De machtige vrienden van de Myanmarese junta hebben groot belang bij het beschadigde land

VN-rapporteur Tom Andrews waarschuwde er al voor. De Myanmarese junta zal de ramp gebruiken om het verzet te breken. „Ze sturen hulp naar gebieden die ze onder controle hebben en zullen hulp aan opstandige gebieden blokkeren,” verklaarde hij zondag aan de BBC, twee dagen na de verwoestende aardbeving. De junta beheerst een kwart van het Myanmarese grondgebied. Grote delen van het land zijn in handen van verzetsgroepen; een bonte verzameling van etnische groepen, oppositieverbanden en regionale milities. Het regime lijkt vooralsnog oppermachtig, vooral door steun van China en Rusland.

Wat Andrews vreesde komt uit. De junta deinsde er niet voor terug om onmiddellijk na de aardbeving verzetsgebieden te bombarderen. Drie uur na de eerste schokken gooide het leger bommen op Naung Lin, een dorp in de deelstaat Shan. Ook werden gebieden aan de Thaise grens en verzetsgroepen in de regio Sagaing, nabij de hoofdstad Naypyidaw, onder vuur genomen. De oppositie heeft opgeroepen tot een staakt-het-vuren, maar daar wordt door de junta slechts deels gehoor aan gegeven. „We zullen stoppen met aanvalsacties, maar acties tegen ‘terroristen’ zullen doorgaan”, zei juntaleider en generaal Min Aung Hlaing woensdag op de Myanmarese staatstelevisie.

Hoewel binnen enkele uren na aardbeving de junta een ongebruikelijke oproep deed om hulp, worden internationale hulporganisaties op afstand gehouden. Het juntaleger wil geen pottenkijkers. Communicatiemiddelen worden gesaboteerd en de internationale pers krijgt geen toegang tot de getroffen gebieden. Een week na de aardbeving is de omvang van de ramp daardoor nog altijd onduidelijk. Er zijn zeker drieduizend doden gevallen. Hulp- en bergingswerkzaamheden verlopen moeizaam.

Geen drinkwater

De aardbeving was in het hele land te voelen, maar steden in handen van de junta, Mandalay en hoofdstad Naypyidaw, zijn het hardst getroffen. In Mandalay zijn honderden gebouwen ingestort. Velen liggen nog onder het puin. In Mandalay en Naypyidaw is hulp op gang gekomen. Toegang tot de regionale hoofdstad Sagaing, in het centrum van de aardbeving, wordt bemoeilijkt door controleposten van het juntaleger, dat het verzetsleger, dat in het omringende gebied actief is, buiten de stad willen houden.

De getroffen gebieden hebben geen drinkwater of elektriciteit. Uit Sagaing (70.000 inwoners) komen mondjesmaat berichten. De stad kampt met een tekort aan lijkenzakken. De geur van de dood is overal. „Zelfs als elke drie minuten een lichaam wordt gecremeerd, dan nog stapelen de lichamen zich op,” vertelde een reddingswerker aan Human Rights Watch.

De Myanmarese regering-in-ballingschap riep dinsdag internationale hulporganisaties op om hulp te organiseren via verzetsgroepen in plaats van via de junta. Maar reizen is gevaarlijk, want de junta legt haar wapens niet neer. Daarbij is Myanmar uitgestrekt, veel toegangswegen en bruggen zijn vernietigd.

Verharding en paranoia

De aardbeving komt ten tijde van een verzetsoorlog tegen een nietsontziend regime dat in februari 2021 de macht greep. Er is weinig hoop dat de humanitaire ramp vrede dichterbij brengt. „Wishful thinking,” schrijft politicoloog Nyi Nyi Kyaw woensdag voor het Singaporese nieuwsmedium CNA. De eerste acties, zoals de bombardementen, wijzen juist op verharding, stelt hij.

Bijgeloof speelt een grote rol in de militaire top. Volgens The New York Times volgen junta-officieren, generaal Min Aung Hlaing voorop, adviezen van boeddhistische zieners en volksalmanakken. In een van de voorspellingen zou een aardbeving het einde van een koningsstad inluiden. Volgens The New York Times heeft dit bij de junta angst aangejaagd en paranoia aangewakkerd. Volgens Myanmar-specialist Minka Nijhuis geeft deze voorspelling burgers juist hoop dat het einde van de junta nadert.

Reddingswerkers uit Myanmar en China dragen het lichaam van een slachtoffer dat is gevonden onder de resten van het ingestorte gebouw Sky Villa Condominium in de tweede stad van Myanmar, Mandalay. Foto Sai Aung Main/AFP

Machtige hulp

De junta wordt gesteund door machtige bondgenoten. Het is niet toevallig dat China en Rusland als eerste hulp aanboden. Beide landen zijn belangrijke wapenleveranciers. In maart nog schudde generaal Min Aung Hlaing de hand van de Russische president Poetin, schrijft Tharaphi Than, hoogleraar Wereldculturen van Northern Illinois University in het onafhankelijke medium The Conversation. Myanmar is rijk aan grondstoffen, waardoor de junta diepe zakken heeft. In ruil voor olie en wapens heeft Rusland toestemming om in Myanmar zeldzame mineralen en edelstenen te delven. Ook gebruikt Rusland Myanmar om olie naar China te exporteren.


Lees ook

Interview Myanmarese in Nederland: ‘Ik stel me voor hoe het is om onder het puin vast te zitten’

Thandar Soe, afkomstig uit Yangoon, in haar Myanmarese restaurant in Amsterdam. Ze vreest dat de militaire junta hulp voor aardbevingsslachtoffers zal inpikken. Foto ROGER CREMERS

China wil vooral stabiliteit in de regio. Myanmar is een toegangspoort naar de Indische Oceaan, een belangrijk onderdeel van de Nieuwe Zijderoute. China is ook pragmatisch. Omdat de junta slechts een kwart van het land beheerst, steunt China naast de junta Myanmarese rebellengroepen in grensgebieden, mede om grip te krijgen op fraudecentra die in handen zijn van Chinese bendes. China heeft tevens contacten met de democratisch gekozen Myanmarese regering-in-ballingschap, maar het is niet waarschijnlijk dat China de junta zal laten vallen. Een verdeeld maar controleerbaar Myanmar dient de Chinese belangen het beste. De autocratische mogendheid wil geen democratie aan haar grenzen, en creëert liever afhankelijke vazalstaten, zoals Laos. Dit land is via leningen volledig afhankelijk van China.

De invloed van China op de junta is onmiskenbaar. Zo werd de hulp van Taiwan deze week geweigerd. Hulptroepen van ASEAN, het samenwerkingsverband van Zuidoost-Aziatische landen waaronder Myanmar, kregen wel toegang. Maar het is de vraag waar deze hulp terechtkomt. Hoewel de ASEAN-landen de junta na de coup heeft verboden vergaderingen bij te wonen, staat de organisatie niet bekend als daadkrachtig. In 2021 formuleerde ASEAN een vijfpuntenplan om de burgeroorlog te stoppen, maar van uitvoering is niets terechtgekomen.

Er is weinig hoop dat de humanitaire ramp vrede dichterbij brengt

Het ASEAN-verbond, waar onder meer Singapore, Indonesië, Vietnam en de Filippijnen deel van uitmaken, is zeer divers. Een van de uitgangspunten is geen inmenging in elkaars binnenlandse zaken. Ondanks dit neutraliteitsprincipe opperde Maleisië in 2022 tot woede van de junta samenwerking met de regering-in-ballingschap. In Maleisië wonen tweehonderdduizend Rohingya die zijn gevlucht voor het regime in Myanmar. Het voorstel werd verworpen, mede door druk van China op haar vazalstaten, ASEAN-leden Laos en Cambodja.

Ook latere pogingen van ASEAN om te bemiddelen liepen vanwege gebrek aan consensus op niets uit. Zo heeft Thailand banden met Myanmarese rebellen aan de Thaise grens, maar het schurkt vanwege economische belangen ook tegen de junta aan. Dit baart landen als Singapore en de Filippijnen zorgen. Zij vrezen toename van de Chinese invloed.

Dat geldt ook voor India. Naast China en Rusland was India er snel bij om hulp aan het regime te bieden. India heeft zorgen over onrust aan de grens met Myanmar en heeft een grensconflict met China. India streeft als tegenwicht van de groeiende invloed van China eveneens naar goede relaties met de junta, onder andere door handelsovereenkomsten. Zo reisde juntaleider Min Aung Hlaing donderdag naar Bangkok om deel te nemen aan BIMSTEC, een Zuid-Aziatisch economisch samenwerkingsverband tussen onder andere India, Bangladesh en Thailand.

Positie VS onduidelijk

Met de komst van president Trump is de Amerikaanse buitenlandpolitiek in Zuidoost-Azië op de schop genomen. Soft power-middelen, zoals steun aan democratische organisaties en kritische media, zijn geschrapt. Dit heeft grote gevolgen voor de invloed van de Verenigde Staten in de regio. Sinds de coup steunen de VS Myanmarese oppositiegroepen. Dissidenten en leden van de regering-in-ballingschap kregen in Washington onderdak. Maar waar voorheen de VS nog enige druk op de junta konden uitoefenen om hulp in verzetsgebieden toe te staan, is het land sinds de diplomatieke ommezwaai vleugellam. Door de ontmanteling van USAID zijn toegangskanalen naar oppositiegroepen in Myanmar gedecimeerd.

Het is niet duidelijk hoe Trump aankijkt tegen de Amerikaanse rol in Myanmar. Gaat hij de oppositie steunen of zal hij de junta legitimeren? Democratische of humanitaire waarden zullen geen prioriteit zijn. Wel zal Trump Chinese invloed zoveel mogelijk willen terugdringen.

De Europese Unie, die sancties aan het Myanmarese regime heeft opgelegd, wordt niet met open armen ontvangen. De EU heeft 2,5 miljoen euro vrijgemaakt, maar distributie gaat moeizaam. Zo worden visumaanvragen voor medewerkers getraineerd. Inmiddels gebruikt de EU haar eigen Copernicus-satellietnetwerk om schade in kaart te brengen en is er een luchtbrug voor noodgoederen van Kopenhagen naar Yangon in Myanmar opgezet. De hulpgoederen zullen via eigen lokale partnerorganisaties naar Mandalay gebracht worden.

Terwijl de meeste internationale hulporganisaties met moeite noodhulp bij de burgers krijgen, is generaal Min Aung Hlaing donderdag zonder problemen geland in Bangkok. Tussen de beschadigde gebouwen zal hij om hulp voor het regime vragen. Hoelang de junta in Myanmar stand houdt zal meer dan ooit afhangen van andere landen.