Column | Rooms sterrendiner

De paus ging dood. In het harnas. En wat voor harnas. De laatste handjes die hij geschud heeft waren die van JD Vance en Mona Keijzer. Toen had hij het hoogste op aarde wel bereikt en kon het niet meer beter worden. Dan mag je weg.

Paus Franciscus leek mij een aardige man. Voetballiefhebber en uiteraard supertrots op zijn landgenoot Lionel. Ook een man die een eind moest zien te maken aan die celibataire bende Roomse kinderlikkers om hem heen. Niet alleen om hem heen, maar wereldwijd. En zeer begaan met het noodlot van het Gazaanse volk dat door Netanyahu en zijn frisse vriendjes systematisch wordt uitgeroeid.

Prachtig dat nu blijkt dat de vertegenwoordiger van God op aarde dagelijks de moeite nam om even te bellen met die kleine Palestijnse parochie in Gaza. Of zijn er nu mensen die deze Franciscus hardop een antisemiet durven noemen?

Ook had hij een groot hart voor de duizenden vluchtelingen in hun gammele bootjes, die wanhopig zoekend naar een piepklein beetje geluk onze kant op dobberen. Hij stond hier overduidelijk anders in dan onze nationale Feldwebel Marjolein Faber, die op dit moment ongetwijfeld loeidruk is om de lintjesverdedigers op haar ministerie op staande voet te ontslaan. Ze heeft Elon Musk al voor advies gebeld, maar die had geen tijd. Iets met een negatief saldo van een paar honderd miljard.

Grappig dat op de Nederlandse televisie juist Mona Keijzer over deze paus kwam klessebessen. Maandag deed zij dat bij Eva Jinek. Waarom zij? Omdat zij dat bijna laatste handje van de paus geschud heeft? Ze heeft hem toen met haar geblondeerde hoofd bedankt voor de inspiratie. Welke inspiratie?

Zij zit in de ultrarechtse coalitie van wie de asielzoekende vluchtelingen zo snel en zo ver mogelijk moeten oprotten. En in een regering die geen lettergreep vuilgemaakt heeft aan de laatste oorlogsmisdaden van Israël. Al stoppen ze de door hun kop geschoten hulpverleners met ambulances en al onder de grond, ons kabinet heeft daar geen mening over. Was dat geen zelfverdediging?

Echt jammer dat Mona de paus niet langer dan twee seconden heeft kunnen spreken. Anders had ze de achtentachtigjarige kerkvorst ook nog kunnen uitleggen dat ze een pleurishekel aan bejaarden heeft. Dat ze zich onlangs nog sterk heeft gemaakt om te voorkomen dat er in haar buurtje een woonzorgcomplex voor ouderen zou komen. Dat ze tot aan de Raad van State heeft geprocedeerd tegen de komst van een hospice. Misschien had ze de oude baas, die als paus de naam van de Italiaanse dierenvriend Franciscus van Assisi gekozen heeft, ook nog even kunnen uitleggen dat er wat haar betreft geen plek meer is voor nestkastjes in nieuwbouwhuizen.

Nee, geweldig dat juist deze hypocriete mooiweerkatholiek over die aardige paus op tv mocht huichelen. Wat een mooiweerkatholiek is? Die gaan alleen met Kerst naar de nachtmis. In wie Mona gelooft? Mona gelooft in Mona. Wel als enige.

Dinsdag sprak ik de Twentse huisarts van Pieter Omtzigt, die even zijn medisch beroepsgeheim schond door mij gierend te vertellen over de bont en blauwe schouders van de afgetreden partijleider. En over zijn totaal ontzette borstkas. Daar had Pietje zelf zo hard op staan rossen tijdens het oefenen voor zijn afscheidsfilmpje dat het leek alsof hij door een blinde psychopaat getatoeëerd was. Buiten zijn politieke successen had hij ook nog uitgebreid willen memoreren over welke klusjes hij thuis zoal opknapte. Afwasmachine uitruimen, lege flessen naar de glasbak. Op aanraden van zijn vrouw heeft hij die heldendaden geschrapt. Net als zijn rol in Sywertgate.

Maar het meest trieste deze week: we zijn Jonnie kwijt. Jonnie Boer, de Johan Cruijff onder de koks. In mijn leven twee keer bij hem gegeten en ik proef elk hapje nog steeds. Jonnie kon het echt. De meest onverwachte en vooral gedurfde combinaties. En zo godvergeten lekker.

Eigenlijk heb ik maar één wens: dat Jonnie gauw een keer zijn sterren uit de pannen mag koken voor Franciscus. Zodat die aardige Argentijn die enge Mona voorgoed en altijd kan vergeten.