De bevolkingsonderzoeken voor borstkanker, darmkanker en baarmoederhalskanker voorkomen jaarlijks duizenden sterfgevallen en besparen de samenleving per jaar netto 60 miljoen euro aan toekomstige zorgkosten. Dat is de conclusie van een onderzoek van het Erasmus MC naar de kosteneffectiviteit van de drie bevolkingsonderzoeken. De besparing die onderzoek naar darmkanker oplevert is zelfs groter dan de totale kosten van het bevolkingsonderzoek.
Per honderdduizend mensen kunnen de bevolkingsonderzoeken ruim tweeduizend gevallen van darm- en baarmoederhalskanker voorkomen, blijkt uit het onderzoek. Borstkanker is niet te voorkomen, omdat het geen opspoorbaar voorstadium heeft. Screening kan wel het aantal sterfgevallen door de ziekte voorkomen. Bij elkaar opgeteld voorkomen de drie onderzoeken ruim 2.500 sterfgevallen per 100.000 mensen. Screening op borstkanker voorkomt de meeste sterfgevallen per honderdduizend vrouwen.
Iedere vier jaar wordt berekend hoe kosteneffectief de drie bevolkingsonderzoeken zijn. Dit keer beschikten de onderzoekers van het Erasmus MC over extra accurate data. Ze konden een dataset raadplegen die alle kosten bijhoudt die zorgverzekeraars hebben vergoed. „Daardoor konden we alle zorg in kaart brengen die patiënten met één van deze drie soorten kanker gebruiken, niet alleen de kosten van de kankerbehandeling zelf”, zegt hoofdonderzoeker Iris Lansdorp-Vogelaar, hoogleraar in modellering van vroegopsporing van kanker bij het Erasmus MC.
Lansdorp-Vogelaar: „We konden bijvoorbeeld meenemen hoeveel extra zorg bij de huisarts of fysiotherapeut zij gebruikten ten opzichte van mensen zonder die vormen van kanker. Op die manier stelden we nauwkeurig vast wat de zorg voor deze patiënten kost, en hoeveel zorgkosten het voorkomen daarvan de samenleving bespaart.”
Lees ook
Pleidooi om vroeger te screenen op darmkanker. Waarom wijkt Nederland af van Europese aanbeveling?
Kosteneffectief
De onderzoekers bootsten de hele route na die iemand met de screening doorloopt. Daarin zijn alle kosten meegenomen, van het versturen van de uitnodigingen en de analyse van de resultaten tot de kosten van vervolgonderzoek en eventuele behandeling na een ongunstige testuitslag. Die totale kostenpost, zo’n 155 miljoen euro, legden de onderzoekers langs de meetlat van de prijs die in Nederland wordt gehanteerd voor één gewonnen levensjaar. Voor preventieve ingrepen, zoals een screening, is die grens onlangs verschoven van 20.000 naar 50.000 euro.
„Alle drie de screenings zijn kosteneffectief, ze overschrijden niet die grens van 50.000 euro en kosten dus niet méér dan we bereid zijn uit te geven aan een bevolkingsonderzoek”, zegt Lansdorp-Vogelaar. „Screening voor darmkanker en een deel van baarmoederhalskanker (de groep die geen vaccin tegen baarmoederhalskanker heeft gehad) levert zelfs geld op. Door een voorstadium van deze kankers vroeg op te sporen worden in de toekomst meer zorgkosten bespaard dan het testen kost.”
Onderaan de streep is onze conclusie voor deze drie onderzoeken dat de voordelen opwegen tegen de nadelen
Fout-positief
Afgelopen april kwam de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) nog met een alarmerend rapport over de „forse nadelen” van vroegtijdige screenings en diagnoses in de zorg. RVS-voorzitter Jet Bussemaker bepleitte in NRC dat de voordelen van de bevolkingsonderzoeken voor kanker te hoog worden ingeschat, en de nadelen te laag, mede omdat in veel gevallen uit zo’n screening een fout-positieve uitslag komt, een vals alarm dus. „Dat zorgt voor angst, stress en onzekerheid”, aldus Bussemaker.
Volgens Lansdorp-Vogelaar spreekt het onderzoek van het Erasmus MC die conclusie niet tegen. „Het doel van dat rapport was ook om een kritisch tegengeluid te laten horen. Ook wij vinden dat je niet zomaar moet screenen voor alle soorten kanker. Maar onderaan de streep is onze conclusie voor deze drie onderzoeken wel dat de voordelen opwegen tegen de nadelen.”
In het onderzoek nam Lansdorp-Vogelaar ook de ongunstige aspecten van screening mee, zoals fout-positieve uitslagen en de impact die dat op mensen kan hebben. Dat verlies aan kwaliteit van leven trokken de onderzoekers af van de gezonde levensjaren die een screening kan opleveren. Zo corrigeerden ze voor de negatieve aspecten van een bevolkingsonderzoek.
„Wellicht heeft de RVS anders beoordeeld dan wij hoe zwaar een te voorkomen sterfgeval weegt ten opzichte van een overdiagnose of een onterecht positieve testuitslag”, zegt Lansdorp-Vogelaar. „Dat soort dingen is heel moeilijk meetbaar te maken, omdat het subjectief blijft.” Wel benadrukt ze dat het kritische rapport van de RVS een onderscheid maakt tussen de overdaad aan testen en screenings in het ziekenhuis enerzijds, en de drie bevolkingsonderzoeken anderzijds. „Die laatsten komen daar positiever uit.”
Lees ook
Dicht borstweefsel, hoger borstkankerrisico, maar geen extra onderzoek. Waarom niet?
