Column | Brave rappers en boze Europapa-haters

Geestig, de rechtse woede over ‘Europapa’, de Nederlandse inzending voor het Songfestival. Het staaltje happy hardcore, een ludieke ode aan Europa, wordt door radicaal-rechts gehekeld als perfide Euro-propa-papa-ganda. Natuurlijk! Een jongen met platinablond haar die een beetje opgewekte euro-lol maakt: pure desinformatie!

Ja, muziek is nooit onschuldig. Of juist wel?

De moord op gangster-rapper Danzel Silos alias Bigidagoe (niet per se ‘straattaal’, overigens, maar sranan tongo voor een gewichtige of dikdoenerige figuur), was aanleiding om het voor het praatgrage en blufferige genre op te nemen. Het was een laakbare „reflex” om die muziek te zien als „oorzaak van geweld”, klaagde een expert. Goed, rap was „verweven” met straatcultuur en die was weer verweven met misdaad, dus geweld en misdaad „horen er een beetje bij”. Maar wees gerust, mensen, er is geen „causaal verband”.

Moet dat een geruststelling zijn? Als de boel zo ‘verweven’ is, wie heeft er dan nog behoefte aan een ‘causaal verband’? En wat zou dat betekenen: dat een rapper al door één ritmische syllabe volautomatisch naar een pistool grijpt? Je kunt ook te veel vragen van een verklaring.

Natuurlijk werkt het niet zo. Zoals ook niemand (hopelijk) denkt dat er een ‘causaal verband’ bestaat tussen het dragen van een Afghaanse jas en het slikken van lsd.

Het roept wel weer de vraag op waarom rebelse popmuziek vaak zo omzichtig wordt verdedigd: heus, het ligt niet aan de muziek hoor. Opmerkelijk ook hoezeer rocksterren – met hun sweet sixteen en groupie-cultuur– ongeschonden door de #MeToo-jaren zijn gekomen.

Ongetwijfeld is die verdediging een reactie op aloude demonisering van ‘losbandige’ muziek. Zoals christelijke rednecks in de jaren vijftig elpees (langspeelplaten) van Elvis en later The Beatles in orgies van morele zuiverheid aan stukken sloegen. Om te zwijgen van de Taliban en andere fundamentalisten, die in elke mandoline de lokroep van Satan horen.

Maar ja, heilig is popmuziek ook weer niet – juist niet.

Nog een geruststelling die niet gerust stelt. HP/De Tijd zette uiteen dat de toename van antisemitisme in Nederland schromelijk wordt overdreven. De huidige anti-Joodse „uitingen” zijn namelijk vooral „politiek” gemotiveerd.

Oh, gelukkig. Alsof dat in de jaren dertig niet ook al zo was. Voor een Joods restaurant trouwens ook een schrale troost: die steen door de ruit was maar ‘politiek’ gemotiveerd.

Antiracisten beweren graag dat intenties er niet toe doen, het zijn de effecten die tellen. Wat als racistisch wordt ervaren, is dat ook – aldus die moraal. Alleen, toch gek, zodra het om antisemitisme gaat, mogen bedoelingen ineens weer heel zwaar meewegen. Niet geruststellend.

Sjoerd de Jong schrijft elke donderdag op deze plek een -column.