N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Provinciale Staten BBB koos drie VVD’ers, twee CDA’ers, een PvdA’er en vijf verkenners die geen lid zijn van een landelijke partij. Vijf van de verkenners wonen niet in de provincie waar ze coalitiemogelijkheden gaan aftasten.
De BBB heeft in de Groningse gemeente Westerwolde campagne gevoerd en ruim gewonnen. In die provincie moet de PvdA’er Ard van der Tuuk een aanzet voor een coalitie bewerkstelligen.
Foto Kees van de Veen
De BoerBurgerBeweging (BBB) onthulde maandagavond de laatste verkenners voor de Provinciale Staten. Pieter van Maaren (CDA) en Herman Sietsma (ChristenUnie) gaan namens de partij van Caroline van der Plas op zoek naar mogelijke coalities in Flevoland. Omdat BBB in alle provincies de grootste is geworden, heeft de partij overal het initiatief om een coalitie te vormen. Opvallend genoeg komen alle verkenners van buiten de eigen partij.
Op voorhand zegt BBB geen enkele partij uit te sluiten die „met gezond verstand” samen een bestuur wil vormen. Maar omdat het een partij is met onervaren bestuurders, en het stikstofdossier een splijtzwam kan blijken bij het vormen van colleges van Gedeputeerde Staten — het dagelijks bestuur van de provincie, kan het een ingewikkeld en slepend proces worden.
Vaak kiezen winnende partijen voor verkenners uit de eigen gelederen met enige afstand tot de politiek; die kunnen het belang van hun partij subtiel en met enige autoriteit behartigen. De twee meest recente premiers, Mark Rutte (VVD) en Jan-Peter Balkenende (CDA), stelden bijvoorbeeld altijd tenminste één partijgenoot aan als verkenner voor hun kabinetten.
Uit de keus voor verkenners van buitenaf blijkt dat BBB vooral een handreiking wil doen naar eventuele coalitiepartners. En toenadering is nodig: in veel provincies is BBB ondanks haar verbazingwekkende winst aangewezen op bijvoorbeeld VVD en CDA om een meerderheidscoalitie te vormen. De meest prominent vertegenwoordigde partij in het lijstje is de VVD, dat drie verkenners levert.
VVD-coryfeeën
Zoals de Zuid-Hollandse verkenner Fred Teeven, een VVD-zwaargewicht. Teeven was officier van justitie en diende daarna van 2010 tot 2015 als staatssecretaris van Justitie, maar verliet de politiek vanwege de Bonnetjesaffaire. De crimefighter keerde terug naar de Tweede Kamer, en toen hij twee jaar later ook daar vertrok, maakte hij een onverwachte carrièreswitch: Teeven werd buschauffeur. Al snel daarna keerde de VVD’er echter weer terug naar het Haagsche; hij werd partner bij lobbykantoor Meines Holla, dat zich onder meer richt op (chemische) industrie, defensie en kansspelen.
Ook in Noord-Holland stelt BBB een VVD-coryfee aan om de onderhandelingen te leiden. Ankie Broekers-Knol, ook voormalig staatssecretaris van Justitie en daarvoor voorzitter van de Eerste Kamer, mag de onderhandelingen gaan leiden. Broekers-Knol, in kabinet Rutte-III verantwoordelijk voor asiel en migratie, staat net als Teeven bekend als een rechtse VVD’er. In 2019 schreef NRC dat zij door ambtenaren werd gezien als impulsief, niet goed op de inhoud en dat ze zich in de regel slecht inleest.
Van buiten de provincie
De derde VVD’er, Astrid Nienhuis, moet een coalitie gaan bewerkstelligen in Drenthe. Opvallend is dat zij niet woonachtig is in de provincie Drenthe: Nienhuis is burgemeester van het Noord-Hollandse Heemstede. Nog een opvallende keuze is burgemeester Ard van der Tuuk in Westerkwartier, Groningen. Van der Tuuk is van de Partij van de Arbeid, en liet zich kritisch uit over protesterende boeren die vuilnis dumpten op de snelwegen in de gemeente Westerkwartier. De Drentse BBB-lijsttrekker Gouke Moes noemde Van der Tuuk een ‘verbinder’.
Burgemeester Danny de Vries (CDA) van het Utrechtse Oudewater moet in zijn provincie een ‘brug slaan’ tussen het platteland en de stad, aldus Utrechtse BBB-lijsttrekker Anton Verleun afgelopen vrijdag tijdens een debat over de verkiezingsuitslag. Volgens Verleun is geboren Amsterdammer De Vries ideaal voor die rol omdat hij eerder woonachtig was in verschillende steden, maar tegenwoordig burgemeester is in een plattelandsgemeente.
Ook het Gelderse SGP-kamerlid Chris Stoffer wordt ingevlogen; hij wordt verkenner in Friesland. In de gemeente Nunspeet leidde hij in 2014 en 2018 al de formaties. Volgens de BBB in Friesland staat hij ‘boven de partijen’ en is hij ‘onafhankelijk’.
Naast VVD’ers, een PvdA’er en twee CDA’ers, zijn vooral verkenners zonder (landelijke) partij aangesteld door BBB. In Brabant, Gelderland, Overijssel en Zeeland moeten zij voorsorteren op een coalitie. Veel van de verkenners zijn afkomstig uit het gemeentebestuur; zij dienden of dienen als burgemeester of wethouder.
De Labor-partij van premier Anthony Albanese heeft met een overweldigende meerderheid de Australische verkiezingen gewonnen. De partij heeft zeker 85 van de 150 zetels in het parlement behaald. „Australiërs hebben ervoor gekozen wereldwijde uitdagingen het hoofd te bieden op de Australische manier; met oog voor elkaar en door samen te bouwen aan de toekomst”, zei partijleider Albanese, ook bekend als ‘Albo’, tegen een uitzinnige zaal.
De overwinning is voor een groot deel te danken aan de president in het Witte Huis: Donald Trump. De keuze van de conservatieve oppositiepartij om zich te laten inspireren door de retoriek en beleidsplannen van Trumps regering heeft dramatisch uitgepakt. De Liberal-National coalition valt waarschijnlijk terug van 53 naar 41 zetels. Peter Dutton, de leider van de conservatieve Liberal-partij, heeft zelfs na 24 jaar zijn eigen zetel verloren.
Dat was aan het begin van het jaar wel anders. Toen hoopte de Liberal-partij nog mee te liften op Trumps succes. Er werden plannen gepresenteerd die erg op die uit het Witte Huis leken, zoals een ministerie voor overheidsefficiëntie, het ontslaan van ambtenaren en een verbod op thuiswerken. Dat bleek allesbehalve een winnende strategie. De afgelopen weken probeerde Peter Dutton zich te distantiëren van Trump, door te ontkennen dat hij door hem geïnspireerd was. „Ik ken Donald Trump niet”, zei hij twee weken geleden tijdens een debat met Labor-leider Anthony Albanese.
Handelsoorlog
Het was niet voldoende om de Australische bevolking te overtuigen. Sinds Trump een wereldwijde handelsoorlog heeft ontketend, heeft het vertrouwen van Australiërs in de Verenigde Staten een duikvlucht genomen. Uit een recente peiling blijkt dat het vertrouwen van de Australische bevolking in de VS in de afgelopen twintig jaar niet zo laag is geweest. Ruim zestig procent denkt dat Trumps overwinning slecht is voor Australië.
Albanese verwees tijdens zijn overwinningstoespraak naar die fatale fout van de conservatieven. „Wij zoeken onze inspiratie niet in het buitenland, we hoeven nergens te bedelen, lenen of kopiëren. Wij vinden het hier, in onze waarden en onze mensen.”
De winst voor Labor hing vroeg op de dag al in de lucht. Het feest van de democratie wordt in Australië heel letterlijk genomen. Het is traditie om bij de stemlokalen partytenten op te zetten waar mensen een ‘democratieworstje’ kunnen krijgen nadat ze hun stem hebben uitgebracht.
Op de barbecue naast het stemlokaal in Coogee, een wijk in Sydney aan het strand, liggen de worstjes, eieren en spek te sudderen. Ook zijn er zelfgebakken koekjes en muffins te koop. De opbrengst gaat naar een goed doel. „Ik houd van verkiezingsdag. De gemeenschap komt hier samen, mensen gaan picknicken, iemand heeft de moeite genomen om brownies te bakken. Dat wil je toch niet missen”, zegt buurtbewoner Trish Flaherty (70).
Onbetaalbare woningen
Niet alleen de zorgen om internationale spanningen en een handelsoorlog speelden een rol. Ook op de binnenlandse thema’s die belangrijk zijn voor de meeste Australiërs had de conservatieve partij geen goed antwoord, zoals zorgen over de hoge kosten van het levensonderhoud, onbetaalbare woningen en dure gezondheidszorg.
Labor bood meer helderheid. Zo beloofde de partij 8,5 miljard Australische dollar (een kleine vijf miljard euro) te investeren in de versterking van de publieke gezondheidszorg. Starters op de woningmarkt worden geholpen en Albanese beloofde honderdduizend nieuwe, betaalbare woningen te laten bouwen.
Dat slaat aan bij jongere kiezers, die voor het eerst in jaren in de meerderheid zijn ten opzichte van de babyboomgeneratie. Vooral Gen-Z en millennials hebben een belangrijke rol gespeeld tijdens deze verkiezingen. De 22-jarige vriendinnen Alexia Dermatis en Lilia Boag Humphreys vonden het geen moeilijke keuze. „We hebben allebei op Labor gestemd. Ik vooral vanwege gendergelijkheid en klimaat”, zegt Boag Humphreys. „We huren allebei in Sydney, en het is veel te duur. Er moet echt iets gedaan worden aan huizencrisis”, vult Dermatis aan.
Lees ook
Lees ook Trump werpt zijn schaduw over de Australische verkiezingen
Ook de economie en goedkopere energieprijzen stonden hoog op de agenda. De conservatieven wilden kerncentrales bouwen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Maar dat kwam hen op veel kritiek te staan. Het zou te lang duren, gevaarlijk en te duur zijn, stelden veel critici. Labor heeft daarentegen beloofd meer te investeren in groene energie.
Kiesstelsel
De conclusie van analisten is dat Labor op alle fronten een veel betere, inhoudelijke campagne heeft gevoerd. Toch moet de overweldigende overwinning in perspectief worden gezien. Van de achttien miljoen Australiërs die naar de stembus gingen, hebben zo’n zes miljoen niet op een van de twee grote partijen gestemd. Maar vanwege het Australische systeem – waarbij ook bijvoorbeeld de tweede en derde voorkeur van de kiezers mee kunnen tellen – zijn die stemmen toch bij Labor terechtgekomen. Toch straalde Labor-leider Anthony Albanese op de verkiezingsavond van zelfvertrouwen. „Australië heeft gekozen voor rechtvaardigheid, gelijkheid en respect voor elkaar.”
In meer dan elfhonderd pagina’s legde de Duitse nationale veiligheidsdienst vrijdag uit dat de Duitse partij Alternative für Deutschland (AfD) rechts-extremistisch is. Volgens het rapport gaven de opvattingen van de AfD over wie Duitse staatsburgers zijn en de uitsluiting van bepaalde bevolkingsgroepen de doorslag: de standpunten van de AfD zijn in strijd met de vrije democratie. Maar wat betekent zo’n categorisatie precies voor ons buurland?
1. Wat zijn de reacties in Duitsland?
De nieuwe bestempeling voor AfD is voor velen geen schok in Duitsland. „Is de AfD extreemrechts? Oh echt? Zo mag je dat sarcastisch zeggen”, schrijft de politiek journalist Roland Preuss in een opiniestuk voor de Süddeutsche Zeitung. „De zelfradicalisering van de partij vond voor ieders ogen plaats”, aldus journalist Severin Weiland voor Der Spiegel.
Het besluit is dan ook geen verrassing. AfD gold al als „mogelijk rechts-extreem”, meerdere regionale takken van de partij waren al eerder rechts-extreem genoemd en dat stempel kreeg ook de jongerentak (waar de AfD later afstand van deed).
Ook voor Duitse politici komt het besluit niet volledig uit de lucht vallen. Voor velen bevestigt het het belang van de zogenoemde Brandmauer (brandmuur), het cordon sanitaire rondom de AfD. Al jaren wankelde die muur en toen CDU afgelopen januari met steun van AfD een motie voor een strenger asielbeleid aannam was er even sprake van een mogelijke breuk. „De Brandmauer staat nog steeds”, reageerde Markus Söder, de partijleider van de Beierse tak van de christen-democraten, de CSU, in een bericht op X op het besluit. „Dit is een laatste wake-upcall”, aldus Söder. Ook andere partijen stellen dat de AfD nu als bedreiging voor de democratie moet worden gezien. Tegen Der Spiegel zei Die Linke-politica Clara Bünger het niet toe te willen staan dat „AfD democratische middelen gebruikt om de democratie zelf af te schaffen”.
De AfD zelf zegt dat het besluit van de veiligheidsdienst „politiek gemotiveerd” is. In een verklaring op de website noemen AfD-partijvoorzitters Alice Weidel en Tino Chrupalla het oordeel van de veiligheidsdienst vrijdag een „zware slag” voor de democratie. Ze zeggen het besluit te willen aanvechten.
2. Hoe is er vanuit het buitenland gereageerd?
Over het algemeen zorgt de nieuwe bestempeling vooral voor reacties in Duitsland zelf, met één uitzondering: de Verenigde Staten. Zowel de Amerikaanse vicepresident, JD Vance, als de buitenlandminister Marco Rubio reageerde kritisch op het Duitse besluit. Zo noemde Rubio het „vermomde tirannie”. Volgens Vance proberen bureaucraten de AfD kapot te maken. „Het Westen heeft gezamenlijk de Berlijnse Muur afgebroken. En nu is hij juist herbouwd – niet door de Sovjets of de Russen, maar door het Duitse establishment”, aldus Vance op X.
De Duitse regering reageerde fel op de opmerking van Rubio. „Dit is democratie. Deze beslissing is het resultaat van een grondig en onafhankelijk onderzoek ter bescherming van onze Grondwet en de rechtsstaat. Onafhankelijke rechtbanken zullen het laatste woord hebben”, zei het ministerie van Buitenlandse Zaken op X. „Wij hebben door onze geschiedenis geleerd dat rechts-extremisme moet worden tegengehouden.”
3. Leidt dit nu tot een verbod op de AfD?
De beslissing leidt niet tot een automatisch verbod. Wel laait het debat over een dergelijk verbod weer op in de Duitse politiek en samenleving. Zo kopte het Duits tv-programma Tagesschau op de website vrijdagavond dat „de roep op een AfD-verbod steeds luider wordt”.
Om de AfD te verbieden kunnen verschillende organen, zoals de federale overheid, de Bondsraad en de Bondsdag een verzoek indienen. Uiteindelijk kan alleen het Constitutioneel Hof een daadwerkelijk verbod opleggen. Een partij kan verboden worden als deze onconstitutionele doelstellingen nastreeft, ze dit op agressieve wijze doet en als de partij politiek gevaarlijk is door succesvol te zijn bij verkiezingen. Die onconstitutionele doelstellingen van de AfD zijn inmiddels bevestigd door de veiligheidsdienst.
Alhoewel meerdere politici nu oproepen om een verzoek in te dienen, zijn anderen terughoudender. Zo zei Bondskanselier Olaf Scholz (SDP) dat een verbod „niet overhaast” moet worden aangenomen. Dit zou overigens niet de eerste keer zijn dat politici de partij proberen te verbieden. In de Bondsdag werden in het verleden meerdere moties ingediend, maar deze haalden nooit een meerderheid.
Partijleider Alice Weidel in januari op een verkiezingsbijeenkomst van de AfD in Riesa in het oosten van Duitsland waar de partij veel aanhang heeft.
Foto Jens Schlueter / AFP)
De vraag is ook wat voor gevolgen zo’n verbod precies heeft in de samenleving, gezien de brede achterban van de partij. Tijdens de verkiezingen in februari stemden meer dan tien miljoen Duitsers op AfD en werden ze de tweede partij van Duitsland. Friedrich Merz, die dinsdag aantreedt als nieuwe bondskanselier, reageerde de afgelopen dagen nog niet. Hij zei eerder, in januari, tegen een verbod te zijn, omdat dat de AfD „in haar martelaarsrol” alleen maar zou versterken.
4. Heeft deze categorisering nog andere gevolgen?
Naast een oplaaiend verbodsdebat en rumoer in het land, heeft het besluit ook daadwerkelijke, concrete (juridische) gevolgen voor de AfD en haar aanhangers. De activiteiten en de financiering staan onder het scherpste toezicht, wat betekent dat veiligheidsdiensten vergaande maatregelen mogen nemen om informatie te verzamelen. Met instemming van een commissie in de Bondsdag mag ook de onderlinge communicatie van partijleden gemonitord worden.
Voor Duitse ambtenaren geldt dat ze geen lid meer mogen zijn van de partij, dat is namelijk verboden voor organisaties die als extremistisch worden beschouwd. Dit kan concrete gevolgen hebben voor bijvoorbeeld politieagenten en leraren. Volgens Bild willen tot dusver twee Duitse deelstaten, Hessen en Beieren, onderzoeken in hoeverre de categorisatie invloed heeft op AfD-leden en ambtenaren in de publiek sector. „Onze politie en ons administratief personeel moet garanderen dat zij altijd onze vrije, democratische grondwettelijke orde zullen handhaven”, zei de Binnenlandminister van Hessen Roman Poseck (CDU) tegen Bild. Ook de minister van Binnenlandse Zaken in Beieren uitte soortgelijke standpunten.
Lees ook
Lees ook Duitse veiligheidsdienst bestempelt AfD als rechts-extremistisch, debat over verbod laait op
Komende maand zijn regeringsleiders van de NAVO-lidstaten Den Haag, en wat opvalt: veel nieuws over de top gaat over logistiek. Geblokkeerde wegen, politie-inzet, noodverordening.
De top moet een kniebuiging voor Donald Trump worden, zodat de Verenigde Staten eindelijk krijgen wat hij en zijn voorgangers al jaren eisen: hogere defensie-uitgaven van Europese lidstaten. Het zal in Nederland vast nog binnenlandpolitieke spanningen geven.
Maar er sluimert ook een ander dilemma. Het Verdrag van Washington waarmee de NAVO in 1949 werd gevormd, noemt als een van de uitgangspunten dat lidstaten „de principes van democratie, individuele vrijheid en de rechtsstaat” beschermen. Het was decennia vanzelfsprekend. Wás.
Nu doet de Amerikaanse president opzichtige pogingen de scheiding der machten ongedaan te maken. Hij knijpt instituties af – het Congres, media, universiteiten, etc. – die hem weerwerk kunnen bieden. In Europa versterkte hij eenzijdig de onderhandelingspositie van agressor Vladimir Poetin, zodat Oekraïne, Poetins slachtoffer, en de EU in het defensief werden gedwongen.
In andere NAVO-lidstaten gaat het er niet verheffender aan toe. Turkije gooide de voornaamste opponent van president Recep Erdogan in de cel, en vervolgt een Zweedse journalist die daarvan verslag kwam doen. In het Hongarije van Viktor Orbán is de scheiding der machten allang een dode letter. Slowakije gedraagt zich als een opzichtig Russisch slaafje.
En we weten: voorlopig is Europa militair afhankelijk van de VS, het is in de NAVO ‘not done’ elkaars binnenlandse politiek te bekritiseren, dus Trump voor het hoofd stoten lijkt geen optie. Maar de vraag is hoelang dat verdedigbaar blijft.
Massale publiekssteun
De demosclerose brengt ook ander ongemak: de eis dat democratie perfect moet zijn. Maar volksvertegenwoordigingen en regeringen hebben per definitie de zwakte dat ze zich kunnen vergissen, net als trouwens hun kiezers.
Denk aan de massale publiekssteun voor krachtige bestrijding van uitkeringsfraude voorafgaand aan de Toeslagenaffaire. Of aan de naïviteit waarmee Nederland Poetin na diens verkiezing in 2000 in de armen sloot. Zo zijn er zo veel voorbeelden.
De scheiding der machten is het klassieke antwoord: het was Montesquieu die beredeneerde dat macht zonder tegenmacht leidt tot absolute macht. Daarom is het een boeiend misverstand dat Amerikaanse ultraconservatieven de autocratie aanbevelen omdat democratieën te veel fouten zouden maken. Alsof afschaffing van tegenmacht tot minder vergissingen leidt.
Iets anders is dat ook in Den Haag het democratisch normbesef achteruit holt. Herman Tjeenk Willink, onder meer oud-vicepresident van de Raad van State, was in de periode 1994-2021 zevenmaal informateur, en daarvoor als topambtenaar tweemaal secretaris van de formatie. Niemand kent de dilemma’s van de Haagse regeringsvorming beter.
Zodoende is het interessant dat hij in een nooit gepubliceerde notitie – anderhalf A4’tje uit 1994, bijgewerkt in 2017 – vijftien „eisen” opstelde waaraan „kandidaat-bewindslieden” horen te voldoen.
Ik haal er een paar uit.
Punt 1: „inzicht in de grenzen van de democratische rechtsorde” – in de spelregels, kortom, tussen overheid en burgers, en tussen burgers onderling. 4: „Weten wanneer de tijd van gaan [voor bewindslieden] gekomen is.” 5: „Het vermogen te luisteren is even belangrijk als het vermogen om te handelen.” 13: „In staat zijn […] het parlementaire debat (meer dan het uitwisselen van standpunten) serieus te nemen.”
Alles in kenmerkende Tjeenk Willink-precisie. En wat leert het ons over het kabinet-Schoof? Neem punt 3: bewindslieden moeten naast „individuele verantwoordelijkheid” oog hebben voor hun „collectieve verantwoordelijkheid” als „lid van de ministerraad”. Een minister neemt actief deel aan die ministerraad en accepteert de eenheid van kabinetsbeleid.
Een basale Haagse spelregel waarvan de afgelopen driekwart jaar niets overbleef: premier Dick Schoof werd voortdurend afgevallen. Voorbeelden te over. Hij moest vicepremier Fleur Agema (Volksgezondheid, Welzijn en Sport, PVV) al in oktober op haar vingers tikken omdat ze neerbuigend was over de Eerste Kamer inzake asielnoodrecht. Dezelfde Agema was in maart, met vicepremier Mona Keijzer (Volkshuisvesting, BBB), openlijk verbaasd over verlengde militaire steun aan Oekraïne, toegezegd door Schoof. Minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie, PVV) gaf, ook in maart, publiekelijk af op Schoof („ik ben er klaar mee”) omdat haar asielwetten de agenda van de ministerraad niet haalden. Et cetera.
Leegheid van kabinetsbeleid.
Conceptuele fout
Dit verlies van vormelijkheid, van tradities en gewoonten opent de deur naar meer oncollegiaal gedrag en vergroving. En het illustreert een conceptuele fout van Richard van Zwol, een van de informateurs en later de formateur van het kabinet-Schoof. Hij liet fracties elk hun eigen paragraaf schrijven, zodat partijen in de formatie geen echte confrontatie met elkaar hoefden aan te gaan en ze in feite geen gemeenschappelijke conclusies trokken.
Zodoende heeft het land nu een kabinet met veel beginnelingen, zonder deugdelijke grondslag, en zonder gedeelde normen. Het creëert een prisoner’s dilemma, zeker in deze internationaal onzekere periode.
Aan de ene kant is de politiek, die de eigen spelregels met voeten treedt, het voornaamste probleem van de democratische rechtsorde geworden: waar kan de burger nog op rekenen? Tegelijk is de politiek ook degene die zich het minst van die schendingen bewust lijkt. En alleen de politiek kan dit oplossen.
Informateur Herman Tjeenk Willink tijdens de kabinetsformatie in het voorjaar van 2024.Foto David van Dam
In de VS bracht het decennialange verlies van vormelijkheid, en de politieke onmacht dit te stoppen, politici als Trump voort, die alle macht opeisen. Ze stellen als eerste de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht ter discussie.
Het zegt achteraf alles dat Trump hierover al in zijn eerste termijn, in 2018, in conflict kwam met de hoogste rechter, voorzitter John Roberts van het Hooggerechtshof. Trump deed een hem onwelgevallige gerechtelijke uitspraak over een asielzoeker af als de keuze van een „Obama-rechter”, waarna Roberts hem erop wees dat de VS geen politieke maar „onafhankelijke rechters” kennen.
Vorig jaar ging JD Vance, nu vicepresident, veel verder: elke gerechtelijke inperking van presidentiële handelingsruimte is volgens hem ondemocratisch. In Politico besprak hij het voorbeeld waarin het Hooggerechtshof bepaalt dat de president niet al zijn eigen medewerkers kan kiezen. „Dát is dan de constitutionele crisis, want dan zegt het Hof dat de president geen controle meer mag hebben over zijn eigen regering.”
Het is de houding van politici die elke begrenzing van hun macht afwijzen. Politici die de kern van de democratie niet kunnen accepteren: dat macht door bijvoorbeeld de Grondwet wordt beperkt, en dat ze de macht altijd kunnen verliezen – door opponenten, kiezers of eerder gestelde normen.
Trumps rancunepolitiek – het afpersen van instituties en tegenstanders – is er een logisch gevolg van. Verplichte onderdanigheid aan de machthebber. En uiteindelijk eist de machthebber absolute macht op: hij presenteert minder gehoorzame opponenten als gevaar, als vijanden, wier burgerrechten ontnomen moeten worden.
Het herinnert aan Abel Herzberg, de Joodse advocaat en schrijver die in Bergen-Belsen zag dat de diepe ellende van het kampleven onmenselijk gedrag bovenbracht: jatten, vechten en meer. Maar voedsel stelen om de honger te stillen verdiende straf, vond Herzberg, want de bestolene had ook honger. Hij begon met enkele andere juristen een rechtbank in het gevangenenkamp.
Historicus Hans Goedkoop sprak er mooi over in zijn 4 mei-lezing van 2022. De zittingen trokken zelfs bekijks van de kampcommandant, een SS’er bij wie de herinnering aan de rechtsstaat terugkeerde.
Dus waar bepaalde politici nu rechters politiseren om ze te kunnen diskwalificeren, daar zag Herzberg zelfs in de onmenselijkheid van het kamp de waarde van het recht: het belang van regels, van grenzen, van gelijke rechten.
En wat je niet weet: hoe de politiek en de publieke opinie zouden reageren als hier de rancunepolitiek gaat domineren. Voorlopig zie je vrij weinig gealarmeerde reacties op het democratische verval in de VS, of op het verlies van democratisch normbesef in het hart van het eigen landsbestuur.
Maar mensen ervaren ook geen directe bedreiging: er is redelijke welstand, vrijheid, vaak zonneschijn.
In Februari 1933. De winter van de literatuur (2021) van Uwe Wittstock, een prachtig boek over Duitse schrijvers in Hitlers eerste weken als rijkskanselier, las ik dat het al tijden ijzig koud was toen de nazi’s op 30 januari 1933 aan de macht kwamen. Schrijvers reageerden zoals andere mensen: heldhaftig, gehoorzaam, angstig, overmoedig.
Het deed er niet veel meer toe. Het regime reed als een stoomwals over Heinrich Mann, Thomas Mann en alle anderen heen. Op 7 maart, kort nadat Hitler in tussentijdse verkiezingen zijn macht versterkte, volgde de eerste boekverbranding, in Dresden. In vijf à zes weken werd een hoogstaande cultuur vernietigd.