De president van Nigeria doorkruist roofkunst-teruggave afspraken door de Benin-bronzen te schenken aan privépersoon: de Benin-koning

Roofkunst Het kan andere roofkunst-teruggave remmen, zeggen critici, nu de Nigeriaanse president roofkunst die aan de staat is teruggegeven, aan een privépersoon, de Benin-koning overdraagt.

Een van de Benin bronzen, uit de collectie van het Humboldt Forum in Berlijn. Duitsland wil 1.130 bronzen aan Nigeria teruggeven.
Een van de Benin bronzen, uit de collectie van het Humboldt Forum in Berlijn. Duitsland wil 1.130 bronzen aan Nigeria teruggeven.

Met zijn ene voet al buiten de deur heeft Nigeria’s president Muhammadu Buhari zijn handtekening gezet onder een besluit dat mogelijk gevolgen kan hebben voor de teruggave van duizenden gestolen kunstwerken door Westerse musea. Het gaat om de befaamde Benin-bronzen, schatten van brons, hout en ivoor, die in de afgelopen jaren centraal zijn komen te staan in de wereldwijde discussie over restitutie van roofkunst.

Buhari, wiens termijn er later deze maand op zit, droeg onlangs alle rechten over de befaamde Benin-bronzen over aan Oba Ewuare II, de koning uit wiens voormalige koninkrijk de kunstschatten in 1897 door de Britten werden geplunderd. Daarmee verraste de president niet alleen de Europese en Amerikaanse musea met wie Nigeria recent overeenkomsten voor teruggave ondertekende, maar ook de ambtenaren die hierbij nauw betrokken waren.

Lees ook: Schoorvoetend begint het Westen Nigeria’s kunstschatten terug te geven

‘Totaal overrompeld’

Deze overeenkomsten zijn van staat tot staat. Nigeria’s Nationale Commissie voor Musea en Monumenten (NCMM), die verantwoordelijk is voor het beheer van nationale musea en antiquiteiten, voerde daarbij namens de regering alle onderhandelingen.

„We werden totaal overrompeld”, zegt een ambtenaar, die vanwege zijn positie anoniem wil blijven (zijn naam is bij de krant bekend). „Het worst case scenario is dat het restitutieproces waar we zo hard voor hebben gevochten, vertraging oploopt door alle verwarring die nu is ontstaan.”

Volgens de verklaring, die de president eind maart ondertekende, moeten alle ‘bronzen’ worden teruggegeven aan de Oba (de koning) „als de oorspronkelijke eigenaar en bewaarder van het cultureel erfgoed en de traditie van de bevolking van het koninkrijk Benin” en is hij ook verantwoordelijk voor het beheer ervan „in alle plaatsen waar zij worden bewaard”.

Die taak is volgens de Nigeriaanse wet juist aan de nationale museumcommissie toebedeeld.

‘Respect voor traditionele leiders’

„De president handelde waarschijnlijk in de veronderstelling dat hij iets goeds deed”, zegt de ambtenaar. „In Nigeria genieten traditionele leiders nog altijd veel respect. Zeker deze Oba. Maar hoe gaat hij antiquiteiten beheren in onze nationale musea? Dat recht heeft hij helemaal niet. De wet gaat boven alles, ook boven een presidentiële verklaring.”

In Nigeria’s zuidelijke deelstaat Edo, het hedendaagse Benin (niet te verwarren met de het aparte West-Afrikaanse land de Republiek Benin), wordt Buhari’s handtekening juist gevierd als een overwinning. „De Oba is geenszins van plan de teruggegeven werken in zijn paleis achter slot te houden, ver weg van het publiek. Integendeel”, zegt zijn broer, prins Aghatise Erediauwa, over de telefoon. Zo liggen er plannen voor een Koninklijk Museum en blijven bruikleenafspraken staan.

‘Kunst van de Oba en Oba alleen’

„Dit besluit verandert daar niets aan, behalve dat nu voor heel de wereld duidelijk is dat de Oba en de Oba alleen de rechtmatige eigenaar van de Benin-bronzen is.”

Het was immers uit het paleis van zijn betovergrootvader dat de werken 125 jaar geleden door Britse soldaten werden meegenomen, waarna ze verspreid raakten over musea in heel Europa en de VS. Een gebeurtenis die ook het einde inluidde van het koninkrijk, dat daarna werd opgeslokt door een Brits protectoraat. En dáárna modern Nigeria.

Het besluit van Buhari werpt daarmee ook de vraag op aan wie geroofde kunst uit Afrika, maar bijvoorbeeld ook Azië, nu eigenlijk moet worden teruggekeerd: aan de traditionele gemeenschappen van toen of aan de staten wiens grenzen later door hun kolonisatoren werden getekend? Zo is het Nederlands beleid dat teruggave van staat tot staat gebeurt.

Twisten over internationaal recht

„Dat is op zich best te begrijpen, want het is gemakkelijker en overzichtelijk”, zegt Evelien Campfens, als jurist gespecialiseerd in roofkunst en verbonden aan de Universiteit Leiden. „Maar je kunt erover twisten of dit niet in tegenspraak is met het internationaal recht op dit gebied.” Zoals de VN verklaring uit 2007 omtrent de rechten van inheemse volken. Daarin gaat het ook over de teruggave van culturele objecten die hen zijn ontnomen.

Onder meer in Duitsland, waar de regering afgelopen zomer een akkoord tekende met Nigeria om 1.130 Benin-werken terug te geven, is het debat hierover nu weer opgelaaid. Zo sprak een Duitse emeritus professor in etnologie – en vermaard tegenstander van Duitslands (in haar woorden) „overhaaste teruggave” – in de Frankfurter Allgemeine Zeitung van een „fiasco”. „Een publiek goed wordt nu privébezit.”

„Critici van restitutie grijpen dit nu aan voor hun gelijk. ‘Zie hoe naïef jullie zijn geweest’”, zegt Hermann Parzinger, hoofd van het Stiftung Preußischer Kulturbesitz. „Feit blijft dat wij alleen werken teruggeven die onomstotelijk zijn geroofd. Dat is hier het geval. En als je iets teruggeeft, is onze positie, dan doe je dat zonder voorwaarden te stellen.” Daarbij, zegt ook hij, is het niet gek dat een lokale gemeenschap zeggenschap wil over hun erfgoed.

„Het is ten slotte hún erfgoed.”

Concurrerende museaplannen

Op de achtergrond van Buhari’s inmenging speelde nog iets heel anders mee, namelijk: een persoonlijk vete tussen de Oba en de huidige gouverneur van de deelstaat Edo, tussen wiens families veel oud zeer zit. Die laatste raakte de afgelopen jaren nauw betrokken bij de discussies over de Benin-bronzen, met plannen voor een nieuw, hypermodern museum waarin de teruggegeven kunstschatten getoond zouden kunnen worden.

Tot frustratie van de Oba, die zijn eigen museumplannen heeft. „Mensen die daar helemaal geen recht toe hadden, zoals de gouverneur, probeerden de werken te claimen en de Oba buiten spel te zetten”, zegt diens broer prins Erediauwa. „Dat is onacceptabel.”

Niemand betwist dat de Bronzen van Benin zijn en dat de Oba daar de verpersoonlijking van is, zegt de betrokken ambtenaar waarmee NRC sprak. „Maar als het gaat om het beheer van antiquiteiten van nationaal belang, dan kan Benin geen uitzondering zijn.” Volgens hem wordt door het Ministerie van Justitie gewerkt aan een nieuwe verklaring die nog door president Buhari ondertekend moet worden. Anders is dat aan zijn opvolger.

Een justitiemedewerker van het betreffende departement wil hier desgevraagd niet op ingaan.