Demissionair, maar wel de begroting flink verbouwen. Wat deugt er van die nieuwe belastingplannen?

Column Ja, het bedrijfsleven gaat betalen, maar sommige belastingen zijn best een goed idee, schrijft Marike Stellinga.

Illustratie Martien ter Veen

De Tweede Kamer kreeg de afgelopen week veel kritiek. De afspraken tussen de vier politieke partijen achter het demissionaire Rutte IV bestaan niet meer, en de Kamer ging los. Die bedacht na Prinsjesdag zelf allerlei plannen in wisselende coalities van partijen.

De VVD vond een Kamermeerderheid die de accijnsverhoging op brandstof wil tegenhouden. Kosten voor de schatkist: zo’n 1,4 miljard euro. Hoe de VVD dat wil betalen? Er ligt vast nog wel ergens geld op de plank bij een ministerie, en anders zijn er de aardgasbaten of de miljarden van het Groeifonds. En hop, daar was een Kamermeerderheid.

GroenLinks en PvdA wilden een hoger minimumloon en meer geld voor mensen met jonge kinderen. Kosten: pakweg 1,7 miljard euro. Om dat te betalen willen de partijen de bankbelasting verhogen, een belasting invoeren op bedrijven die hun eigen aandelen inkopen én de belasting op vermogen verhogen. Hoppa, daar was een Kamermeerderheid. Op dezelfde manier wil een Kamermeerderheid de energiebelasting voor burgers verlagen en die betalen met een belasting op privéjets en overstappende vliegtuigpassagiers.

In twee dagen tijd verbouwde de Tweede Kamer de begroting voor zo’n 4 miljard euro. Het leverde vermanende reacties op. Demissionair premier Mark Rutte (VVD) raadde de plannen af: de voorstellen waren ambitieus en over de samenhang was niet genoeg nagedacht. Minister van Economische Zaken Micky Adriaansens (VVD) vond de belasting op aandeleninkoop een „vreselijk, vreselijk slecht idee.”

Uit bedrijfsleven kwamen bezorgde geluiden. Een bankbelasting betekent duurder lenen voor bedrijven, en dat betekent uiteindelijk ook hogere kosten voor consumenten, zeiden de banken. De baas van KLM waarschuwde dat we het enige land zijn die een belasting wil invoeren op doorreizigers. Bedrijvenvereniging VNO-NCW maakt zich zorgen over kleine bedrijven. Het minimumloon is recent al fors gestegen. Dikke kans dat dit de prijzen verder verhoogt. En door alles klonk heen: waar stopt de neiging om de kosten voor bedrijven almaar te verhogen?

Nou kan ik een heel end meegaan in de kritiek. Geld is nooit gratis, hogere belastingen voor bedrijven worden uiteindelijk ook door burgers gevoeld (als klant in hogere prijzen, als aandeelhouder in minder winst). Over de effecten van een hogere bankbelasting moet je bijvoorbeeld goed nadenken. Worden banken er weerbaarder van of juist niet? Sinds de financiële crisis van 2008 weten we hoe belangrijk dat is. En anders betalen we uiteindelijk allemaal de prijs.

Wat ook klopt aan de kritiek: er werd van alles tegelijk besloten zonder samenhang. Er zaten cadeautjes bij voor de achterban waarvoor geen deugdelijke ‘dekking’ was: de accijns op brandstof. Bedoeld om mensen te helpen die in de knel komen omdat ze de auto moeten pakken naar hun werk. Het probleem is: van die lagere accijns profiteren vooral mensen met hogere inkomens, becijferen economen. Die rijden namelijk meer.

Toch had ik mijn bedenkingen bij de hoge toon van de kritiek. De Kamer gaf niet op de pof geld uit, maar zocht naar manieren om die uitgaven te betalen. En bij dat betalen koos de Kamer er niet voor álle bedrijven zwaarder te belasten, maar alleen specifieke activiteiten die nu weinig worden belast of die de Kamer toch al wil ontmoedigen: vermogen, overstappende vliegtuigpassagiers, privéjets, bedrijven die aandelen inkopen.

De Kamer gaf niet op de pof geld uit

Economen en ambtenaren pleiten al jaren voor een hogere belasting op vermogen: die is in Nederland best laag, de belasting op werken juist hoog. Vliegen heeft hoge maatschappelijke kosten voor de omgeving en het klimaat, en zou je daarom best meer willen belasten. Zo gek zijn deze voorstellen niet.

En wat is er tegen een belasting op de inkoop van eigen aandelen door beursgenoteerde bedrijven? Die kopen meer en meer eigen aandelen in, ook in Nederland. Daar is al heel lang kritiek op, ook van grote beleggers die liever zien dat bedrijven in nieuwe projecten investeren. In de Verenigde Staten kreeg het fenomeen de bijnaam corporate cocaine: je wordt er tijdelijk high van, maar niet permanent beter. Want kunnen bedrijven echt geen goede investeringen vinden? Of is aandeleninkoop een manier om beleggers te paaien en in sommige gevallen zo de beloning van de top te verhogen?

Er kán een goeie reden voor zijn, begrijp me niet verkeerd: een bedrijf bulkt van het geld, ziet onvoldoende investeringen en geeft daarom geld terug aan aandeelhouders, die het vervolgens in productievere bedrijven steken. Daar is economisch gezien niks mis mee. Maar is het logisch dat het zoveel meer gebeurt dan vroeger? Deze manie wat duurder maken lijkt me geen slecht idee.

De Amerikaanse president Joe Biden heeft begin dit jaar een belasting op de inkoop van aandelen ingevoerd. Frankrijk heeft er één, het VK en Duitsland niet. We zijn de enige dus niet. Probleem is wel dat de belasting die de Kamer voorstelt veel hoger is dan in Frankrijk en de VS.

Het grootste probleem met de plannen van de Kamer is niet dat ze belastingen wil verhogen, maar de snelheid waarmee dit moet: per 1 januari. Dat staat een zorgvuldige afweging tussen de voor- en nadelen in de weg. Stel nou dat een lagere belasting op de inkoop van eigen aandelen beter blijkt. En stel nou dat de Belastingdienst die lagere belasting pas in 2025 kan invoeren. Staat de Kamer daar nog open voor? Als de Tweede Kamer de stroom aan kritiek wil pareren, dan moet het parlement de tijd nemen om dit zorgvuldig te doen.