Ecoparalyse, solastalgie – nieuwe termen in tijden van een klimaatcrisis

Opwarmende oceanen, smeltende gletsjers, uitstervende diersoorten – en dan wil milieufilosoof Glenn Albrecht het over táál hebben? „Ja, filosoof Ludwig Wittgenstein zei het al mooi: ‘De grenzen van de taal zijn de grenzen van mijn wereld.’ Een belangrijke manier om oplossingen te verzinnen voor problemen die onoplosbaar lijken, is om de taal uit te breiden.”

Niet dat taal zelf de hele oplossing is, volgens de 71-jarige Albrecht, maar in elk geval kan nieuwe taal nieuwe manieren van kijken en denken mogelijk maken, en daarmee ook nieuwe manieren van handelen, betoogt hij in zijn nieuwste boek Aarde-emoties, recentelijk verschenen in Nederlandse vertaling.

„Er gebeurt iets met de aarde, dat onze taal nog niet goed kan vatten”, zegt de Australiër tijdens een digitaal gesprek. „De schok van het nieuwe vereist niet alleen een verschuiving in technologische en wetenschappelijke termen. De termen die we gebruiken zijn van toepassing op de huidige geologische periode, het Holoceen, een periode waarin de aarde een relatief stabiel klimaat had. Nu betreden we een nieuw tijdperk waarin we op een andere manier moeten leren praten over wat er gebeurt.”

Volgens hem zorgen nieuwe woorden ervoor dat er gesprekken mogelijk zijn over wat mensen voelen en over wat we willen, waar we naartoe kunnen als mensheid. Een beetje zoals bij het relatief nieuwe woord ‘vliegschaamte’: zo’n term zorgt voor meer begrip over wat mensen voelen, het verschuiven van een sociale norm, en het geven van een naam zorgt voor nieuwe oplossingen.

In het boek van Albrecht staan tientallen samentrekkingen en neologismen die ons kunnen gidsen – wat zijn de belangrijkste volgens hemzelf? Een klein lexicon van nieuwe woorden voor deze nieuwe tijd.

[so· la· stal· gie (de; v)]Solastalgie

Een samentrekking van soelaas en nostalgie, in het Nederlands komt de term ‘troostwee’ misschien nog wel het dichtstbij. Er zit ook iets van eenzaamheid (solitude) in besloten. Albrecht koppelt het expliciet aan het gemis van troost uit het landschap, door de snel veranderende natuurlijke omgeving. Wat betekent solastalgie volgens hem? „Het is een gevoel dat bij me opkwam toen ik werd geconfronteerd met grootschalige kolenmijnbouw in New South Wales, in Australië.” Hoe die mijnbouw ecosystemen en het landschap aantast. De term solastalgie komt uit de waarneming dat er een verbinding is tussen het lijden van ecosystemen en het lijden van mensen. Landschapspijn, zou je het ook kunnen noemen.

Solastalgie is een woord dat Albrecht al 20 jaar geleden bedacht en dat wereldwijd is aangeslagen: er zijn inmiddels films, musicals, schilderijen en onderzoeken in de klimaatpsychologie aan gewijd. „Dat laat wel zien dat nieuwe woorden daadwerkelijk veranderingen in het denken in gang kunnen zetten.”

[Sym· bi· o· ceen (het; o)]Symbioceen

Het benoemen van de emotie is pas de eerste stap, volgens Albrecht. Vervolgens moeten er ook uitwegen uit de pijn worden verzonnen: „Negatieve emoties zoals solastalgie kunnen alleen ondervangen worden als ze bij de wortel worden aangepakt. Daarom bedacht ik het woord ‘symbioceen’, om richting te geven aan het tijdperk waarin we de confrontatie aangaan met het antropoceen.”

Het antropoceen, dat is de naam die sommige wetenschappers aan het huidige tijdperk hebben gegeven. Waarin de mens (antropos) centraal staat en blijvende sporen achterlaat op en in de aarde. Het symbioceen is Albrechts term voor de gedroomde opvolger: een tijdperk waarin de symbiose met de rest van het leven op aarde weer centraal komt te staan, met meer balans tussen mens, natuur en technologie.

We leven nog lang niet in dat symbioceen, erkent hij, en het klinkt nogal utopisch, maar hij ziet wel dat er al op veel plekken wordt geëxperimenteerd met deze symbiose, met manieren om samen te leven met de natuur, zoals regeneratieve landbouw, en het anders omgaan met grondstoffen. „Veel bedrijven en ontwerpers zijn de laatste tijd bezig met mycelium, schimmeldraden waaruit paddestoelen groeien, ter vervanging van plastic uit aardolie. Mycelium blijkt een veelzijdig materiaal te zijn voor het maken van kleding, bouwmaterialen, en misschien kun je het zelfs laten leven terwijl je het gebruikt. Lévende materialen, die zouden onze verhouding tot de natuur toch totaal anders kunnen maken.” Volgens hem komen er zo alternatieven op voor de grootschalige uitputting en exploitatie van de natuur voor menselijke consumptie.

[E· co· pa· ra· ly· se (de; v)]Ecoparalyse

Dit beschrijft de verlamming die mensen kunnen voelen bij de huidige ecologische crises.

„Het is een psychologische emotie die belet dat we in actie komen.” Wat maakt het nou uit dat ík spaarlampen neem of stop met vliegen? Terwijl: als je onderdeel bent van het levende systeem dat de aarde is, kunnen ook kleine handelingen uiteindelijk groot effect hebben.”

Verlamming is geen rationele manier van reageren, vindt Albrecht, en maakt het probleem alleen maar erger: „Wat mij betreft is ecoparalyse, net als solastalgie, een woord dat het liefst zo snel mogelijk weer verdwijnt.”

[E· co· a· gno· sie (de; v)]Eco-agnosie

Dit is Albrechts aanvulling op een populaire term in het klimaatdebat, ‘generationele amnesie’, de vergeetachtigheid van generaties over wat we verliezen als de natuur zo aangetast is. „Maar de situatie waarin we nu zitten, is nog erger dan dat we het alleen vergeten”, zegt Albrecht. „Je kunt niet vergeten wat je nooit hebt gekend.” Vandaar agnosie, van het oud-Griekse agnosis: niet-weten. „Kinderen van nu kunnen simpelweg niet weten hoe het is om rauwe, wilde natuur te ervaren, omdat die op veel plekken is verdwenen. We ervaren niet dezelfde natuur als mensen twee, drie generaties geleden. We zitten niet alleen in afgesloten bubbels van sociale media maar ook in bubbels van onwetendheid. De term eco-agnosie is mijn poging om daar een woord aan te geven.”

[sum· bi· o· fi· lie (de; v)Sumbiofilie

De Grieken gebruikten het woord sumbios breder dan hoe biologen tegenwoordig het begrip symbiose gebruiken, vertelt Albrecht. „Het betekent letterlijk ‘een samen-leven’, en heeft niet alleen betrekking op organismes die met elkaar leven in de natuur, zoals de term in de biologie wordt gebruikt. In de oorspronkelijke betekenis was sumbios ook het samenleven van mensen met mensen, en het samenleven van mensen met de rest van de natuur.” Filein betekent liefhebben, en daarin zit misschien wel de belangrijkste sleutel voor Albrecht: „Dat lijkt me een weg uit de crises waarin we nu zitten: het herontdekken van de liefde voor elkaar, én voor de natuur – de liefde voor het leven.”


Lees ook
Samenleven met de natuur, dat proberen ze in deze Amsterdamse buurt

De Baaibuurt op Zeeburg, waar studentenwoningen en een vrijplaats zijn. An Kramer (rechts) geeft de rondleiding, Maryn van der Eyden (links) woont er.