‘De tijden van Tubbergen als CDA-bolwerk, die komen niet meer terug’

Reportage

Tubbergen Is de opmars van de BBB een teken van een nieuwe emancipatiestrijd of een eenmalige electorale oprisping? In Tubbergen heeft zich net als 150 jaar geleden een nieuw front gevormd tegen de liberalen.

58,8 procent van de kiesgerechtigden in Tubbergen stemde op BBB.
58,8 procent van de kiesgerechtigden in Tubbergen stemde op BBB.

Foto Eric Brinkhorst

Eind 1925 werd in Tubbergen een prijsvraag uitgeschreven. Er moest een standbeeld komen voor ‘de doktor’, Herman Schaepman. Deze Twentse priester en dichter emancipeerde eind 19de eeuw het katholieke volksdeel door als eerste priester in de Tweede Kamer de belangen van het katholieke volksdeel te vertegenwoordigen. Samen met zijn gereformeerde evenknie Abraham Kuyper, de ‘klokkenist der kleine luyden’, sloot hij in de Kamer een confessionele coalitie die de hegemonie der liberalen wist te doorbreken.

Het moest een standbeeld worden aan de westzijde van Tubbergen, „hoog oprijzend over de Twentsche Landouwen, als willende overschouwen al de lage landen aan de zee”. En zo’n standbeeld werd het. Maar liefst negen meter hoog, te betreden via een 23 meter brede trap torent Schaepman nog altijd boven de Tubberger Es uit. Een megalomaner stuctuur bestaat er in ons land niet, schreef NRC eind vorig jaar.


Lees ook over hoe in alle omliggende gemeenten óf BBB óf VVD de grootste werd, terwijl in de hoofdstad GroenLinks, PvdA, PvdD, D66 en Volt samen meer dan 60 procent van de stemmen haalden: ‘In de stad zijn we ons er vaak als eerste van bewust wat belangrijk is in de wereld’

Tot in de jaren 80 van de vorige eeuw trok de bevolking op gedenkdagen in grote optochten naar het standbeeld om Schaepman te eren. „Maar tegenwoordig loopt men alleen naar FC Twente”, mijmert Johan Steggink (72) uit Vasse, een van de negen kerkdorpen in de gemeente Tubbergen. Het waren de tijden dat het CDA, of voorloper KVP tot wel 80 procent van de stemmen kon rekenen.

Steggink is tegenwoordig voorzitter van de historische kring Vasse-Mander-Hezingen en zat vijf termijnen lang als CDA-raadslid in de gemeenteraad. En als hij niet op de lijst stond, dan bemande hij het stembureau. Dertig jaar lang. Ja, zegt hij, je had hier altijd wel mensen die er „groots op gingen” telkens iets nieuws te stemmen. „Nu eens de CPN, dan weer boer Koekoek.” Maar, zegt hij, achter hun rug om werden die mensen „een beetje belachelijk gemaakt”.

Deze week waren de nieuwlichters toch ineens in de meerderheid. 58,8 procent van de kiesgerechtigden in Tubbergen, waarvan ruim 76 procent kwam opdagen, stemde ditmaal op BBB. Van de 42 procent waar het CDA vier jaar geleden nog op kon rekenen was nog maar een kwart over.

Hoog-Nederlands

Ook de vijftigjarige Marcel Rikmanspoel, pomphouder en ondernemer in mestartikelen in Albergen, stemde BBB. Hij is een van de leden van het eerste uur. „Ik zag Caroline van der Plas spreken tijdens een landbouwbeurs in Enter en wist: hier wil ik bij horen.”

Uitkijkend over de glooiende landerijen vanuit zijn vrijstaande woning is moeilijk voor te stellen hoe hier nu onvrede kan opkomen. „Iedereen heeft hier werk, je woont hier prachtig. We hebben het hier goed ja”, zo geeft hij toe. Wat de dorpen van Tubbergen echter verenigd heeft is een overheid die, zoals hij dat ziet, „totaal niet daadkrachtig is en vervolgens de bevolking dreigt met dwang”. Rikmanspoel is betrokken bij het bewonersoverleg rondom de vestiging van een AZC in een leegstaand hotel, waar vorig jaar veel om te doen was. „Dat is misschien wel het meest democratische proces van Nederland, daar ben ik ook blij mee. Maar het is jammer dat er zoveel protest voor nodig was om dat te realiseren. Dat zie je bij natuurbeleid ook.”

Dorpshistoricus Steggink herkent het sentiment. „Als er straks van die ambtenaren met een aktetas in Hoog-Nederlands komen vertellen welke boeren moeten stoppen, dan kan ik je verzekeren: dat gaat niet werken.” In dit deel van Nederland, zegt hij, kom je er onderling uit. „Ik herinner me nog de discussie over het verharden van de wegen hier. Dat was ook best ingrijpend voor boeren hier. Maar dan ging je met elkaar om tafel zitten, sloeg er eens een met de vuist op tafel en gaf je elkaar nadien de hand en zei je: zo gaan we het doen.”

Wat nodig is, zegt ook Rikmanspoel, is een overheid die duidelijke kaders stelt en tegelijkertijd het vertrouwen aan burgers geeft om er binnen die kaders samen uit te komen. „Dat is het signaal dat we hebben willen afgeven. En hoeveel er ook hier veel veranderd is: de eensgezindheid is gebleven.”

Vrijgevochten

Al sinds 1400 zijn de inwoners van deze streken „een beetje eenkennig en vrijgevochten”, weet Johan Steggink. Zijn historische kring bracht er onlangs nog een vuistdik boek over uit. „Je had hier de Marken, tot in de 19e eeuw. Een soort bestuursvorm van burgers onderling, onder aanvoering van de grootste boer in de omgeving. Die spraken zelfs recht onderling. Sporen daarvan zie je hier nog steeds terug.” De tijden van Tubbergen als CDA-bolwerk, zegt hij, die komen ook in Tubbergen niet meer terug.

Historicus James Kennedy zag deze week hoe de geest van de jaren 60 eindelijk neerdaalde over Tubbergen, een van de laatste regio’s waar geseculariseerde katholieken nog loyaal waren aan het CDA. „Eerst verhuisde de katholieke stem naar de PvdA, toen naar de VVD en later naar de PVV. Alleen sommige delen van Twente en Zuid-Limburg hielden nog stand als bolwerken. Tot nu, waarschijnlijk mede door het vertrek van Pieter Omtzigt.”

Hij signaleert dat zich net als in de tijd van Herman Schaepman, 150 jaar terug, een nieuw front begint te vormen tegen de vanzelfsprekende macht van liberale partijen als de VVD en, vooral, D66. „Daar is het CDA natuurlijk steeds meer tegen aan gaan schuren.” Ook in de schoolboekenstrijd die BBB-leider Van der Plas voert, over wat leerlingen meekrijgen over de landbouw, ziet hij wel sporen van de tijd van de verzuiling.

„Maar waar ik nog niet over uit ben, is of we kijken naar de laatste brokkels van de zuil of naar de contouren van een nieuwe zuil. Is deze politieke kentering ook een culturele kentering? Zoiets lijkt me lastig te realiseren in een netwerksamenleving die zo geïndividualiseerd is. Daar heeft Van der Plas de volle kerken in Tubbergen toch echt voor nodig. En die zijn er gewoon niet meer.”