De man die op Schiphol schoon schip moet maken


Profiel

Ruud Sondag, president-directeur Schiphol De nieuwe baas heeft minder dan een jaar om een eind te maken aan de chaos op Schiphol. Dat is een enorme klus, maar Ruud Sondag gelooft dat hij het kan.

De rijen bij Schiphol zijn niet het enige probleem dat Sondag moet oplossen op Schiphol.
De rijen bij Schiphol zijn niet het enige probleem dat Sondag moet oplossen op Schiphol.

Foto Ramon van Flymen/ANP

De nieuwe baas van Schiphol is een Zeeuwse zeezeiler. Zoon van een loods en een huisvrouw uit Vlissingen. Wie vraagt aan collega’s en vrienden om Ruud Sondag te typeren, krijgt dan ook maritieme antwoorden.

Sondag moet het vastgelopen Schiphol „vlot trekken” na een chaotisch jaar. Dat lukt hem, zeggen naasten: hij kiest altijd een „duidelijke koers”. Afgewogen en zonder onnodige risico’s, want hij zorgt voor „minstens een hand water onder de kiel”. En in een reactie op zijn benoeming van vorige week stelde minister Sigrid Kaag (Financiën, D66), grootaandeelhouder van Schiphol: „Ik heb er vertrouwen in dat Sondag met zijn ruime bestuurlijke ervaring Schiphol naar rustiger vaarwater kan leiden.”

Dat laatste is misschien wel zijn belangrijkste taak. Ruud Sondag (60), die van komende dinsdag 1 november tot 31 augustus volgend jaar de plaats inneemt van Dick Benschop, moet zorgen dat de dagelijkse activiteiten op Schiphol weer rustig verlopen. Hij moet rust brengen bij de beveiliging, in de bagagekelder, in de relatie met luchtvaartmaatschappijen, touroperators en andere bedrijven op de luchthaven.

De overeenkomsten met vorige functies zijn opvallend. Zo lijkt Sondags huidige opdracht op de taak die hij vier jaar geleden aanvaardde bij Eneco. „Ik kom een beetje rust brengen”, zei hij in mei 2018 over zijn aanstelling als topman van het geplaagde energiebedrijf. Eneco was destijds „een wespennest”, zeggen betrokkenen. Het maakte een stevige bestuurscrisis door, de Ondernemingskamer schorste zelfs de president-commissaris, en intussen moest de onderneming worden klaargemaakt voor verkoop of beursgang.

Met zijn charme en charisma, zeggen mensen die met hem samenwerkten, bespeelde Sondag de aandeelhouders van het energiebedrijf. Dat waren 44 grote en kleinere gemeenten, waaronder Rotterdam en Den Haag. Hij sloot een deal met de Japanse bedrijven Mitsubishi en Chubu, en stapte vervolgens op. Bedrijf verkocht, werkgelegenheid zeker gesteld, het hoofdkantoor bleef in Rotterdam, klus geklaard.

Sondag trad uit de spotlights, investeerde in het een en ander, was commissaris bij spoorbeheerder ProRail en het Havenbedrijf Rotterdam. Tot zijn naam vorige week opdook als de persoon die Schiphol weer aan de praat moet krijgen.

„Ik had niet verwacht dat hij nog zin zou hebben in zo’n stevige klus”, zegt Jos Nijhuis. De oud-directeur van Schiphol, voorganger van Benschop, kende Sondag eerst zakelijk en is inmiddels met hem bevriend. Dinsdagmorgen, een paar dagen na de aankondiging van zijn benoeming, fietste de aanstaande Schiphol-topman even langs bij Nijhuis in Amsterdam, waar beiden wonen.

Waarin verschilt ondernemer Sondag van zijn voorganger, ex-politicus Benschop? Is hij de ‘anti-Benschop’? „Ha, dat ga ik niet beweren”, zegt Nijhuis. „Ik vind Ruud heel geschikt om het stokje over te nemen. Hij heeft de kennis van en ervaring met het werken bij grote ondernemingen. Hij is sterk operationeel gericht, en heeft bij Eneco en daarvoor bij [afvalverwerker] Van Gansewinkel heel goede dingen gedaan. Ruud is iemand met een can do-mentaliteit.” Sondag is hard, wordt gezegd. Te hard? „Nee hoor”, zegt Nijhuis. „Hij is zeker iemand die de menselijke maat in het oog houdt. Maar ook iemand die van aanpakken weet.”

Geen braverik

Studievriend Wilbert Boek was minder verrast dat Sondag een nieuwe, complexe klus gaat aanpakken. „Afgelopen zomer was ik bij hem”, zegt Boek, kno-arts en plastisch aangezichtschirurg in Ziekenhuis Gelderse Vallei in Ede. „Ruud is zestig, ik ben achtenvijftig. We zeiden tegen elkaar: wat willen we nog? Toen vertelde hij dat het wel weer begon te kriebelen.”

De mannen kennen elkaar sinds het begin van hun studietijd in Utrecht. Boek: „We gingen naast elkaar fietsen aan het begin van het eerste jaar. Onderweg naar het kamp van de studentenvereniging, naar zo’n stomme ontgroening. Het klikte meteen.” Sondag studeerde rechten, Boek medicijnen.

Sindsdien waren ze twee handen op een buik, zegt Boek, die Sondag een „heel fijn en eerlijk mens” noemt. „We hadden een erg leuke studietijd. Ruud was geen braverik, we deden de dingen die studenten doen, maar als er een examen gehaald moest worden, zag je Ruud niet op feestjes.”

Boek ging vaak mee als Sondag met zijn vader – „type eerlijke zeebonk” – ging zeilen, naar Engeland. Zeilen is Sondag blijven doen, maar hij heeft wel zijn eigen boot verkocht, vertelt Boek. „Het kostte hem te veel tijd.” Sondag woont in Amsterdam met zijn man, heeft drie volwassen kinderen, en is sinds twee maanden opa. Over enkele weken wordt zijn tweede kleinkind verwacht.

President-directeur van Schiphol is de meest publieke functie die Sondag heeft gehad, zegt Boek. „Dat vindt hij ook wel spannend, denk ik. Hij is ijdel, maar dat zou ik eerder trots noemen wanneer iets lukt. Als baas van Schiphol ben je kwetsbaar, dat realiseert hij zich. We hadden het laatst over de foto van Dick Benschop in de krant, met zijn kinderen in een roeibootje… Dat wil je toch niet?” Benschop werd in de pers verweten dat hij afwezig was tijdens de chaos op Schiphol rond de zomer. Uiteindelijk stelde hij half september zijn functie ter beschikking.

Goed voor je mensen zorgen

Sondag studeerde af in 1986 en bekleedde vervolgens enkele managementfuncties in de logistiek, bij Nedlloyd. Hij werkte onder meer voor de Rotterdamse rederij in Parijs.

In 1997 stapte hij over naar Van Gansewinkel Groep. Hij werd de rechterhand van oprichter Leo van Gansewinkel en volgde hem in 2001 op als bestuursvoorzitter. „Afval bestaat niet” was de slogan van het Brabantse familiebedrijf. Sondag combineerde bij Van Gansewinkel het inzamelen van afval, verbranden van vuilnis en opwekken van energie.

Als voorzitter van de centrale ondernemingsraad (cor) was Rob Balfoort destijds Sondags natuurlijke ‘tegenstander’ bij Van Gansewinkel. Maar van strijd tussen directie en cor was weinig sprake, zegt Balfoort. „Ik heb prettig met hem samengewerkt. Hij weet wat hij wil en krijgt dingen voor elkaar. Vóór zijn komst, onder Leo van Gansewinkel, hadden wij altijd al de cultuur: als je goed voor je mensen zorgt, gaat het goed met het bedrijf. Die lijn heeft Sondag doorgetrokken.”

Volgens de oud-cor-voorzitter informeerde Sondag zijn werknemers altijd goed over de zaken die speelden binnen het bedrijf. „Dat is prettig. Dan wordt het personeel niet verrast en dan weet de directie hoe de medewerkers reageren op plannen.” Dat gold ook voor de verkoop, in 2007, aan de buitenlandse investeringsmaatschappijen KKR en CVC. „Na de verkoop ging dat aanvankelijk prima, maar toen begon de kredietcrisis. De relatie met de aandeelhouders werd complexer. In de afvalbranche haal je geen rendementen van 10 tot 20 procent. Dat wisten wij en dat wist Sondag als geen ander. Je weet: na de dip komt er weer groei.”

Maar beide private-equitybedrijven wilden niet wachten op herstel en eisten dat Van Gansewinkel zou reorganiseren; er moesten duizend van de 7.500 medewerkers uit. „Sondag weigerde daaraan mee te werken. En samen met de operationeel directeur stapte hij in 2012 op.” Balfoort vertrok zelf een jaar later. In 2016 fuseerde Van Gansewinkel met het Britse Shanks tot Renewi.

In hoeverre lijken Sondags werk bij Van Gansewinkel en de huidige omstandigheden op Schiphol op elkaar? „Vuilnis ophalen was zeker destijds heel arbeidsintensief. Er stonden toen nog veel zakken op de stoep. Onder Sondag is meer aandacht gekomen voor veiligheid en innovatie. Bij Schiphol ligt een zelfde taak om het werk van onder andere bagagesjouwers en platformmedewerkers te verbeteren.”

„Volgens mij moet iedereen op Schiphol heel blij zijn dat iemand met verstand van operationele processen nu de leiding in handen krijgt”, zegt Frederieke Leeflang. De huidige bestuursvoorzitter van de Nederlandse Publieke Omroep werkte met Sondag samen bij Eneco. Hij was bestuursvoorzitter, zij commissaris op voordracht van de ondernemingsraad. Inmiddels zijn zij bevriend.

„Ruud is ontzettend toegankelijk”, zegt Leeflang. „Hij is heel duidelijk in wat hij doet. Hij geeft mensen vertrouwen – met een lach en een hoop energie, maar altijd met oog voor het resultaat.” Is hij een streber? „Nee, hij zorgt dat dingen in beweging komen.”

Bij Eneco moest Sondag het vertrouwen herstellen en het bedrijf klaarmaken voor de volgende fase. „Dat deed hij met veel souplesse. Met veel respect ook voor ieders rol. Eneco had veel aandeelhouders, 44 gemeenten. Dat was complex, maar het ging hem ogenschijnlijk gemakkelijk af. Of we nu bij een kleine gemeente te gast waren of in de statige zaal zaten van het Rotterdamse stadhuis.”

Denkt Leeflang dat Sondag zal slagen bij Schiphol? „Hij weet mensen vertrouwen te geven, het gevoel dat ze deel zijn van een geheel. Dat lijkt me heel belangrijk bij Schiphol. Op één staat het aan de praat krijgen van de dagelijkse activiteiten. Dat kan Ruud, maar daarvoor moet hij wel de ruimte krijgen. Hij moet kunnen doen wat hij moet doen. Ik ga ervan uit dat hij daarover afspraken heeft gemaakt. Hij heeft een hekel aan stroperigheid.”

Leeflang benadrukt dat Sondag ervaring heeft met publieke aandeelhouders: het Rotterdamse Havenbedrijf is eigendom van het Rijk en de gemeente, en ProRail is een publieke organisatie. „Bij Schiphol is het speelveld breed, maar dat vindt hij leuk. Hij kan goed schaken.”

Bij Schiphol is het speelveld breed, maar dat vindt hij leuk. Hij kan goed schaken

Scherp analyticus

Ook Hans Alders noemt Sondag een scherp analyticus. De ex-minister en oud-commissaris van de koningin in Groningen werkte vijf jaar met Sondag samen bij ProRail. Daar is Alders nog steeds president-commissaris, Sondag stopt er binnenkort als commissaris. „Hij was altijd scherp op wat zich afspeelt binnen een bedrijf. Hij heeft veel oog voor de implementatie. Het was nooit: er ligt een mooi beleidsplan en klaar.”

Alders was lang actief als bemiddelaar in de Nederlandse luchtvaart. Aan de ‘Alderstafels’ probeerden Schiphol, luchtvaartmaatschappijen, overheden en bewoners onder meer afspraken te maken over de overlast. Die overleggen strandden uiteindelijk; voor de zomer kondigde minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat, VVD) aan dat Schiphol moet krimpen om de geluidsoverlast te beperken.

Hoewel de gedwongen krimp de komende tijd veel discussies over de luchthaven zal beheersen, moet Sondag zich volgens Alders concentreren op het dagelijkse werk. „Ik denk dat in de eerste plaats behoefte is aan iemand die in staat is de boel vlot te trekken.” De Amsterdamse luchthaven werd de afgelopen maanden keer op keer „neergesabeld”, zegt hij. „Alsof de situatie op Heathrow of Frankfurt niet vergelijkbaar was.”

Moet er volgens Alders iets veranderen in de opstelling van de Schiphol-directie? „Heel vaak ging het in de discussies over: wat vindt Schiphol ervan? Dat is niet van belang. Schiphol is een infrastructureel bedrijf. Met start- en landingsbanen, met vierkante meters om in te checken. Schiphol is een dienstverlener. Daar mag je hoge eisen aan stellen. Discussie op welke bestemmingen je wel en niet moet vliegen zijn daarentegen geen zaak van de luchthaven.”

Nu is Sondag gewend logistieke diensten te leveren aan talrijke, diverse klanten: hij haalde vuilnis op in veel plaatsen, leverde energie namens tientallen gemeenten/aandeelhouders. De luchthaven is anders, zegt Alders. „Schiphol is een dienstverlener met één grote klant, KLM, die samen met zijn partners goed is voor 70 procent van de business. Dat is wat anders dan dat jij bepaalt wat er gebeurt.”


Lees ook: Op zolder mag je niet slapen, staat in de koopakte – te veel herrie

Alders en andere betrokkenen zien in Sondag ook iemand die de verduurzaming van de luchtvaart in Nederland kan bespoedigen. Dat wordt ook wel eens tijd, volgens Alders. „Op Schiphol is veel te doen. Ze moeten hard werken om de doelen in het Fit for 55-programma van Eurocommissaris Frans Timmermans te halen. Als we veel eerder waren begonnen, waren we veel verder geweest. De luchtvaartmaatschappijen moeten niet klagen dat anderen nu komen vertellen wat ze moeten doen om te verduurzamen. Dan heb je zelf gewoon te lang gewacht om maatregelen te nemen.”

„Race naar de bodem”

Hetzelfde, zegt Alders, geldt voor de arbeidsomstandigheden op de luchthaven. Te lang streefde Schiphol naar groei en lage tarieven, via aanbestedingen de concurrentie aanwakkerend tussen beveiligingsfirma’s, bagageverwerkers, schoonmakers. „Als elke aanbesteding weer op prijs moet, terwijl het vorige contract al heel scherp was, dan gaat dat ten koste van de mensen. Die race naar de bodem heeft veel schade aangericht.”

Joost van Doesburg, campagneleider van FNV Schiphol, zegt dat al jaren. In een eerste reactie op de benoeming van Ruud Sondag zei de vakbondsman: „Misschien maar goed dat hij een interimmer is, want die hebben vaak net wat meer vrijheid. Hij moet rechtzetten wat twintig jaar verkeerd is gegaan.”

Gaat dat Sondag lukken in tien maanden? Hij tekende een contract tot augustus 2023. Zijn omgeving noemt dat kort, maar zelf ziet hij het probleem nog niet. Tegen studievriend Wilbert Boek zei hij afgelopen week: „Als het mij niet binnen een jaar lukt, lukt het ook in vier jaar niet.”