
Het lijkt me zo heerlijk om de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken te zijn en dat je dan zonder een vleugje schaamrood op je kaken glashard in een camera zegt dat je wil dat de EU onderzoek gaat doen naar de naleving van het verdrag dat ons land met Israël heeft. De naleving door de Israëliërs uiteraard. Dat lijkt me duidelijk. En als iemand naar het waarom van dat onderzoek vraagt zeg je dat er geruchten door de Haagse en Brusselse wandelgangen gaan dat het niet helemaal in de haak is wat daar precies gebeurt. Mensenrechtenschendingen. Oorlogsmisdaden. Daar voeg je dan snel aan toe dat dat voorlopig roddels zijn en dat je die natuurlijk niet meteen hoeft te geloven. Laat staan erop reageren. Nee, eerst onderzoeken. We willen de heer Netanyahu en zijn vrienden niet voor het hoofd stoten. Ze zijn te druk met hun zelfverdediging en kunnen geen valse beschuldigingen gebruiken.
Daarop zal misschien iemand opperen dat er in de media toch al een behoorlijke tijd overduidelijke bewijzen zijn. Maar dan kom je met: ‘Nee, eerst goed onderzoeken of het echt waar is. Foto’s kunnen door Hamas geshopt zijn. Net als dat de filmpjes van Israëlische bombardementen door AI in elkaar geflanst zouden kunnen zijn. De zogenaamde Poetinpraktijken. Evenals die rijen hongerige Palestijnse kinderen voor de gaarkeukens. Staan ze inderdaad op eten te wachten? Misschien gaat het wel om een onderzoek naar te vette welvaartlevertjes. Zoals bij ons deze week in de Amsterdamse RAI.
Nee, daar gaan we met de Nederlandse regering zelf eens even goed naar kijken en als er inderdaad wat onregelmatigheden geconstateerd worden dan sturen we een diplomatieke gele kaart. Dat ze weten dat we ze in de smiezen hebben. Nee, we nemen vooralsnog geen maatregelen, maar zeggen wel dat we een streep in het zand hebben gezet en dat we willen dat het probleem ooit wordt opgelost. Als Gaza er dan nog is tenminste. Want als het er niet meer is dan valt er ook niks op te lossen.
Dit zat ik donderdagavond voorzichtig te overdenken op een Amsterdams terras, waar een dame naast me heel smerig zat te vapen. Door de slierten witte rook die haar slecht geboetseerde hoofd verlieten moest ik steeds aan Vaticaanstad denken. En verdomd: mijn buurvrouw had gelijk. God had gesproken en via de Heilige Geest een nieuwe paus aangewezen. Iedereen pakte zijn mobieltje om naar Rome af te reizen. De vapende vamp naast me vroeg of ze op mijn telefoon mocht meekijken. Die van haar herkende haar na haar laatste fillers niet meer. Dat vond ze best erg omdat haar mobieltje eigenlijk nog haar enige contact met de werkelijkheid was. We keken gezellig samen. Opeens sloeg een meneer in de televisiestudio de tafel in tweeën omdat hij met de nieuwe paus ooit aan de wijn had gezeten.
„Als het maar alleen de wijn is”, suggereerde ik tegen mijn tafelgenote, die dat een smerige, suggestieve opmerking vond. Wat ik ermee bedoelde?
„Niks”, loog ik en luisterde naar de man in de studio die uitlegde dat hij met Linke Leo de Veertiende ooit gezellig op stap was geweest.
Verderop riep een man dat het verhaal klopte omdat hij er zelf ook bij was geweest. Volgens hem was het een uit de hand gelopen misdienaarreisje. Vanaf dat moment kreeg hij geen drank meer.
Toen de paus in beeld kwam wenste hij iedereen vrede. Dat vond ik jammer. Ik was toe aan een baldadiger type kerkvorst. Een swingende rapper die voorstelt om op de planeet lekker door te knokken met zijn allen. Eentje die India en Pakistan best hartelijk welkom had mogen heten.
En dat hij dan had gezegd: „Maak elkaar om dat domme Kasjmir schaamteloos kapot, honger elkaar meedogenloos uit en vergeet jullie kernwapens niet. Denk niet aan kinderen. Gewoon de beuk erin. En als jullie willen weten wanneer het te gortig wordt? Pas als de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken dreigt met een onderzoek. Dan moet je oppassen. Maar dat kan zeker nog tien jaar duren”.
