Kabinet akkoord met hogere NAVO-norm van 5 procent

Het Nederlandse kabinet wil dat de NAVO-norm meer dan verdubbelt en 5 procent van het bruto binnenlands product wordt. 3,5 procent zou moeten gaan naar defensie, 1,5 procent is bedoeld ter verhoging van de civiele weerbaarheid. Denk aan verbeteringen voor infrastructuur. 

In 2024 gaf het kabinet 22 miljard euro uit aan defensie. 5 procent halen staat gelijk aan jaarlijks 55 miljard euro, ongeveer een tiende van de Rijksbegroting. Hoe deze uitgaven betaald moeten worden, is niet besloten. Dat is aan een volgend kabinet, zegt demissionair minister van Defensie Ruben Brekelmans (VVD).

Het kabinet besloot vrijdag tot deze inzet tijdens de wekelijkse ministerraad op het Catshuis. De inzet is in lijn met de wens van NAVO-secretaris-generaal Mark Rutte van de afgelopen maanden. Op de NAVO-top in Den Haag op 24 en 25 juni komen landen bij elkaar om een beslissing te nemen over een hogere norm, nu de Russische agressie aanhoudt en de VS als militaire steunpilaar mogelijk wegvalt.

Horde

Rutte wil dat de landen de 5 procent halen in 2032. Andere landen zien liever 2035 als streefdatum. Het kabinet heeft daarover vrijdag geen beslissing genomen, zegt Brekelmans. Wel zegt hij dat hij inschat dat het kabinet met beide jaartallen in zou kunnen stemmen.

Demissionair premier Dick Schoof heeft nog wel een belangrijke horde te nemen voor hij met deze inzet gastheer kan zijn op de NAVO-top. Hij heeft een Tweede Kamermeerderheid nodig voor een mandaat, en sinds de PVV uit het kabinet stapte, komt de coalitie zetels tekort. Moties die opriepen tot een NAVO-norm van 3,5 procent van het bruto binnenlands product, haalden geen meerderheid. De PVV en GroenLinks-PvdA stemden tegen.

De Tweede Kamer debatteert volgende week over de NAVO-top in Den Haag. Dan is de beste kans voor Schoof om een meerderheid achter zijn inzet te krijgen. Hij zal de PVV of GroenLinks-PvdA moeten overtuigen, wil hij niet met lege handen staan op 24 en 25 juni.

Huurbevriezing

De PVV wil dat tegenover defensie-uitgaven evenveel geld voor ‘de portemonnee van de Nederlanders’ staat. Na de onderhandelingen over de Voorjaarsnota was PVV-leider Geert Wilders nog trots op de binnengehaalde ‘boodschappenbonus’ (in de praktijk een tijdelijke verhoging van de huurtoeslag) en de huurbevriezing voor sociale huren. Daar stond tegenover dat de VVD kon pronken met de beslissing om vanaf 2030 737 miljoen euro meer dan de 2-procents-NAVO-norm uit te geven aan defensie.

Maar in de dagen na de kabinetsval zijn juist de kroonjuwelen van de PVV uit de Voorjaarsnota verdwenen. De huurbevriezing gaat niet door, maakte demissionair minister Mona Keijzer (Wonen, BBB) op de dag van de kabinetsval bekend. En voor de tijdelijke verhoging van de huurtoeslag is ook geen geld meer, schreef demissionair minister van Financiën Eelco Heinen (VVD) vorige week. Daarmee is de kans geslonken dat de PVV de premier zal steunen.

Oppositiepartij GroenLinks-PvdA is voor meer uitgeven aan defensie, maar verbindt daar wel voorwaarden aan. De partij wil weten hoe de extra uitgaven betaald worden en wil dat de verhoogde uitgaven niet ten koste gaan van bestedingen aan zorg, onderwijs en sociale zekerheid. De partij wil dat verhoogde defensiebestedingen worden betaald door schulden aan te gaan en door belasting te heffen op rijke mensen en grote bedrijven.

Het is de vraag of GroenLinks-PvdA ermee kan leven dat het kabinet geen keuzes maakt over de manier waarop de hogere uitgaven betaald gaan worden, gezien de eerdere waarschuwingen van deze partij.


‘Rijk doet te weinig om kwaliteit van leefomgeving in Caribisch Nederland te verbeteren’, zegt adviescollege

„Het is alsof de gemeenten in Europees Nederland het nog zouden moeten doen met de wegeninfrastructuur en het bijbehorende geld uit 1950”. Heel treffend zei de voorzitter van de Staatscommissie demografische ontwikkelingen het in oktober tegen de Tweede Kamer. De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (LRi) trekt die kritische lijn door in een vrijdag verschenen rapport.

Een centraal probleem in Caribisch Nederland noemt de Raad de achterstallige basisinfrastructuur voor woningen en wegen. Op Bonaire dateert deze van voor 2010. Toen had Bonaire ruim 10.000 inwoners, inmiddels 25.000. Gezien de rijksfinanciering hierop onvoldoende is aangepast, is sprake van grote achterstanden. Ook op het vlak van „connectiviteit tussen de eilanden, klimaatbescherming en [het] waarborgen voor een gezonde leefomgeving”.

Naast de financiering speelt volgens LRi-lid Jantine Kriens, die bij de totstandkoming van het advies betrokken was, ook een andere structurele kwestie. „Hét grote probleem is de beperkte uitvoeringskracht.” In Caribisch Nederland is namelijk een groot tekort aan vakmensen, ook voor de zee- en luchthavens waar de eilanden verantwoordelijk voor zijn. De Raad pleit voor meer samenwerking met gemeenten of instanties in Europees Nederland om infrastructurele projecten gedaan te krijgen. „Voor de afvalverwerking, wat op Bonaire een probleem is, kan Den Haag bijvoorbeeld gemeenten in Europees Nederland betrekken die hier expertise in hebben”, aldus Kriens.

In het advies Samen naar beter signaleert de Raad, een adviescollege voor de regering en het parlement, kortom „opvallende en onwenselijke verschillen” in nationale beleidsinzet en de financiële ruimte voor het leefomgevingsdomein op de drie eilanden. Ook zijn er „grote achterstanden in de beleidspraktijk” en is er een „forse uitdaging” voor de regering om dit de komende jaren te herstellen.

Het advies van de Raad is aangeboden aan het demissionaire kabinet en de bestuurscolleges van de eilanden.

The Bottom bezien vanaf een berg op Saba.

Foto Remko de Waal / ANP

Lees ook

‘Te weinig agenten, te weinig Haagse regie en steeds meer misdaad’: in Caribisch Nederland is de rechtshandhaving ‘tragisch’

Een badge van de politie op Sint Eustatius. Foto Vincent Jannink / ANP / Royal Images

‘Contrast’

De Raad stelt ondubbelzinnig vast dat de rijksoverheid te weinig inzet toont voor Caribisch Nederland. Een ander voorbeeld daarvan is het watervervoer. „De beperkte betrokkenheid van de rijksoverheid bij de veren in Caribisch Nederland steekt schril af bij de stevige beleidsinzet van het Rijk voor (…) verschillende eilanden in Europees Nederland”, aldus het advies. Waar voor de Wadden vijftienjarige concessies worden afgesloten met rederijen, is in 2025 de subsidie voor de veerboot tussen Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten gehalveerd, en is voortzetting onzeker.

De Raad ziet ook een gebrek aan onderling vertrouwen en ambitie om de achterstanden aan te pakken. In Caribisch Nederland, maar ook in Den Haag. „We zien verschillen in de werkwijze van de betrokken ministeries. We zijn ambtenaren tegengekomen die zich de benen uit het lijf lopen voor de eilanden. Maar er moet ook een politieke wil zijn om dingen voor elkaar te krijgen. Die is bij het ene kabinet groter dan bij het andere,” zegt Jantine Kriens.

Voor de Wadden worden 15-jarige concessies afgesloten met rederijen, maar de subsidie voor de veerboot tussen Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten is gehalveerd

Alexandra van Huffelen (D66), die in het laatste kabinet-Rutte staatssecretaris voor Koninkrijksrelaties was, werd op de eilanden gewaardeerd doordat ze veel betrokkenheid toonde. Bij haar opvolger Zsolt Szabó (PVV) was dat minder het geval. Hij hamerde vooral op ‘zelfredzaamheid’, bezuinigde op de Caribische begroting en botste enkele malen met eilandbestuurders. Szabó wordt overigens opgevolgd door Eddie van Marum (BBB).

De recente val van het kabinet noemt raadslid Jantine Kriens „treurig voor de eilanden” in een toelichting van het rapport, omdat urgent beleid nu stilvalt. In het advies wordt ervoor gepleit dat rijksoverheid en de Caribische eilanden „samen nieuwe ambitiedoelen formuleren” voor huisvesting, infrastructuur en klimaatbeleid voor de periode tot 2050. Ook dient de bestuurshervorming van 10-10-10, toen de Nederlandse Antillen werden opgeheven en gesplitst in drie bijzondere gemeenten en drie landen, „te worden geëvalueerd en herzien”.

De haven van Saba.

Foto Remko de Waal / ANP

Onzorgvuldig

Ook al vormen de drie Caribische eilanden integraal onderdeel van Nederland, „wat betreft de leefomgeving bieden ze niet de vergelijkbare kwaliteiten”, zegt Kriens. Den Haag is volgens de Raad slordig met het doorvoeren van gemeentebeleid voor Europees Nederland op de Caribische eilanden.

Een voorbeeld is de Omgevingswet (2024) voor duurzame ontwikkeling en verbetering van het leefmilieu. Deze wet geldt niet in de Caribische gemeenten, terwijl die onderwerpen regelt als bouwen, milieu, water, infrastructuur, drinkwater en internet – beide laatste duur op de Caribische eilanden, waar een derde van de bevolking onder de armoedegrens leeft.

Volgens Kriens komen die achterstanden voort uit bestuurlijke onverschilligheid en soms ook onwil in Den Haag. „Er zou een gezamenlijke gesprekstafel moeten komen om de achterstanden te bespreken en ambities te formuleren. Het gaat ook over de vraag: wat voor land willen we zijn, en met welke gezamenlijke waarden?”

Lees ook

Ongelijkheid en ongemak: 70 jaar na ondertekening van het Statuut voor het Koninkrijk is ‘het verstandshuwelijk’ met de Caribische eilanden nog steeds ongelukkig

Ondertekening van de Acte van Bevestiging van het Statuut van het Koninkrijk in Den Haag. Koningin Juliana en prins Bernhard verlaten, begeleid door minister-president Drees, de Ridderzaal.


Bewoners van Koreaans grensgebied kunnen weer slapen zonder oordopjes

Bewoners van het Zuid-Koreaanse eiland Ganghwa hebben deze week eindelijk goed kunnen slapen. „Tussen 20 en 21 uur zond het noorden propagandamuziek uit in plaats van vreemde geluiden”, zei bewoner Park Heung-yeol donderdag tegen persbureau AFP.

Daarna werd het zelfs helemaal stil. Noord-Korea heeft de luidsprekers uitgezet waarmee het sinds juni vorig jaar geluiden van sirenes, gebonk, explosies en spookachtig gehuil over de grens zond. Woensdag had Zuid-Korea ook zijn propagandaluidsprekers uitgeschakeld.

Die werden sinds vorig jaar gebruikt om nieuws, weerberichten, propaganda en K-pop over de grens te verspreiden. Volgens het Zuid-Koreaanse leger kan het geluid, afhankelijk van het terrein en de weersomstandigheden, tientallen kilometers ver dragen.

Zo bereikt het Noord-Koreaanse burgers en militairen die aan de grens gelegerd zijn. Nieuwswebsite Daily NK, met bronnen in het gesloten land, meldde dat daar „ademloos” geluisterd werd. „De uitzendingen brengen informatie die de staat als gevoelig beschouwt, zoals kritiek op Noord-Korea’s erfopvolging [in de familie Kim], propaganda voor het kapitalisme en Zuid-Koreaanse muziek, zoals ‘Ollae’ van Jang Yoon-jeong”, aldus een bewoner van de Noord-Koreaanse provincie Kangwon.

Aan de zuidkant van de grens veroorzaakte de Noord-Koreaanse tegenreactie veel overlast. Het constante geluid veroorzaakt slapeloosheid en psychische klachten. Duizenden bewoners kregen dit jaar een schadevergoeding van de overheid.

Deze vorm van psychologische oorlogvoering wordt al tientallen jaren regelmatig door beide landen ingezet. Vorig jaar liet de conservatieve Zuid-Koreaanse president Yoon Suk-yeol de luidsprekers aanzetten als reactie op de ongeveer zevenduizend ballonnen beladen met afval die Noord-Korea tussen mei en november over de grens stuurde.

Maar Yoons opvolger, de vorige week gekozen progressieve president Lee Jae-myung, bepleit toenadering en ontspanning in de relatie met Noord-Korea en had tijdens zijn verkiezingscampagne al beloofd de luidsprekers uit te schakelen. Lee zei donderdag in een toespraak dat hij de „uitputtende vijandigheden” met Noord-Korea wil stoppen, en inter-Koreaanse dialoog en samenwerking wil hervatten.

Brief van Trump geweigerd

Ook de Amerikaanse president Trump, die tijdens zijn vorige termijn verschillende ontmoetingen had met de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un, liet bij monde van Witte Huis-woordvoerder Karoline Leavitt weten „open te staan voor correspondentie met Kim Jong-un”.

Maar daar lijkt Noord-Korea voorlopig geen oren naar te hebben. Leavitt deed haar uitspraak in antwoord op vragen van journalisten over een bericht van de nieuwssite NK News, die woensdag meldde dat Noord-Korea meermalen had geweigerd een brief van Trump in ontvangst te nemen.

Lees ook

Rusland en Noord-Korea beloven elkaar te verdedigen

Vladimir Poetin en Kim Jong-un woensdag tijdens het bezoek van de Russische president aan Pyongyang.

Noord-Korea is volgens analisten veel minder genegen om de relatie met de VS en Zuid-Korea te verbeteren dan tijdens Trumps eerste termijn. Door de nauwe banden die Noord-Korea sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne met Rusland onderhoudt, is het land minder geïsoleerd geraakt. Ook heeft het zijn wapenprogramma flink versneld en uitgebreid.

Volgens de directeur van het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA), Rafael Grossi, bouwt het land aan een nieuwe uraniumverrijkingsfabriek in Yongbyon, even ten noorden van de hoofdstad Pyongyang. Recente satellietbeelden lijken dat te bevestigen.


Heb je geluk nodig voor een ouderenwoning? ‘Je moet gewoon tien jaar vooruitkijken’

Peter van Hese (67) lachte zijn broertje Fred (64) recht in zijn gezicht uit toen die vier jaar geleden meedeelde te gaan verhuizen naar een Knarrenhof . Een huis zonder drempels, deuren breed genoeg voor het geval van een rolstoel, samenleven met andere senioren… „Háháhá, je gaat toch niet in een bejáárdentehuis wonen?” hoonde Peter. Maar Fred en zijn vrouw zetten hun plan door en eind 2023 verruilden ze de Ridderkerkse eengezinswoning waar ze 34 jaar met plezier hadden gewoond voor een hoekhuis in het net opgeleverde hofje een paar straten verderop.

Vier maanden later kregen ze een overbuurman. Peter.

Het lachen was hem vergaan.

Het begon dus met Fred. Of eigenlijk met zijn vrouw, Yvonne. Zij liep almaar moeilijker, door MS, en daardoor besefte ze acht jaar geleden al dat het wonen in een huis met drie verdiepingen ondanks de traplift tegen zijn grenzen aanliep. Ze googelde, belandde op de site van de landelijke organisatie Knarrenhof en schreef zich meteen maar in. Een paar jaar later bleek dat er zowaar om de hoek een hofje zou komen. Fred en Yvonne hoefden gezien hun tijdige inschrijving alleen maar ‘ja’ te zeggen.

„Je moet gewoon tien jaar vooruitkijken”, zei Fred tegen Peter, die inmiddels al minder hard lachte en aandachtig de bouwtekeningen doornam van Freds nieuwbouwhuis. Peter en zijn vrouw woonden al sinds jaar en dag in een eengezinswoning op een paar straten van Fred en Yvonne. Ze waren er als dertigers gaan wonen en hadden er de kinderen grootgebracht. Voor het eerst stond Peter stil bij het feit dat de rugklachten van zijn vrouw heus niet zouden afnemen en dat het traplopen naar wasmachine en droger op de derde verdieping alleen maar meer moeite ging kosten.

Bovendien: wie ging er ooit voor hen zorgen? Hij was nota bene opgeleid als verpleegkundige, werkte al decennia in de zorg, inmiddels als manager bedrijfsvoering in de acute psychiatrie: van personeelstekorten wist hij alles. Tja: was het niet oliedom om een kans te laten schieten op een huis in een Ridderkerks hofje gestoeld op waarden als ‘zorgzaamheid’ en ‘nabuurschap’?

Ze hadden geluk. Er kwam een plekje vrij. Het hoekhuis schuin tegenover Fred en Yvonne. „Wonen tussen de oudjes? Jij?” lachten de vrienden van Peter.

Die vindt het allemaal best, want kijk hoe hij woont: fijne woonkamer met visgraatvloer, kookeiland, ruime slaapkamer grenzend aan een badkamer die breed genoeg is voor als een zorgverlener ooit hem of zijn vrouw moet bijstaan, boven nog een hobbykamer en een logeervertrek. Al met al 112 vierkante meters. En loopt hij de woonkamer uit en het voortuintje in, dan kijkt hij uit over de langgerekte hoftuin en daarachter, naast Freds huis, het gemeenschappelijke ‘Hofhuys’ dat deel uitmaakt van elk Knarrenhof. Daar vinden de vergaderingen plaats, want er is een vereniging van eigenaren en een bewonerscommissie. Er is ook een wekelijkse spelletjesavond, meditatie, een maandelijkse vrijdagmiddagborrel. En op de eerste verdieping van het Hofhuys, toont Peter met trots, bevindt zich een verwarmd wedstrijdbiljart – „ja echt, voel maar”, dan blijft het laken vochtvrij en rollen de ballen beter door. Mannen van het hof trachten hier elke maandagavond hun carambolemoyennes op te krikken. John, Jan, Sander, Kees, Peter, Fred, Koos, Marcel, Rob. ‘Mancave’, prijkt op een bord aan de muur, al denk je bij deze witte muren en plinten niet meteen aan een grot.

Foto’s John van Hamond

Vergrijzingsgolf

Stichting Knarrenhof werd in 2012 opgezet door Peter Prak (58), een gebieds- en projectontwikkelaar met een leidende rol bij grootschalige nieuwbouw als Amersfoort Vathorst, het Zwolse Stadshagen en Groningen Meerstad. „Waarom doet niemand wat met hofjes voor ouderen?” vroeg een Zwolse flatbewoonster van in de zestig hem in 2011. Goeie vraag, dacht Prak, die de vergrijzingsgolf net zo hard zag aanzwellen als het tekort aan seniorenwoningen. Hij ging met de vrouw om tafel. „En dan noemen we het Krasse Knarrenhofjes”, grapte de vrouw, liefhebber van Van Kooten en De Bie.

Maar Prak nam het serieus. Knarrenhof. Heldere naam. Geuzennaam ook: met een knipoog kijken naar je eigen veroudering. Begin 2018 werden in Zwolle de eerste twee hofjes opgeleverd: opgeteld 48 huizen voor zo’n zeventig bewoners van gemiddeld 67 jaar oud, onder wie de vrouw uit het flatje. Inmiddels zijn er twaalf hofjes, vooral in het oosten van het land – Zutphen, Oldenzaal, Emmen, Hardenberg – maar ook in Zeewolde, Gouda en Ridderkerk. Elk hofje bestaat uit nieuwbouwwoningen rond een binnentuin. Er wonen opgeteld zo’n 450 mensen. Prak wil meer: Knarrenhof is bezig met „projecten in zeventig à tachtig gemeenten”. Voor negen nieuwe hofjes zijn de contracten al getekend, vier daarvan zijn in aanbouw. Woningen in de hofjes zijn 65 tot 140 vierkante meter groot, de doelgroep mensen met een „smalle tot gemiddelde beurs”. Huizenprijzen variëren van nog geen drie ton tot 480 duizend euro, afhankelijk van de locatie in het land en het woon-oppervlak. De huizen zijn verkocht voor „ruim 30 duizend euro” onder de marktwaarde, „want anders dan bijna alle partijen op de woningmarkt streven wij niet naar winstmaximalisatie”, vertelt Prak. Zo’n 17 procent van de hofhuizen is sociale huur, een percentage dat hij liefst opkrikt tot 30.

Het idee is niet dat buren elkaars billen gaan wassen

Peter Prak
oprichter stichting Knarrenhof

Mensen in de hofjes wonen op zichzelf – „het is geen woongroep” – maar het is wel de bedoeling dat je actief deelneemt aan het hofleven en omkijkt naar elkaar, nu de zorg in Nederland door personeelstekort verschraalt. „Maar het idee is niet dat buren elkaars billen gaan wassen”, benadrukt Prak. Zijn hofjes richten zich meer op de „preventieve gezondheidszorg” vanuit de wetenschap dat een levendig en nabij sociaal netwerk mensen goed doet. „Gewoon, dat je ertoe doet en niet alleen bent, dat de buurvrouw jou naar de fysio rijdt en jij je buurman helpt met de belastingaangifte.”

Een bewoonster in Ridderkerk had, kort voor haar verhuizing naar het hof, haar heup gebroken, vertelt Fred van Hese. „We haalden haar op als er een activiteit of vergadering in het Hofhuys was, dan ondersteunden we haar terwijl ze met haar rollator liep.” Op een ochtend zagen bewoners dat het donker bleef in haar huis. „Bleek ze te zijn gevallen”, zegt hij. „Dus ja: je let hier wat meer op elkaar. En een praatje van ‘hee hoe is het, moet ik wat voor je doen’ maak je hier ook makkelijker omdat de heggetjes zo laag zijn.”

Inderdaad: de heggen die de voortuintjes afbakenen zijn opvallend laag. Zit je in de voortuin en loopt iemand langs, dan ga je automatisch groeten. Typisch Knarrenhofbeleid: lage heggen en een verbod op schuttingen. De gemeenschapszin wordt ook bevorderd door een ‘sociaal statuut’ met hofregels die bewoners moeten ondertekenen. ‘We staan voor elkaar klaar’, ‘we respecteren elkaars privacy’, ‘we zetten onze vaardigheden en talenten in, in werkgroepen, besturen en activiteiten en stimuleren elkaar om dat te doen.’ Fred van Hese zit in de tuincommissie, Peter is secretaris van de bewonerscommissie. In november hing hij met nog drie bewoners ter versiering lichtjes aan de dakgoten van alle 27 huizen, „want niet iedereen kan dat zelf.”

Fred en Peter storen zich weleens aan het „gedoe” in deze mini-samenleving. Sowieso: Fred is niet gewend te vergaderen, hij werkt als goederencontroleur in de Rotterdamse haven, is „van de school ‘leven en laten leven’” en wordt „heel ernstig moe” van oeverloze discussies over, zeg, de kleur van de zonnneschermen. „Ja”, zegt broer Peter, „daar werd best fors over gestreden, want sommige bewoners wilden alles in dezelfde kleur grijs. Nou, als ik ergens een hekel aan heb, dan is het een soort groot grijs gehaktballenhof waar je woont.” Het hof bereikte een compromis: de zonneschermen mogen in twee kleuren: grijs en bruin. „Rood mocht niet van de architect.”

Foto John van Hamond

Discussies ontstonden ook over de al dan niet kwalijke schaduwwerking van de moeras-eik in de hoftuin en de framekleur van de raamhorren: wit of niet wit? En ook de tuinslanghaspel die Fred aan zijn buitenmuur bevestigde, leidde tot lichte frictie, want dat mag officieel niet. „Wist ik veel”, zegt Fred. De haspel wordt vooralsnog gedoogd, zeker door de buurman die zijn naambordje tegen de regels aan zijn muur bevestigde.

Maar de broers Van Hese nemen het gedoe letterlijk op de koop toe want in het samenleven op dit hofje „schuilt levensgeluk”, zegt Peter. „Het samen inrichten van zo’n tuin, het samen verantwoordelijkheid nemen voor hoe hier te wonen: het spreekt me gewoon aan.” Bovendien, in een land dat danig verlegen zit om huizen en misschien ook om saamhorigheid, weten ze dat ze geramd zitten in hun levensloopbestendige hofhuis voor „wat was het ook weer, 365 duizend euro toch?”

Peters spottende vrienden zijn inmiddels ook ruimschoots uitgelachen, zijn 36-jarige dochter wil hier later wonen en de Ridderkerkse ouderen die zo nu en dan komen aanwaaien om het hofje met eigen ogen te aanschouwen „hebben spijt als haren op hun hoofd dat ze zich destijds niet hebben ingeschreven”, vertelt Peter. „Die zitten nu te verpieteren op een flatje.”

Begint met burgerinitiatief

Niet voor niets staan bijna zestigduizend Nederlanders ingeschreven voor een Knarrenhofhuis. Elk hofje begint met een burgerinitiatief: in tientallen gemeenten overleggen groepjes burgers met de lokale ambtenarij over mogelijke locaties. Soms zit het mee en is er snel een locatie beschikbaar. Dan springen medewerkers van de landelijke Knarrenhof-organisatie bij om met gemeenten en projectontwikkelaars en woningcorporaties en eigen architect het traject vlot te trekken tot en met de bouw. Recordtijd van idee tot bouw was drie jaar, in Emmen. Maar geregeld verzandt het burgerinitiatief in oeverloos wachten. Gemeenten en projectontwikkelaars zijn lang niet altijd happig op het neerzetten van ouderenhofjes met hun schappelijke huizenprijzen. De verkoop ervan levert relatief weinig geld op, ook doordat hofjes veel kostbare ruimte innemen vanwege de gemeenschappelijke tuin en de bredere, levensloopbestendige woningen met slaap-, bad- en woonkamer op de begane grond. Het neerzetten van een wijkje met eengezinswoningen van drie verdiepingen is financieel aantrekkelijker.

Je moet iemand kénnen bij je gemeente

Oud-ambtenaar

Op een jaarlijkse bijeenkomst voor de kartrekkers van burgerinitiatieven vorige maand in Zwolle, uitten aanwezigen hun frustratie over de lokale ervaringen. Apeldoorn: nog geen locatie voor een hof, wel 573 geïnteresseerde burgers. Roosendaal: geen locatie. Barendrecht: idem. In Leeuwarden is er een locatie gevonden, „maar we horen weinig en wachten al lang”. Spijkennise/Nisserwaard: zes jaar geleden opgestart, nog geen grond. Doetinchem: idem. „Je moet iemand kénnen bij je gemeente”, zegt een deelnemer uit Delft, waar na anderhalf jaar een locatie „op komst” is. „Niets ten nadele van ambtenaren”, zegt deze oud-ambtenaar, „maar ze doen niets zonder politieke druk.”

Is het hofje eenmaal opgeleverd en betrekken de mensen hun woning, dan verhuizen ze er nauwelijks nog weg, leert de ervaring na zevenenhalf jaar Knarrenhof. „We hebben de honkvastheid van bewoners onderschat”, zegt Peter Prak. „De verwachting was dat we elke paar jaar plaats konden bieden aan een jongere oudere in een vrijgekomen huis.” De hofjes vergrijzen dan ook hard: in Zwolle is de gemiddelde leeftijd simpelweg met de tijd opgeschoven, naar bijna halverwege de zeventig. Voor het tuinwerk hebben hofbewoners onlangs een zitmaaier aangeschaft: niet goedkoop, maar ja, „we worden een dagje ouder”, aldus een van de bewoners van het eerste uur.

Om te voorkomen dat straks niemand nog vitaal genoeg is om de dakgoten schoon te maken en de kliko’s aan de weg te zetten, heeft stichting Knarrenhof vorig jaar het beleid aangepast. In nieuw op te leveren hofjes worden minimaal twee nadrukkelijk níét-levensloopbestendige huizen gebouwd, zodat er ook enkele 60-minners gaan wonen.

In het Ridderkerkse hof is de jongste bewoner achter in de vijftig. Van de 46 bewoners werken er nog vier, onder wie Fred. Peter is net als zijn vrouw met pensioen. Hij wil „nooit meer verhuizen”, zegt hij. „Ja nog één keer. In een houten bodem.”


‘Een nationale investeringsbank lost de problemen van bedrijven niet op’

Is een nationale investeringsbank essentieel voor het Nederlandse vestigingsklimaat? Zo’n bank kan immers meer geld ophalen voor startende en groeiende ondernemingen, en daarmee hun financieringskansen verbeteren.

Ja, zei Theo Henrar, voorman van industriekoepel FME, begin dit jaar tegenover NRC.

Ja, zeiden 51 prominenten uit bedrijfsleven en economische wetenschap in een open brief in april.

Ja, zei vervolgens een meerderheid in de Tweede Kamer.

En ja, ook het kabinet was welwillend. De inmiddels afgetreden minister van Economische Zaken Dirk Beljaarts (PVV) zegde een paar weken geleden toe voor de zomer met vervolgstappen te komen.

Vindt iedereen zo’n nationale investeringsbank dan een absolute must voor een volgend kabinet?

Wendy de Jong niet per se. Zij is voorzitter van ROM-Nederland, het samenwerkingsverband van regionale ontwikkelingsmaatschappijen. Die zijn opgezet om de groei van bedrijven te helpen versnellen, tot internationale uitbreiding aan toe. De ROM’s zijn daarnaast provinciale ontwikkelingsbanken: samen hebben ze ruim 2 miljard euro aan investeringen uitstaan in Nederlandse bedrijven. Toch vindt ze een landelijke kopie niet de oplossing.

De Jong: „Geld – meer ruimte om te investeren – is maar een deel van de oplossing. Bovendien: ik ben zo bang dat we door een nationale investeringsbank op te richten, vooral bezig zijn met het neerzetten van weer een nieuwe structuur. En dat we het daar dan vooral met elkaar over gaan hebben – en niet bezig zullen zijn de problemen van ondernemers op te lossen.”

Landelijke dekking

De Jong is naast haar functie bij ROM-Nederland algemeen directeur van Oost NL. Deze regionale ontwikkelingsmaatschappij zet zich inmiddels vijftig jaar in voor de economische ontwikkeling van Gelderland en Overijssel. Sinds 2021, toen Noord-Holland met ROM InWest als laatste een ontwikkelingsmaatschappij kreeg, zijn er negen ROM’s. Ze hebben samen landelijke dekking.

In het kantoor van Oost NL in Apeldoorn vlakbij de A1 – vanwaar je snel in Zwolle, Enschede, Nijmegen en Wageningen bent – beaamt De Jong dat de ondersteuning van ondernemers vanuit de overheid wel degelijk beter kan en moet. „Maar versterk daarbij vooral je bestaande structuur. En ja, dan mag je echt kritisch kijken naar hoe dat gestroomlijnder en beter kan. Minder bureaucratisch, ook bij ons ROM’s. Maar zet wel echt in op wat er al is. Verbeter dat. Er zit al echt wel logica in.”

Het onderwijs, het stikstofprobleem, het elektriciteitsnet: dáár moet het kabinet in investeren om bedrijven te helpen

Wendy de Jong
voorzitter ROM-Nederland

Sinds 2020 kent Nederland op landelijk niveau InvestNL, gericht op groei van bedrijven in Nederland, en sinds 2021 InvestInternational, voor investeringen van Nederlandse bedrijven in het buitenland. Inmiddels wordt er op het ministerie van Economische Zaken over nagedacht de twee samen te voegen, om ze effectiever te maken. Daarnaast beschouwt De Jong het agentschap RVO, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, als de staatsinvesteringsstructuur van Nederland. Deze dienst verschaft subsidies en helpt bijvoorbeeld bij octrooiaanvragen en aanbestedingen.

Vreemd geld

Deze landelijke instellingen kunnen geen ‘vreemd geld’ ophalen. Daardoor kunnen ze alleen de beperkte publieke middelen die ze krijgen investeren. Dat gold ook voor het Nationale Groeifonds, inmiddels geschrapt door het nu demissionaire kabinet. De Jong: „Het is eigenlijk allemaal subsidie, subsidie, subsidie. En eenmaal uitgegeven, is het weg. Stop daarmee. Kies voor revolverende fondsen.”

Revolverende fondsen zijn investeringsfondsen die leningen en kapitaal verstrekken aan bedrijven. De opbrengsten ervan – rente, terugbetaalde leningen en de verzilvering van deelnemingen – vloeien terug naar de fondsen, waardoor die weer nieuwe investeringen kunnen doen. Bovendien halen deze fondsen doorgaans met hun publieke geld privaat kapitaal op. Zoals ROM’s doen. „Voor elke euro die wij kosten, halen we 30 euro aan investeringen in onze regio’s binnen. Dat is de manier waarop je publiek kapitaal slimmer inzet.”

Op die gedachte – met publiek geld privaat geld ophalen – stoelt ook de nationale ontwikkelingsbank. De 51 zakelijke prominenten die hiervoor pleiten, stellen met 10 tot 12 miljard euro overheidskapitaal zo’n 100 miljard euro financieringsruimte te kunnen scheppen. Maar, benadrukt De Jong telkens: extra geld is maar een deel van de oplossing. Het probleem zit veel meer in wat ze in ROM-jargon de „ontwikkelkracht” noemt van bedrijven. Kunnen die hun energie steken in ontwikkeling en uitbreiding?

Wendy de Jong, voorzitter ROM-Nederland en directeur van de regionale ontwikkelingsmaatschappij Oost NL, bij het H2 Experience Center in Kootwijkerbroek. Dit produceert waterstof met elektriciteit, opgewekt door een nabijgelegen zonnepark. Het is mede mogelijk gemaakt door investeringen van Oost NL.

En juist ruimte daarvoor is er nu niet, zegt de Jong, omdat allerlei voorwaarden voor groei ontbreken. Dáár zou het kabinet „in moeten investeren”, vindt ze. „De bereikbaarheid in Nederland moet beter, het onderwijs moet beter, het stikstofprobleem moet worden aangepakt, er moet ruimte komen op het elektriciteitsnet.”

En ja, op dat vlak gaat een nationale investeringsbank niet het grote verschil maken, vindt De Jong. Waarbij het niet alleen aan het kabinet is een oplossing te bieden. „De netbeheerders en de ACM [toezichthouder op het elektriciteitsnet] moeten ook gewoon leiderschap tonen.”

Als voorbeeld haalt De Jong projecten met smart energy hubs aan in Overijssel en Gelderland. Dat zijn lokale initiatieven van bijvoorbeeld groepen bedrijven op een bedrijventerrein, die afstemmen wie wanneer energie verbruikt en opwekt. Daardoor hoeft het overbelaste landelijke stroomnetwerk minder te worden aangesproken.

Bedrijven hebben grote behoefte aan groepscontracten voor energie. Dan denk ik: neem je verantwoordelijkheid, netbeheerders, regel dat!

Wendy de Jong
voorzitter ROM-Nederland

Samen met de provincies helpen ROM’s zulke hubs op te zetten. Het blijk daarbij lastig om afspraken te maken met netbeheerders. „Er is enorme behoefte aan groepscontracten voor energie. Dat komt nog steeds niet goed van de grond. Iedereen wijst naar elkaar, en dan is het op zijn vroegst alweer eind 2026 voordat die contracten mogelijk zijn. Dan denk ik: neem nou gewoon je verantwoordelijk, regel dat! Netbeheerders en ACM zijn echt aan zet.”

Boodschap

De Jong wil het belang van regionale ontwikkelingsmaatschappijen en haar mening over een nationale investeringsbank graag uitdragen. Daarvoor had ze al een afspraak staan met de minister van Economische Zaken, voor eind juli. Maar daags voor dit gesprek viel het kabinet.

Lees ook

Lees ook: Denktank economen: stel maatschappelijke zorgplicht voor bedrijven in

Dirk Schoenmaker (links) en Rens van Tilburg

Ze gaat er vanuit dat die afspraak doorgaat, al zal dat niet met Beljaarts zijn. Maar wie er straks ook zit, haar boodschap blijft hetzelfde: wil je investeren in het Nederlandse vestigingsklimaat, ondersteun dan vooral het midden- en kleinbedrijf in de regio. Bezuinig dus níét op de rijksbijdrage aan de ROM’s – waar EZ wel op zint. „Wij kregen net vorig jaar een extra bijdrage om ons werk te versterken. Bezuinigen, waardoor wij menskracht moeten laten gaan, doet dat teniet.”


Franse pornosites woensdag op zwart uit protest tegen nieuwe wet over leeftijdscontrole

Vanaf woensdag staat porno op pauze in Frankrijk. Althans, dat geldt voor de Fransen die hun content zoeken op de populaire pornowebsites Youporn en Pornhub. In plaats van de voor hen vertrouwde homepagina met teasers naar erotische beelden zal een minder opwindende afbeelding te zien zijn; het schilderij La Liberté guidant le peuple (de Vrijheid leidt het volk) van de schilder Eugène Delacroix.

Ook zal er informatie verschijnen over de nieuwe Franse wetgeving wat betreft de nieuwe „symbolische, gevaarlijke, nutteloze” leeftijdscontroles op pornografische websites, vertelt Salomon Friedman, de eigenaar van het Canadese moederbedrijf Aylo, dinsdag in Le Parisien.

Door de 7 miljoen dagelijkse bezoekers hun erotische content te ontnemen, hopen de pornoplatforms de aandacht te vestigen op hun ongenoegen over nieuwe wetgeving in Frankrijk. Sinds april moeten gebruikers van pornoplatforms met behulp van creditcards of identiteitspapieren hun leeftijd laten verifiëren. Vervolgens wordt er een externe partij bij betrokken om de documenten te checken. De nieuwe wetgeving is bedoeld om minderjarigen te weren van de voor volwassenen bedoelde platforms.

Privacy

De anonimiteit van de gebruikers zou bij de pornosites worden gewaarborgd, en de controlerende partij zou niet weten welke website zou zijn bezocht. Toch meent moederbedrijf Aylo dat de verscherpte regelgeving rond leeftijdscontroles een gevaar vormt voor de privacy van bezoekers van de pornosites. De gegevens zouden volgens het bedrijf in handen kunnen komen van hackers. Het bedrijf pleit daarom voor checks via smartphone, pc of tablet die volgens hen al veelal worden aangeboden door grote techbedrijven.

De Franse staatssecretaris voor Digitale Technologieën, Clara Chappaz, reageert via X op het protest: „Het staat volwassenen vrij om porno te kijken, maar niet ten koste van de bescherming van onze kinderen”, schrijft ze. „Als Aylo liever uit Frankrijk vertrekt dan zich aan onze wet houdt, moet het dat zelf weten.”

Het protest komt nadat de Europese Commissie recentelijk een onderzoek heeft geopend naar de mate waarin pornosite Pornhub investeert in het beschermen van kinderen tegen beelden die voor volwassenen bedoeld zijn.


De afvalverwerker staakt één dag, en de Rotterdamse afvalcontainers zitten vol

Een lege wrapverpakking, een pak ongezoete amandeldrink, een half bruinbrood, karton en twee paprika’s. Het is de inhoud van een doorzichtige vuilniszak die naast de ondergrondse afvalcontainer in de Glashaven is gedumpt. Ernaast staan nog een paar donkergrijze zakken, met daarbovenop een deel van een afgebroken straatbezem. Twee krijsende meeuwen hebben hun lunch al op het oog.

De afvalcontainer zelf zit vol. Het is het gevolg van de driedaagse staking bij landelijke afvalverbranders, georganiseerd door vakbond FNV. De branche vreest voor de impact van in totaal zo’n 579 miljoen euro aan belastingen die het inmiddels demissionaire kabinet wil opleggen. De maatregelen zouden leiden tot een hogere afvalstoffenheffing voor burgers, en mogelijk zelfs de sluiting van afvalverwerkers inluiden. Duizenden banen staan op het spel, aldus de FNV.

Lees ook

Vergroening afvalverbranders in gevaar door extra belastingen

Afval op straat in Rotterdam. Door de driedaagse staking bij dertien sorteercentra kunnen vuilniswagens opgehaald afval niet kwijt. Foto Walter Herfst

Omdat de poorten van afvalverbrandingsinstallatie AVR tot donderdagochtend dicht blijven, haalt de gemeente Rotterdam het restafval sinds maandag niet meer op. Normaal gesproken rijden enkele tientallen vuilniswagens dagelijks meerdere keren op en neer naar de verwerker aan de rand van de stad, goed voor zo’n 95 stortingen per dag bij AVR. Nu is bewoners gevraagd hun afval weg te brengen naar bakken die nog niet vol zitten, en anders mee terug naar huis te nemen.

Van maandag tot en met woensdag wordt in Rotterdam geen restafval opgehaald.

Foto Walter Herfst

In de straten van het Wijnhavengebied is straatveger Teixeira samen met zijn collega druk bezig met het opprikken van rondvliegende snoeppapiertjes, sigaretten en ander zwerfafval. Volgens hem ligt er meer dan normaal. „Het is een zooitje”, zegt hij gehaast, „meeuwen pikken afvalzakken open, of mensen zijn op zoek naar statiegeldblikjes.” De stakingsactie van zijn collega’s bij de afvalverwerker vindt hij een goede zaak: „Die mannen hebben families, die moeten ook eten.”

Ook rond het beruchte standbeeld ‘Santa Claus’, beter bekend als ‘Kabouter Buttplug’, slingert het nodige afval rond. Bij de naastgelegen Coffee Company waait zo nu en dan rommel „als een draaikolk” over het terras of naar binnen, vertelt barista Leen Houdijk (18). De containers van de horecazaken worden wel geleegd, want bedrijfsafval wordt in Rotterdam door commerciële partijen ingezameld. Omdat de ondergrondse container bij het standbeeld gesloten is, moeten omwonenden de verleiding weerstaan hun vuilnis dan maar bij het horeca-afval te zetten.

Politieke impact

Toch blijken de meeste Rotterdammers na anderhalve dag staking nette mensen. Vuilnisbakken puilen weliswaar overal uit, maar zowel in het centrum als in bijvoorbeeld de Afrikaanderwijk is het aantal gedumpte zakken op één hand te tellen. „We zien dat de containers nu vol beginnen te raken”, laat een gemeentewoordvoerder weten. „We maken ons natuurlijk zorgen hoe dat de komende dagen zich gaat ontwikkelen.” Bij het tegengaan van overlast helpt het dat de gemeente recyclebaar afval als papier of glas deze dagen wel ‘gewoon’ ophaalt. Er wordt zelfs „vol op ingezet”.

Bij het tegengaan van overlast helpt het dat de gemeente recyclebaar afval zoals papier deze dagen wel ophaalt.

Foto Walter Herfst

Als het vuilnis zich nu al ergens ophoopt, dan is dat achter de voordeur. De gemiddelde Rotterdammer produceert jaarlijks zo’n 321,9 kilo restafval, meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek vorig jaar. Ter vergelijking: het landelijk gemiddelde staat op 177 kilo. Wel speelt daarbij een rol of gemeenten aan nascheiding doen of niet. Een gemeente als Rotterdam doet dat, waardoor burgers meer afval als restafval mogen aanbieden.

Landelijk ziet FNV vooral in Amsterdam en in het oosten van het land problemen ontstaan met straatvuil, al is overlast volgens FNV-bestuurder Hanan Yagoubi „niet de insteek of doel” van de staking. Zo’n „snelle impact” op het straatbeeld had ze niet verwacht, zegt ze. Tegelijk is het maar de vraag wat de politieke impact van de staking zal zijn, nu het kabinet is gevallen: „De belastingmaatregelen kunnen controversieel worden verklaard”, denkt Yagoubi hardop. „Maar staand beleid gaat door, en onderdeel daarvan is een sluitende begroting. Den Haag moet de 579 miljoen euro linksom of rechtsom vinden.”

Mocht de politiek de heffing op afvalverwerkers niet schrappen, dan komen er volgens Yagoubi „sowieso” vervolgacties. In tegenstelling tot wat een FNV-kaderlid bij Omroep Gelderland beweerde, zal dat volgens Yagoubi niet rond de NAVO-top van over drie weken zijn. „Dat vind ik niet gepast. Die mannen [wereldleiders] komen hier en worden ontvangen door een land dat al een demissionaire regering heeft. Nederland verdient beter.” Een nieuwe, langere staking verwacht de FNV-bestuurder pas na Prinsjesdag.

Lees ook

Handig, die ondergrondse containers – totdat je trouwring, je sleutelbos of je kat erin valt

Een medewerker van de afdeling Inzamelingen laat de inhoud van een ‘ondergrondse’ op straat los.


De Europese rente is nu al veel te laag voor de Nederlandse economie

Fors lager maar nog steeds hoog. Dat is de conclusie nadat het Centraal Bureau voor de Statistiek dinsdag in de zogenoemde snelle raming het inflatiecijfer over de maand mei publiceerde. Met 3,3 procent op jaarbasis is die vele tienden van procentpunten lager dan vorige maand (4,1 procent). Ook in januari dit jaar tikte de inflatie even de 3,3 procent aan, de rest van het jaar (en het half jaar daarvoor) was die hoger dan dat.

De daling van de inflatie ten opzichte van de afgelopen maanden werd deze keer vooral veroorzaakt door een fors lagere geldontwaarding in de dienstensector (3,8 procent in mei, tegenover 5,6 in april). Die weegt zwaar in een land waar de diensteneconomie zo belangrijk is. Ook speelde mee dat in april juist veel ‘dure’ vakantiedagen vielen (Pasen en een goed deel van de meivakantie), hetgeen toen prijsopdrijvend werkte. Dat mei daarom nu lager uitvalt, is dus deels een seizoenstoevalligheid.

chart visualization

Ook volgens de geharmoniseerde Europese definitie (de inflatie exclusief de kosten voor wonen, zoals huur en hypotheek) zit Nederland nog aan de bovenkant van de geldontwaarding. Alleen Slowakije, Kroatië, Estland, Letland en Griekenland hebben een hogere inflatie in de maand mei, rapporteerde statistiekbureau Eurostat dinsdagochtend. Gemiddeld genomen bedroeg de inflatie in de hele eurozone (twintig landen) afgelopen maand 1,9 procent, zelfs ietsje onder het officiële doel van de Europese Centrale Bank (ECB) van 2 procent.

Gaspedaal

Die 2 procent is wat door economen als ‘gezonde geldontwaarding’ wordt gezien. Centrale banken passen hun monetaire beleid aan op die doelinflatie: is de inflatie te hoog, dan wordt de rente verhoogd zodat geld lenen en investeren duurder worden en de vaart uit de economie gaat. Is de inflatie te laag, dan wordt de rente verlaagd om de economie aan te jagen (goedkoper geld lenen en dus meer investeren en consumeren).

Aanstaande donderdag komt het ECB-bestuur weer in Frankfurt bijeen voor een rentebesluit. De centrale bankiers kijken daarvoor naar het gemiddelde inflatieniveau in de eurozone. Financieel analisten houden al rekening met een verdere verlaging van het belangrijkste rentetarief met 0,25 procentpunt, naar 2 procent. Dat is het laagste niveau in meer dan twee jaar en de helft van het niveau in juni 2024, toen de ECB de rente begon te verlagen.

Binnen de eurozone heeft Nederland relatief veel pech met het ECB-beleid

Met een inflatie die nog ver boven het streefdoel van 2 ligt, is dat slecht nieuws voor de Nederlandse economie. De komende maanden zal de inflatie weliswaar iets gedrukt worden doordat een aantal inflatieopdrijvende maatregelen (zoals belasting- en accijnsverhogingen van een jaar geleden) dan geen effect meer hebben op de statistieken, maar tegelijkertijd heeft de ECB de voet dus alweer een jaar op het gaspedaal. Het monetaire beleid van de ECB sluit dus niet aan bij de werkelijke stand van de Nederlandse economie.

Pijnlijk

Dat is – helaas – een gegeven in een monetaire unie met verschillende lidstaten, maar Nederland heeft wel relatief veel pech. In een recent rapport van het Centraal Planbureau becijferen de economen wat de rente per eurozone-lidstaat zou moeten zijn. Deze zogenoemde Taylor-rente, vernoemd naar de econoom John Taylor die hem in 1993 bedacht, is een soort ideale rentestand, gebaseerd op onder meer de mate waarin de werkelijke economische productie van een land afwijkt van de potentiële productie van die economie (de zogenoemde output gap) en het inflatieniveau.

Voor economieën van landen als Frankrijk en Italië, met een relatief lage inflatie en een economie die min of meer presteert naar verwachting, zit de huidige ECB-rente van 2,25 aardig in de buurt van de ideale rente. En met de renteverlaging die naar verwachting donderdag volgt, zit Italië zelfs precies goed.

chart visualization

Voor Nederland is dat een heel ander verhaal. De inflatie is hier relatief hoog en daarbij presteert de Nederlandse economie al jarenlang beter dan wat je mag verwachten op basis van de capaciteit van de Nederlandse economie. De rente zou in Nederland dus een remmend effect moeten hebben om de inflatie omlaag te krijgen, en idealiter tussen de 4 en 4,25 procent moeten liggen. Dat is ver verwijderd van de huidige ECB-rente.

De berekeningen van de Taylor-rentes van het CPB lopen tot eind 2024, de meest recente verlaging van de Nederlandse inflatie is daar dus nog niet in verwerkt. Desalniettemin is het veilig te veronderstellen dat een ECB-rente van 2 procent echt te laag is voor de Nederlandse economie. Het risico dat door die lage rente de inflatie niet veel verder zal dalen is reëel. Geld lenen wordt goedkoper, dat geldt dus ook voor bedrijfs- en hypotheekleningen. Dat geld komt in omloop en jaagt de toch al overmatig presterende economie nog verder aan. En dan moeten de effecten van de handelsoorlog met de VS nog komen: hoe harder Europa terugslaat met eigen importheffingen (en dus duurdere import), des te groter het risico van oplopende inflatie.

Pijnlijk, maar een alternatief voor de ECB-rente is er niet voor eurolanden. Het enige dat een kabinet kan doen is met het begrotingsbeleid het monetaire beleid proberen te dempen. In het Nederlandse geval zou dat betekenen: fors bezuinigen om de overheidsuitgaven in elk geval af te remmen. De laatste Voorjaarsnota van het kabinet voorziet daar in elk geval niet in. En met het uiteen vallen van de coalitie en verkiezingen op komst zullen er weinig politieke partijen zijn die de komende maanden met concrete bezuinigingsvoorstellen zullen komen. De inflatie in Nederland lijkt kortom nog niet bezworen.


Hij vindt het verschrikkelijk wat er is gebeurd, zegt de chauffeur van de vrachtwagen die inreed op een buurtbarbecue in Zuidzijde

De meeste nabestaanden en slachtoffers zien chauffeur Juan S. (48) voor het eerst op deze eerste zittingsdag in de Rotterdamse rechtbank. Hij reed in augustus 2022 met zijn roodwitte vrachtwagen van een dijk in Nieuw-Beijerland, bij het gehucht Zuidzijde, en kwam terecht op een buurtbarbecue. Zeven mensen werden gedood, onder wie een ongeboren baby.

Juan S. reed niet met opzet van de dijk, dat stelt de rechter meteen bij aanvang. Niemand heeft deze tragedie gewild. Ook de chauffeur niet. Maar volgens het openbaar ministerie heeft hij wel schuld aan het ongeluk. Hij mocht immers vanwege zijn epilepsie geen vrachtwagen besturen. Hij zou zijn medicijnen niet volgens voorschrift hebben ingenomen. En hij zou cocaïne hebben gebruikt.

Dicht naast de verdachte zit de tolk Spaans. Of de chauffeur vast wat kwijt wil, vertaalt ze de woorden van de rechter. Hij biedt alle nabestaanden zijn verontschuldigingen aan, zegt hij. En dan: „Ik ga hier ook gebukt onder.”

‘Achtste dode’

Hij vindt het verschrikkelijk wat er is gebeurd, zal hij gedurende de dag een paar keer zeggen. Maar hij is óók slachtoffer. Hij verloor alles. Zijn vrouw (van wie hij scheidde), zijn dochter, zijn huis en werk. Er zijn tranen op de publieke tribune als hij zegt dat hij de achtste dode is. Na een schorsing legt hij uit dat hij bedoelde te zeggen dat hij zelf ook liever was omgekomen.

Lees ook

Had de vrachtwagenchauffeur een epileptische aanval? En andere vragen over het dodelijke ongeval in Zuidzijde

Bloemen ter nagedachtenis aan de slachtoffers van het fatale ongeval in Nieuw-Beijerland. Foto Jeffrey Groeneweg / ANP

Hoe het ongeluk kon gebeuren, daarover gaat het. Minutieus wordt de rampzalig geëindigde zaterdag van de ramp uitgeplozen. Die dag had Juan S. lading gelost in Rotterdam, hij was onderweg naar een rustplaats om uit te rusten en dan verder te rijden naar huis, in Spanje. Vanwege omleidingen verdwaalde hij op de smalle wegen van de Hoeksche Waard, een gebied waar je met een vrachtwagen juist níét wil verdwalen, alleen al omdat keren vrijwel onmogelijk is. Het GPS-systeem stuurde hem alle kanten op, zegt hij.

Hij herinnert zich dat een bewoner, een man met een bril, bij hem in de cabine klom en hem de weg wees met een wegenkaart. Van het ongeluk dat daarna gebeurde weet hij niets meer. „Ik weet dat ik aan het rijden was, en dat ik daarna in een politieauto zat.”

Cocaïnepijpje

Door het OM geraadpleegde deskundigen stellen dat S. een epileptische aanval had. Hij was zeker vier keer eerder na een aanval in het ziekenhuis beland. Op de dag van het ongeluk zou de aanval getriggerd kunnen zijn door eerder cocaïnegebruik. Juan gaf toe dat hij cocaïne had gebruikt, een week eerder op een feestje. Volgens de toxicoloog was dat korter dan 48 uur voor het ongeluk. Tijdens het ongeluk had hij een cocaïnepijpje in zijn zak.

Zelf verklaarde hij eerder ook dat hij een epilepsie-aanval had gehad. Hij had na het ongeluk hoofdpijn. Toen gevraagd werd hoe dat kwam, zei hij destijds: „Door mijn epilepsie.” Een politieman vroeg hem wanneer hij voor het laatst een epileptische aanval had gehad: „27 augustus 2022, in Nederland.”

Nu ontkent hij dat stellig. Hij had geen symptomen van epilepsie, zegt hij. Als het wel zo zou zijn geweest, had hij het voelen aankomen. Dan neemt hij meteen medicijnen in. Medicatie nam hij altijd trouw, zegt hij. Zijn raadsvrouw Ten Doesschate wijst erop dat hij vlak na het ongeluk vooral zei dat hij zich niets kon herinneren. Zij denkt dat hij daarna vooral aan het ‘invullen’ was.

Lang gaat het over de mogelijke epileptische aanval. De rechter leest getuigenverklaringen voor waaruit blijkt dat na het ongeluk geen contact te krijgen was met de chauffeur. „Ik zag aan zijn gezicht dat hij afwezig was. Ik heb hem uit de vrachtwagen getrokken, hij kon niet op zijn benen staan.” Een ander zag een verkramping in zijn handen.

Juan S. woont momenteel bij zijn vader. Hij heeft zelf geen inkomsten, want hij mag niet rijden, ook niet in een personenauto. Hij heeft een rijbewijs nodig om bij een werkplek te komen. Zijn vader en broer steunen hem financieel. Die betalen ook de school voor zijn dochter, die het downsyndroom heeft en naar een speciale school gaat. Zijn baas bij truckersbedrijf El Mosca heeft gezegd dat hij weer aan het werk mag zodra hij zijn rijbewijs heeft teruggekregen.

Lees ook

Een jaar na de ramp in de Hoeksche Waard: het gevaar van de verdwaalde vrachtwagens

Tientallen keren per uur dendert een vrachtwagen  met hoge snelheid op anderhalve meter langs het raam van Marko Siepelinga.


Nederland doneert 3 miljoen euro aan Radio Free Europe

De Nederlandse regering gaat 3 miljoen euro doneren aan Radio Free Europe/Radio Liberty (RFE/RL), een Amerikaanse mediaorganisatie met zevenhonderd journalisten in vaste dienst die nieuws brengen in 27 talen in 23 landen in Oost-Europa, Centraal-Azië, en het Midden-Oosten. Dit maakte minister Caspar Veldkamp (Buitenlandse Zaken, NSC) dinsdag bekend, voordat premier Dick Schoof het ontslag van het kabinet indiende bij de koning. „Met de donatie wil Nederland RFE/RL in staat stellen hun belangrijke werk voort te zetten.” De Nederlandse bijdrage volgt op een Europese steunbetuiging.

Radio Free Europe (RFE) en Radio Liberty (RL), oorspronkelijk twee zenders, zijn overblijfselen van de Koude Oorlog. Ze werden opgericht en gefinancierd door de Amerikaanse inlichtingendienst CIA in de strijd tegen het communisme en het communistische gedachtengoed. De zenders moeten het westerse standpunt propageren. Later fuseerden de zenders, die waren verboden in het Oostblok en wier activiteiten scherp in de gaten werden gehouden. In 1995 verhuisde het hoofdkantoor van München naar Praag.

‘Maximale bezuiniging’

President Donald Trump zette de financiering van de zenders, die na de val van de Muur uitgroeiden tot instrumenten voor public diplomacy, in maart op losse schroeven. Hij tekende een presidentieel decreet waarin werd opgeroepen tot een „maximale” bezuiniging op het agentschap voor mondiale media. Dit had niet alleen gevolgen voor RFE/RL, maar ook voor andere nieuwsorganisaties die geld van het Amerikaanse Congres krijgen, zoals Voice of America , Radio Free Asia, en de Middle East Broadcasting Networks.

In tegenstelling tot Voice of America (een federale entiteit) zijn die laatste drie nieuwsorganisaties non-profit-organisaties. Het geld dat het Congres voor ze had vrijgemaakt, heeft Trump met zijn decreet bevroren. Hierop klaagde RFE/RL het agentschap voor mondiale media aan in een poging het bevrogen geld alsnog te krijgen. Dit leidde tot een slepende juridische strijd die nog steeds voortduurt.

Maar ondertussen had de zender dringend geld nodig om te kunnen blijven opereren. Twee weken geleden kondigde de Europese Unie al een noodinjectie van 5 miljoen euro aan. „Deze steun is niet alleen voor de journalistiek – het is voor de democratie zelf”, zei EU-buitenlandchef Kaja Kallas.

Na het decreet van Trump was Voice of America gedwongen bijna al haar personeel op betaald verlof te sturen en haar publicaties en uitzendingen stop te zetten – voor het eerst sinds de zender in 1942 werd opgericht. Het is de oudste en grootste van de internationale Amerikaanse omroepen en maakt content in 48 talen. In mei kondigde de door Trump aangestelde Voice of America-directeur aan dat One America News, een extreemrechtse en Trumpgezinde zender die complottheorieën promoot, gratis berichtgeving zal verzorgen op Voice of America.