1. Waarom spelen Israëlische teams (nog steeds) in Europa?
Het kortste antwoord: omdat Arabische landen niet tegen Israël willen voetballen. Na de stichting van de staat Israël in 1948 werd het land aanvankelijk, in 1954, lid van de Aziatische voetbalbond AFC. Maar in 1974 kreeg de Arabische boycot van Israël ook vat op het voetbal en werd Israël uit de AFC gegooid. Het land was in de twee decennia daarna geen lid van een continentale voetbalbond. In 1991 begonnen Israëlische teams aan Europese clubcompetities deel te nemen, drie jaar later werd het land ook officieel lid van de UEFA.
Dat betekent dat het land uitkomt in de Nations League, zoals donderdagavond in Parijs tegen Frankrijk, zich via wedstrijden tegen Europese landen kan kwalificeren voor het EK en WK (allebei nog niet gebeurd) en dat Israëlische teams in Europese clubcompetities als de Champions League en Europa League uitkomen.
Na het uitbreken van de oorlog in Gaza klonk, met name vanuit supportersgroepen van Europese clubs, regelmatig de roep om Israël en Israëlische teams uit te sluiten van Europese competities. Dat gebeurde begin 2022 immers ook direct met Russische clubs, die nog steeds niet mogen deelnemen. En eerder dit jaar riepen twaalf landen uit het Midden-Oosten op om Israël uit te sluiten van alle internationale wedstrijden.
Dat is niet gebeurd. Volgens secretaris-generaal Theodore Theodoridis van de UEFA zijn de oorlogen in Oekraïne en Gaza „twee compleet andere situaties in twee landen”. Verdere inhoudelijke toelichting heeft de UEFA niet gegeven, maar er lijkt ook geen druk vanuit Europese voetbalbonden (geweest) te zijn om Israël en Israëlische teams uit te sluiten.
2. Welke plek heeft Maccabi Tel Aviv in het Israëlische voetbal?
Wie een voetbalwedstrijd bezoekt in Israël ziet volgens de Britse journalist James Montague niet alleen een botsing tussen twee steden of wijken, maar ook „tussen verschillende stromingen in de maatschappij”. Montague volgt het voetbal in het Midden-Oosten al meer dan twintig jaar van dichtbij en schreef er een boek over. Eerder dit jaar verscheen de Nederlandse vertaling van zijn meest recente boek, Tussen de ultra’s, over de fanatiekste supportersgroepen in het voetbal.
„Israëlisch voetbal is héél politiek”, stelt de Brit. De naam van een club zegt volgens hem veel over de wortels. Zo komen Hapoel-clubs (bijvoorbeeld uit Tel Aviv of Beër Sjeva) voort uit de vakbond, wat ze doorgaans vrij links maakt. „Hapoel is Hebreeuws voor arbeider.” Beitar, van de radicaal-rechtse club Beitar Jerusalem, is een verwijzing naar de ultranationalistische Betar-beweging. In de hoogste competitie speelt ook een Arabisch-Israëlische club, Bnei Sachnin. Bnei is Hebreeuws voor „zonen”.
Die uiteenlopende achtergronden maken het Israëlische voetbal heel vermakelijk om te kijken, vindt Montague. „Je hebt heel veel verhitte derby’s: zeker niet alleen Joods tegen Arabisch, maar bijvoorbeeld ook links tegen rechts, arm tegen rijk, Joden met voorouders uit Europa tegen Joden met voorouders uit de Arabische wereld.” Beitar tegen Bnei Sachnin is de heftigste confrontatie en altijd een risicowedstrijd.
Clubs met de naam Maccabi (zoals Tel Aviv, Haifa, Netanya) zijn ooit gesticht om de Joodse gemeenschapszin te versterken. Ze zijn zionistisch, maar ook apolitiek. In praktijk gedroegen ze zich lange tijd „niet uitgesproken links of rechts”, aldus Montague. Sportief is Maccabi Tel Aviv volgens hem de „grand dame” van het Israëlische voetbal: het is de enige club die altijd op het hoogste niveau speelde en met 24 landstitels de recordkampioen.
3. Hoe extreem zijn de supporters van Maccabi?
Net als de meeste voetbalclubs heeft Maccabi Tel Aviv gematigde fans en een harde kern. Die laatste groep, volgens Montague enkele duizenden mensen groot, heeft zich verenigd in de Maccabi Fanatics. Israël heeft al jaren een „goed georganiseerde ultra-scene”, merkte hij. Of het nu gaat om gezang, spandoeken op tribunes of instrumenten, toeschouwers doen vaak massaal mee. „Dat geeft een geweldige sfeer in stadions.”
Tegelijkertijd ziet de Brit die ultra’s verrechtsen, overigens niet alleen bij Maccabi, zegt hij. Hooligan-groepen bestaan veelal uit jonge mannen uit de werkende klasse. „Die zie je overal ter wereld naar rechts verschuiven, om allerlei redenen. Zie de opkomst van rechts-populisme, zie de Amerikaanse verkiezingen. Ik beschouw ze als de kanarie in de kolenmijn: aan hun richting zie je waar de maatschappij als geheel heen beweegt.”
Israël is als land de laatste jaren „heel conservatief geworden”, vervolgt hij, en dat is terug te zien op de velden. “In een verdeeld land gold voetbal lange tijd als een heel inclusief toneel. Behalve bij Beitar konden Joden en Arabieren samen in één team spelen. Maar in de laatste tien, vijftien jaar is dat sterk veranderd.” Zo hoort Montague de laatste tijd veel meer anti-Arabische spreekkoren, zegt hij. Bij Beitar niet ongewoon, „maar in Tel Aviv hoorde je die zelden.”
Datzelfde zag ook het New Israel Fund, een Amerikaanse belangenorganisatie die opkomt voor mensenrechten, en dat de laatste jaren bijhield hoe vaak sprake was van racistische spreekkoren in Israëlische stadions. Vorig seizoen was sprake van een toename van 18 procent, tot 224 gevallen, meldde de organisatie voor de zomer. Het uiterst rechtse Beitar leidt de lijst, maar Maccabi Tel Aviv is duidelijk tweede, net als voorgaande jaren.
„Dood aan de Arabieren”, zoals Maccabi-fans ook zongen in Amsterdam, is een terugkerende boodschap. Ander voorbeeld zijn de teksten die fanatieke aanhang in 2014 met spuitbussen rond een stadion schreef: „We willen geen Arabieren bij Maccabi” en „Radi is dood”. Ze waren gericht aan de Arabisch-Israëlische Maharan Radi, op dat moment een van de betere spelers van de club uit Tel Aviv. Hij vertrok kort daarop.
De verharding is niet alleen verbaal, maar ook fysiek, ziet Montague. Hij verwijst naar een voorval van vier jaar geleden, toen een groep fanatieke Maccabi-fans in Tel Aviv betogers aanviel die demonstreerden tegen de regering van premier Benjamin Netanyahu. Bij een Europese uitwedstrijd tegen Olympiakos in Athene, dit jaar maart, sloegen aanhangers van Maccabi een man het ziekenhuis in, volgens Griekse media omdat hij een Palestijnse vlag droeg.
4. Hoe oordelen andere Israëlische ultra’s hierover?
Wanneer fanatieke voetbalfans naar het buitenland reizen, willen ze hun tegenstander „over de zeik krijgen”, zegt Montague. Voor ultra’s hóórt provoceren bij de trip. „Je wilt de stad overnemen: vlaggen stelen, andere fans stangen, elkaar uitdagen, krijgsliederen. Dat gedrag kun je afkeuren, maar het is niet ongebruikelijk en onderdeel van deze wereld. In het basketbal gebeurt dit ook.”
In Amsterdam was de dynamiek echter compleet anders, stelt hij. Daar kozen Maccabi-fans geen voetbalclub uit om uit te dagen, maar een „politieke stroming” door “verschrikkelijke dingen” te zingen. „Maar de reactie was ook politiek”, zegt hij. Die was niet zo heftig omdat Nederlandse relschoppers moeite hadden met de club Maccabi. “Daar zat zeker ook iets van antisemitisch sentiment in.”
Dat is ook het gevoel dat bij andere Israëlische voetbalfans overheerst, zag Montague. In het land heerst volgens hem een „belegeringsmentaliteit”, het gevoel bang te moeten zijn voor de hele wereld, elkaar hoe dan ook te blijven verdedigen. „Dat zag je terug bij de ultra’s van andere Israëlische clubs: die spraken op sociale media allemaal hun steun uit voor Maccabi.”
5. Hoe gaat het verder met Maccabi in Europa dit seizoen?
Maccabi Tel Aviv speelt nog zeker vier wedstrijden in de Europa League dit seizoen. Om veiligheidsredenen worden thuiswedstrijden überhaupt al niet in Israël gespeeld – zoals alle Israëlische teams hun Europese wedstrijden buiten eigen land spelen, net als Oekraïense teams trouwens. In de voorrondes afgelopen zomer speelde Maccabi Petah Tikvah bijvoorbeeld haar thuiswedstrijden in Sofia en was de kleine Hongaarse provinciestad Kisvárda de ‘thuishaven’ van Maccabi Haifa. Maccabi Tel Aviv speelt haar thuiswedstrijden in de Europa League in het stadion van Partizan Belgrado in Servië.
Maar ook de uitwedstrijd van Maccabi Tel Aviv eind november tegen Besiktas, een club uit Istanbul, is verplaatst. Al vóórdat het in Amsterdam uit de hand liep besloot de Turkse overheid dat, gezien de spanningen in het Midden-Oosten, de wedstrijd niet in Turkije gespeeld mocht worden. Na een zoektocht van een week bleek alleen Hongarije bereid de wedstrijd te organiseren, aldus Besiktas, en wel in Debrecen. Aanvankelijk zouden er ook supporters van beide clubs bij die wedstrijd welkom zijn, maar na de ongeregeldheden in Amsterdam besloten Hongaarse autoriteiten dat de wedstrijd achter gesloten deuren plaatsvindt. De enige andere uitwedstrijd van Maccabi is eind januari tegen het Noorse Bodo/Glimt, een team dat haar wedstrijden boven de poolcirkel speelt. Die bestemming is doorgaans zowel afschrikwekkend als aantrekkelijk voor reizende uitsupporters.
„Ik mag naar de Appie.” „Ik met de metro naar het centrum.” Op een schoolplein in Schiebroek-Zuid scheppen jongens tegen elkaar op over de vrijheid die ze van hun ouders krijgen. Ook in de Archipelbuurt in Den Haag voelt de vrijheid voor vier achtstegroepers onbegrensd, al zit er bij Alexander wel een tracker in z’n rugzak. In Amersfoort-Vathorst kijken zó veel ogen mee dat moeder Daphne zich om haar dochters niet snel druk maakt. En in de klas van juf Evelien in het Zeeuwse Kwadendamme hebben vrijwel alle kinderen – op drie na – een telefoon. „Je gaat toch mee met de rest.”
Stapje voor stapje meer zelfstandigheid – dat is de essentie van opvoeden. Maar hoe begeleid je we onze kinderen naar volwassenheid in een tijd waarin ze volgens trendonderzoeken meer uren dan ooit doorbrengen achter een scherm en steeds minder buitenspelen? Hoeveel ruimte geven we onze kinderen buiten op straat? Wat doen ze? En wanneer maken we ons zorgen?
NRC volgt in 2025 drie stadswijken en een dorp die min of meer representatief zijn voor Nederland: een negentiende-eeuwse wijk in Den Haag, een vinexwijk in Amersfoort, een dorp in Zeeland en een kwetsbare buurt in Rotterdam.
In januari vroegen we inwoners naar hun verwachtingen voor het nieuwe jaar, in februari naar hun noodpakket, in maart naar de boodschappen. Ditmaal vragen we kinderen en ouders naar opvoeden. Wanneer moeten ze thuis zijn? Hoe ver mogen ze van huis? En weten hun ouders wat ze doen op hun telefoon?
Den HaagArchipelbuurt
Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger: 72.400 euro
Koopwoningen: 54 procent
Gemiddelde woningwaarde: 639.000 euro
Grootste leeftijdsgroep: 45- tot 64-jarigen (30 procent)
Jongetjes zijn het, bijna jongens. Ze heten Pim en Vince en Jonas en Alexander. Ze zijn elf, of net twaalf, en ze voetballen op het speelplein achter de Openbare Basisschool Archipel in de Atjehstraat. Hooghouden, passen, dribbelen, koppen, schieten op het doel. Ze gieren van het lachen als iemand een bal mist, want die krijgt voor straf kontje knal. Kontje knal? Jonas: „Bukken met je kont naar achteren en dan mogen de anderen daarop schieten.”
Het is woensdagmiddag en de zon schijnt uitbundig. Pim en Vince en Jonas en Alexander komen om de beurt op de stoeprand zitten om te praten over de vrijheid die ze van hun ouders krijgen, de regels. Pim: „Komen we op tv?” Hij belt zijn vader, die meteen opneemt. „Papa? Er is hier een vrouw die vraagt of…”
De andere ouders nemen ook meteen op. Ze zijn aan het werk en vinden het geen probleem dat hun zoon met „de pers” praat. Foto’s? Ook geen probleem. Nee, de jongens zijn niet eerst naar huis geweest om te eten. Ze hebben een broodje gehaald bij de Albert Heijn om de hoek en straks gaan ze terug om een ijsje te kopen. „Of een snoepje”, zegt Pim.
Foto Bart Maat
Ze zijn vanochtend zelf naar school gefietst en aan het eind van de middag fietsen ze zelf terug. Dat mogen ze sinds groep zeven. „Het begín van groep zeven”, zegt Alexander. Voor het eten moeten ze thuis zijn en ja, hun ouders kunnen hen volgen op hun telefoon. Vince: „Geloof ik hoor. Ik weet het niet zeker. Ik heb er nog nooit wat van gemerkt.” Jonas: „Ze kunnen het, maar ze doen het niet. Behalve als ik kwijt ben. Maar ik ben nooit kwijt.” Alexander: „Een keer heb ik iets doms gedaan en nu zit er een tracker in mijn rugtas.” Iets doms? „De elektriciteit was uitgevallen en ik heb geen 4G en toen ging ik bij een vriend eten, maar ik kon niet appen waar ik was. Of ik was het vergeten.” Om half acht kwam hij thuis en ja, toen waren zijn ouders heel boos. „Ik snap het wel hoor. Als je een paar uur je kind kwijt bent, ben je als ouder niet blij.”
En na het eten, mogen ze dan ook buitenspelen? „In de zomer wel”, zegt Vince. „Maximaal tot negen uur à halftien, in het weekend. En nooit alleen.” Alexander: „Gisteravond waren we er allemaal, want de meisjes uit onze klas kwamen. Dat was voor het eerst, dus dat was heel bijzonder.” Jonas: „Ik woon het verst weg en m’n vrienden belden me: ga op tijd van huis, want de meisjes komen. Ik ben gelijk op mijn fiets gesprongen.” Pim: „Ze waren met z’n tienen.” En toen? „Zijn we gaan voetballen.”
Nu is er geen meisje te zien op het speelplein. Toen de school net uit was, om half een, liepen er wel meisjes door de Atjehstraat, in groepjes, begeleid door een vader of moeder. Een moeder vertelde in de deuropening van haar huis dat haar dochter niet zonder toezicht mag buitenspelen. „Ze is acht en ik heb te veel gelezen over pedofielen.” En als haar dochter twaalf is? „Dan ook niet. In elk geval nooit alleen.”
Rotterdam Schiebroek-Zuid
Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger: onbekend
Koopwoningen: 20 procent
Gemiddelde woningwaarde: 276.000 euro
Grootste leeftijdsgroep: 25- tot 45-jarigen (25 procent )
Zaterdagmiddag, 23 graden. Het hek rond de Stephanusschool is dicht en toch spelen tientallen kinderen op het schoolterrein. De jongere kinderen cirkelen links van het gebouw. Ze klimmen op het dak van het schuurtje en kletsen op een vensterbank in de schaduw. Tieners hangen rechts van de school en de oudste jongens voetballen op het blauwe pleintje erachter, sommige met ontbloot bovenlijf.
In de schaduw praten de jongsten hard door elkaar, zeven jongens en een meisje in voetbaltenue. De jongens scheppen op. „Ik mag naar de Appie”. „Ik met de metro naar het centrum”. „Niet! Niet! Hij liegt!”. „Boys, boys”, zegt het meisje, ze is 10. Dan komt haar broer. „Jullie mogen hier niet zijn”, zegt hij. Journalist en fotograaf? Of zijn we soms kinderlokkers? „Houd je bek”, schreeuwt het meisje, „ik kén haar”. Ze trekt ons aan de arm mee naar haar huis. Haar vader, via Facetime, wil niet dat ze ons te woord staat. Het meisje rent boos de trap af. „Ze accepteert geen nee”, verzucht haar moeder.
Terug op het plein gaan de oudere tieners zich ermee bemoeien. Een jongen beslist: „U komt aan onze groep mevrouw. Niemand wil praten, oké? Ik zou maar weggaan als ik u was.” Van de zijkant vliegt een eerste kluit aarde onze kant op. Een bal. Een stok. Nog een stok.
Emily (8) uit Schiebroek-Zuid heeft een telefoon, haar moeder kan volgen waar zij is.Foto Hedayatullah Amid
Wie zich er niets van aantrekt: Emily van acht. In de chaos kletst ze onverstoorbaar met haar beste vriendin op het klimrek. „Ik woon in die flat daar”, zegt ze. Emily en haar vriendin voorop, de stoet, de stokken, de bal en kluiten aarde volgen. Ze belt aan, de deur opent. In de portiekhal stoot het meisje in voetbaltenue een tak van een meter lang tegen het voorhoofd van het vriendinnetje van Emily en zij moet hard huilen. De stoet doet haar na, maar harder, het gekrijs galmt door de hal.
Emily’s volwassen nicht komt naar beneden, jaagt iedereen weg en sluit de buitendeur. Ze belt de moeder van Emily, we mogen binnenkomen. Beneden klinkt nog minutenlang gebons op de deur.
Zo. In Emily’s huis is het rustig en gezellig. Lag het aan ons, alle onrust? „Dat denk ik”, zegt Emily. Maar als ze ruzie heeft met een vriendin en het daarna weer goed is, bemoeit óók iedereen zich ermee. Haar doen ze niets. Ze heeft twee oudere zussen, die van 14 woont hier.
Haar moeder is schoonmaakster op een basisschool in de buurt. Die weet altijd waar ze is. Sinds haar achtste heeft Emily een telefoon. „Mijn moeder krijgt een piepje als ik ergens binnenga of een vriendin ophaal”, zegt ze. Zegt haar moeder wel eens dat ze te veel op haar telefoon zit? „Altijd”. Ze kijkt naar The Prince Family op YouTube, of speelt Brainy prankster, dat kan ook zonder wifi.
In het weekend is ze op pad. „Buiten is het leuk”. Na het ontbijt wacht ze even en dan mag ze, „anders ga ik overgeven”. Tikkertje of verstoppertje met vriendinnen op het grasveld achter haar huis of op het schoolplein. Soms mag ze iets kopen op de Teldersweg. Eén keer ging Emily alleen naar judo, maar verder brengt haar moeder of zus haar. Naar school gaat ze met de tram, het is één halte. Als ze die mist, loopt of fietst ze naar school. Voor het donker is ze binnen. Ze heeft een sleutel, maar die gebruikt ze nooit. Er is altijd iemand thuis.
Foto Hedayatullah Amid
Amersfoort Vathorst-De Laak
Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger: 52.200 euro
Koopwoningen: 64 procent
Gemiddelde woningwaarde: 491.000 euro
Grootste leeftijdsgroep: 30- tot 39-jarigen (29 procent)
Dáár, in de verte, zijn haar drie dochters aan het spelen. Zeven, vijf en drie jaar oud. Op een speeltoestel, vermoedelijk. Zo’n 150 meter verderop en Daphne Dales (34) kan ze vanaf haar woning nét niet zien.
Geeft niks, want het parkachtig grasveld waaraan ze woont is aan twee kanten omgeven door huizen en op die ene autoweg weet iedereen dat je rustig moet rijden. In Amersfoort-Vathorst, een kinderrijke wijk, vind je geen fluorescerende poppetjes langs de weg aangeschaft door verontruste bewoners, maar vaste bebording met ‘Hier leren kinderen oversteken, matig uw snelheid’.
„De wijk is erop ingericht, overal staan paaltjes”, zegt Dales, die haar jongste met de bakfiets al vroeg deze middag van de crèche heeft gehaald. In één rechte lijn, over een vrij liggend fietspad. Langs meerdere basisscholen, een kinderboerderij en een pannenkoekenhuis. „Met de auto had ik flink om moeten rijden.”
De middelste was vandaag ziek dus die bleef thuis en de oudste heeft ze zojuist opgehaald van de basisschool. Tegelijk met nog honderden andere ouders. „Eén grote mierenhoop.” Zou je deze wijk één dag met een drone bekijken, dan zie je ’s ochtends om 7 uur overal de lampjes aangaan en om 8 uur iedereen de deur uit gaan, op weg naar één van de negen scholen in het midden van de wijk en om 14 uur weer terug. Lopend, fietsend, steppend, rolschaatsend. Veel kinderen alleen, of met vriendjes. Vanaf een jaar of negen. „Dat kan hier.”
En daarna met de buurkinderen buiten spelen voor de deur in één van de vele hofjes of speeltuintjes voor de deur. „Wij hebben thuis nooit strijd om tablets”, glimlacht Dales. „Je straft ze juist door te zeggen: je mag niet naar buiten.”
De kinderen van Daphne Dales uit Amersfoort-Vathorst spelen graag buiten.
Foto’s Dieuwertje Bravenboer
Op het grasveld voor haar woning spelen haar kinderen dikwijls schooltje. Hup, krijtbord buiten en twaalf, dertien meiden in het gelid. Zeker 25 kinderen uit de buurt kent Dales. Van naam, én de naam van hun ouders. En allemaal kennen ze ook háár kinderen. Vijfentwintig maal twee ouders à twee ogen. Dat maakt honderd ogen, die allemaal meekijken naar elkaars kinderen. Dus toen die ene keer een potloodventer bij het veldje stond, stond er gelijk een bericht op de buurtapp.
Dales is zelf opgegroeid in Laren. Ook prachtig. Maar daar spelen de kinderen vooral in elkáárs tuin en niet op openbaar terrein. „Hier in Vathorst leren ze veel van elkaar. Samenspelen, maar ook ruzie maken.” En in Hilversum, waar ze tot twee jaar geleden woonde, was het veel drukker. Verkeer, maar ook onbekende types. „Daar kon ik ze echt niet zo vrij laten.”
Vathorst mag dan officieel bij Amersfoort horen, velen zien de wijk als een wereld op zich. Een veilige, ideale wereld waar je niet uit hoeft. En ja, Dales gaat heus wel eens met de kinderen naar Amersfoort – de bios – of Amsterdam – Nemo. Maar de „keiharde buitenwereld” zoekt ze niet op. Het is juist fijn, zegt ze, dat haar kinderen hier vrij en zorgeloos kunnen opgroeien. „Die zorgen komen later, in de echte wereld, tóch wel.”
Borsele Kwadendamme
Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger: 36.400 euro
Koopwoningen: 72 procent
Gemiddelde woningwaarde: 317.000 euro
Grootste leeftijdsgroep: 45- tot 65-jarigen (30 procent)
Hoeveel vrijheid krijgen de kinderen uit combinatiegroep zeven en acht van de dorpsschool in Kwadendamme? Lisa uit groep acht steekt haar vinger op. Sinds vorige week mag ze na het eten nog even buitenspelen, vertelt ze glunderend. „Tot acht uur.”
Ze is net twaalf, en de laatste van haar vriendengroep die dit privilege krijgt. Eerder mocht ze direct na school wel buitenspelen, maar moest ze om vijf uur thuis zijn. Dan aten ze met het gezin, werd er wat gelummeld en daarna was het bedtijd.
Lisa haalt haar schouders op. „Mijn ouders waren denk ik bang dat ik zou verdwalen, of dat iemand me mee zou nemen.” Op de eerste avond dat ze ’s avonds naar buiten mocht, ging ze met vriendinnen naar de speeltuin en daarna slootjespringen. „Ik viel, en nu heb ik een hele hand vol splinters.” De klas van juf Evelien lacht.
Evelien Capello (37) werkt al bijna twintig jaar in het onderwijs en ziet dagelijks hoeveel vrijheid ouders hun kinderen geven. Heel simpel, zegt ze: „Als er één mag, volgt de rest vanzelf.” Ze ziet het bij de ‘pannakooi’ voor de school, een voetbalveld met een hek eromheen. Na de lessen gaan de kinderen eerst naar huis en terwijl Capello binnen nog werk controleert verzamelen ze zich daar alweer. Ze fietsen erheen uit Kwadendamme en omliggende dorpen.
Dat begint vanaf een jaar of acht. Die leeftijd is de afgelopen decennia eigenlijk nauwelijks veranderd, constateert Capello.
Bijna alle kinderen uit de klas van docent Evelien Capello in Kwadendamme hebben een eigen telefoon én Snapchat.
Foto’s Wouter Van Vooren
In groep zeven en acht bereiden kinderen en hun ouders zich voor op een toekomst met meer zelfstandigheid. Nieuw daarin zijn de elektrische fietsen, die steeds meer meisjes uit groep acht dit voorjaar van hun ouders krijgen. Ze oefenen alvast voor de rit naar Goes, waar ze straks allemaal naar de middelbare school gaan — een halfuur verderop. De jongens gaan nog niet elektrisch; zij hebben serieuze zwarte herenfietsen ‘op de groei’ gekregen. „Dat is bij hen nu de mode.”
Bijna alle kinderen uit de klas hebben een eigen telefoon. De regels komen grofweg op hetzelfde neer: de meesten hebben een limiet van een paar uur en mogen ’s avonds na een bepaalde tijd niet meer op hun schermpje. Ouders controleren — stiekem of aangekondigd — wat er allemaal op de telefoons gebeurt.
Hoewel je volgens de officiële regels dertien moet zijn, hebben ze bijna allemaal Snapchat. Via dat platform houden ze contact met elkaar. „Soms pak ik ’s ochtends mijn telefoon erbij, en zijn alle berichten weg,” zegt een meisje uit de klas. Dan heeft haar moeder alles gelezen, waardoor de berichten verdwijnen.
Foto Wouter Van Vooren
Bas (11) uit groep 7 is een van de drie kinderen uit de combinatieklas die nog geen telefoon heeft. Na schooltijd staat zijn moeder Femke voor het hek te wachten. „Ik vraag hem: waar heb je een telefoon voor nodig? En dan weet hij het antwoord eigenlijk niet.” Ze hebben afgesproken dat hij er in groep 8 wel een krijgt. „Je gaat uiteindelijk toch mee met de rest,” zegt Femke. Tot die tijd mag hij op de iPad op Snapchat.
Lisa, die ook nog geen telefoon heeft, heeft een nieuw doel nu ze ’s avonds naar buiten mag. Ze wil graag met haar vriendinnen naar de stad, naar Goes — een halfuur fietsen — om te gaan winkelen. Wanneer denkt ze dat dat mag? „Als ik het 580 keer heb gevraagd.”
Het Openbaar Ministerie heeft na drie jaar zoeken zes verdachten van grafschennis achterhaald die in september 2021 paranormale ‘energie-sessies’ hielden op de begraafplaats Rusthof in Leusden. Op het kinderveld van die begraafplaats probeerden zij na sluitingstijd overledenen met lichtbolletjes en warmtecamera’s aan te roepen. De families van de overledenen wisten van niets, vijftig nabestaanden deden aangifte toen die séances achteraf uitlekten.
De ‘spirituele onderzoekers’, zoals zij zichzelf noemden, hadden voor die séances toestemming gekregen van de toenmalig directeur van de begraafplaats, een hoge ambtenaar van de gemeente Amersfoort. De burgemeester van Amersfoort, Lucas Bolsius, kon de nabestaanden lange tijd niet vertellen waarom die toestemming verleend was en wie die ‘spirituele onderzoekers’ waren. Hij schakelde wel de Nationale Ombudsman in die, na onderzoek, concludeerde dat de toestemming nooit verleend had mogen worden.
Met wie hebben we contact?
Voor een aantal nabestaanden was de grafschennis zo heftig dat zij hun geliefden elders wilden laten herbegraven. In vijftien gevallen is dat inmiddels gebeurd, op kosten van de gemeente.
Op uitgelekte videobeelden was te zien hoe dat paranormale onderzoek in de praktijk verliep: „Met wie hebben we contact?”, luidde een vraag gericht aan een overledene, terwijl een lichtbolletje bij een graf opvlamde. (…) „Vind je het een beetje eng dat iedereen komt kijken?”, was de vervolgvraag. „Kun je het lampje nog één keer laten branden? Dan weten we dat je er bent. (…) Goed zo jongen. Hield jij ook van voetbal?” Of bij een ander graf: „Bent u een oudere dame? Is uw overlijden heel snel gegaan?”
Gekraakte telefoon
Het Openbaar Ministerie heeft er lang over gedaan om te achterhalen of er daadwerkelijk sprake was geweest van grafschennis en wie de mogelijke daders waren. In oktober 2023 werd één deelnemer aan de ‘paranormale sessies’ vervolgd voor grafschennis. Het was volgens het OM voor het eerst dat een dergelijke vorm van grafschennis voor de rechter zou worden gebracht. In dat onderzoek wist de politie uiteindelijk ook de andere deelnemers op te sporen. Dat lukte door de telefoon van de eerste verdachte te ‘kraken’, waardoor een groot aantal gegevens beschikbaar kwam, waaronder de personalia van de andere verdachten.
Vier van de zes worden daadwerkelijk vervolgd, zo maakte het OM woensdag bekend. Van de overige twee kon niet worden vastgesteld of zij zich ook daadwerkelijk schuldig hadden gemaakt aan grafschennis. Dat geldt ook voor de twee ambtenaren van de gemeente Amersfoort: zij waren verantwoordelijk voor de toestemming en de gang van zaken op die avond, maar hadden zich volgens het OM niet schuldig gemaakt aan grafschennis. De twee ambtenaren werken inmiddels niet meer bij de gemeente. Naar de directeur van de begraafplaats is indertijd een integriteitsonderzoek gedaan, maar een woordvoerder van de gemeente wil niets kwijt over de uitkomsten daarvan.
Unieke strafzaak
De verdachten die zich wel voor de rechter moeten verantwoorden zijn een 46-jarige vrouw uit Nieuwkoop, de eerste verdachte die werd aangehouden, en drie vrouwen van 36, 41 en 79 jaar, afkomstig uit Rotterdam, Waalwijk en Hoevelaken. Het OM wil dat een meervoudige strafkamer van drie rechters zich over de zaak buigt, in plaats van de politierechter, omdat het in Nederland nauwelijks voorkomt dat een zaak wegens grafschennis voor de rechter komt. Ook moet het ruimte bieden aan de vijftig nabestaanden, die bij de meervoudige strafkamer meer tijd hebben om verhaal te halen.
Lees ook
Woede en ongeloof bij nabestaanden na spirituele seances op Amersfoorts kerkhof
De ‘rickroll’ kon niet ontbreken. In een video waarin YouTube zichzelf feliciteert, komen veel van de bekendste fragmenten van de afgelopen twee decennia voorbij, met het nummer ‘Never Gonna Give You Up’ van Rick Astley op de achtergrond. De Britste zanger verschijnt op het eind in beeld om het Amerikaanse videoplatfom een fijne verjaardag te wensen. Zijn liedje komt uit 1987, maar kreeg veel later een nieuwe rol als internetgrap. Mensen stuurden elkaar links met allerlei spannende titels, maar onverwacht kwam de ontvanger die erop klikte uit bij de clip. De ontvanger was ‘gerickrolld’. Astley kon zijn nieuwe status als cultfiguur wel waarderen, vertelde hij onlangs nog aan NRC: „Ineens bereikte ik een ander publiek met dat nummer, bij shows dragen jonge meiden T-shirts met de tekst erop.” De video heeft 1,6 miljard views op YouTube.
Het videoplatform werd in februari 2005 opricht, maar de eerste upload was op 23 april 2005. In de 19 seconden durende video ‘Me at the zoo’ staat medeoprichter Jawed Karim in de dierentuin bij een groepje olifanten. Een bescheiden begin van een platform dat een gigantische speler werd. In 2006 werd YouTube gekocht door techgigant Google.
Zanger Rick Astley in de video ‘It’s Our Birthday, Let’s Party’. Beeld: YouTube.
Inmiddels zijn er volgens Google 20 miljard video’s geüpload en komen daar dagelijks 20 miljoen video’s bij. Ter gelegenheid van de verjaardag selecteerden we hieronder 10 video’s die de evolutie van het platform samenvatten. Het is een onvolledige geschiedenis, want YouTube bevat vele subgenres die niet allemaal in een lijst te noemen zijn.
1Evolution of Dance7 april 2006
https://youtu.be/dMH0bHeiRNg?si=c0DaTgeL8aFjq9sa
Een vroege klassieker waarin Judson Laipply in hoog tempo verschillende dansbewegingen doet bij liedjes uit de periode 1956 (‘Hound Dog’ van Elvis Presley) tot 2000 (’N Sync). De video is heel simpel: Laipply staat op een podium en iemand filmt hem vanuit het publiek.
2Chocolate Rain22 april 2007
https://youtu.be/EwTZ2xpQwpA?si=YPXb5RXZDRiK4DBh
Een van de eerste originele liedjes die viraal ging. Ook hier simpelheid troef: Tay Zonday, een jongen met een lage stem, zingt en herhaalt regelmatig de woorden ‘Chocolate Rain’, met een knullig muziekje eronder. De thematiek was wel serieus, zei Zonday later: het nummer gaat over racisme.
3Gangnam Style 15 juli 2012
https://youtu.be/9bZkp7q19f0?si=vxi-O6QAcXsK9nXM
De eerste video die een miljard views binnenhaalde. De Zuid-Koreaanse rapper PSY werd in 2012 een sensatie met een aanstekelijk nummer met grappige dansjes.
41 Miljoen Abonnees! – Enzo Knol Vlog 1 januari 2016
https://youtu.be/LLrSEAFlxzw?si=DgifBs-AXFZsEhM4
‘Ken je hem niet? Raar. Enzo Knol is onwijs populair’, koptenrc.next ruim tien jaar gelden. En inderdaad, vlogger en YouTuber Knol had (en heeft) veel fans. Eind 2015 bereikte hij een miljoen abonnees op zijn YouTube-kanaal. Dat viert hij in deze video. Inmiddels heeft Knol bijna 3 miljoen abonnees.
5Baby Shark Dance17 juni 2016
https://youtu.be/XqZsoesa55w?si=PnJFNfeRoJZr5dAm
Met bijna 16 miljard views is dit meest bekeken video in de geschiedenis van YouTube. Sommige ouders zullen inmiddels nachtmerries krijgen van het nummer.
6Gordon Ramsay Savagely Critiques Spicy Wings24 januari 2019
https://youtu.be/U9DyHthJ6LA?si=lmhm-_mHRyiTAnbh
In de YouTube-talkshow Hot Ones praat presentator Sean Evans op nuchtere wijze met beroemdheden terwijl ze kippenvleugels met steeds pittigere hot sauce eten. In de meest bekeken aflevering krijgt de temperamentvolle televisiekok Gordon Ramsay het steeds moeilijker („Fucking hell! Shit!”). Ook erg grappig: de afleveringen met acteur Idris Elba en komiek Conan O’Brien.
7De online fabeltjesfuik 18 oktober 2020
https://youtu.be/FLoR2Spftwg?si=N80foOuXpH_yPvjV
YouTube staat ook vol met complotvideo’s. Die tonen we hier niet. Arjen Lubach, die met fragmenten uit zijn tv-programma’s ook veel kijkers op YouTube trekt, maakte in 2020 item ‘De Fabeltjesfuik’ over de algoritmes van sociale media die mensen een online omgeving van desinformatie in drijven.
8$456,000 Squid Game In Real Life!24 november 2021
https://youtu.be/0e3GPea1Tyg?si=2PPTgENIIJq2DeDP
De best bekeken video (785 miljoen views) van internetfenomeen Mr. Beast is een ‘echte’ versie van de Netflixhit Squid Game.
9BOOS: This is The Voice20 januari 2022
https://youtu.be/1idPrF17UP0?si=QWrwvBdpZ6Cbnf5s
Het webprogramma BOOS met presentator Tim Hofman bracht in een veelbesproken aflevering meerdere gevallen van grensoverschrijdend gedrag aan het licht bij de talentenshow The Voice. Dit had grote gevolgen. In Hilversum zorgde de kwestie op termijn voor een aardverschuiving. Ook een recente aflevering, over familievloggers, deed veel stof opwaaien. BOOS bereikte in 2024 de mijlpaal van een miljoen abonnees. Lang was het ook alleen op YouTube te zien, maar tegenwoordig is het programma ook via NPO Start te zien.
10Chappell Roan: Tiny Desk Concert21 maart 2024
https://youtu.be/w4WiXKGCJhg?si=WVPJXnc-tC-Pm5az
Het concept van Tiny Desk-concerten van de Amerikaanse radiozender is simpel: grote en opkomende muzikanten komen langs op het kantoor en zingen daar hun liedjes in een intieme setting. Zo is Taylor Swift tijdens haar Tiny Desk te zien met alleen een gitaar en een piano. Een groot contrast met haar bombastische shows in grote stadions. In bovenstaande video treedt popfenomeen Chappell Roan op vlák voor haar grote doorbraak als popster.
<dmt-util-bar article="4891007" data-paywall-belowarticle headline="YouTube is 20 jaar: de evolutie van het platform in 10 video’s” url=”https://www.nrc.nl/nieuws/2025/04/24/youtube-is-20-jaar-de-evolutie-van-het-platform-in-10-videos-a4891007″>