Column | Slopen of renoveren? Die vraag verdeelt de wijk

Natuurlijk, er zitten scheurtjes in het metselwerk. En bewoners klagen over schimmel. „Maar joh, wat verwacht je dán?” zegt Peter Kleijn (63) hoofdschuddend. „Deze huizen zijn honderd jaar oud. Dan lekt er wel eens wat.” Wijzend naar z’n eigen dak: „Gewoon dichtgesmeerd met compound. Paar eurootjes.”

Renoveren, wat hem betreft. Daarom heeft Kleijn achter z’n raam de rode poster opgehangen, uitgedeeld door een bewoner van een straat verderop: „Slopen is bezopen.”

„Je bent gewoon voor de buitenwereld aan het stoken”, zegt Gisella Bedo (55), zijn directe buurvrouw. „Overal tocht. En vocht. Het is gewoon triest.” Wijzend naar de dakgoot: „En kijk nou, al die barsten”.

Slopen, wat haar betreft. Daarom heeft Bedo achter haar raam de blauwe poster opgehangen, uitgedeeld door een bewoner van een straat verderop: „Zonder sloop geen hoop.”

Er heerst nogal wat verdeeldheid in Velp-Zuid, een vooroorlogs wijkje in tuindorpstijl met 138 sociale huurwoningen. Overal achter de ramen hangen posters. Rood of blauw.

Een deel van de bewoners staat achter de nieuwbouwplannen van woningbouwvereniging Vivare, die de kosten voor renovatie niet ziet zitten en meer woningen terug wil bouwen. Minder stookkosten, meer parkeerplek, meer openbaar groen, is de belofte. En een riante terugkeer- of vertrekpremie.

Anderen vrezen met de komst van nieuwbouw hogere huren en kleinere tuinen. En wat blijft over van de gezelligheid? Zij staan achter het verzoek dat erfgoedvereniging Heemschut en het Cuypersgenootschap bij de gemeente hebben ingediend om een deel van de woningen de monumentenstatus te geven.

„Cultuurhistorische waarde” is de term waarmee de erfgoedvereniging landelijk zo’n vijftien van deze wijkjes poogt te behoeden voor de sloophamer. „Ze ademen nog de geest waaruit ze zijn ontstaan”, zegt Kees Kwadijk, namens de vereniging. Verheffing van de arbeidersklasse. Diepe tuinen voor eigen groenteteelt. Eigen voorzieningen, plek voor ontmoeting. In Amsterdamse School-stijl: rood zadeldak, gevelversiering, lage goot.

Kwadijk begrijpt de verduurzamingsopgave. Corporaties zien liefst overal A++++ en dan is nieuwbouw de reflex. Maar uit het milieu-oogpunt is renoveren volgens hem vaak beter. Bovendien behoud je de sociale cohesie, „die is niet te reproduceren”.

„Hee! Hoi!” Peter Kleijn woont al veertig jaar in de wijk en kent zowat iedereen. Ze kloppen bij ’m aan voor een klusje en z’n tuin staat vol fietsen en houtwerk – „ook daarom verhuis ik liever niet”. Hij is altijd bezig dus koud heeft-ie het niet snel. „M’n thermostaat staat op 17 graden.”

Gisella Bedo, die sinds vijf jaar in de wijk woont, heeft ’m juist op 22 graden staan. Ze heeft artrose en kou geeft extra pijn.

Ze zien dat de kwestie de wijk in tweeën splijt. Bedo: „Je zegt elkaar nog steeds gedag. Maar toch iets minder dan voorheen.”

Freek Schravesande doet elke donderdag ergens vanuit Nederland verslag.