China en Taiwan trekken – tegengestelde – lessen uit de Tweede Wereldoorlog

De kameraadschap tussen China en Rusland is „machtig als de Gele Rivier en de Wolga”, schreef de Chinese leider Xi Jinping in een ingezonden artikel dat deze week werd gepubliceerd in de Russische regeringskrant Rossijskaja Gazeta. Xi brengt momenteel – al voor de derde keer sinds de grootschalige Russische invasie in Oekraïne in 2022 – een bezoek aan Rusland. Vrijdag woont hij in Moskou de militaire parade bij waarmee het land de overwinning van de Sovjet-Unie op de nazi’s in 1945 herdenkt.

Hij grijpt die gelegenheid aan om de sterke banden tussen beide landen te benadrukken. De Sovjet-Unie en China vochten in 1945 samen tegen het fascisme en nu, tachtig jaar later, wordt de wereld opnieuw ernstig bedreigd door „unilateralisme, hegemonie, treiterijen en dwangmaatregelen”, schrijft Xi, waarmee hij met name naar de Verenigde Staten verwijst. „We moeten leren van het verleden en alle vormen van hegemonie en machtspolitiek vastberaden bestrijden.”

We moeten alle vormen van hegemonie en machtspolitiek vastberaden bestrijden

Xi Jinping
president China

Ook Moskou trekt zulke parallellen, in fellere bewoordingen. Bijna heel Europa is tachtig jaar na de oorlog „verenigd onder nazivlaggen” door zijn steun aan „Zelensky’s anti-Russische, racistische bewind”, zei minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov dinsdag. Rusland rechtvaardigde de inval in Oekraïne onder meer door de regering en president Volodymyr Zelensky in Kyiv ervan te beschuldigen een „neonaziregime” te hebben gevestigd.

Steunpilaar

Beijing is officieel neutraal in de oorlog tussen Oekraïne en Rusland, en roept steeds op tot onderhandelingen. In de praktijk is China echter een belangrijke steunpilaar voor Rusland. Zo is de handel tussen beide landen gegroeid tot omgerekend zo’n 216 miljard euro in 2024 – 66 procent meer dan in 2021. China kocht voor 55 miljard euro Russische olie en gas, een belangrijke inkomstenbron voor Moskou. Ook is er veel handel in cruciale ‘dual-use’-goederen met zowel civiele als militaire toepassingen, zoals machineonderdelen en halfgeleiders.

Xi noemt Oekraïne niet in zijn artikel. Hij wijst op een ander belangrijk gevolg van het einde van de Tweede Wereldoorlog: Taiwan kwam bij China nadat de Japanse kolonisator was verslagen. Taiwan stond sinds 1895 onder Japans bewind. De burgeroorlog tussen de communisten en de nationalistische Kuomintang laaide vanaf 1945 weer op en eindigde vier jaar later met de vlucht van de Kuomintang-regering naar het eiland, dat sindsdien in de praktijk zelfstandig wordt bestuurd.

„Wat voor problemen externe krachten ook mogen veroorzaken, de historische trend naar China’s uiteindelijke, onvermijdelijke hereniging is onstuitbaar”, schrijft Xi, die Rusland prijst voor zijn steun voor het ‘één-China-principe’.

Wie vrede koestert, kan zich niet afzijdig houden

Lai Ching-te
president Taiwan

‘Het licht van de vrijheid’

In Taiwan koos president Lai Ching-te op zijn beurt het einde van de Tweede Wereldoorlog in Europa om aandacht te vragen voor de spanningen met Beijing, dat met militaire oefeningen, gesimuleerde blokkades en dreigende taal steeds nadrukkelijker zinspeelt op een invasie van het democratisch bestuurde eiland.

Voor het eerst hield Taiwan een receptie voor Europese vertegenwoordigers ter gelegenheid van „VE [Victory Europe] Day”, zoals 8 mei wordt genoemd. De les van de Tweede Wereldoorlog is dat „wie vrede koestert zich niet afzijdig kan houden en agressie kan toestaan”, waarschuwde Lai. Agressoren stoppen niet tot „alle democratische landen zijn gevallen en het licht van de vrijheid is gedoofd”.