Een fataal ongeluk op een bouwlocatie kost aan een jonge vader het leven. Was het werk te onveilig?

De Zitting Draagt het funderingsbedrijf schuld voor het bedrijfsongeval dat aan een jonge vader het leven kostte? Of waren de werkinstructies ondermaats? Over de verantwoordelijkheid voor een „heftig” en „triest overlijden”.
De Zitting

Het gebeurde bijna vier jaar geleden rond 07.30 uur op een bouwlocatie in Loosdrecht. Een 34-jarige werknemer, vader van twee jonge kinderen en een stiefdochter, mag die dag voor het eerst alleen werken naast een funderingsmachine. Hij hijst er een betonslang mee omhoog. Die komt klem te zitten en dan valt een werkplatform zo’n twintig meter naar beneden. Op het hoofd van de vader. Hij overlijdt ter plekke.

Na het ongeval begint de Arbeidsinspectie een strafrechtelijk onderzoek. Die concludeert: funderingsbedrijf Vroom BV voldeed niet aan de Arbo-wet die werkgevers tot een veilige werkomgeving verplicht.

Tijdens de zitting van ruim tweeënhalf uur vragen drie rechters de verantwoordelijke van Vroom naar de technische details van de hijswerkzaamheden. Was de gebruikte techniek wel veilig? Wat wist het slachtoffer van de risico’s?

‘Best een dik boek’

Volgens het OM was het „ontzettend gevaarlijk” om met een funderingsmachine hijswerkzaamheden uit te voeren. Deze manier van werken is zelfs verboden volgens de fabrikant, zegt de officier. Het slachtoffer was bovendien te onervaren om de risico’s te kunnen inschatten.

En dan was er nog een haperende ruitenwisser. De machinist die oogcontact met de medewerker op de grond moest houden, had die dag slecht zicht: de wisser was stuk, de machinist kon onmogelijk zien wat op de grond gebeurde.

Een boete van 75.000 euro acht het OM passend.

De verdachte legt in plat Amsterdams, op het puntje van zijn stoel, de technische details uit.

Voorzitter: „Er ontbreekt een werkinstructie over de betonslang hijsen, klopt dat?”

Verdachte: „Alle werknemers krijgen het boekje Veilig Funderen. Dat is best een dik boek.”

De voorzitter leest een brief voor van de niet aanwezige moeder van de kinderen. „Het kost me dagen om dit stuk te schrijven. De tranen gaan over mijn wangen als ik dit tik. De mannetjes hebben het moeilijk. Soms komen ze huilend naar beneden omdat ze hun vader zo missen. Totaal onverwacht stond de politie die ochtend op de stoep. Hun vader is dood. We hebben nog geen kaartje [van Vroom] ontvangen. Ik heb het niet breed. De kinderen kunnen niet op sport. Het is intens verdrietig.”

Het is stil in de zaal.

Dan zegt de voorzitter. „Dit is heftig. Hier ligt voor u nog een taak.” De verdachte wacht even en zegt: „Dat begrijp ik.”

Dan verrijst een boomlange figuur in toga. De advocaat neemt in stilte alle tijd om zijn spreektafel op de juiste hoogte af te stellen. Met brede armgebaren, waarbij zijn gewaad sierlijk langszij zwiept, begint hij aan een uitgebreid betoog.

De mannetjes hebben het moeilijk. Soms komen ze huilend naar beneden omdat ze hun vader zo missen

Moeder in een voorgelezen brief

Het is een „triest overlijden”. Maar vandaag is de vraag of de wet is overtreden. Dat vereist een causaal verband. En het verwijt dat de officier aan Vroom maakt, is een verwijt aan de instantie die de richtlijnen maakt. Het hijsen van de betonslang, met alle gevaren van dien, is niet specifiek beschreven in de Arbo-instructies. Daarmee is dit gevaar niet onderkend. En als je de risico’s niet kent, kun je niet spreken van opzet. En het is de taak van de machinist om voor goed zicht te zorgen.

De branchevereniging zegt niet dat deze manier van hijsen verboden is. In de instructie staat dat er „geen mensen onder de last” aanwezig moeten zijn. Helaas ging het slachtoffer dicht bij de last staan. Het platform is gevallen door onvoldoende borging vanuit het ontwerp van de machine. Er is nadien contact geweest met de fabrikant. Het ontwerp is aangepast. Dat zijn de feiten. Vrijspraak is de enige juiste conclusie besluit de advocaat.

De verdachte heeft het laatste woord. Het ongeval heeft een diepe indruk achtergelaten in zijn bedrijf. Het was onvoorzien. Zowel bij Vroom als in de branche zijn bij soortgelijke funderingsmachines wijzigingen doorgevoerd. Vroom wenst de nabestaanden veel sterkte met het verlies.

De rechters oordelen dat verdachte niet in strijd handelde met de Arbowet. Het gevaar was nergens onderkend en verdachte behoorde dus ook niet daarvan op de hoogte te zijn. Vrijspraak. Het OM gaat in hoger beroep.