De pom van zijn moeder, en haar roti: ongekend

Zo eet ik Hoe eten mensen en wat zegt dat over hun leven? Deze week: Viroen Soebedar brengt zijn moeder pittig eten.

Foto Hedayatullah Amid

Voordat Sharda Soebedar-Dwarka (59) een beroerte kreeg, stonden er elk weekend gigantische pannen op het vuur. Op zaterdag kookte zij voor de hele familie, 30 tot 35 mensen. Broers, zussen, neven en nichten uit Almere en Amsterdam kwamen steevast naar haar huis in Den Haag om te eten. Haar Surinaamse pom was ongekend, zegt haar zoon Viroen Soebedar (28). Eerst stoofde ze kip in boter, uien, knoflook, tomaat, specerijen en kruiden. Daarna mengde ze alles met geraspte pomtayer, een wortelknol die lijkt op zoete aardappel.

Hindostaanse roti was ook een specialiteit, haar chutney van mango en rode pepers maakte ze fijn en kneedde ze in het deeg van de roti, zodat de smaken al in de deeglaag zaten. Zo gaf ze overal haar eigen twist aan, zegt Viroen. Kijk, kip kan je bereiden met masala (kerrie) óf met kasripo (soort ketjap), maar zijn moeder gebruikte allebei en deed er ook nog een beetje suiker en zout bij. „Dat plakkerige laagje om de malse kip was zó lekker.”

Qua eten wilde ze een wereldburger van hem maken, zegt hij. Ze maakte ook zoetigheden uit de Indiase keuken, zoals gulab jamun. Hollandse stamppot. Huzarensalade. „En toen mijn neef zei dat hij van Italiaans hield, zei ze: ‘Is goed, jongen, ik maak een pasta voor jou’.”

In die weekenden hielpen familieleden natuurlijk wel met snijden en raspen en knoflook persen, maar Sharda was de baas van de keuken. Ze stuurde haar man en zoon met een boodschappenlijst naar de winkel, en als Viroen met het verkeerde thuiskwam of iets niet kon vinden, moest hij terug.

Foto Hedayatullah Amid

In 2012, Viroen was 16 jaar, kreeg zijn moeder in één maand tijd twee tia’s en twee beroertes. Ze raakte verlamd aan haar linker- en rechterzijde. Na revalidatie werd dat iets beter, maar haar slokdarm en evenwichtsorgaan zijn permanent aangetast. Lopen gaat niet meer, laat staan koken. Een normale studententijd had Viroen niet, er moest altijd iemand bij zijn moeder zijn en als enig kind wisselde hij af met zijn vader. Spontaan het terras op met vrienden kon niet. Als hij naar de film wilde, moest hij dat ver van tevoren plannen. „Ik voel me verantwoordelijk voor haar. Leeftijdgenoten weten niet hoe het is om voor iemand te zorgen, meestal kom je daar pas achter als je een kind hebt.”

Foto Hedayatullah Amid

In hun gezin zijn de rollen veel te vroeg omgedraaid. Ze krijgt sondevoeding en daarnaast brengt Viroen haar elke dag iets uit de Surinaams-Hindostaanse keuken. Vandaag een zacht wit broodje met gebakken ei, ui, peper en knoflook. En voor vanavond een stoof van groenten, linzen en zoete aardappel met masala. Gemaakt door de oudste zus van Sharda, zijn tante. Een beetje chutney erbovenop. Pittig mag niet. Eigenlijk is het door de situatie met haar slokdarm allemaal niet goed, maar de verpleging ziet het door de vingers. Viroen: „Het zijn kleine porties, ik zorg gewoon dat ze elke dag de smaken krijgt waar ze zo van houdt.”