De Kampeerauto van het jaar 2023 biedt een machtig uitzicht op de ongerepte wereld

Recensie

Auto

Autotest De Tonke-versie van de Mercedes EQV werd tot Kampeerauto van het jaar uitgeroepen. Terecht, vindt .


Foto Merlijn Doomernik

Ooit was de camperwereld overzichtelijk. Die bouwde spuuglelijke mobiele hotels voor boomers met overwinterneigingen. Voor NRC schreef ik er met open mond van stijgende verbazing ooit een reportage over. Alles wat die mensen thuis hadden moest in hun Hymers. Toiletten, douches, zithoeken met het leder en het nepmahonie van de meubelboulevard. De grotendeels gepensioneerde doelgroep betaalde er grif een ton en meer voor.

Toch leerde ik de camperaar begrijpen. Midden in de recreatiejungle zo gerieflijk selfsupporting en mobiel te zijn, leek me het summum van geluk. Maar wat was er aan de goede kant voor liefhebbers aan snelle woonwagens zonder diarreekleurige Max-interieurs te koop, behalve de douche- en toiletloze VW California? Het gat tussen de kitsch-rusthuizen van de pensionado en de vitale outdoorwereld van de werkende mens leek onoverbrugbaar diep.

Toen kwam Tonke, het Brabantse bedrijf van Maarten van Soest, van oorsprong filmmaker. Die bouwde in de winter van 2005-2006 zijn eerste camper, een chique houten keet op een Mercedes-chassis, iets tussen woonwagen en vintage scheepskajuit. Met zijn innovatieve, tegendraadse en esthetisch toonbare voertuigen schudde Van Soest de camperwereld op. En nu maakt hij met inmiddels twaalf medewerkers een camper van de elektrische Mercedes EQV. Die werd in zijn Tonke-incarnatie door de Nederlandse Kampeer Club prompt tot Kampeerauto van het jaar 2023 uitgeroepen. Terecht.

Leeftijdsgrens

Zeker met het extra hefdak à 10.285 euro is de EQV een California-achtig concept. À la VW heb je op dakhoogte een extra tweepersoonsbed onder een schuin opwippende tentachtige luifel. Het bovenbed laat zich in onbeslapen staat ook opklappen, waardoor je je als in de California rechtop kunt uitrekken. In de Touring-versie die ik rijd, is het bed beneden de elektrisch om te leggen achterbank, vanuit de kofferruimte te bedekken met een mooi uitvouwbare matras. Het is daar goed liggen. Door de beperkte breedte moet je liefdesband niet te gewichtig zijn, maar boomerhuwelijken sliepen toch al gescheiden. Het format stelt wel zijn eigen leeftijdsgrens. Tachtigplussers zie ik niet snel door het gat boven de voorstoelen naar de bovenkooi klimmen, al is de beloning voor de moeite groot. Wat lig je daar geweldig bijna in de buitenlucht met machtig uitzicht op de ongerepte wereld.

Interessant genoeg ziet Tonke de EQV niet uitsluitend als vakantievoertuig. Zijn inzetbaarheid is breder. Je kunt hem buiten de vakanties als grote gezinsauto inzetten. Met zijn uitklaptafeltjes en draaibare voorstoelen kan hij een nieuwe generatie mobiele werkenden als rijdend kantoor dienen. Je zou er premium mee uit vissen kunnen. De vangst kun je ter plaatse bakken op de gasloze inductiekookplaat van de bekroonde uitzwenkbare Tonke-keuken. Het is een geniaal huisgemaakt keukenblok dat je met ijskastje en spoelbakje, laden en die vernuftig weggewerkte houten uitklaptafeltjes via de schuifdeur zo naar buiten zwaait. Verder is de EQV, ander voordeel ten opzichte van de oldskool fullsize camper, een min of meer hanteerbare personenauto. De dode hoeken vallen mee en 1 meter 90 breed zijn doodgewone personenwagens ook. Met een hoogte van 1,91 – 1,99 met hefdak – is hij niet veel hoger dan een grote terreinwagen, met alle positieve gevolgen voor rij-eigenschappen en parkeerbaarheid.

Het is een prettig kalm, uitstekend rijdend ding, en de actieradius verrast positief. Met een verbruik van 24 kWh kom je ongeveer aan het bereik dat Tonke opgeeft: 360 kilometer is haalbaar. Bij Tonke kennen ze klanten die er meer dan 400 mee reden. Onder zomerse omstandigheden zie ik dat met een beschaafde rijstijl ook best lukken. Zijn massa is een keiharde garantie tegen energieverkwisting. Je gaat niet trappen met zo’n drie ton wegend apparaat. Dat gewicht is meteen zijn enige minpunt. Het onderstel verwerkt het niet altijd van harte. Reken op enig nadeinen na een heftige verkeersdrempel.

Met een snellaadvermogen van 110 kW behoort de Benz weliswaar niet tot de voorhoede, hij blijft tijdens het laadproces wel geruime tijd boven de 100 kW, terwijl op papier snellere concurrenten na een korte piek snel inzakken. Bij een Ionity-laadpaal zag ik hem kortstondig naar een laadsnelheid van 115 klimmen. Genoeg. Haast heeft de kampeerder toch niet meer – das war einmal.

Later wil ik, voor de levensherfst me aan mijn Prominent kluistert, zo’n EQV om boven mijn inductiekookplaat uitstootvrij tevree te sterven in het recreatieharnas. Dat mag wat kosten, want mijn verloren generatie gaat nog van de Hymer-boomers erven. Er is rechtvaardigheid.