Corporaties verkopen opnieuw minder woningen

Woningcorporaties hebben vorig jaar opnieuw minder woningen verkocht dan het jaar ervoor. Ze verkochten samen 6.418 woningen, een daling van 553 stuks.

De cijfers komen van onderzoekers van het Kadaster, die hier donderdag in economenvakblad ESB over publiceerden. De jongste cijfers tonen een voortzetting van de dalende trend van de laatste jaren. In 2015, het hoogtepunt van de woningverkoop door corporaties, verkochten ze ruim 26.000 woningen.

Jarenlang was de verkoop van afbetaalde woningen in steden een belangrijke bron van inkomsten voor corporaties. Hiermee konden ze hun financiën opkrikken, wat vooral in de nasleep van de financiële crisis van 2008 hard nodig was.

Corporaties waren in de problemen geraakt door te risicovolle investeringen en doordat woningen minder waard waren geworden. Ook de verhuurderheffing, een belasting op sociale huurwoningen die toenmalig woonminister Stef Blok (VVD) in 2013 invoerde, drukte zwaar op de woningcorporaties. Onder deze omstandigheden ontstond een verkoopgolf.

Sinds de piek in 2015 verkopen corporaties aanmerkelijk minder woningen. Ze zijn er minder gaan aanbieden doordat de noodzaak daartoe is afgenomen. Zo is de verhuurderheffing inmiddels afgeschaft.

Kleinere rol belegger

De onderzoekers signaleren ook dat het aandeel corporatiewoningen dat in handen van beleggers komt de afgelopen jaren is afgenomen. Nog vaker dan in eerdere jaren gingen de verkochte woningen vorig jaar naar starters en doorstromers.

Hoewel eerdere kabinetten wilden dat corporaties woningen bij verkoop eerst aan huurders zouden aanbieden, verkochten ze de panden vanwege de hogere opbrengst het liefst aan beleggers. In piekjaar 2015 was het aandeel van beleggers het grootst: ze kregen bij de verkoop dat jaar negenduizend voormalige sociale huurwoningen in handen, bijna een op de drie. Dat was vorig jaar nog een op de vijf.

Pas in 2022 werd afgesproken dat corporaties bij verkoop huurders voorrang geven, om doorstroming op de woningmarkt te bevorderen. Dat beleggers minder corporatiewoningen kopen, komt ook door de Wet betaalbare huur. Die nieuwe wet beperkt de huren die ze voor hun woningen kunnen vragen en maakt de woningen voor beleggers minder interessant.

De dalende verkoop van sociale huurwoningen wil niet automatisch zeggen dat er meer huurwoningen beschikbaar zijn. Het aandeel corporatiewoningen dat aan zittende huurders werd verkocht, is wel groter geworden, aldus de onderzoekers van het Kadaster, maar de doorstroming valt tegen omdat veel minder woningen zijn aangeboden voor verkoop.

Ook de nieuwbouw schiet niet op. Ondanks ambitieuze kabinetsplannen om tot 2030 zeker 300.000 huurwoningen te bouwen, blijft het bezit van corporaties al jaren min of meer gelijk op zo’n 2 miljoen woningen. Dit komt ook doordat voor nieuwbouw woningen gesloopt worden, waardoor er netto weinig bij komt. Door hoge bouwkosten en langlopende bezwaar- en vergunningstrajecten lukt het corporaties niet goed om het bouwtempo op te voeren. De Autoriteit woningcorporaties concludeerde in februari dat die woningbouwdoelen met de huidige aanpak onhaalbaar zijn.