel wordt dichtgedraaid. Zijn rol als paard van Troje in de Europese Raad is te aantrekkelijk. Je ziet nu dat de Unie om Hongarije heen gaat werken, met gelegenheidscoalities. Voorlopig werkt dat, maar het is niet goed voor de democratische besluitvorming. De les voor de EU is dat lidmaatschap geen eindstation is. We hebben te weinig middelen om sabotage van de Unie tegen te gaan.”
Demonstratie in Boedapest tegen het zojuist in het parlement aangenomen verbod op de Budapest Pride March, 18 maart. Foto Attila Kisbenedek/AFP
Op 15 maart hield zowel Orbáns regeringspartij Fidesz als oppositiepartij Tisza van Peter Magyar een manifestatie in Boedapest.
Orbán plaatste zichzelf in de traditie van 1848, de Hongaarse revolutie tegen het Oostenrijks-Habsburgse keizerrijk. Hij ging tekeer tegen de EU en kondigde een „grote schoonmaak” aan met Pasen, gericht tegen de „insecten die de winter hebben overleefd”. Hij doelde op rechters, journalisten en politici die volgens hem met buitenlands geld worden betaald. „We zullen het hele schaduwleger elimineren.”
Magyar is de eerste serieuze politieke tegenstander van Orbán sinds hij in 2010 voor de tweede keer premier werd en in de laatste vijftien jaar oppermachtig werd. In de peilingen schommelen Tisza en Fidesz allebei rond de 40 procent van de stemmen, Tisza neemt soms de leiding. Zaterdag bracht de partij tienduizenden demonstranten op de been, een zeldzaam groot vertoon van protest tegen Orbán.
Waarom slaagt Magyar waar anderen faalden?
„Hij richt zich volledig op de corruptie van Orbán en zijn kliek. De verenigde oppositie viel Orbán aan op schending van de democratie, maar dat werkte niet. Ik denk dat het een goede strategie is van Magyar om geen cultuuroorlog te beginnen. Ideologisch verschilt hij waarschijnlijk ook niet zoveel van Orbán, hij komt voort uit Fidesz en is bepaald niet links-progressief. Het is knap dat hij stemmen weet weg te kapen bij Fidesz. Maar of hij een democraat is die de rechtsstaat respecteert zal moeten blijken.”
Houdt hij het vol tot de parlementsverkiezingen van april 2026?
„Dat is de vraag. Orbán gaat zeker alles uit de kast halen om te winnen, inclusief een lastercampagne. Zijn huidige succes dankt Magyar vooral aan de slechte economie en de slechte staat van de publieke voorzieningen. Als je op het platteland naar het ziekenhuis moet, houd je je hart vast. Zorg en onderwijs zijn achteruit gekacheld onder Orbán. De onderstroom van onvrede daarover kun je als autoritaire leider een tijd wegdrukken, maar daar komt een einde aan. Wat ook meespeelt: Hongaren zijn een trots volk, die willen niet aan de zijkant van Europa staan.”
Het verzet tegen Orbán doet denken aan Servië en Georgië, waar burgers ook demonstreren tegen hun pro-Russische regering. Is er een verband?
„Ik denk dat er een andere gemene deler is, niet zozeer verzet tegen pro-Russische leiders. Rechtspopulistische partijen hebben overal last van Trump. Dat zie je in heel Europa, ook in Nederland en Frankrijk. Dit zijn partijen die fan waren van Trump en MAGA, en nu worstelen met zijn anti-Europese koers. Hun kiezers hebben door dat we in een gevaarlijke situatie zijn beland, en dat dit niet langer de juiste weg is.”
Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) heeft een nieuwe voorzitter: Kirsty Coventry uit Zimbabwe. De oud-topzwemster werd donderdagmiddag verkozen tijdens het IOC-Congres in Griekenland. Coventry wordt met 41 jaar de jongste voorzitter, is de eerste vrouw en eerste persoon uit Afrika die de olympische beweging mag gaan aansturen. Ze wordt daarmee in een klap de invloedrijkste sportbestuurder in de wereld.
In een verrassende verkiezingsuitslag wist Coventry al in de eerste stemronde haar zes tegenkandidaten te verslaan. Toen duidelijk werd dat er direct na stemronde 1 een meerderheid was voor één van de kandidaten, laste het IOC-congres een korte pauze in. Daarna was het huidig IOC-voorzitter Thomas Bach die, met een tevreden gezichtsuitdrukking, een A4’tje omdraaide met Coventry’s naam.
Onder luid applaus hield Coventry geëmotioneerd een korte speech. „Ik had als jong meisje nooit verwacht dat ik hier ooit zou staan. Dit is een grote eer, en ook een herinnering aan mijn toewijding aan jullie allemaal”, zei ze tegen de aanwezigen in de zaal. „En nu hebben we werk te doen.”
Lees ook
‘Het is belangrijk dat sporters als Caster Semenya beter beschermd worden’
Als Coventry in juni als nieuwe IOC-voorzitter aantreedt, wachten haar grote dossiers: hoe om te gaan met agressor Rusland, met de Amerikaanse president Trump die de gastheer is van de volgende Olympische Spelen in 2028 in Los Angeles, met de toelatingseisen voor transgender- en intersekse sporters, en met de impact van klimaatverandering op de Olympische Zomer- en Winterspelen? Ook zal Coventry de olympische beweging (financieel) toekomstbestendig moeten maken en staat ze voor de uitdaging jongere generaties te blijven interesseren voor sport.
Protegé van Bach
In de aanloop naar de verkiezing hadden de zeven kandidaat-voorzitters maandenlang gelobbyd om hun mede-IOC-leden te overtuigen dat zij het meest geschikt waren om de olympische beweging te leiden. Tijdens de campagne leek zich een kopgroep van drie kandidaten te vormen: de Brit Sebastian Coe, dankzij zijn geweldige cv, de Spanjaard Juan Antonio Samaranch junior, dankzij zijn familienaam en goede netwerk, en Coventry. Zij had haar goede papieren vooral te danken had aan het feit dat Bach haar kandidatuur omarmde; omdat onder zijn 12-jarige voorzitterschap meer dan de helft van de huidige IOC-leden zijn benoemd, is zijn invloed nog altijd levensgroot.
Coventry had zelf een vrij kleurloze campagne. Voorafgaand aan de verkiezingsdag zei ze tegen NRC dat ze via één-op-één videogesprekken stevige gesprekken met veel IOC-leden had gevoerd. Maar ook zij zal niet verwacht hebben dat ze maar één stemronde nodig had om met al haar concurrenten af te rekenen. Juist omdat er geen uitgesproken favoriet was, in tegenstelling tot eerdere verkiezingen, werd er gerekend op een lange strijd waarin meerdere rondes en afvallers nodig waren voor er een nieuwe voorzitter werd verkozen.
Uniek als Afrikaanse vrouw
Haar verkiezing is meteen uniek vanwege haar geslacht en haar Afrikaanse afkomst, maar daar zei Covertry in gesprek met NRC weinig waarde aan te hechten: „Uit de vele discussies die ik met IOC-leden heb gevoerd, krijg ik niet de indruk dat sekse een bepalende rol speelt bij het stemgedrag. Ze gaan voor iemand aan wie ze het ambt toevertrouwen.”
Als voormalig zwemkampioen, met zeven olympische medailles waaronder twee gouden, zei ze te hopen met een sportersblik te kijken naar haar werkzaamheden als voorzitter. „Dat is niet onbelangrijk, want de olympische beweging is in de eerste plaats voor hen bedoeld.”
Nu zal moeten blijken of Coventry die woorden ook in de praktijk brengt. Onder voorzitter Bach kregen de IOC-leden en sporters steeds minder te zeggen over de manier waarop de olympische beweging wordt aangestuurd. Hen meer macht geven, was een belangrijk verkiezingsonderwerp waarmee onder meer de Brit Coe zich probeerde te onderscheiden. Coventry liet juist blijken het beleid van haar voortganger Bach te willen voortzetten.
Daarnaast viel Coventry op door haar standpunten op het gebied van gender- en diversiteitsbeleid. Zo zei ze in reactie op de uitspraak van Trump om visa-aanvragen van transgenders af te zullen wijzen dat de olympische beweging „een aantal fundamentele principes kent, waarover niet valt te onderhandelen”. Ook stelde ze quota voor om het aantal vrouwelijke bestuurders en trainers op de Olympische Spelen te vergroten.
In gesprek met NRC raakte Coventry geëmotioneerd toen het over intersekse sporters ging, omdat het haar goede vriendin, de atlete Caster Semenya betrof. Terwijl veel kandidaten zich uitspraken voor strengere regels die deze atleten zouden moeten uitsluiten, in hun ogen ter bescherming van de vrouwensport, zei Coventry dat het andersom zou moeten zijn. „Ik vraag me af of we genoeg doen om deze sporters te steunen en te beschermen. Ik vond het heel pijnlijk dat de wereldatletiekbond publiekelijk meedeelde wie of wat Caster is.”
Zelf is Coventry niet vrij van kritiek. Als minister van Sport in het kabinet van president Emmerson Mnangagwa, die op Amerikaanse en Europese sanctielijsten staat vanwege corruptie en mensenrechtenschendingen, werd haar verweten dat ze meewerkt aan een dictatoriaal regime. Volgens Coventry was de enige manier om daar verandering af te dwingen van binnenuit. Dat mag ze nu ook bij het IOC gaan doen.
VVD-leider Dilan Yesilgöz bracht een bezoek aan Oekraïne en dat heeft haar geraakt, zei ze dinsdag in een Kamerdebat over de Europese top van eind deze week. Ze had gesproken met „burgers, veteranen, de president, een winnaar van de Nobelprijs voor de vrede”. Ze heeft de „oorlog van dichtbij kunnen voelen, de verwoesting, het verdriet, de vastberadenheid van de Oekraïners”.
Het bezoek was goed getimed, want terwijl Yesilgöz handen schudde met de Oekraïense president Volodymyr Zelensky en hem bedankte voor zijn verzet tegen Rusland, lag de rechtse coalitie in Den Haag met premier Dick Schoof – en zichzelf – overhoop over de Europese herbewapening. Maar haar afwezigheid in de hofstad was toeval, bezworen haar woordvoerders. Zo’n trip is niet op korte termijn geregeld.
Toch kwam het de VVD bijzonder goed uit. De partij had niet duidelijker kunnen maken achter Oekraïne te staan en belang te hechten aan defensie. En Yesilgöz kwam naar voren als staatsvrouw, niet als leider van de derde partij van het land.
Sinds de Amerikaanse president Trump meer afstand van Oekraïne en Europa nam, is de Nederlandse politiek zich rap aan het herschikken. Niet langer is migratie het belangrijkste thema, maar defensie. En veiligheid associëren veel kiezers met de VVD; haar leden zijn ook niet verdeeld over de steun aan Oekraïne.
Lees ook
Ruzie in coalitie over 3,5 miljard voor Oekraïne: PVV en BBB voelen zich overvallen en willen nu uitleg van Schoof
PVV
Bij de PVV, de grootste electorale rivaal van de VVD, ligt dat anders. Van de PVV-kiezers is 41 procent vóór de Europese defensieplannen, 38 procent tegen. Bovendien gold Wilders jarenlang als een Rusland-sympathisant en tot een paar weken geleden als fan van Trump.
Ook BBB en NSC, die kritisch zijn over de Europese herbewapeningsplannen en bijbehorende gezamenlijke Europese leningen, zitten in een ongemakkelijke positie.
De VVD vaart niet op gevoel, maar op kiezersonderzoek en peilingen. Tot voor kort waren die niet gunstig. Een maand terug stonden de liberalen volgens opiniepeiler Ipsos I&O nog op twintig zetels, vier minder dan hun zetelaantal. Terwijl de PVV op 34 zetels stond.
Maar sinds defensie hét politieke onderwerp is, begint het te schuiven voor de VVD: in de nieuwe peilingen van Ipsos I&O is de partij met 5 zetels gestegen naar 25, de PVV is wegzakt naar 30. PVV’ers met onvrede over Wilders’ pro-Russische imago lopen weg naar de VVD, concluderen de onderzoekers.
PVV’ers met onvrede over Wilders’ pro-Russische imago lopen weg naar de VVD, concluderen de onderzoekers
Als die trend zich voortzet en de VVD de PVV in de peilingen inhaalt, dan pakt dat goed uit mocht het kabinet vallen, zeggen VVD’ers achter de schermen. Dan zit de partij eindelijk in de positie die ze al langer wil. Want dat de VVD moe is van het geruzie en de schandaaltjes in de coalitie, weet heel Den Haag.
De eerste maanden na het aantreden van het kabinet probeerde de VVD de PVV, met name minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie), weg te zetten als schreeuwlelijk, terwijl de liberalen zichzelf presenteerden als resultaatgericht en realistisch. Dat was een boodschap die kiezers niet registreerden of niet interessant vonden: de PVV bleef onverminderd hoog in de peilingen staan, de VVD klom niet.
Geopolitiek
Begin februari probeert de partij zich anders te onderscheiden: met een ‘agenda voor werkend Nederland’ wilde de VVD de middenklasse tot het centrale thema maken. Of dat werkte, bleef onduidelijk. En al snel daarna werd Den Haag overdonderd door Trumps onvoorspelbare invloed op de geopolitiek.
De VVD bleek de enige duidelijk pro-Europese factor in de coalitie, daar wordt ze – zo lijkt het nu – voor beloond. Volgens Ipsos I&O „waarderen kiezers de stabiliteit die de VVD uitstraalt in een verder rommelig kabinet”. Precies zoals bedoeld: Yesilgöz heeft het al weken over „volwassenheid”. Zíj is de adult in the room, de andere coalitiepartijen ruziën als kinderen, is het idee.
Daarbij grijpt de VVD defensie aan om de Voorjaarsnota-onderhandelingen op scherp te zetten. Maandag kondigde Yesilgöz aan dat ze de defensie-uitgaven wil verhogen van 2 naar 3,5 procent van het bbp. Kostprijs: een extra 15 miljard euro. Een dekking had Yesilgöz niet, de vraag is of de huidige, verdeelde coalitie deze wel kan vinden.
Oppositie
Maar hoe pro-Oekraïens en pro-defensie de VVD ook is, de partij blijft samenwerken met de PVV. Dat maakt haar kwetsbaar voor kritiek vanuit de oppositie. Volgens GroenLinks-PvdA-leider Frans Timmermans heeft Yesilgöz zelf gekozen om „het paard van Troje de regering binnen te rijden”, zei hij dinsdag in het Kamerdebat. „Dat zorgt ervoor dat Nederland op dit vlak niet geloofwaardig is en in Brussel niet kan doen wat nodig is”, zei hij.
De trend lijkt: hoe instabieler het wereldtoneel, hoe groter het verlangen van kiezers naar het midden
D66-leider Rob Jetten zei: „Hoelang blijft Dilan Yesilgöz het land uitleveren aan Wilders en Van der Plas, met een veto op Europees- en veiligheidsbeleid? Terwijl nú daadkracht en leiderschap nodig zijn voor onze vrijheid en veiligheid.”
Harde woorden, maar ook Timmermans en Jetten weten dat ze de VVD waarschijnlijk nodig zullen hebben om een coalitie van middenpartijen te smeden, mocht het kabinet-Schoof ten val komen. Bij de vorige verkiezingen haalden GroenLinks-PvdA, D66 en VVD, samen met bijvoorbeeld het CDA, 63 zetels. Nu staan ze in de peilingen samen op zo’n 81 zetels.
Hoe instabieler het wereldtoneel, hoe groter het verlangen van kiezers naar het midden, dat lijkt de trend. Voor de VVD zou dat betekenen: er is ook nog een politiek leven ná de PVV.
Lees ook
Zijn het nou Eurobonds of niet, waar de Europese Commissie de defensieplannen mee wil financieren? En was de VVD daar niet tegen?