Europees debat over begrotingsregels gaat nu echt knetteren

Europese begroting De EU wil met individuele leden afspraken maken over de aanpak van begrotingstekort en staatsschuld. Voor de financiële stabiliteit in Europa stelt Duitsland alvast wat extra eisen.

Een schip in aanbouw voor de Belgische marine. In de jongste EU-plannen kunnen landen door extra investeringen in bijvoorbeeld defensie tijd ‘kopen’ om hun begroting op orde te krijgen.
Een schip in aanbouw voor de Belgische marine. In de jongste EU-plannen kunnen landen door extra investeringen in bijvoorbeeld defensie tijd ‘kopen’ om hun begroting op orde te krijgen.

Foto Nicolas Maeterlinck/Belga

Laat Brussel de begrotingsteugels flink vieren, of blijft het door Zuid-Europa zo gehate Europese financiële keurslijf in stand? Met een uitgewerkt voorstel voor herziening van het ‘stabiliteitspact’ is de discussie over de toekomst van de Europese begrotingsregels nu officieel geopend. En dat het flink gaat knetteren is duidelijk: terwijl de Europese Commissie volgens critici danst naar het pijpen van Duitsland, klinkt vooral uit Berlijn al bij voorbaat kritiek.

„In plaats van het Stabiliteits- en Groeipact te verzwakken, moeten we de regels juist strenger maken”, schreef de Duitse minister van Financiën dinsdag in een scherp opiniestuk in de Britse zakenkrant Financial Times. Het laat zien dat Duitsland de messen slijpt voor een debat dat de EU later dit jaar onder druk kan zetten.

Het ‘pact’ is immers een hypergevoelig onderwerp: het schrijft voor hoe EU-landen hun overheidsfinanciën op orde moeten houden. Twee principes staan daarin centraal: een maximale staatsschuld van 60 procent van het bruto binnenlands product en een begrotingstekort van hooguit 3 procent.

Doel ervan is financiële stabiliteit in Europa te garanderen, maar het pact ligt traditioneel van veel kanten onder vuur. Critici in vooral Zuid-Europa vinden de regels veel te rigide, waardoor ze investeringen verhinderen. Afgedwongen bezuinigingen in de nasleep van de eurocrisis hebben daar veel rancune gezaaid. In vooral Noord-Europa klinkt steevast kritiek dat naleving en handhaving van de regels flink te wensen overlaat. Dat blijkt wel uit de huidige stand van zaken: landen als Italië en Griekenland zitten, met schuldniveaus van 152 respectievelijk 188 procent, vér boven de norm – zonder consequenties.


Lees ook: Brussel presenteert voorstel voor aanpassing beladen begrotingsregels: compromis is in alles voelbaar

Aanvullende eisen

Daarom werkt de Commissie al geruime tijd aan herziening van het begrotingspact, waarvan de eindvoorstellen woensdag zijn gepresenteerd. In plaats van een one size fits all-aanpak wil Brussel met elk EU-land individuele afspraken maken over vermindering van zijn begrotingstekort en staatsschuld. In een vierjarenplan moet een lidstaat duidelijk maken hoe die op een geloofwaardig pad komt naar naleving van de normen.

Dat betekent meer flexibiliteit, waarbij lidstaten meer tijd kunnen ‘kopen’ als ze aantonen extra investeringen te doen in Europese prioriteiten – bijvoorbeeld de klimaatransitie of defensie. Deze aanpak moet landen meer autonomie geven bij het opschonen van het huishoudboekje – en daarmee naleving van de regels verbeteren. Duidelijk werd al dat in ruil handhaving van de regels strenger wordt voor wie de afspraken niet nakomt.

Maar onder druk van Duitsland – en op de achtergrond Nederland – heeft de Commissie op het laatste moment extra waarborgen ingebouwd die moeten garanderen dat EU-landen hun schuld en tekort ook écht terugdringen. Zo is ingevoegd dat landen met een begrotingstekort van meer dan 3 procent dit met ten minste 0,5 procentpunt per jaar terugdringen. Daarnaast mogen hun overheidsuitgaven niet sneller groeien dan de reële economie en moet het schuldniveau na vier jaar lager zijn dan aan het begin.

Zuid-Europa kijkt met argusogen naar die aanvullende eisen. Vooral de eis tot versnelde reductie van het begrotingstekort komt onverwacht en zal op veel weerstand stuiten. Ook bij een land als Frankrijk, dat al jaren worstelt met het terugdringen van zijn begrotingstekort.

Argwaan in Berlijn

Toch is Duitsland nog allerminst tevreden. Dat de Commissie individuele afspraken gaat maken met elk EU-land, leidt in Berlijn tot grote argwaan – knijpt ‘Brussel’ niet toch een oogje toe? De Duitse minister Lindner eiste in een discussiestuk eerder al dat een te hoog begrotingstekort met ten minste 1 procentpunt per jaar daalt – een eis die volgens een hoge EU-ambtenaar zo rigide is dat die bij de betrokken EU-landen juist tot hógere staatsschuld zou leiden.

Daarmee zijn de posities ingenomen voor een discussie die de EU het komende jaar gaat beheersen – in aanloop naar Europese verkiezingen in mei of juni 2024. De Nederlandse positie is daarbij minder scherp dan die van Duitsland – Den Haag hamert vooral op „voldoende ambitieuze schuldafbouw” en minder op het begrotingstekort. Maar dat Berlijn er met gestrekt been ingaat, komt Nederland traditioneel niet heel slecht uit.

Een eerste discussie komt deze week al, als EU-financiënministers vrijdag in Stockholm informeel overleg voeren. Uiteindelijk moeten alle 27 EU-landen met de hervormingen instemmen, net als het Europees Parlement.