De zomervakantie is dé tijd om bij te lezen. NRC geeft tips

De vijf beste Nederlandse romans van 2025

Van grandioze lectuur waar je niet meer dan vier à vijf leessessies voor nodig hebt tot een vernieuwend debuut vol branie: deze vijf romans van het jaar tot dusver moet je lezen volgens boekenredacteur Thomas de Veen. In willekeurige volgorde.

Marente de Moor: De bandagist.


1. Marente de Moor: De bandagist

Wie geen huis kan vinden is een loser in dit land, lees je van Marente de Moor. In haar duizelingwekkende nieuwe roman De bandagist raakt een 29-jarige gesjeesde muzikant en bandagist – een oud woord voor een therapeut die met drukverbanden werkt – zijn kamer kwijt, en belandt op straat. Fenomenaal raaskallend, met humor en tragiek, vertelt hij over zijn omzwervingen. Nu verblijft hij ergens waar hij toegang heeft tot een onbeperkte hoeveelheid boeken en goede rode wijn uit Saint-Emilion, maar geen eten. Dronken en hongerig begint hij steeds meer te fabuleren als personages uit de literatuur die hij verslindt. Zijn we niet allemáál op weg waanzinnig te worden, vraagt hij zich terecht af.

Detlev van Heest: De resten van een mens.


2. Detlev van Heest: De resten van een mens

In het vorig jaar verschenen Parkeren in Hilversum schreef Detlev van Heest (1956) ook al over zijn leven als parkeercontroleur. Maar in zijn nieuwe roman, De resten van een mens, is hij nog verder opgeschoven naar een wereld waarin hij als schrijver floreert. Je leest opnieuw over zijn confrontaties met automobilisten, die hij nu heeft aangevuld, verrijkt en verdiept met tal van scènes over de mensen uit zijn omgeving. Van Heest openbaart er niets minder mee dan het menselijk lijden. Meer dan vier à vijf leessessies heb je voor deze superieure lectuur niet nodig. Zo verslavend is het.

Auke Hulst: Tandenjager.


3. Auke Hulst: Tandenjager

Schrijver en muzikant Auke Hulst (1975) voegt met Tandenjager opnieuw iets buitengewoons en verrassends aan zijn toch al opvallend veelzijdige oeuvre toe. Tandenjager is een uitmuntende historische roman en een ijzingwekkend gothic-griezelverhaal ineen. Geboren als ‘onecht kind’ wordt de hoofdpersoon Vos na allerlei omzwervingen tandenjager. Hij rooft tanden van gesneuvelde soldaten, waarvan rijke mensen in Engeland een vals gebit laten maken. Hulst neemt je mee naar het slagveld bij Waterloo en de sloppen van Londen. Zijn boek kun je ook lezen als een commentaar op wat de mens puur uit eigenbelang uitspookt, tot in de huidige tijd aan toe.

Martin Rombouts: Boek 1.


4. Martin Rombouts: Boek 1

„Eindelijk is het er dan”, ronkt de achterflap van Boek 1: „Mijn hemelbestormende debuutroman.” Martin Rombouts trekt alles uit de kast, hij spuwt zijn verhaal vol vuur de pagina’s op, met de jazzy swag van spoken word – op de pagina’s zien de woorden er dan ook uit als dichtregels: veel wit, regelafbrekingen die het ritme aangeven, een vorm waar je meteen in meegaat, want het is goed gedaan, Rombouts vangt je, het wérkt. Een opwindend, vernieuwend debuut vol branie over kunstenaarschap anno nu.

Hanna Bervoets: Geld verdienen.


5. Hanna Bervoets: Geld verdienen

In de nieuwe roman Geld verdienen van Hanna Bervoets (1984) wil de 35-jarige hoofdpersoon Ellie zich voorbereiden op rampen. Ze neemt ontslag en zit thuis met burn-outachtige klachten. In de hoop geld te verdienen gaat ze beleggen om 350 gram aan goudstaven te kunnen kopen en die te begraven in haar tuin. Als Ellie vervolgens in de ban raakt van een survivalvlogger, begint ze met het aanschaffen van spullen die haar helpen te overleven in het geval van een apocalyptische toekomst. Bervoets toont zowel het lelijke egoïsme als de meelijwekkende zwakte van de mens.

De vijf beste vertaalde romans van 2025

De eerste helft van dit jaar bracht ook een stroom aan nieuwe vertaalde romans met zich mee. Welke zijn de moeite waard? Boekenredacteur Michel Krielaars zet vijf favorieten op een rij, in willekeurige volgorde.

Aarnout. Cossee, 173 blz. € 22,99


1. Sylvie Schenk: Snel, het leven

In haar fijnzinnige roman Snel, het leven uit 2018, die onlangs in vertaling verscheen, confronteert Sylvie Schenk (1944) je met de vele dilemma’s van zowel Duitsers als Fransen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Schenk is geboren in Frankrijk en sinds 1966 woonachtig in Duitsland. De vertelster Louise studeert in Lyon en ontmoet daar de Duitse student Johann, met wie ze trouwt. Terug in zijn vaderland verandert Louises kersverse echtgenoot van een vrolijke student in een gesloten man, onderworpen aan de wil van zijn vader. De thematiek van loyaliteit en trouw, van verwachting en ontgoocheling is actueel tegen de achtergrond van de huidige oorlogsretoriek.

Olivia Manning: Het grote fortuin.


2. Olivia Manning: Het grote fortuin

De Britse schrijfster Olivia Manning (1908-1980) publiceerde in 1960 het eerste deel van haar Balkan-trilogie over expats in Boekarest aan het begin van de Tweede Wereldoorlog. Gebaseerd op haar eigen ervaringen, geeft ze in haar roman Het grote fortuin, onlangs in vertaling verschenen, een overtuigend beeld van een decadente wereld. Het expatbestaan is boeiend en interessant, nadeel is hoogstens dat expats vaak op een kluitje leven, waar roddel en achterklap de regel zijn. En juist dat laatste biedt stof voor geweldige romans waarin ondergang en mislukking, losbandigheid en decadentie de toon voeren.

Chimamanda Ngozi Adichie: Dream Count.


3. Chimamanda Ngozi Adichie: Dream Count

In deze volle, gelaagde roman vertelt Ngozi Adichie het verhaal van vier vrouwen, van wie er drie welgesteld in Nigeria opgegroeid zijn en (deels) in de Verenigde Staten wonen, en één een vluchteling uit Guinee is. De vier vrouwen – naast de schrijver Chiamaka ook haar vriendin Zikora, nicht Omelogor, en de vluchteling Kadiatou – voldoen niet aan de normen die de buitenwereld oplegt. Ze zijn ongetrouwd, kinderloos en zelfstandig en, zoals in het geval van Kadiatou, geen dankbare heilige in het nieuwe land.

Alan Hollinghurst: Onze avonden.


4. Alan Hollinghurst: Onze avonden

Alan Hollinghursts nieuwe grote roman Onze avonden kun je lezen als een virtuoze variatie op eerder werk. Opnieuw neemt Hollinghurst Engeland onder de loep vanuit het perspectief van de buitenstaander, maar dit keer is dat buitenstaanderschap drievoudig: Dave Win is afkomstig uit de lagere middenklasse, is homoseksueel en van kleur.

Ocean Vuong: De keizer van Gladness.


5. Ocean Vuong: De keizer van Gladness

 
De Amerikaanse sterauteur Ocean Vuong schreef een roman over mensen die radertjes zijn in het kapitalistische systeem en daar niets bij te winnen hebben. In De keizer van Gladness biedt Vuong je een kijkje achter de schermen bij het restaurant waar zijn 19-jarige hoofdpersoon Hai werkt en waar de klant bedrogen wordt met zogenaamd vers voedsel. Niemand maakt zich er boos om. Maar ja: als je het wél zou veroordelen, wat dan?

De vijf beste non-fictieboeken van 2025

De zomer is het uitgelezen moment om te duiken in een persoonlijk essay, biografie of reisverhaal. Boekenredacteur Rosan Hollak selecteert vijf non-fictiefavorieten van dit jaar, in willekeurige volgorde.

Sarah Tarlow: De archeologie van het verlies.


1. Sarah Tarlow: De archeologie van het verlies

De Britse archeoloog Sarah Tarlow schreef De archeologie van het verlies, een ontroerend boek over de dood van haar man Mark Pluciennik. Ze is gespecialiseerd in rituelen rondom dood en rouwverwerking. Haar man maakte, om haar te beschermen, noodgedwongen de rationele keuze om alleen te sterven, zonder geliefden of vrienden om hem heen. Wel liet hij een paar brieven achter voor zijn vrouw en kinderen. Zij weet dat ze haar verlies nooit echt in woorden kan vatten en maakt, door te beschrijven hoe men in andere tijden met de dood omging, een onderscheidend verhaal.

Lieke Marsman: Op een andere planeet kunnen ze me redden.


2. Lieke Marsman: Op een andere planeet kunnen ze me redden

Lieke Marsman schrijft in Op een andere planeet kunnen ze me redden over hoe haar wereldbeeld veranderde, wetende dat ze ongeneeslijke kanker heeft. Ze raakte geïnteresseerd in God en ufo’s, in kwantummechanica en christelijke denkers. In het boek staan hoofdzakelijk essays en (dagboek)notities over haar ideeën, en hoe die bij haar postvatten. In dat geheel van redeneringen vind je evengoed zachtheid en bedachtzaamheid. Niet de afwezigheid van lijden, maar de aanwezigheid van hoop inspireerde Marsman in haar ziekte: ze ging ten aanval. Dat is het startschot voor een hartstochtelijk filosofisch en literair essayboek over geloof, hoop en openheid.

Judith Koelemeijer: De redding.


3. Judith Koelemeijer: De redding

In dit waargebeurde verhaal kijken twee vrouwen – Mirjam en Leah – terug op de „tewaterlating” van de destijds 71-jarige Leah die in 2010 op een koude winteravond met haar auto in de Haarlemse Leidsevaart terechtkwam. Mirjam, een studente die net onderweg was naar een filosofische bijeenkomst toen ze de auto in de vaart zag plonzen, „schaamde zich dood” dat ze niets deed. In haar hoofd wisselden argumenten voor en tegen zich af, maar de twijfel bleef, tot ze, heel even, iets zag wat leek op een hand in het water. Toen sprong ze in het ijskoude water. Wat volgt in dit prachtig gecomponeerde verhaal is de enorme impact die deze gebeurtenis had op de twee vrouwen.

Jan Brokken: De weemoed van de reiziger.


4. Jan Brokken: De weemoed van de reiziger

In veertien uiteenlopende reisverhalen is Jan Brokken (1949) op de toppen van zijn kunnen. Zijn voornaamste credo lijkt te zijn dat als je over iets of iemand schrijft, je naar de plek moet gaan waar het is gebeurd. Want in De weemoed van de reiziger, die zijn uitgever ter gelegenheid van zijn 50-jarig schrijverschap recent publiceerde, draait alles om zintuiglijkheid: het genot van het kijken naar landschappen en schilderijen, het lezen van gedichten en verhalen van de groten uit de wereldliteratuur, en luisteren naar klassieke muziek. In Jan Brokkens verhalen ontmoeten fictie en non-fictie elkaar op ideale wijze.

Emily Herring: Henri Bergson. Een biografie


5. Emily Herring: Henri Bergson. Een biografie

Het overlijden van Henri Bergson, schreef de Amerikaanse filosoof Irwin Edman, kwam in 1941 als een schok, ‘juist omdat iedereen dacht dat hij allang dood was’. En dat terwijl Bergsons ster rond de eeuwwisseling nog hoog aan het firmament stond. Hoe kon het dat de denker nog tijdens zijn leven grotendeels vergeten werd? Heeft Bergson eigenlijk wel een plaats in de filosofische traditie, of was hij een eenling? In haar biografie gaat Emily Herring uitvoerig in op de opkomst en ondergang van de Franse denker.

De vijf beste geschiedenisboeken van 2024

Voor wie graag door de tijd reist: boekenredacteur Peter de Bruijn tipt vijf nieuwe geschiedenisboeken, in willekeurige volgorde.

Geert Mak: Wisselwachter.


1. Geert Mak: Wisselwachter

In zijn nieuwe boek, Wisselwachter. Amerika-Europa 1933-1945, neemt Geert Mak (1946) de lezer mee naar het Witte Huis van de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw. Hoofdpersoon is de Amerikaan Harry Hopkins, die als rechterhand van president Franklin D. Roosevelt op belangrijke momenten richting gaf aan de geschiedenis. Hij had een vertrouwensrelatie met zowel de Britse premier Churchill als Sovjetleider Stalin. Het wervelend geschreven boek, met bijrolletjes voor Maks eigen familie, Ronald Reagan en Marilyn Monroe, is ook een soort  ‘making of’ van de liberale wereldorde die tot voor kort bestond. „En toen was het boek ineens schokkend actueel geworden.”, zegt Mak in een interview met NRC.

Sheila Sitalsing: Waar ik me voor schaam.


2. Sheila Sitalsing: Waar ik me voor schaam

Op haar sterfbed schreef de moeder van Sheila Sitalsing wat dingen op over haar familie. Sitalsing las de aantekeningen na haar moeders dood en schrok. De ouders van haar moeder bleken allebei lid te zijn geweest van de NSB. Haar opa zat zelfs behoorlijk hoog in de hiërarchie van de partij. Dat had haar moeder altijd verzwegen. Sitalsing, bekend van haar columns in de Volkskrant, ging op onderzoek uit en doet daarvan verslag in het vlot geschreven Waar ik me voor schaam. ,,Ik vroeg me wel af: kan ik dit op mijn werk vertellen?”, zegt ze in een interview met NRC.

Harriët Duurvoort: De dochter. Herinneringen aan anders zijn.


3. Harriët Duurvoort: De dochter

Harriët Duurvoort schreef het indrukwekkende boek De dochter over haar moeder. Eva is zes weken oud als ze in 1928 wordt geadopteerd door het streng gereformeerde verplegersechtpaar Jan en Saar uit Scheveningen. Haar biologische moeder was Fries en haar vader een Afro-Amerikaanse muzikant. Maar haar adoptieouders vertellen Eva niets over haar afkomst of dat ze geadopteerd is. Daar komt ze pas op haar vijftiende jaar achter. Tijdens haar leven stuit ze voortdurend op discriminatie en racisme. Het verhaal van Eva raakt ook aan bijna de hele geschiedenis van de twintigste eeuw. Duurvoort vertelt het verhaal op zo’n manier dat je door de ogen van haar moeder meekijkt naar die geschiedenis

Marja Verbraak: Elselina (1776-1845). Avontuur in het voetspoor van Napoleon.


4. Marja Verbraak: Elselina (1776-1845). Avontuur in het voetspoor van Napoleon

Maria Johanna Elselina Versfelt (1776-1845) is een bescheiden voetnoot in de geschiedenis, maar schrijver en historicus Marja Verbraak ontrukt haar met de fijne biografie Elselina. Avontuur in het voetspoor van Napoleon nu aan de vergetelheid. Geboren in Amsterdam, trouwde ze op haar vijftiende. Uit dit ongelukkige huwelijk loopt ze na drie jaar weg om mee te reizen met het Franse leger, soms vermomd als man. In 1827 publiceerde ze haar memoires. Deze zeldzame getuigenis over de Franse Revolutie, het tijdperk-Napoleon en de Restauratie werd in Parijs, Berlijn en Londen een bestseller.

Richard Overy: Regen van verwoesting.


5. Richard Overy: Regen van verwoesting. De bombardementen op Japan, 1945

De Britse historicus Richard Overy (1947) schreef het boeiende Regen van verwoesting. De bombardementen op Japan, 1945 over de beslissing van de Amerikanen om de helft van het Japanse stedelijk gebied plat te bombarderen, met als dieptepunt de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki. Overy geeft een scherpe analyse van de denkprocessen die de Amerikanen tot hun strategie brachten. Hij beantwoordt ook de vraag wat alle verwoesting uiteindelijk bijdroeg aan het besluit van de Japanners „de oorlog te beëindigen”. Een ander aspect was wraak. Door de aanval van de Japanners op Pearl Harbor eind 1941, voelden ze zich vernederd en de Japanners gedroegen zich bijzonder wreed tegenover de krijgsgevangenen.