CPB voorspelt ‘magere economische groei’ en zonder maatregelen fikse toename armoede

Economische raming Het inmiddels demissionaire kabinet heeft in april al aangekondigd dat het „kwetsbare huishoudens komend jaar gericht wil kunnen helpen”. Waar het geld daarvoor vandaan moet komen, is onduidelijk
Een winkelstraat in Nijverdal. De afgelopen twee kwartalen kromp de Nederlandse economie.
Een winkelstraat in Nijverdal. De afgelopen twee kwartalen kromp de Nederlandse economie. Foto Vincent Jannink/ANP

Het Centraal Planbureau (CPB) verwacht „magere economische groei” tot en met 2024. Dat meldt het CPB donderdag in zijn zogeheten Augustusraming, een jaarlijkse macro-economische verkenning. De recessie die woensdag officieel is ingezet zal zich naar verwachting dus niet voortzetten. Een groot aandachtspunt voor de Nederlandse overheid zou volgens het CPB de toenemende armoede moeten zijn.

De afgelopen jaren werden huishoudens met lage inkomens geholpen met hun hoge energierekeningen, maar die tijdelijke maatregelen lopen na dit jaar af. Als er geen nieuwe maatregelen worden getroffen, leeft in 2024 volgens de raming 5,7 procent van de bevolking in armoede, tegenover 4,8 procent dit jaar. Dat zijn bijna een miljoen Nederlanders. Het percentage kinderen dat in armoede leeft, stijgt dan van 6,2 naar 7 procent.

Het inmiddels demissionaire kabinet heeft in april al aangekondigd dat het „kwetsbare huishoudens komend jaar gericht wil kunnen helpen, als dat door hoge energieprijzen of inflatie nodig is”. Of de regering die maatregelen nodig vindt, wordt onder meer besloten op basis van de donderdag gepubliceerde raming van het CPB. De bekendmaking van zulke maatregelen zou dan volgen op 19 september, met Prinsjesdag.

Maar het CPB waarschuwt óók voor oplopende begrotingstekort, die „door stijgende overheidsuitgaven aan onder andere rente, klimaat en zorg” kunnen leiden tot een „sterke verslechtering van de overheidsfinanciën op de middellange termijn”. Bij ongewijzigd beleid loopt het overheidstekort op van 2,4% in 2024 tot 3,9%, aldus het CPB.

Na de aankondiging van zijn vertrek in juli zei demissionair premier Mark Rutte (VVD) over waar het geld voor armoedebestrijdingsmaatregelen vandaan moet komen: „Hoe en waar je dat precies vandaan haalt weet ik ook niet hoor, maar je moet [het achterblijven van lage inkomens] wel repareren.”

Lees ook Armoede in Nederland: een hoop goede bedoelingen, maar weinig kennis