Samenvatting van deze tijd: niets lukt meer. Bruggen en aquaducten repareren, kabinetten formeren, je in omroepland fatsoenlijk gedragen, vreedzaam samenleven – kansloos. Passagiersvliegtuigen verliezen hoog boven de aarde zomaar deuren. Boeing bestaat ruim honderd jaar. Wat is daar gebeurd? Massale verdebilisering? Verkeerde zuinigheid?
Kunnen we vanaf nu ook Volvo vragen. De EX30, elektrisch mini-suv’tje onder de grotere XC40, raakt geen deuren kwijt – al hadden er best twee minder kunnen zijn, omdat je achterin toch niet kunt zitten. Verontrustend is zijn wispelturigheid. Eerst valt de sfeerverlichting uit, daarna het infotainmentscherm met het complete bedieningsmenu, best lastig. Dat u het weet. En u moet het weten, want Nederland bestelt het voertuigje massaal. Dit kan niet. Het is een Volvo en een Volvo doet het.
Is de EX30 echt een Volvo? Hij werd het via een gecompliceerde omweg. Volvo is van het Chinese Geely. Dat bezit ook de merken Polestar, Zeekr, Lynk & Co en Lotus. Om dat portfolio maximaal te laten cashen, plant het concern zoveel mogelijk modellen op één onderstel. Zo staat de EX30 op het platform van de Zeekr X en de al in NRC besproken Smart #1, bastaardkind van Geely en Smart-eigenaar Mercedes-Benz. Dus wist ik van tevoren wat ik van de EX30 kon verwachten, hoe Volvo ook benadrukte het laatste woord te hebben over onderstelafstemming en besturing.
Beide zijn prima, daar niet van. Maar de EX30 is net zo’n anoniem, synthetisch apparaat als de Smart. Het al verweekte, voor onzinvertegenwoordigers tot dikkewielentaal herschreven Volvo-dna vond zijn Waterloo in deze fusionsnack. De EX30 maakt een cultureel verscheurde indruk. Volvo struikelde over de dunne lijn tussen versobering en visuele armoede.
Het dashboard is een aanrechtblad met een steenprintje en als enige garnituur dat parttimescherm. Het is gewaagd bedoeld en geen gezicht. De prachtige deurgrepen zijn gemonteerd op een paneel met hetzelfde printje, stuk Volvo op een scheidingswandje van Leen Bakker. Buiten hapert de stijl even halfslachtig. De bij echte Volvo’s fiere diagonale lijn door het Volvo-logo werd een iel stompje. Alsof Dick Bruna Nijntjes neusje nog één lijntje schuldig was maar onderweg zijn laatste adem uitblies. En profil oogt hij gekneusd als een gebonden voetje.
Ik ben van de Volvo-generatie die nog visgraatjasjes en doctortitels in de bètawetenschappen droeg. Na de stijlmoord op de ouderwets hoekige Volvo-station werd het merk gekaapt door communicatieprofessionals en bullshitmanagers. Dat tij zal deze dwerg niet keren, mede dankzij een easyJet-achtige instapprijs van nog geen 37.000 euro. Daar zeggen de Suitsupply-jongens geen nee tegen. De EX30 voedt voor Opel-geld de logogevoeligheid van een nieuwe generatie Volvorijders, maar een echte Volvo droeg zijn eigen genen, stelde inhoud boven vorm en ruimte boven stijl. Van wat het kostte lagen we niet wakker, het hield eeuwig. Ons treft deze boekhoudersbenauwdheid pijnlijk.
Gezellig klokje
Op mijn laatste druppels Volvoloyaliteit prijs ik de staande ventilatieroosters en het centraal geplaatste dashboardkastje dat geen knieën in de weg zit. De stoelen zijn eersteklas, de uitschuifbare bekerhouders slim verstopt in de middenarmsteun. Moeite heb ik met de richtingaanwijzers, die grillig op aantippen reageren. En ik vind het lastig dat ik ’s nachts net als in Tesla’s in het niets staar omdat achter het stuur geen meters zitten. Doe daar een gezellig klokje. Ja, ik weet Volvo’s reactie al. Past niet in de stijlfilosofie. Het kon niet uit, bedoelen ze. De Teslaman moest van het Chinese management voor minder dan een Model 3 een echt merk kunnen kopen, zal de achterliggende gedachte zijn geweest. Hef de handen met gerust hart wanhopend ten hemel, de hoofdruimte is top. Het is fijner nieuws dan het verbruik, dat met 21,5 kWh op 100 kilometer Elon Musk niet ongerust zal maken. Een voorzichtig bereden Model 3 komt op 12. Driehonderd kilometer haal je altijd, maar dat kan beter met een accucapaciteit van 64 kWh. Op het krediet van een sterk merkprofiel komt het nieuwe Volvo er behendig commercieel mee weg, maar niet voor eeuwig.
Weg bij die Chinezen, Zweden. Ze vreten alles op wat ons soort mensen terecht in jullie eerde. Doe mij weer een echt ontwerp met echte ruimte en echte schakelaars die niet op zwart kunnen. Anders kom ik in China wel een keer verhaal halen met mijn bijna dertigjarige 850 Estate. Die rijdt nog steeds in één ruk naar Hangzhou, ik zweer het jullie.