N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Bij de personeelsingang van de Tweede Kamer, maandagochtend om tien uur, stapt Mark Rutte bijna op de linkerroltrap, die van boven naar beneden komt. Alsof hij er voor het eerst is. En niet op weg is om in de grote zaal zijn politieke einde aan te kondigen, hij was dertien jaar premier.
Op vrijdagavond tegen middernacht, een paar uur na de val van zijn vierde kabinet, was Rutte nog toegejuicht door mensen die uren achter een dranghek hadden staan wachten. Er was hard geklapt, gejoeld. Op maandagochtend om tien voor tien staan er alleen twee politiemannen. Rutte loopt met opgerolde mouwen zijn kantoor uit. Samen met zijn politiek assistent en twee directeuren van de Rijksvoorlichtingsdienst. In de Herenstraat rent een man van een jaar of dertig op hem af voor een selfie. Ze gaan samen op de foto. Zoals Rutte in de bijna dertien jaar dat hij premier is misschien al een paar honderdduizend keer heeft gedaan. De man krijgt ook nog een klap op zijn schouder: „Fijne dag.”
Op de Herengracht zitten drie bouwvakkers koffie te drinken. „Goed je best doen vandaag”, roept een van de mannen. Rutte zwaait. „Jullie ook!” Maar híj, zeggen ze later, kan op deze dag ontslagen worden als hij het niet goed doet. Ze lachen. In de Tweede Kamer zit de hele oppositie op hem te wachten met een motie van wantrouwen. Als een van de ex-coalitiepartijen ook vóór stemt, zal hij moeten aftreden.
Dat heeft de man die al sinds zijn twaalfde een rol wilde spelen in de politieke geschiedenis niet laten gebeuren. Of het was zijn partij die vond dat het genoeg was geweest. Op zondagochtend had hij nog aan mensen laten weten dat hij wel zin had in een politiek gevecht, hém kregen ze niet zomaar klein. Rutte was in zijn lange loopbaan vaker langs de politieke afgrond gegaan, tegen zijn naaste medewerkers zei hij dan dat ze samen met hem tot de laatste seconde moesten genieten van de politiek. Want daar hoorde het allemaal bij: je kon de ene na de andere verkiezing winnen en de langstzittende minister-president van Nederland worden. Maar het kon ook elke dag afgelopen zijn.
Tegen journalisten zegt Rutte later dat hij op zondagochtend had besloten om te stoppen. En dat hij door niemand onder druk was gezet. Zelf had hij de afgelopen jaren ook zo’n beetje elke VVD’er die had moeten opstappen de eer gegund om hun vertrek helemaal zelf bedacht te hebben.
Nadat hij zijn vertrek heeft aangekondigd wil de Tweede Kamer pauzeren. Rutte pakt zijn spullen bij elkaar en kijkt niet op. De Kamerleden gaan aan de koffie. Alleen PVV-leider Geert Wilders loopt op hem af. „Mark!” Hij geeft hem een hand. „Bedankt, man.” Na de pauze, achter het katheder, spreekt hij Rutte toe: „Respect! Ik wens u het allerbeste voor de toekomst.” De hele zaal roffelt op de banken.