Bij het verlaten van het gemeentehuis houdt Jan Kuijers (55) een krentenwegge onder de arm. Net als Arend Harink (54), mede-oprichter van een groep plaatselijke ordebewakers die bekendstaan als de Staphorster stewards, en nog zo’n vijftig andere stewards, kreeg hij een stevig exemplaar van de lokale broodspecialiteit als dank voor zijn inzet tijdens de afgelopen Oud-en-Nieuw-viering. Kuijers: „Dat feest organiseren we niet, maar we zijn wel aanwezig als stewards om met de gemeente en de politie alles in goede banen te leiden.”
De festiviteiten vonden vorig jaar een dag eerder plaats, omdat 31 december op een zondag viel. De zondagsrust is heilig in de overwegend protestants-christelijke gemeente in Noord-Overijssel. Na de jaarwisseling, om 00.30 uur, gingen de festiviteiten verder, met de Drive-In Banjo van Dj Roelof.
„We zijn hier wel een beetje uniek”, zeggen de mannen meermaals. En: „Staphorst ís ook bijzonder.”
Maar als wordt gevraagd waarom zo’n leger aan stewards nodig is om de jeugd in het gareel te houden tijdens de jaarwisseling, benadrukken de mannen juist dat Staphorst net als de rest van Nederland is. „We zijn wel in de wereld, maar niet van de wereld, hè”, zegt Harink. „Het is niet dat er een hek om Staphorst heen staat.” Drugs, alcohol, smartphone: alles wat de wereld te bieden heeft, vind je in Staphorst ook, willen ze benadrukken.
Toen het bij de jaarwisseling vijftien jaar terug tot een confrontatie kwam tussen de politie en honderden jongeren besloten de twee – vaders van respectievelijk drie (Harink) en vijf (Kuijers) kinderen – een groep te vormen die met hesjes aan bij de festiviteiten aanwezig is. Kuijers: „Een veldslag met de politie is niet nodig, vonden we.”
De stewards weten iets te bereiken waar de politie, die als een kracht van buiten wordt ervaren, minder goed in blijkt te slagen. „We kennen veel jongeren gewoon. Van gezicht, en soms ook wel bij naam”, zegt Kuijers, die ze vaak nog als kind op de basisschool heeft gehad. Dat maakt volgens de stewards het verschil. „Hé meneer Kuijer, kent u me nog?”, klinkt het dan bijvoorbeeld. Harink: „Als je kunt zeggen hé Richard, even normaal doen nu, dan is het toch van: deksels, die man kent mij. En dan is het doorgaans snel afgelopen.” De aanwezigheid van de stewards geeft de jongeren een gevoel van „rust en veiligheid”, zeggen de mannen, waardoor confrontaties met het bevoegd gezag meestal uitblijven.
Lees ook
In Staphorst liet de politie de anti-Zwarte Piet-demonstranten aan hun lot over
Had u daar niet bij moeten zijn als stewards?
Harink: „Dat willen we wel even afkaderen: wij zijn er voor de Oudjaarsnacht, we zijn geen burgerwacht. En, we hadden helemaal niet gedacht dat dit zo zou verlopen, allemaal.”
Waarom ging het zo mis?
Kuijers: „Ja, dat is toch het ‘wij’ versus ‘zij’. Dat er mensen van buitenaf komen om ons te vertellen wat wij niet goed doen.”
Harink: „Terwijl, we hebben het goed hier met elkaar. Als mensen langskomen laat ik ze graag het bedrijventerrein zien om te laten zien dat we hier heel wat klaarmaken met elkaar.”
Maar KOZP kwam toch niet naar Staphorst om jullie te vertellen dat jullie geen goede ondernemers zijn? Het ging hen om de racistische karikatuur, Zwarte Piet.
Harink: „Ja, dat is zo. Maar echt, als mensen hier kwamen demonstreren tegen ons stipwerk (de Staphorster klederdracht) dan hadden we ons in stipwerk gestoken.”
Kuijers: „Ja, als hier een actiegroep genaamd Kick Out Groot Vuurwerk zou langskomen zou de beroering net zo groot geweest zijn.”
Waarom is een traditionele Sinterklaasviering dan zó belangrijk voor Staphorsters? Is de Goedheiligman niet veel te rooms voor een overwegend gereformeerd dorp?
Kuijers: „Van oudsher wordt Sinterklaas hier helemaal niet zo gevierd. Natuurlijk, kinderen houden van cadeautjes. En dat zag je in de loop der tijd wel meer worden. Maar op onze scholen [van orthodox-christelijke signatuur] wordt nog altijd geen Sinterklaas gevierd. Kerst vieren we wel, maar een boom zul je hier niet zien. We vieren het vanuit de christelijke traditie en niet vanuit de lichtjes.”
Harink: „Maar het ging die dag ook helemaal niet over het sinterklaasfeest. En de roetveegpiet die er nu is gekomen, kan best een goed alternatief zijn.”
Maar waarom kwam KOZP dán naar Staphorst?
Kuijer: „Ja, dat is de echte vraag. Ik denk dat dit wel duidelijk is: ze wisten dat ze daar media-aandacht door zouden krijgen.”
Zou die media-aandacht er ook gekomen zijn als KOZP gewoon welkom was geheten in plaats van met eieren en geweld, zoals nu?
Kuijers: „Staphorst staat altijd garant voor aandacht van de pers. Maar voor een goed gesprek, ben je altijd welkom. Alleen wie hier als wereldverbeteraar komt, die kan het wel vergeten. Daar zijn we hier niet van.”
Het aantal voltooid deelwoorden dat nodig is om de kerkverbanden waar Kuijer (hersteld hervormd) en Harink (gereformeerd vrijgemaakt) bij horen te omschrijven verraadt dat verdeeldheid in Staphorst vooral onderling bestaat. Waar het de buitenwereld betreft, trekt het dorp meestal één lijn.
Tegen het eind van het gesprek, de beide mannen gaan net op de foto, komt wethouder en locoburgemeester Lucas Mulder (SGP) nog even om de hoek kijken. Hij was ter plaatse op de dag dat het misging tussen KOZP en het Staphorster welkomstcomité. Het college van B en W heeft laten weten dat de gebeurtenissen zich niet mogen herhalen. Voor verdere vragen daarover verwijst de wethouder naar de burgemeester. Maar staat het dorp als het komt tot een veroordeling van de vier Staphorster mannen straks achter de daders? Mulder: „Dat denk ik wel ja.”