Deal met EU kan autocratische president Saied uit de brand helpen

Financiële hulp De hulp die de Europese Unie beloofde in de hoop dat Tunesië de migratie vanuit het land inperkt, komt precies op het juiste moment voor de impopulaire, autoritair regerende president Kais Saied.

De Tunesische president Kais Saied (rechts) begroet de Italiaanse premier Giorgia Meloni zondag in het presidentiële paleis in Carthage, niet ver van de hoofdstad Tunis. De financiële steun die de EU Tunesië biedt, kan de impopulaire president helpen de economie uit het slop te trekken.
De Tunesische president Kais Saied (rechts) begroet de Italiaanse premier Giorgia Meloni zondag in het presidentiële paleis in Carthage, niet ver van de hoofdstad Tunis. De financiële steun die de EU Tunesië biedt, kan de impopulaire president helpen de economie uit het slop te trekken. Foto presidentiële persdienst Tunesië, via AFP

Een deal met de Europese Unie is precies wat de Tunesische president Kais Saied nodig had. Economisch gezien staat Tunesië het water aan de lippen en de populariteit van de weinig charismatische president, die zijn politieke tegenstanders de laatste maanden goeddeels in de gevangenis heeft laten gooien, is tot een dieptepunt gedaald. Steeds meer Tunesiërs stappen – net als veel migranten van elders – in gammele bootjes in de hoop op een betere toekomst aan de andere kant van de Middellandse Zee.

Lees ook: Tunesië krijgt zeker 1 miljard euro van ‘Team Europa’ in belangrijke stap richting migratiedeal

De hulp voor Tunesië komt geen moment te vroeg. Het land heeft volgens persbureau Reuters nog maar voor krap drie maanden aan buitenlandse valutareserves om zijn importen te financieren, waaronder graan. Het vertrouwen van de financiële markten in Tunesië is tot het nulpunt gedaald. De bevolking heeft intussen met snel stijgende prijzen te kampen. De inflatie bedraagt er ruim 10 procent, blijkt uit gegevens van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Vooral armen worden hiervan de dupe. Ruim een derde van de jongeren zit volgens officiële cijfers zonder werk. In werkelijkheid ligt dat cijfer nog veel hoger. Saied beseft dat zulke omstandigheden een ideale voedingsbodem kunnen vormen voor een nieuwe golf sociale onrust, waarin hijzelf kan worden meegesleurd.

Uit vrees voor nog veel meer migranten uit Tunesië – van welke nationaliteit dan ook – schiet de Europese Unie nu president Saied te hulp. Als alles volgens afspraak gaat, vloeit er meer dan een miljard euro naar Tunesië in de vorm van macro-economische steun en hulpprojecten op het gebied van grensbewaking, digitale netwerken, onderwijs en duurzame energie.

Hervormingen

Zo zou president Saied alsnog de hulp binnenhengelen die hij van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) steeds maar niet kreeg. Het IMF is weliswaar bereid om Tunesië kredieten ter waarde van 1,9 miljard dollar te verstrekken, maar eist in ruil daarvoor een aantal hervormingen. Tunesië zou een deel van de overheidssubsidies – onder meer op meel en brandstof – moeten schrappen, een eerlijker belastingstelsel moeten invoeren, overtollige ambtenaren moeten ontslaan en een aantal overheidsinstellingen moeten hervormen.

Volgens de Tunesische president is dat vragen om problemen omdat zulke hervormingen in eerste instantie vooral de armen zullen treffen. Daarom bleef hij, ook na een nieuwe onderhandelingsronde dit voorjaar, ‘nee’ zeggen. „Tunesië is niet te koop”, liet hij het IMF ferm weten. Ook onderhandelingen met de Golfstaten over kredieten of giften boden geen soelaas.

In Europa kon Saied, die twee jaar geleden het parlement grotendeels buiten spel zette en bijna alle macht naar zich toetrok, destijds evenmin op veel begrip rekenen. Daar werd hij gezien als de man die het veelbelovende experiment van de Tunesische democratie na de zogenoemde Arabische Lente van 2011 de nek had omgedraaid.

Lees ook: Arrestatie oppositieleider is een nieuwe stap in de ontmanteling van de Tunesische democratie

Die indruk versterkte hij dit voorjaar door onder anderen oppositieleider Rached Ghannouchi achter de tralies te zetten. Deze kreeg in een schertsproces een jaar celstraf omdat hij zich met terrorisme zou hebben ingelaten. Ook een prominente vakbondsleider – Tunesië beschikt over een tamelijk grote vakbeweging – belandde in de cel, nadat hij had opgeroepen tot een staking tegen de regering.

Zorgwekkender

Nog in maart van dit jaar waarschuwde EU-buitenlandchef Josep Borrell dat de toestand in Tunesië snel zorgwekkender werd. Krachtig spoorden hij en anderen Saied dan ook aan om tot een akkoord met het IMF te komen en om de rechtsstaat en de rechten van de mens te respecteren.

Intussen probeerde Saied met populistische middelen de bevolking tevreden te houden. Dat deed hij onder meer door hogere belastingen voor de rijken aan te kondigen. Ook beschuldigde hij buitenlandse migranten in het land – waarvan er overigens slechts enkele tienduizenden zijn in Tunesië, een land met ruim 12 miljoen inwoners – ervan dat ze deel uitmaakten van een poging tot ‘omvolking’ van het land.

De uitspraken van de president leidde tot verschillende haatuitbarstingen van andere Tunesiërs jegens zwarte Afrikanen. De aandrang om in bootjes richting de EU te stappen werd er alleen maar sterker door.

Maar mede hierdoor keerden Saieds kansen, want de vrees in veel EU-landen voor aanhoudende migratiestromen, juist vanuit Tunesië, werd er verder door aangewakkerd. Met name de Italiaanse premier Meloni, die zondag al voor de tweede keer in een week in Tunis was, wil het aantal migranten dolgraag terugbrengen. Hetzelfde geldt voor haar Nederlandse collega Mark Rutte. En het mag wat kosten. Meloni sprak zondag in Tunis van „een gouden kans”.

Mogelijk om de Europese leiders wat gerust te stellen omtrent zijn bedoelingen bezocht Saied daags voor hun komst een migrantenkamp bij de kustplaats Sfax. Van daaruit proberen velen de overtocht naar Europa te maken. De president toonde zich plotseling zeer begaan met hun lot en stelde dat ze hulp van de internationale gemeenschap verdienden.

Ongemakkelijke vragen

Een dag later bleken de Europese leiders dus inderdaad bereid om zaken te doen met het bewind van president Saied. Althans die indruk wekten ze. Enige ongemakkelijke vragen bleven onbeantwoord. Zo bleef in nevelen gehuld wie de macro-economische steun ter waarde van 900 miljoen euro precies aan Tunesië zal overmaken. De EU lijkt erop te speculeren dat het IMF dat op voorspraak van Europese landen alsnog zal doen. Maar of het IMF daarmee instemt zonder de eerder geëiste hervormingen is zeer de vraag.

Ook moet de deal nog worden bekrachtigd door andere EU-lidstaten. Met name Duitsland en België koesterden tot dusverre bezwaren tegen zo’n deal. Niet alleen in Europa, ook in de VS zijn er genoeg politici die vinden dat het wel erg wrang zou zijn als uitgerekend het Westen – dat de democratie zo hoog in het vaandel heeft geschreven – het autocratische bewind van Saied uit de brand zou helpen.