Concurrentie voor NS: Arriva komt met een nachttrein


Openbaar vervoer Arriva rijdt binnenkort met een nachttrein tussen Maastricht en Schiphol. Voor het eerst krijgt NS concurrentie op het ‘eigen’ net.

De Arriva-trein tussen Leeuwarden en Groningen.
De Arriva-trein tussen Leeuwarden en Groningen.

Foto Anton Kappers/ANP/Hollands Hoogte

Over zeven weken moeten de Nederlandse Spoorwegen voor het eerst een concurrent dulden op het ‘eigen’ spoor van NS. Op vrijdag 16 december vertrekt de eerste nachttrein van Arriva van Maastricht via Eindhoven en Utrecht naar Schiphol. In januari volgt de tweede nachttrein van Groningen naar Schiphol.

Arriva gaat rijden op het ‘hoofdrailnet’. Dat zijn de belangrijkste treinverbindingen in Nederland waarop NS tot 2025 – of mogelijk nog langer – het exclusieve recht heeft om inter-city’s en stoptreinen te laten rijden.

Sinds 2021 maakt Europese wetgeving het echter mogelijk om ook vervoerdiensten op basis van ‘open toegang’ aan te bieden op het hoofdrailnet. Daarbij kunnen vervoerders voor eigen risico en zonder overheidsconcessie diensten aanbieden op het spoor. Dit lijkt op de situatie in de telecomsector: daar is ook al jaren debat of KPN en Ziggo hun netwerken moeten openstellen voor andere aanbieders van internettoegang.

Arriva is de eerste vervoerder in Nederland die van deze nieuwe wetgeving gebruikmaakt. De introductie van de tweede nachttrein, Groningen-Schiphol, heeft vertraging vanwege een langdurige stremming tussen Lelystad en Zwolle. Arriva heeft nog geen testrit kunnen maken op dit traject.

Een ticket voor de nachttrein heeft een vast tarief, 10 euro, ongeacht vanaf welk station je opstapt. Reizigers kunnen geen gebruikmaken van de ov-chipkaart.

Juridische stappen

Arriva, dat eigendom is van Deutsche Bahn en trein- en busvervoer verzorgt in het noorden, oosten en zuiden van Nederland, wil ook een trein laten rijden tussen Zutphen en Amersfoort. Dat moet vijf keer per werkdag gaan gebeuren. Vanwege „operationele en technische belemmeringen” is die introductie uitgesteld, zegt een woordvoerder van Arriva. Wanneer die trein gaat rijden kan ze nog niet zeggen.

Dinsdag bespreekt de Tweede Kamer de inrichting van het spoor. Dan staat ook de exploitatie van het hoofdrailnet op het programma. Het vorige kabinet gunde twee jaar geleden het gebruiksrecht van de belangrijkste intercity’s en sprinters opnieuw aan NS, van 2025 tot vermoedelijk 2035. Onderhands, zonder openbare aanbesteding.


Lees ook: Nederland botst hard met Europese Commissie over toekomst intercitynet

Volgens de Europese Commissie moet Nederland echter de exploitatie van het hoofdrailnet – het meest lucratieve deel van het Nederlandse spoor – in eerste instantie aan de markt laten. Als vervoerders geen belangstelling hebben om daarop passagiersdiensten te verzorgen, kan pas worden besloten tot een onderhandse gunning. De Commissie dreigt Nederland met juridische stappen als het kabinet geen marktonderzoek laat uitvoeren of commerciële vervoerders interesse hebben in het hoofdrailnet. Bovendien vindt de Commissie het pakket met intercity’s en stoptreinen te groot.

Anne Hetttinga, bestuursvoorzitter van Arriva Nederland, stelt in een reactie op de eerste nachttrein: „Zó moeten we omgaan met het hoofd-railnet. Niet alleen naar mijn mening maar ook geheel volgens de regels van de EU: eerst de ruimte geven aan de markt om treinverbindingen aan te bieden, pas daarna kijken of een openbare aanbesteding nodig is.”

Arriva verwacht binnen een aantal jaar meer treinverbindingen aan te kunnen bieden in open toegang.