Een massasprint is als een storm op zee. De wielrenners golven van links naar rechts, vooruit, achteruit, schouder tegen schouder. Door het woelen van het water krijgt de ene renner plots een duw, terwijl de andere naar achteren wordt geworpen. Je moet het zien, zeggen ze dan, hoe het water stroomt en hoe je daarop surfen kunt. Maar het is niet rustig kijken en nadenken welke golf je zult nemen als het zestig kilometer per uur gaat – het is handelen op instinct. En het is soms ook gewoon geluk dat de zee voor jou opengaat, zodat je winnen kunt.
Zoals het ging bij Mark Cavendish. En bij Biniam Girmay. Twee etappewinnaars deze Tour die maar weinigen van tevoren hadden opgeschreven. Twee winnaars die geschiedenis schreven en in hun twee totaal verschillende verhalen toch nauw met elkaar verbonden zijn.
Op een donkere hotelkamer in Eritrea, om half zes in de ochtend, ligt Biniam Girmay oude beelden van de Tour de France te kijken. Uit de telefoon in zijn hand klinkt Engels commentaar. Mark Cavendish wordt gegangmaakt door zijn ploeggenoot Mark Renshaw, de massasprint is op handen, op volle snelheid stormt het peloton door de laatste bocht, het is … het is …
Maar voor er gefinisht wordt en de commentatoren kunnen roepen wie er wint, zien we hoe ‘Bini’ zich voorbereidt op zijn vertrek naar Europa. Om zijn geluk als wielrenner te beproeven laat hij als negentienjarige alles wat hij kent achter, want hij heeft een droom voor ogen: meedoen aan de Tour de France. Sprinten als Mark Cavendish. En winnen.
Het is puur toeval dat de Belgische documentairemaker Lieven Corthouts en Biniam Girmay elkaar zijn tegengekomen, in 2018 al. Ze waren allebei in Kigali, de hoofdstad van Rwanda, en op zoek naar een koffietentje. Ze raakten aan de praat, en Corthouts dacht: wat een bijzondere gast is deze jongen. Hij begon meteen met filmen.
Wie gaat er nu op de bonnefooi een Afrikaanse wielrenner van zeventien filmen. Uren en uren, bij wielerwedstrijden in Asmara, waar je over de koppen kunt lopen zo druk is het er. De Italiaanse kolonisator heeft Eritrea voor altijd met het wielervirus besmet, wielrennen is er al jaar en dag de populairste sport. Corthouts filmt bij Bini thuis, bij zijn familie en zijn vriendin. Op trappen waar hij traint, omhoog rennend en weer naar beneden. Wie kon toen weten hoe historisch het document zou worden dat Corthouts aan het maken was.
Girmay was acht jaar toen Cavendish zijn eerste Touretappe won en zestien jaar later verslaat Girmay zijn held. Twee dagen later zet die held streepje nummer 35 op zijn erelijst. Vijfendertig gewonnen Touretappes in een carrière, een nieuw record. Cavendish schrijft wielergeschiedenis.
Maar Girmay schrijft met die ene overwinning wereldgeschiedenis. Na zijn zege is hij in tranen. Bini’s weg naar hier was vaak koud en eenzaam, laat Corthouts in zijn documentaire zien. Vorig jaar behoorde Bini al tot de honderd invloedrijkste Afrikanen, omdat hij in 2022 Gent-Wevelgem en een Giro-etappe op zijn naam had geschreven. Nu is hij de eerste zwarte renner die een Touretappe wint en de groene trui draagt. Hij bedankt God en zijn familie, nog steeds vol ongeloof dat de zee voor hem openging. En hij feliciteert Afrika. Je kunt zien dat hij tot in zijn tenen voelt: dit is niet alleen zijn overwinning, maar de overwinning van een heel continent.
Marijn de Vries is oud-profwielrenner en journalist.