Connect to innovate staat op de penning die maandagmiddag in de Nieuwe Kerk in Den Haag aan 62 engineers wordt uitgereikt. De penning is onderdeel van hun installatie tot ‘fellow’ van de Netherlands Academy of Engineering (NAE). Het zijn de eerste fellows – leden – voor de NAE, hiermee is de academie van engineers officieel van start gegaan.
„Fellows worden voorgedragen. Ze moeten zich bewezen hebben in hun vakgebied, hun stempel hebben gedrukt op belangrijke innovaties en nog steeds midden in de technologie staan. Inhoudelijk, niet als manager”, zegt Henk van Houten, voorzitter van het NAE-bestuur en voormalig Chief Technology Officer bij Philips.
„Naast die bepaalde status, zijn ze ook geselecteerd omdat ze zich willen inzetten”, vult vicevoorzitter Sjoukje Heimovaara aan, tevens bestuursvoorzitter van Wageningen Universiteit en Research. „De NAE is er om technologische innovatie in Nederland verder te brengen. We verwachten echt wat van ze, dat ze iets gaan betekenen voor het technologische ecosysteem.”
Waarom een aparte academie voor ingenieurs? Wetenschappers met een technische achtergrond kunnen toch ook lid worden van de KNAW?
Van Houten: „De KNAW is algemener en is er vooral voor de wetenschap. Bij ons kunnen ook mensen uit het bedrijfsleven fellow zijn. De KNAW erkent en herkent ook dat wij nodig zijn. Innovatie mag nadrukkelijker gehoord worden. We zitten inmiddels in een vierde industriële revolutie. Innovatie is de maatschappij opnieuw sterk gaan beïnvloeden en het tempo versnelt alleen maar.”
Wat gaat de Netherlands Academy of Engineering doen?
Van Houten: „We willen ten eerste debat over technische onderwerpen en innovatie stimuleren. Als we onderwerpen veelbelovend of belangrijk vinden, kunnen we ook een advies uitbrengen, vooral gericht aan wetenschap en bedrijfsleven. Fellows vormen daarvoor een werkgroep, die zich een maand of twee in het onderwerp gaat verdiepen. Het is de bedoeling zo’n advies heel praktisch te maken. En ons kan ook om advies gevráágd worden, door bijvoorbeeld overheden. We hebben deskundigen met allerlei specialismes in huis dus we kunnen breed denken.”
Heimovaara: „We zitten bij elkaar met mensen die geselecteerd zijn op hun prestaties, maar de club is onafhankelijk. Dat is het unieke. Als je onderwerpen vanuit een kennisinstelling of bedrijf adresseert dan speelt vaak een belang mee. Maar als je vanuit een brede ingenieursgroep spreekt, én erbij zegt dat je je ervoor in wil zetten, dan kun je een sterker signaal afgeven.”
Aan wat voor thema’s denken jullie?
Heimovaara: „De schaarste aan engineers, bijvoorbeeld. Dat is een vrij acuut probleem. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat we genoeg technische mensen hebben om grote transities door te maken?”
Van Houten: „Ik denk aan de energietransitie. Soms wordt er meer aan symptoombestrijding gedaan dan aan een systeemoplossing gewerkt. We gingen eerst veel zonnepanelen leggen, veel windparken op zee bouwen, en toen kon het elektriciteitsnet het ineens niet aan. Hoe houden we bij grote maatschappelijke transities met alle aspecten meteen rekening?”
Dit soort uitdagingen speelt al langer, waarom is de NAE juist nu opgericht?
Van Houten: „De academie van engineers in Zweden bestaat al meer dan honderd jaar, maar dat is een uitzondering. Die in Frankrijk en Duitsland bestaan zo’n twintig jaar. De laatste jaren zijn die sterk gegroeid, en hun invloed ook. Nu zetten we in Nederland ook deze stap.
Heimovaara: „De transformaties die nu gaande en nodig zijn, zijn steeds meer geïntegreerd. Technologie speelt een grote rol in andere domeinen dan alleen de technologie zelf. AI in de gezondheidszorg bijvoorbeeld. Om verschil te maken op zulke thema’s moet je vanuit veel kanten tegelijk kunnen denken. Inhoudelijk gaan onze fellows van biotechnologie tot waterzuivering, van high tech systems tot AI. We hebben bij de selectie van de fellows gezorgd ook gezorgd voor een goede mix aan achtergrond als het gaat om bedrijfsleven of wetenschap, mannen en vrouwen en internationale en culturele diversiteit. Wat ons bindt is het denken als een engineer, oplossingsgericht.”