Het Nationaal Groeifonds maakt een noodstop. Het fonds, opgericht om van 2021 tot en met 2025 innovatieve bedrijven in Nederland met in totaal 20 miljard euro te steunen, gaat „helaas op pauze”, zegt demissionair minister Micky Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat, VVD). De vierde ronde voor subsidieaanvragen, die per 1 juni zou beginnen, gaat vooralsnog niet door, bevestigt haar woordvoerder aan NRC. Met die ronde was 3,4 miljard euro gemoeid,
De mededeling van Adriaansens kwam dinsdag, nadat een ruime meerderheid van de Tweede Kamer twee moties had verworpen van D66-Kamerlid Joost Sneller. Beide moties riepen juist op steun vóór het Groeifonds uit te spreken. Na de verwerping ervan besloot Adriaansens bij het Groeifonds helemaal aan de handrem te trekken.
Dat de formerende partijen PVV, NSC, VVD en BBB bedenkingen hadden bij het Groeifonds en de nog resterende 7,4 miljard euro liever anders zouden besteden, was bekend. Al bij de Algemene Beschouwingen van vorig najaar bleken sommige partijen de miljarden in het fonds, bedoeld om innovatieve projecten te stimuleren, vooral te zien als een grote pot geld voor andere doelen. Zo trok de Kamer onder aanvoering van de VVD-fractie honderden miljoenen uit het fonds om een lastenverzwaring via de benzineaccijnzen ongedaan te maken. Voorstanders van het Groeifonds smaalden dat de VVD het fonds als Graaifonds gebruikte.
Toch kwam de aankondiging van Adriaansens dinsdagavond om het hele fonds dan maar on hold te zetten voor velen als verrassing. Ook door de manier waarop het gebeurde: dat het fonds voorlopig op pauze gaat, meldde haar ministerie niet, zoals gebruikelijk, in een brief aan de Kamer, maar het deelde een statement hierover met enkele media. „Voor alle bedrijven en organisaties die veel tijd en moeite hebben gestoken in de ontwikkeling van een voorstel [voor subsidie uit het fonds] is dit een teleurstelling”, schreef Adriaansens. „De komende tijd zal ik kijken hoe we het vestigingsklimaat kunnen versterken waarbij we rekening houden met deze uitspraak van de Tweede Kamer.”
Quickscan
Om indienen van nieuwe aanvragen per 1 juni mogelijk te maken, zou Economische Zaken op 1 april de zogeheten openstellingsregeling moeten publiceren. Dan kunnen bedrijven vervolgens een vooraanmelding doen. Dat gaat nu niet meer gebeuren, bevestigt een woordvoerder van het ministerie. Tot nu toe hadden 65 bedrijven een quickscan aangevraagd om te kijken of zij in aanmerking komen voor subsidie uit het fonds. Dat werk is dus voor niets geweest.
Hoe plotseling het besluit van Adriaansens was, blijkt uit het feit dat op de officiële overheidswebsites woensdagmiddag nog stond dat bedrijven vanaf 1 april een vooraanmelding kunnen doen. Het kabinet zelf maakte afgelopen vrijdag nog bekend dat het ruim 770 miljoen euro uittrekt voor tien bedrijven die in de vorige subsidieronde een aanvraag hadden gedaan.
René Corbijn van NLDigital, een collectief van bedrijven in de digitale sector, noemt de stap van Adriaansens „ongelooflijk verrassend”. Corbijn: „Ook omdat we nog steeds geen officiële communicatie vanuit het ministerie hebben gezien. De bal ligt bij het ministerie om alle partijen die hiermee bezig zijn snel duidelijkheid te verschaffen.”
Werkgeversorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland zijn ontstemd. „Dit is een hard gelag voor al die partijen die heel hard bezig waren met hun innovatieplannen en de aanvraag bij het Groeifonds voor de volgende ronde in juni”, aldus een woordvoerder. „Nederland en Europa lopen technologisch steeds verder achterop. Behoud van de middelen uit het Groeifonds is cruciaal voor de versterking van innovatie in Nederland.”
De pauzering van het fonds komt op een opmerkelijk moment. Deze maand stuurde een groep van ruim dertig bedrijven en kennisinstellingen nog een brandbrief naar de Tweede Kamer, waarin ze opriepen het Groeifonds intact te laten en snel helderheid te geven over de vierde tranche. De twaalf regionale economic boards – netwerken van bedrijven, overheden en kennisinstellingen – stuurden eveneens een brandbrief. Daarin noemden deze netwerken van bedrijven, overheden en kennisinstellingen de miljarden uit het Groeifonds „cruciaal voor het vestigingsklimaat” in Nederland.
Vestigingsklimaat
Bedrijven als ASML en Boskalis maakten de afgelopen weken bekend mogelijk (deels) uit Nederland te vertrekken wegens het verslechterde vestigingsklimaat hier. Niet alleen aangescherpte regels, ook de politieke onzekerheid over de toekomst speelden daarbij een rol. Het plotselinge staken van het fonds kan de bedrijven bevestigen in het beeld dat de overheid niet altijd even betrouwbaar is.
Sluiting van het Groeifonds kan grote gevolgen hebben voor lopende projecten. De D66-fractie in de Provinciale Staten van Limburg stuurde woensdag al direct een lijst met vragen aan het provinciebestuur over de mogelijke consequenties voor de gereserveerde 870 miljoen euro voor de prestigieuze Einstein Telescope en andere projecten. Volgens de provinciale Democraten vormt uitstel of afstel van het Groeifonds „een serieus en groot risico voor onze (kennis)economie en ons vestigingsklimaat”. Daarbij, zo meent D66, toont de rijksoverheid zich verre van een betrouwbare partner voor zowel het bedrijfsleven als voor de provincies die zich verzekerd achtten van medefinanciering door het fonds.
Formeel heeft Adriaansens een pauze ingelast en bestaat er kans dat het fonds – al dan niet na de formatie – wordt heropend. Bij de formerende partijen bestaat daar verschil van mening over. Vanuit de NSC-fractie kwam disndag het voorstel het fonds hoe dan ook te heropenen op 1 juni, ongeacht of de formatie zou zijn geslaagd. Bij bedrijven zal in dat geval zeker nog vraag zijn naar geld voor innovatie, al is de motivatie om opnieuw een aanvraag bij de overheid in te dienen inmiddels een stuk kleiner geworden, zo valt te beluisteren.