Nieuws in het kort:
- Een 64-jarige notaris uit Drenthe is berispt door de notariskamer in Arnhem nadat hij „op een ontoelaatbare manier zijn seksuele privéaangelegenheden heeft vermengd met de uitoefening van zijn ambt”.
- De tuchtzaak was aangespannen door twee kantoorgenoten met wie hij in een maatschap zit. Zij beschuldigden hem van disfunctioneren en van grensoverschrijdende seksuele escapades op kantoor en onder kantoortijd.
- Ondanks de berisping gaan beide klagers in hoger beroep. Ze blijven ervan overtuigd dat er voldoende grond is om hun collega uit het notarisambt te laten ontzetten.
Originele akten missen in de kluis. Aantekeningen stopt hij niet in dossiers. Van cliënten gaan, tegen de regels in, de dossiers in kratjes mee naar huis. Regelmatig moeten zijn passeerafspraken op het allerlaatst worden verplaatst. Veelvuldig is hij tijdens kantooruren afwezig. Het is een kleine greep uit de beschuldigingen aan het adres van notaris Hans Veldkamp, naamgever van notariskantoor Veldkamp & Prins uit Drenthe, waarover de Kamer voor het Notariaat in Arnhem afgelopen maand moest oordelen.
De tuchtzaak is uitzonderlijk. Niet alleen omdat de klacht is ingediend door twee collega-notarissen met wie de 64-jarige Veldkamp in één en dezelfde maatschap zit. Het is ook voor het eerst dat het tuchtcollege zich buigt over seksueel gedrag van een notaris. Volgens notaris-maten Harriët Prins en Astrid Mink „disfunctioneert” hun collega, staat in hun klacht, en kampt hij met „een seksverslaving”. Dat maakt de notaris, bijna veertig jaar in het vak, „chantabel” en „kwetsbaar voor afpersing”. En misschien nog wel belangrijker, vragen ze: in hoeverre schaadt zijn gedrag de eer en het aanzien van het onkreukbare notarisambt?
Personeelsleden trokken maart vorig jaar bij kantoorgenoot Mink aan de bel. Een registerklerk op de vestiging waar Veldkamp de leiding heeft, ondervond dat het privéleven van haar werkgever zijn notariswerk belemmerde, blijkt uit documenten ingediend bij het tuchtcollege. Zonder het te willen zag ze op de kantoorcomputer seksberichten van de baas voorbijkomen, boekingen bij secretrooms.nl en intieme sinterklaasgedichten voor een maîtresse. Een collega-klerk, inmiddels vertrokken, moest cliënten afbellen, getuigt hij, „terwijl ik wist dat de notaris seksuele afspraken had buiten kantoor”. Dat nam „zulke proporties aan dat hij wekelijks meerdere keren afwezig was en dat klanten zes à zeven keer opeenvolgend werden afgebeld”.
De beklaagde notaris is een populaire Drent, die na een rechtenstudie in Groningen geen advocaat werd ‘want dan moe’j recht praoten wat krom is’. Koffiekennis van de burgemeester, huisnotaris van de gemeente Borger-Odoorn, controleur van het verkiezingsprotocol, maatschappelijk en cultureel betrokken. Hij deed er weinig aan om zijn privé-escapades op kantoor tegenover ondergeschikten te verbergen. Waar stopt het privéleven, waar begint de uitoefening van de publieke functie?
Op kantoor stond een sporttas, vertelt personeel in zes getuigenverklaringen, met dameslingerie, boxershorts en hoge hakken. Erotische hulpmiddelen, in het bijzonder touw en glijmiddel, zouden in spreekkamer 1 liggen, in een antieke kast. En op de kantoorcomputer tussen de digitale adviesdossiers vond de registerklerk een ‘overeenkomst’ tussen haar notaris-baas en een man-vrouwkoppel. Het koppel leverde seksuele diensten in ruil voor betaling. „Hans zal aan A. [de vrouw, red.] vijfhonderd euro (€500,00) voldoen, nadat de tijdelijke en gedeeltelijke overdracht is bekrachtigd in een overdrachtsritueel.”
Recht op overspel
Plaats van handeling, staat zwart op wit in de overeenkomst, is het notariskantoor, tussen 19.00 en 21.00 uur ’s avonds. De formuleringen kunnen zo uit een notariële akte komen. Alleen: hier gaat het niet om een erfenis of de verkoop van een huis, maar om het gedetailleerd vastleggen van het ‘recht op overspel’.
„Partijen hebben de intentie uitgesproken”, aldus de overeenkomst, „elkaar te ontmoeten op het kantoor van Hans in welke ontmoeting [de vrouw] A. het middelpunt van sexuele activiteiten van [de man] R. en Hans zal zijn, A. zal zich daaraan ook onderwerpen, voor die tijdsperiode wordt A. gedeeltelijk overgedragen aan Hans om zo uitvoering te geven aan het aan hen toekomende recht op overspel.” En dan volgt een reeks expliciete seksuele gedragingen met lichaamsdelen die wel en niet betrokken dienen te worden.
Een handjevol personeelsleden zit op de publieke tribune van de rechtbank in Arnhem als de notariskamer de zaak, buiten aanwezigheid van de pers, op 15 december behandelt. Namens de twee klagende notarissen dringt raadsman Everhard Voorberg aan op de zwaarste tuchtmaatregel die er is, blijkt uit de pleitnota. Een waarschuwing, berisping of tijdelijke schorsing vindt hij niet volstaan. De notaris moet onmiddellijk uit het ambt worden gezet, ‘ontzet’ in notaristaal. Behalve kantoor en maatschap heeft hij het „volledige notariaat schade berokkend”, houdt Voorberg het tuchtcollege voor.
De „buitengewoonlijke, seksuele gedragingen” bestrijdt Veldkamp niet, reageert zijn advocaat Peter Kramer in zijn „pleitaantekeningen”. De notaris heeft „verkeerde keuzes gemaakt”. Hij „heeft daar enorm veel spijt van en heeft daar lering uitgetrokken”. Tegelijkertijd kan dit gedrag zijn cliënt niet tuchtrechtelijk worden aangerekend, betoogt de raadsman. De sporttas en de „litigieuze” documenten zijn onrechtmatig door het personeel verkregen. Ja, ze stonden op kantoor, maar, benadrukt hij, in het zogeheten „kenbare privédomein”. De tas stond achter slot en grendel, en de documenten zaten niet in werk- maar in privédossiers. „Het was voor de notaris in redelijkheid niet voorzienbaar dat werknemers daar kennis van zouden nemen.”
Voorzittersgesprek
De tuchtklacht belandde op 5 juni vorig jaar bij de Kamer voor het Notariaat. Astrid Mink en Harriët Prins hadden het bedenkelijke gedrag binnen de maatschap aangekaart, maar ze belandden onderling in een patstelling. De vier notarissen en de kandidaat-notaris met een werkgebied dat een derde van de provincie Drenthe beslaat, stonden lijnrecht tegenover elkaar. Hans Veldkamp en zijn collega-notaris die allebei kantoor houden in Borger, met de kandidaat-notaris (locatie Oosterhesselen) tegenover de notarissen Mink (kantoor Emmen) en Prins (kantoor Beilen). De kwestie zette de verhoudingen op scherp: het was ‘Hans eruit’ of het kantoor loopt leeg. De vijf stuurden aan op ontvlechting van de maatschap.
Afgelopen juli volgde in de rechtbank van Arnhem een oriënterend voorzittersgesprek dat vooraf gaat aan de inhoudelijke behandeling van een tuchtzaak. De voorzitter van de notariskamer ontving onder meer de beklaagde notaris en drie maatschapsleden – nummer vijf was op vakantie. Zij drong erop aan, volgens aanwezigen, om nogmaals te proberen via ‘mediation’ tot een oplossing te komen, zonder tussenkomst van het tuchtcollege. Onmiddellijke schorsing van de notaris vond de voorzitter niet nodig. Personeelsleden die zich over diens disfunctioneren hadden beklaagd werkten niet langer op zijn kantoor in Borger. Dat hadden ze verruild voor de vestiging in Emmen.
Een onafhankelijk notaris-nestor uit Zuid-Holland, ervaren in bemiddeling, nam de mediation op zich. Hij bestudeerde de stukken en sprak met alle maatschapsleden. Op 25 september mailt hij de notaris-maten een voorstel dat NRC heeft ingezien. Op acht A4’tjes schetst hij zijn „eerste gedachten op hoofdlijnen ter overweging”. Kort en goed koerst hij op een splitsing. De twee klagers in de ene maatschap, de overgebleven drie notaris-maten, inclusief Hans, in de andere. Die zou dan per 1 januari 2024 zijn ontslag moeten nemen als notaris, maar kan als kandidaat-notaris ondersteuning blijven verlenen als hij het met de twee direct betrokken maten eens wordt over de voorwaarden. Zonder dat de twee afgesplitste notarissen daar zeggenschap over hebben.
Maar de bemiddeling loopt spaak. Beide klagende notarissen haken af. Hoezo kan Hans als kandidaat-notaris aanblijven? Het is voor hen „onaanvaardbaar” dat een notaris die zich schuldig maakt aan wangedrag blijft doorwerken, op welke manier dan ook. Ook krijgen de twee in overweging „de klachtprocedure op te schorten” in afwachting van een minnelijke oplossing. Laat de maatschap de kwestie nou onderling afhandelen, vindt de bemiddelaar, buiten de notariskamer om. „Openbaarheid met verhalen die een eigen leven gaan leiden, raken alle maten. Zelfs in de ‘anonieme’ notamail [de landelijke notarisnieuwsbrief] of een persbericht zal een uitspraak naar jullie zijn te herleiden en beschadigt het jullie als notaris/kandidaat-notaris en daarmee alle medewerkers van de maatschap.”
Onaanvaardbaar
„Volstrekt ongepast”, fulmineert emeritus hoogleraar notarieel recht Martin Jan van Mourik als NRC hem de gang van zaken voorlegt. „Het ambt is niet gediend met het afdekken van dit soort misstanden”, zegt hij. „Daar ben ik zwaar op tegen”. Het gaat om een publiek ambt. Een notaris moet onafhankelijk, onpartijdig, betrouwbaar en integer zijn. Een notaris wordt benoemd door de koning en is beheerder van het protocol. Van Mourik: „Daar horen plichten bij.” Seksuele escapades op kantoor onder kantoortijd? „Dát vind ik voor een notaris onacceptabel, wat de Kamer voor het Notariaat ook oordeelt. De zweren moeten uitgesneden worden.”
Voor steun uit de sector zocht Prins contact met de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) die in 2023 3.430 leden telde. In de mailwisseling die NRC heeft ingezien, is te lezen dat „de KNB niet direct een rol voor zichzelf ziet weggelegd in deze situatie”. Ook benaderde de klaagster Mariëtte Hamer, regeringscommissaris seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld. Maar verder kwam ze niet. Zij en Mink moesten het alleen doen. Is dit typerend voor de notariscultuur – een cultuur van macht, aanzien, geslotenheid en selectieve omgang met de regels?
Opvallend is de rol van de ‘local compliance officer’ in de maatschap, de kandidaat-notaris, tijdens de tuchtprocedure. Nee, zij had de werknemersverklaringen niet gelezen, vertelde ze de notariskamer tijdens het voorgesprek, maar ze had toch partij gekozen. Niet voor het personeel, maar voor Hans, haar begeleider. Dat wegkijken neemt het personeel haar kwalijk. Uit haar schriftelijke steunverklaring rijst het beeld op van Hans als joviale mentor-notaris die fungeert als haar „vraagbaak en steun”. Ze werkten in Borger „zeer prettig” samen, de sfeer was „goed, gemoedelijk en open”.
En hoe kijkt ze aan tegen de personeelsverklaringen? Drie jaar geleden maakte het personeel nog grappen, meldde ze. En ze memoreerde een feestakte die getuigen hielpen schrijven ter gelegenheid van het laatste ambtslustrum van de beklaagde. Hij zou medewerkers „ten strengste hebben verboden ‘vrouwenvragen’ te stellen[…]”. Ook schrijven ze in die akte dat de notaris „het enorm waardeert” als „vrouwelijke collega’s op pumps” naar kantoor komen en ze besluiten met de nabrander „dat inherent is aan ons vak […]: what happens at kantoor, stays at kantoor”.
De tuchtrechter beslist anders. Het disfunctioneren van de notaris, oordeelde de Kamer voor het Notariaat deze woensdag, is weliswaar onvoldoende overtuigend voor het voetlicht gebracht. Toch krijgt hij een tuchtmaatregel opgelegd. De notaris wordt berispt vanwege „grensoverschrijdende seksuele escapades die op kantoor en onder kantoortijd hebben plaatsgevonden waardoor de eer en het aanzien van en het vertrouwen in het notarisambt ernstig zijn geschaad.” Deze gedragingen zijn wel degelijk tuchtrechtelijk laakbaar. Uit de motivatie: „De notaris heeft zijn seksuele privéaangelegenheden op een ontoelaatbare manier vermengd met de uitoefening van het notarisambt. […] waarmee werknemers een door de notaris gecreëerde onveilige werkomgeving hebben ervaren.” In het register voor het notariaat staat de berisping niet. Dat gebeurt alleen als de tuchtrechter dat expliciet voorschrijft.
Rekent de KNB het zichzelf aan dat de organisatie aan de zijlijn is blijven staan? Nee, reageert een woordvoerder, de zaak werd aangedragen toen die al onder de rechter was. En dat de tuchtrechter vaststelt dat vertrouwen in het notariaat ernstig is geschaad, gebeurt vaker. „Elke opvallende veroordeling kan schadelijk zijn voor het imago van het notariaat. De KNB is echter van mening dat de overtreding meer zegt over de individuele notaris dan over het notariaat in zijn algemeenheid.”
Advocaat Peter Kramer laat namens de berispte notaris weten dat „wij hebben kennisgenomen van de beslissing en deze goed gaan bestuderen”. Klaagsters Astrid Mink en Harriët Prins gaan in hoger beroep. De tuchtmaatregel volgt niet logisch op de overtredingen in de uitspraak, mailt hun raadsman.
Emeritus hoogleraar Van Mourik noemt de uitspraak „onthutsend”. Dit gedrag berispen, zegt hij, „is als een taakstraf voor een notoire boef. Dit is geen private aangelegenheid in de vrije tijd op een exotisch eiland maar een regionaal uitgewaaierde semipublieke misstand.” Hij citeert uit De Notariswet, editie 2017 Melis-Waaijer. „De gedragingen richten maatschappelijke schade aan, zoals het verlies van onontbeerlijk vertrouwen in de geloofwaardigheid van het notariaat.” Zijn conclusie: „Ontzetting uit het ambt is de enige juiste maatregel.”