Een lofzang op de ov-fiets

Een straffe wind giert door een krap zijstraatje van treinstation Heiloo. Daar staan, begin januari, honderden hardlopers, veelal gehuld in niet meer dan een korte broek en T-shirt, te vernikkelen. Ze wachten op de pendelbus die ze naar het marathonparcours van Egmond langs het strand brengt. Er zijn bij lange na niet genoeg bussen om iedereen op tijd bij de start te krijgen.

Eén van de hardlopers kijkt op zijn telefoon of er nog ov-fietsen beschikbaar zijn. Dat blijkt niet het geval – de ene fiets die er staat, heeft een gebroken ketting. Als twee wachtende sporters een kwartier later zien dat een treinreiziger zijn ov-fiets terugbrengt naar de stalling, sprinten ze er samen naartoe. De snelste weet de fiets te bemachtigen en kan op eigen houtje, vrij van pendelbus-stress richting de Egmondse halve marathon.

Het moet hem een ultiem gevoel van comfort en autonomie geven. Terwijl zijn concurrerende lopers moeten haasten om op tijd in het juiste startvak te arriveren, kan hij zijn spieren alvast warm trappen in de wetenschap dat hij zeker op tijd komt. Veroordeeld tot het openbaar vervoer in Nederland, betekent vaak veroordeeld tot onzekerheid.

Waar je als tram-, metro- en vooral treinreiziger vaker dan je lief is voor onaangename verrassingen komt te staan, is de ov-fiets een baken van degelijkheid en betrouwbaarheid. Nederland telt er 22.500, verdeeld over 288 locaties (244 stations) – vooraf is eenvoudig te controleren hoeveel fietsen op een locatie voorhanden zijn. Neem een willekeurig klein station, bijvoorbeeld het Noord-Hollandse Anna Paulowna, waar rond het middaguur op donderdag nog vier van de tien fietsen beschikbaar zijn.

De ov-fiets is eenvoudig in gebruik, elegant en herkenbaar qua uiterlijk. Hij laat zich door geen weersomstandigheid, verslapen machinist of wisselstoring uit de weg ruimen. In tegenstelling tot reizen met de trein is de ov-fiets relatief goedkoop, maar nog veel belangrijker: je kunt ermee vertrekken en arriveren wanneer je wilt. Twijfelen over een laatste of één na laatste biertje in de kroeg hoeft niet meer: met de ov-fiets weet je precies hoe laat je ergens terechtkomt – je kunt het zelfs zelf beïnvloeden.

Je hoeft niet langer te panikeren om kwetsbare overstapexercities van bus op tram op trein die door allerlei onvoorziene factoren een reis kunnen verstieren. Het leven van een ov-forens hangt van verrassingen, frustraties en onzekerheden aan elkaar, maar niet met de ov-fiets: (vrijwel) altijd en voor bijna iedereen beschikbaar.

Het is vaak verleidelijk om af te geven op de NS. Reizen met de trein is de afgelopen jaren niet aantrekkelijker maar wel prijziger geworden. De komende jaren zal dat waarschijnlijk niet anders zijn. Die kritiek is luid – en vaak terecht, maar soms ook ongenuanceerd.

Een gemiddelde reportage over treinstoringen geeft de indruk dat Nederland qua openbaar vervoer volledig vastloopt. Aandacht voor positieve en probleemvrije ov-perikelen is er zelden. Daarom deze ode aan de ov-fiets, die mijn leven in elk geval een stuk comfortabeler heeft gemaakt.

Wie zich volgende week weer als een haring in een ton probeert te wurmen door rond het spitsuur een tram, bus of metro in te stappen, weet dat er een alternatief is: gezonder, comfortabeler en betrouwbaarder.

Gun jezelf dat kleine beetje onafhankelijkheid en pak wat vaker de ov-fiets. Ontstaat er gelijk meer ruimte voor de minder vitale reizigers die echt afhankelijk zijn van het openbaar vervoer.