Cléééo, Cléééheejoo, daylight come and me wan’ go home. Ja? Lopen maar. Nee, die andere kant op. Naar buiten. Kaas, je jas is hier. Hier. Hier. Schoenen, nee, niet schoenen Cléo? Dan eet ik ze wel op, hmmm, lekkere sch.. niet zo gillen, Jesus Christ, hier zijn ze al. Kaas, je jas. Wat? Ja, planten kunnen giftig zijn, die moet je dus niet eten. Wat dan? Hoeveel dan? Vijf verschillende? Dat moet je dus echt niet doen. Nee, je bent niet overleden. Nee, dat betekent dus niet dat je vanaf nu planten kan eten. Deur dicht, zo. Jongens, in de bakfiets. Yes, jump. Cléo, nee niet zelf doen. Niet. Zo. Gillen. Oké, wel zelf doen. Kaas, heb je je tas. Ga maar halen dan, hier is de sleutel. Wat nou nee? Cléo is twee jaar jonger dan jij en doet alles zelf. Oh. Waar zijn je schoenen nou, Cléo? Nee, oké, wíl alles zelf doen, Kaas. Je hebt gelijk. Ja, wíl. Rijmt op bil ja. Bille en Kamille, precies. Ik ga wel. Sleutels? Waar dan? Oh, gewoon op straat gegooid. Waarom in godsn.. wat? Nee, ik denk niet dat juf Monique echt 305 jaar oud is, nee. Dat heb je vast verkeerd verstaan . Oh, ook meteen gillen. Nee, als je het zo schreeuwt zal je wel gelijk hebben.
Hier, je tas. Hier, je schoenen. Jahaa, zelf doen. Wat vinden jullie eigenlijk van mijn jas? Op diarreekak lijken? Geweldig, dat hoopte ik al. Oké en nu allemaal zitten. Zitten, mondje dicht, flappie floepie floppie, Obama is een toppie, daar gaan we, houd je vast, hoeiiiii. Wat? Obama was de president van de Verenigde.. Amerika. Ja. Heel knap hoor. Nee, niet zo knap als papa. Wat zeg je? Ja, papa is een prachtige man. Nee, Poetin is geen prachtige man. Hitler ook niet, nee. Nee, ik ken Poetin niet. Hij woont niet in Haarlem, nee. Hoewel, zijn dochter. Nee, never mind. Of ik een dochter heb? Ja, dat is die bolle die naast je zit, vriend. Nee, opa is niet mijn dochter. Opa is papa’s vader. Juf Monique is niet ouder dan opa, nee. Ik denk zelfs best wel wat jaartjes jonger. Nee, opa is niet 650. Mensen kunnen helemaal geen 650 worden. Cléo, ik ga straks ‘Edelweiss’ zingen, even wachten. Nee, Kaas, niet verdrietig zijn, misschien kan jij wel 650 jaar oud worden. Net als opa, ja. Cléo. Oké, ja ik doe al mee. Edelweiss, edelweiss, every morning you greeeeet meeeee. Jezus Kaas, jullie moeten echt stoppen met gillen, hoor je andere kinderen zo tekeer gaan? Nee, we doen straks Europapa. Oh god, niet door elkaar please. Ja hoor. Ja, heel mooi. Ja. Clean and bright. Blijf hier tot ik dood ga. (Mompelt) Tot ik dood ga you damn right, Eenhoorn Joost. Nee Cléo, Kaas mag ook in de bakfiets. Niet bijten, niet bijten, niet. Hè, gadverdamme jongens. Wat is dit nou toch de hele tijd? Wilde dieren zijn jullie. Ja, Kaas. Dat doet pijn, dat snap ik. Nee, dat is niet je bijbal. Dat is je oorlelletje. Waarom bijbal? Dezelfde vorm? Hoe kom je daar nou bij?
En nou is het klaar met dat katjesspul. Oh, dan moeten ze lachen. Katjesspul is wat mijn oma altijd zei. Ja, die is dood. Nee, niet katjeslul. Niet zo hard, jongens. Ssshht. Ik. Oké, KATJESLUL IK BEN EEN KATJESLUL. Wat nou, stop mama? LALALALA KATJESLUL IEDEREEN IS EEN KATJESLUL. Stil, papa belt. Stil!
Hee, hallo. Yes, alles onder controle. Lekker stukje fietsen, mooi weertje. Heel gezellig. Zie je zo hè. Joe, joehoe.
schrijft elke week een column. Ze is de auteur van boeken, essays en toneelstukken.