Het is de principiële vraag die de verkenning van een nieuw kabinet domineert: wel of niet regeren met de radicaal-rechtse PVV. Vooral Wilders’ mogelijke coalitiepartners VVD en NSC worstelen ermee. Zet de stap niet te lichtzinnig, waarschuwt socioloog Sarah Bracke (Universiteit van Amsterdam). „Wilders beweert milder te zijn, maar heeft nog op geen enkele manier aangegeven hoe hij inhoudelijk van standpunten is veranderd. Om dan met hem te gaan regeren, is de doos van Pandora openen.”
In de Griekse mythologie stuurt Zeus een vrouw, Pandora, met een doos naar de aarde en zegt haar nooit in de doos te kijken. Pandora kan haar nieuwsgierigheid niet bedwingen en kijkt toch, waarna onheil als honger en ziekte zich snel verspreiden. Pandora doet de doos weer dicht, maar het leed is al geschied. Zo kan het ook met regeren met de PVV gaan, vreest Bracke, die onder meer de framing en stigmatisering van moslims onderzoekt. „Er kan veel schade worden aangericht. Ik hoor nu al van moslimvrienden en -collega’s dat de haat op straat toeneemt, en er is nog niet eens een regering.”
Op het Binnenhof heerste deze week verwarring over de twee totaal verschillende gezichten die PVV-leider Geert Wilders sinds de verkiezingsdag tegelijkertijd nog laat zien. Enerzijds is er de soms meer gematigde Wilders, die in de dagen na de verkiezingen zegt dat hij „premier van alle Nederlanders wil zijn”. Afgelopen woensdag zei hij na zijn bezoek aan verkenner Plasterk dat de PVV zich in onderhandelingen „stevig maar redelijk” zal opstellen. Niemand hoeft bang te zijn dat de PVV moslims wil uitzetten, vervolgt Wilders. „We zullen op een fatsoenlijke manier met mensen omgaan.”
Maar de andere Wilders, in zijn rol als oppositieleider en provocateur, liet zich afgelopen week ook nog volop gelden. Als activisten voor deze zaterdag een actiedag tegen Wilders op de Dam aankondigen, noemt hij hen op X „engnekken”. Op vrijdag opent hij de aanval op de media, die volgens hem „geobsedeerd” zijn door de PVV. „Dagelijks in de kranten en op radio en televisie de grootste bagger en stemmingmakerij. Het zal allemaal niet helpen, vrienden van de pers. Het volk heeft gesproken.”
Op dinsdag brengt Wilders een bezoek aan de Haagse wijk Kijkduin, waar in een hotel tijdelijk asielzoekers worden opgevangen. Wilders trommelt de pers op om vlak voor een bewonersavond met omwonenden te spreken. Hij wil hen „die zich verzetten tegen de komst van asielzoekers een hart onder de riem steken”. Na zijn bezoek in de avond stuurt Wilders nog een tweet, waarin hij schrijft dat „Nederlanders altijd op 1” moeten staan. Over de opvang in Kijkduin voegt hij nog toe: „Schandalig.”
Het bezoek, en Wilders’ woordkeuze, verbazen de partijen die diezelfde dinsdag met de PVV-leider bij verkenner Ronald Plasterk aanschuiven om over het begin van de kabinetsformatie te spreken. NSC-leider Pieter Omtzigt noemt het „bijzonder”, Caroline van der Plas (BBB) zegt: „Ik zou het persoonlijk niet doen. Ik zou zeggen: laten we ons richten op die verkenning.” Ze doelde hiermee op het feit dat Wilders naar de bewonersavond in Kijkduin ging.
Lees ook
Omtzigt niet klaar voor onderhandelingen met PVV, in de fractie leven grote zorgen
Eurabië
De verkiezingscampagne van Wilders verraste politiek socioloog Merijn Oudenampsen, die een hoofdstuk over de PVV-leider schreef in de deze vrijdag gepubliceerde bundel The Politics of Replacement. Oudenampsen beschrijft daarin hoe Wilders al bijna twee decennia de omvolkingstheorie verkondigt dat de Europese bevolking met steun van de elites langzaam wordt vervangen door islamitische immigranten (‘Eurabië’). „Het is heel opvallend dat hij dan nu zegt: de islam is geen prioriteit meer. Als je eerst herhaaldelijk de dreiging van een burgeroorlog schetst, en nu zegt dat het niet belangrijk meer is, maak je in een keer een hele grote stap.”
Volgens Oudenampsen is het heel onwaarschijnlijk dat Wilders zijn islamstandpunten kan laten rusten. „De politiek van de PVV drijft al die jaren op vijandbeelden, het beeld van Nederland als gemeenschap voor ‘de Nederlanders’ kan niet zonder een groep waar hij zich tegen kan afzetten. Die dynamiek is eigen aan het populisme. Wilders heeft dat altijd toegespitst op de islam, het lijkt mij voor hem heel moeilijk om zijn politiek voort te zetten als hij dat niet meer kan doen.”
Precies dat laatste lijkt NSC-leider Pieter Omtzigt wél van Wilders te vragen. Hij zei deze week dat hij voor samenwerking met de PVV nog altijd „belemmeringen in de sfeer van rechtsstatelijkheid” ziet en schreef in zijn brief aan de verkenner over PVV’ers: „Hoe zeker kunnen we ervan zijn dat Kamerleden en eventuele bewindspersonen zich in hun uitingen en bij stemmingen zullen houden aan de (Grond)wet, mede gelet op de uitspraak dat deze standpunten ‘in het DNA’ van de partij zitten?”
Omtzigt vraagt van Wilders dus meer dan zijn standpunten afzweren, ziet Oudenampsen. „Dat lijkt me voor Wilders een lastige toezegging, als hij zelfs via Twitter niet meer zijn anti-islamitische retoriek de wereld in kan slingeren.”
Lees ook
De VVD-top is al dagenlang aan het bellen met leden om de onrust niet uit de hand te laten lopen
De vorige keer dat Wilders medeverantwoordelijk was voor beleid, tijdens het gedogen van Rutte-I tussen 2010 en 2012, matigde hij zijn toon in elk geval niet. Zo zei hij in het slotwoord van zijn eerste strafproces wegens groepsbelediging en haat zaaien in 2011: „Door heel Europa vechten de multiculturalistische elites een totale oorlog uit tegen hun bevolkingen. Met als inzet de voortzetting van de massa-immigratie, uiteindelijk resulterend in een islamitisch Europa – een Europa zonder vrijheid.”
Cordon sanitaire
Is het buiten de regering houden van de PVV dan het beste? Sarah Bracke denkt van wel. „Het argument dat uiterst rechts maar moet regeren in de hoop dat zo’n kabinet snel uit elkaar valt, is gevaarlijk. Elders in Europa, bijvoorbeeld in Hongarije en Polen, zie je dat democratische verworvenheden onder druk kunnen komen, en dat dit niet zomaar kan worden teruggedraaid.” Bracke wijst ook nog op het effect van het ‘cordon sanitaire’ in België, waar zij vandaan komt. Toen dat cordon rond het extreemrechtse Vlaams Belang in Vlaanderen langzaam werd losgelaten, groeide de partij weer. In Wallonië, waar het cordon tegen extreemrechts in stand bleef, gebeurde dat niet.
Oudenampsen ziet twee gevaren van regeren met de PVV: normalisering van radicaal-rechts gedachtengoed en institutionele erosie. „Wilders zal niet in één klap de rechtsstaat en instituties kunnen ondermijnen, maar wel stapsgewijs, zoals hij nu al doet met zijn aanvallen op pers, rechters en de cultuursector.”
En ook als Wilders regeert en problemen niet weet op te lossen, kan dat volgens Oudenampsen een risico zijn. „Er is een punt waar de radicale retoriek van de PVV aanloopt tegen de institutionele werkelijkheid. Dan blijkt dat zijn programma onuitvoerbaar is. Als Wilders dan zegt dat dit het bewijs is dat de elite aan de touwtjes trekt, kan dat de legitimiteit van de instituties verder ondergraven en weer tot meer onrust leiden.”