De 27-jarige Youtube-bekendheid en profbokser Jake Paul heeft zijn langverwachte wedstrijd tegen de 58-jarige legende Mike Tyson op punten gewonnen. Na acht ronden besliste een jury zaterdagochtend in het voordeel van Paul.
Ondanks het leeftijdsverschil van ruim dertig jaar ging het gevecht in de eerste paar ronden gelijk op. Tyson wist de eerste twee ronden zelfs te winnen, maar vanaf de derde ronde speelde vermoeidheid hem parten. Toch lukte het de oud-wereldkampioen om de hele wedstrijd overeind te blijven. Uiteindelijk riep de driekoppige jury Paul unaniem uit tot winnaar.
De wedstrijd vond plaats in een uitverkocht AT&T Stadium (capaciteit: ongeveer 80.000 toeschouwers) in de stad Arlington in Texas. Onder het publiek bevond zich ook de vriendin van Paul, de Nederlandse langebaanschaatsster Jutta Leerdam.
Storing bij Netflix
Het gevecht was daarnaast live te zien op streamingdienst Netflix, dat wereldwijd ruim 282 miljoen abonnees heeft. Hoeveel mensen naar het evenement hebben gekeken, is nog niet bekend. Het platform verwachtte een publiek van honderden miljoenen.
Mensen die de wedstrijd live probeerden te kijken, kampten zaterdagochtend echter veelvuldig met haperend beeld, crashes en slechte videokwaliteit. Op sociale media regende het wereldwijd klachten. En op de website Downdetector, die online storingen bijhoudt, kwamen gedurende het evenement alleen al vanuit Nederland bijna 70.000 klachten binnen over de streamingdienst. „We hebben de site laten crashen”, zei Paul naderhand.
Lees ook
Pikant gevecht tussen youtuber Jake Paul (27) en bokslegende Mike Tyson (58) is in potentie een kijkcijferkanon voor Netflix
Nederlandse ouders die afgelopen voorjaar het kinderveilig gecertificeerde BabyTV aan hebben staan, worden plots verrast. Ineens zien ze marcherende soldaten, schietende tanks en een Russische popzanger in een strakke witte bloes. Het koor van de Russische inlichtingendienst FSB zingt luidkeels „Glorie, glorie, jij bent mijn Rusland”.
De verstoring duurde minutenlang, kwam meermaals voor en was niet bij alle providers te zien. De kaping van BabyTV (voor 5 jaar en jonger) is onderdeel van een breder sabotage-offensief, stelt Nieuwsuur, dat er onderzoek naar deed. Het doelwit van de Russische propagandabeelden was waarschijnlijk het Oekraïense Freedom TV, waar op hetzelfde moment dezelfde beelden te zien waren. Zeker zes Europese satellieten werden in de afgelopen maanden aangevallen.
1Wat is er gebeurd?
Op 28 maart verschenen de propagandabeelden op de tv-zender BabyTV in België, Scandinavië, Portugal en Nederland. Op 17 april gebeurde het opnieuw. Beelden van het moment – een pratende wolf bevriest, een testbeeld verschijnt, en dan de Russische propagandamuziek – zijn op YouTube terug te zien.
Het kanaal is één van tientallen kanalen die worden verspreid via een satelliet van het Franse bedrijf Eutelsat: de Hotbird 13G. De satelliet werd in 2022 de ruimte ingestuurd en zendt via zogeheten transponders meerdere kanalen uit, waaronder enkele pornozenders en dus de Oekraïense zender Freedom. Al die zenders werden vermoedelijk tegelijk getroffen door de verstoring.
Dit zijn niet de enige aanvallen. Ook de Eutelsats 10B, 21B, 3B en 7B, en de Astra 4A van het Luxemburgse bedrijf SES waren in de afgelopen maanden doelwit. De satellieten leveren lang niet alleen televisie. De 13G is voor luchtvaart ontworpen en helpt ook met het verbeteren van de nauwkeurigheid van GPS-signalen. De Astra 4A kan ook worden gebruikt voor satellietinternet en -communicatie. De 21B wordt hoofdzakelijk gebruikt voor spraak- en datacommunicatie. De meest recente aanval was begin deze maand.
2Hoe werkt het kapen van een satelliet?
Het verstoren of overnemen van een satellietverbinding is, met de juiste instrumenten, eenvoudiger dan je zou denken. Een satelliet is een soort doorgeefluik, of een spiegel, voor wat er naartoe wordt gestuurd. „Een satelliet is eigenlijk heel dom”, zegt Hub Urlings, consultant bij M2sat die zelf jarenlang werkte in het opzetten van satellietverbindingen voor televisiezenders. Als iemand met een schotelantenne met een hoger zendvermogen een signaal op dezelfde frequentie stuurt, overstemt dat het eerdere signaal. Dan ‘wint’ de piraat en wordt dat sterkere signaal weerkaatst.
Televisiesatellieten zijn geostationaire satellieten; ze hangen, vanaf het aardoppervlak gezien, op een vast punt aan de hemel – op ongeveer 35.000 kilometer hoogte. Een grondstation stuurt via een schotel de signalen naar de satelliet via een zogeheten uplink-frequentie, en die satelliet kaatst die signalen terug over een downlink-frequentie. Daar kunnen gebruikers over een groot gebied het signaal met hun schotel opvangen.
„De verstoring van BabyTV lijkt een vorm van nevenschade te zijn”, zegt Michel Keuning, afdelingsmanager van de afdeling ruimtevaartsystemen bij het Koninklijk Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR). „Waarschijnlijk hebben ze een iets te hard en te breed signaal uitgezonden.” Zo’n signaal kan verzonden worden van iedere plek waar de satelliet te zien is. Omdat de satelliet zo hoog hangt, beslaat hij een heel groot gebied. „Met dit soort satellieten praat je echt over de dekking van heel Europa. En Rusland bevindt zich deels op ons continent.”
Het verstoren van satellietsignalen mag niet. Dat staat eenduidig in het handvest van de ‘frequentiepolitie’ International Telecommunication Union (ITU) in Genève. Die organisatie heeft namens de VN het mandaat voor het reguleren van satellietcommunicatie, maar heeft geen mogelijkheden tot sancties. Een woordvoerder van de ITU weigert desgevraagd in te gaan op vermeende Russische verstoringen en zegt alleen dat „onopgeloste gevallen van schadelijke verstoring” kunnen worden voorgelegd aan de zogeheten Radio Regulations Board „ter bemiddeling tussen de partijen”.
3Wie zit erachter?
Uit vertrouwelijke documenten, die Nieuwsuur heeft ingezien, van Eutelsat en SES, de getroffen satellietbedrijven, zou zijn gebleken dat Rusland achter de aanvallen zat. Het is mogelijk de locatie van een signaal te achterhalen, en hieruit zou zijn gebleken dat de stoorzenders afkomstig waren uit Kaliningrad, Moskou, het bezette schiereiland de Krim en het plaatsje Pavlovka. Op die plekken zouden satellietschotels met een diameter van 9 meter staan. Die kunnen de relatief kleine schotels van de grondstations voor televisie overstemmen.
4Wat kan ertegen worden gedaan?
De Russische popmuziek van BabyTV werd uitgezonden via Odido en VodafoneZiggo. KPN-gebruikers kregen een storingsbeeld te zien. KPN heeft een geautomatiseerde beveiliging aanstaan, licht een woordvoerder toe. „Als er een onderbreking is, of het geluid is gek, of er is een storing, dan komt er een storingsbeeld.” In de regieruimte zitten dan mensen achter een muur van schermen waar ze fysiek moeten controleren wat er gebeurt. Hoewel de afweer effectief was, is de eerste verstoring van BabyTV niet opgemerkt. „BabyTV staat niet het meest centraal in de regiekamer.”
BabyTV is geen open zender, het downlink-signaal wordt versleuteld verstuurd en is alleen te ontcijferen door mensen met een bepaald abonnement. Dit voorkomt niet dat de zender verstoord kan worden, maar kan wel een oplossing bieden. „Je kunt geen signaal verstoren en een andere video aanzetten zonder dat dit te detecteren is”, zegt Stefano Speretta, die zich als onderzoeker en docent aan de TU Delft richt op satellietcommunicatie. „Ik denk dat KPN dat goed heeft gedetecteerd.”
5Is het Europese satellietnetwerk kwetsbaar?
Een provider kan voorkomen dat hij een piraatprogramma uitzendt, maar daarmee krijgt hij de uitzending van BabyTV nog niet terug. De verbinding is weggevallen en de satelliet weigert dienst. „Afgezien van militaire satellieten hebben de meeste satellieten geen bescherming tegen zo’n aanval”, zegt Speretta. „Ingenieurs zijn een beetje naïef geweest. We dachten dat niemand zoiets zou willen doen. Nu zijn we in een nieuw tijdperk en moeten we beter nadenken: elk signaal is kwetsbaar. De ruimte is het nieuwe strijdtoneel van de cybersecurity.”
Lees ook
Wat zou dat betekenen, een kernwapen in de ruimte?
Dit beaamt Keuning van NLR. „Er zijn zeker nog stappen te zetten. Wij doen er nu onderzoek naar. Het dreigingsbeeld stijgt en de kans op dit soort scenario’s neemt toe.” Hij noemt naast het jammen (met ruis overladen) en spoofen (vervangen van het signaal) ook hacken als risico. „Elke IT-infrastructuur is kwetsbaar. Dit is misschien een wake-up call voor de maatschappij. Dat we hier nu zijn aanbeland.”
Lees ook
‘Russische hackers trainen voor aanvallen op kritieke infrastructuur’
Arbeidsmigranten uit Oost-Europa die de dagelijkse gang van zaken op asielschepen moeten verzorgen, zeggen dat ze worden uitgebuit. Ze moeten soms weken achter elkaar werken zonder vrij te krijgen, mogen geen vakantie opnemen en vliegen eruit als ze ziek worden, zo blijkt uit onderzoek van NRC. Wie ontslagen wordt, komt van de ene op de andere dag op straat te staan.
Voor de verantwoordelijke ondernemers is asielopvang een lucratieve business geworden. Omdat de aanbestedingsregels door de overheid werden genegeerd, is voor de schepen boven de marktprijs betaald. De geldstromen van het bedrijf dat arbeidsmigranten inhuurt lopen naar Cyprus. De Nederlandse ondernemers laten zichzelf daar met hulp van een geraffineerde constructie miljoenen euro’s uitkeren.
In het Arnhemse Restaurant Sky liggen de flessen Moët-champagne uitgestald voor het raam. De site belooft ‘verfijnde elegantie’ en ‘overvloed’, en de inrichting sluit daarbij aan. De muren zijn behangen met zwart-goud velours, gedimde hanglampen zorgen voor een duizend-en-een-nacht-sfeer. Op het menu: coquille met verse truffel, blini’s met kaviaar, klassieke bisque en de favoriete garnalenkroketten van eigenaar Roland Barendrecht (50), geserveerd met een takje dille.
Het restaurant is zijn paradepaardje, mensen werken er graag, zei Barendrecht in 2022 in een interview met De Gelderlander. Hij vertelde in de regionale krant dat hij vaak hoorde dat het onmogelijk is om mensen te krijgen in de horeca. „Dan zeg ik: betaal je mensen goed, met gunstige arbeidsvoorwaarden. Dan heb je, net als ik, geen personeelsprobleem.”
Op slechts een paar minuten rijden, aan dezelfde Rijnkade, zijn tientallen anderen voor Roland Barendrecht aan het werk. Arbeidsmigranten. Uit Bulgarije, Roemenië en Hongarije. Ze zorgen voor de asielzoekers en Oekraïense vluchtelingen die daar op schepen worden opgevangen. De arbeidsmigranten koken drie keer per dag een buffet, regelen de schoonmaak, maken de bedden op.
De arbeidsmigranten werken voor Cruisinc, een ander bedrijf van Barendrecht. Maar dat is het bedrijf waar hij géén interviews over geeft. Voor hij de telefoon ophangt, wil hij er alleen over kwijt dat hij „alles met de beste intenties” doet. Later, vlak voor publicatie, belt hij alsnog. „Er gaan hier vast en zeker dingen mis”, zegt hij. „Maar we zijn geen boevenbende.”
„Mensen ervaren een asielcrisis”, zei minister-president Schoof in september. In Nederland is al jaren niet genoeg plek voor iedereen die hier asiel aanvraagt. Er wonen inmiddels meer asielzoekers buiten asielzoekerscentra dan erin. Van de ruim zeventigduizend mensen die hier asiel hebben aangevraagd verblijft meer dan de helft in hallen, hotels, en steeds vaker: op schepen.
Het gaat om schepen die voorheen toeristen over de Rijn, Elbe of Oostzee voeren. Nu liggen ze stil in plaatsen als Arnhem, Zaandam en Harlingen. Het COA huurt 32 schepen, verspreid over 23 plekken in Nederland. De schepen liggen vaak ver van de bewoonde wereld: aan de rand van steden en dorpen, bij industrieterreinen, in havens. Begin november verbleven er in totaal 7.500 asielzoekers op schepen.
Op die schepen, vaak buiten het zicht van de samenleving, gaat het er vaak hard aan toe. NRC sprak met vijftien arbeidsmigranten, met asielzoekers en schippers, en bezit tientallen mails, gesprekken, interne documenten en geluidsopnamen. Daaruit blijkt dat arbeidsmigranten die op de schepen werken worden uitgebuit. Ze moeten weken achter elkaar werken zonder vrij te krijgen. Wie ziek wordt, wordt ontslagen. In dat geval staan de arbeidsmigranten van de een op andere dag op straat.
Het opmerkelijke is dat deze omstandigheden zich afspelen in opdracht van de Nederlandse overheid – die zulke praktijken altijd ferm heeft veroordeeld. Voormalig minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, CDA) noemde de uitbuiting van arbeidsmigranten afgelopen voorjaar nog „Nederland onwaardig”.
Ondertussen verdienen enkele Nederlandse ondernemers miljoenen aan de opvangcrisis. Uit de gesprekken en documenten komt het verdienmodel naar voren: zo minimaal mogelijke opvang, met maximale winst. En via Cyprus, zo blijkt uit onderzoek van NRC, wordt een financiële truc toegepast om geld naar Nederlandse aandeelhouders te laten stromen.
Hoe is de Nederlandse overheid hierin beland?
Opvangschepen
In het voorjaar van 2023 reist een Bulgaar voor een klus af naar Nederland. De man werkt al twintig jaar met plezier op cruiseschepen, hij heeft de wereld gezien. Maar nu gaat hij iets anders doen. Hij gaat aan de slag op opvangschepen voor vluchtelingen. Als hotelmanager zal hij er, met zijn medewerkers, de dagelijkse gang van zaken regelen. Ze zorgen dat het schip schoon is, dat er beddengoed ligt en handdoeken zijn. Ze verzorgen het eten en drinken. De Bulgaarse manager tekent een contract bij het Arnhemse bedrijf Cruisinc Tourism BV, van Roland Barendrecht.
Het contract dat de Bulgaar tekent, maakt deel uit van een constructie die de Nederlandse overheid heeft opgetuigd. Arbeidsmigranten werken niet direct voor het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA), maar komen via Cruisinc op de schepen terecht.
De arbeidsovereenkomst met Cruisinc valt onder de horeca-cao. Overwerk wordt niet gecompenseerd, staat in het contract. „Niet in geld of in tijd.” Bij ziekmelding worden twee „wachtdagen” gerekend, die niet uitbetaald worden. Die twee bepalingen staan op gespannen voet met de horeca-cao, zegt hoogleraar arbeidsrecht Ruben Houweling tegen NRC: „De kans is groot dat de bepalingen ongeldig zijn als ze worden aangevochten bij de rechter.” Maar de Bulgaar is niet bekend met het Nederlandse arbeidsrecht.
Als de Bulgaar op de schepen aan de slag gaat, merkt hij al snel dat hij meer uren maakt dan afgesproken. Hij zou acht uur per dag werken. In de praktijk werkt hij er minstens tien, met uitschieters naar veertien uur. Zijn werk gaat altijd door. Hij regelt het personeel in de keuken, stuurt de schoonmaak aan, onderhoudt contact met externe leveranciers. De telefoon gaat de hele dag. Maar dat mag van zijn leidinggevenden bij Cruisinc niet in zijn urenverantwoording komen. De leidinggevenden zeggen dat hij moet schrijven dat hij werkt van 08.00-12.00, van 12.30-14.30 en van 18.00-20.00 uur. Vakantie zit er niet in. Als hij vrij vraagt, krijgt hij te horen dat hij onbetaald verlof moet opnemen. Aan de telefoon zegt Barendrecht dat dit klopt, maar dat „vakantiedagen en vakantiegeld met het salaris worden uitbetaald”.
Beschimmeld eten mengden we met vers voedsel, daarna kwam het gewoon op tafel
Ook andere medewerkers vertellen dat veel meer wordt gewerkt dan op papier staat. De Roemeense hotelmanager S. zegt dat ze van haar leidinggevenden voor geen van haar medewerkers „meer dan acht uur per dag” mocht schrijven.
Ook als de werkdag voorbij is, mogen de managers volgens hun contract niet van het schip. De Bulgaarse manager is acht weken lang 24 uur per dag aan boord. Zijn leidinggevenden vertellen hem dat hij, als hij écht wil, boodschappen mag halen of een wandeling kan maken. Dan moet hij wel binnen een half uur terug zijn.
Buffet
Asielzoekers, zien de arbeidsmigranten, hebben weinig omhanden. De boten zijn krap, ze verblijven er soms meer dan een jaar. Ondertussen mogen ze amper werken. De asielzoekers leven van maaltijd naar maaltijd – met het avondbuffet als evenement van de dag. Bij de Oekraïense vluchtelingen gaat het er volgens de arbeidsmigranten gemoedelijker aan toe. Sommige Oekraïeners komen vlak voor het avondbuffet terug van hun werk. Ze parkeren hun auto voor het schip en kunnen dan zo aanschuiven.
Buiten het uitserveren van het buffet om spreken de arbeidsmigranten en de bewoners van de schepen elkaar nauwelijks. Volgens de regels van Cruisinc mogen ze geen contact met elkaar hebben, vertellen ze. Aan de telefoon zegt Barendrecht dat zijn werknemers wel contact met vluchtelingen mogen hebben, maar dat zijn bedrijf er geen voorstander van is. „Deze week is het weer gebeurd”, zegt hij, „dat een bewoner en een personeelslid een relatie kregen.”
De arbeidsmigranten mogen pas aan tafel als de vluchtelingen zijn uitgegeten. Zij moeten voor hun eten betalen. Voor voedsel en onderdak wordt maandelijks 275 euro van hun loon ingehouden, staat in hun contract. Maar: voor wat? De arbeidsmigranten vertellen dat het vlees dat geserveerd wordt regelmatig over de datum is. „Beschimmeld eten mengden we met vers voedsel”, zegt de Roemeense kok Voinea. „Daarna werd het gewoon geserveerd.”
De Roemeense hotelmanager S. zegt dat ze tientallen kilo’s vlees weggooide omdat het oud was – en stonk. Toen Cruisinc merkte dat er nieuw vlees besteld moest worden, kreeg ze naar eigen zeggen een waarschuwing van haar leidinggevende. Ze is er nog steeds boos over. „Op elke cent moest worden bespaard.”
Op staande voet ontslagen
Maar de arbeidsmigranten zijn bang om er iets van te zeggen. Cruisinc hanteert een eigen waarschuwingssysteem. Er zijn twaalf vormen van overtredingen waar medewerkers een officiële waarschuwing voor kunnen krijgen, zo is te lezen op een intern formulier. „Te laat komen”, niet luisteren of „misbruik van e-mail of telefoon”. De overtredingen worden niet gespecificeerd. Drie waarschuwingen betekent: ontslag op staande voet. Het systeem wordt volgens vijf oud-medewerkers misbruikt om mensen te ontslaan die lastig zijn of niet goed functioneren.
„De gedachte is: als we ze eruit knikkeren, dan horen we er toch nooit meer wat van”, zegt een voormalig medewerker uit de managementlaag. De medewerker zegt „tientallen keren” te hebben meegemaakt dat iemand, volgens de arbeidsregels onterecht, werd ontslagen. „Het was dagelijkse praktijk.” Wie geluk had, mocht nog één nacht blijven om een nieuwe slaapplek te zoeken. Wie niet wegging, werd door de beveiliging van boord gezet.
In Nederland is geen oud schip meer te krijgen, alles is opgekocht om te verhuren aan het COA
Matyas Barkoczi, uit Hongarije, zegt dat hij een waarschuwing kreeg omdat hij zijn wasgoed in de wasruimte had laten staan. Zijn tweede waarschuwing kreeg hij nadat hij weigerde naar een ander schip te verhuizen, omdat daar een manager werkte met wie hij een conflict had. „Ik werd ontslagen op een vrijdagmiddag. De personeelsafdeling nam niet meer op”, zegt hij. De volgende dag vloog hij op eigen kosten terug naar Hongarije.
Als hij thuis is, stuurt Barkoczi een uitgebreide mail naar Cruisinc. Hij schrijft dat hij zonder compensatie veel extra uren heeft gewerkt en vraagt of iemand naar hem toe kan komen om zijn kant van het verhaal te horen. „Voor het geval dat u me wil bereiken” voegt hij zijn telefoonnummer toe. Er komt geen antwoord.
De Roemeense hotelmanager S. krijgt een waarschuwing. Ze weigert nog langer „te weinig uren” voor haar medewerkers te schrijven. Een discussie over vakantiedagen zal uiteindelijk haar ontslag inluiden. „Twee uur later stond ik op straat. Ik kon nergens naartoe”, zegt ze. Niemand van Cruisinc reageerde op haar telefoontjes. Ze boekte zelf een lastminutevlucht naar Roemenië. S. zegt nog recht te hebben op 11.000 euro. „Maar Cruisinc neemt niet meer op.”
Een Bulgaarse schoonmaakster die werd ingehuurd door Cruisinc moest al na één waarschuwing vertrekken. Die kreeg ze omdat ze ziek werd. Cruisinc belde haar, met de boodschap dat ze weer moest komen werken. „Toen ik vertelde dat ik nog ziek was, hoefde ik niet meer terug te komen.”
Asielboten aan de Rijnkade in Arnhem.
Gouden kranen
Dat er zoveel medewerkers moeten vertrekken, frustreert hotelmanager Miroslav Kolarov steeds meer. Hoe kan hij zo een team opbouwen? Hij blijft maar mensen inwerken. In oktober 2023 beklaagt hij zich erover bij een medewerker van een van de bedrijven waarvan het COA schepen huurt, Slaapschepen BV. Na dat gesprek komt een leidinggevende van Cruisinc het schip van Kolarov op. Hij wordt op staande voet ontslagen. Op zijn ontslagformulier, in handen van NRC, staat als reden dat hij interne informatie met een externe partij heeft besproken. Een dag later zit Kolarov in het vliegtuig naar huis, naar Bulgarije.
„Waarom zou ik mensen eruit knikkeren?”, zegt Barendrecht in een reactie. „Dan moet ik weer iemand anders zoeken.” Al zegt hij ook dat dat niet zo ingewikkeld is. „Als wij morgen zes kelners nodig hebben en drie koks, dan staan ze hier volgende week.”
Toen het COA midden in de opvangcrisis van 2022 bedacht dat er meer asielzoekers op schepen konden worden opgevangen, stuitte het op een nieuw probleem. Niemand wist er iets van schepen.
COA-ambtenaren die potentiële opvangschepen bekijken, zien gouden kranen en glijbanen. Dat zou een verkeerd beeld geven. Een Friese ondernemer schiet te hulp. Schipper Mark Jongedijk, eigenaar van Slaapschepen BV, komt met het idee cruiseferry’s te huren. Dat zijn enorme veerboten die vrachtwagenchauffeurs en toeristen over de Oostzee varen. Er passen duizenden mensen op. Veel degelijker dan de schepen die COA-ambtenaren bekeken. Het COA is enthousiast. Jongedijk krijgt de opdracht twee cruiseferry’s te huren. Dat doet hij bij de Estse rederij Tallink, voor 110.000 euro per schip per dag, bleek vorig jaar uit onderzoek van het AD.
Volgens de aanbestedingsregels mag zo’n grote opdracht niet zomaar aan een partij worden gegund. Maar omdat er „dwingende spoed” is, zegt het COA, worden deze regels genegeerd. Daardoor wordt er boven de marktprijs betaald.
Maar van „dwingende spoed” is in deze situatie geen sprake, zegt jurist Hein van der Horst, die als zelfstandig aanbestedingsadviseur overheden adviseert. „Voor ‘dwingende spoed’ moet de toestroom van asielzoekers onvoorzien zijn en mag de situatie niet te wijten zijn aan de organisatie zelf, zegt hij. En dat is in deze situatie volgens hem wel het geval. „Het COA had dit kunnen zien aankomen. Ze hebben in de jaren voor de opvangcrisis zelfs contracten met locaties beëindigd.”
Zo gaat Slaapschepen een belangrijke rol in de asielcrisis spelen. Op dit moment is er met Slaapschepen een overeenkomst voor tien schepen – bijna de helft van alle schepen die het COA huurt. Op de site van Slaapschepen prijst een tevreden scheepseigenaar de constructie aan. Met zijn familie kocht hij een rivierschip, maar hij kon geen vaste ligplaats vinden. „Gelukkig kwamen we toen in contact met Slaapschepen, die al snel een kans zagen ons schip te gebruiken voor het COA.” Sindsdien wordt alles voor hem geregeld. „Ons schip heeft een vaste ligplaats, hospitality crew en goede beveiliging. Hierdoor hoef ik mij geen zorgen te maken, omdat er goed voor mijn schip wordt gezorgd.”
Via Slaapschepen gaat ook Cruisinc een grote rol spelen in de opvang op schepen. Het bedrijf, dat gespecialiseerd is in catering aan boord, wordt door Slaapschepen ingehuurd. Om aan de opdracht te voldoen, worden de arbeidsmigranten door Cruisinc naar Nederland gehaald. Ze koken inmiddels meer dan tienduizend maaltijden per dag.
Miljarden
Dat de arbeidsmigranten voor Cruisinc onder slechte omstandigheden moeten werken, komt niet doordat er te weinig geld is. De kosten voor de asielopvang stegen de afgelopen jaren met honderden miljoenen. In 2021 gaf het COA nog 765 miljoen euro aan asielopvang uit, vorig jaar was dat 2,7 miljard. Dat komt door het grote aantal asielzoekers dat in noodopvanglocaties slaapt. Voor een groot deel van de asielopvang is de Nederlandse overheid afhankelijk geworden van ondernemers. Waar opvang in een asielzoekerscentrum ongeveer 77 euro per nacht kost, betaalt het COA voor noodopvang soms drie keer zoveel.
Uit de jaarrekeningen van Slaapschepen blijkt hoe het bedrijf sinds de opvangcrisis is gegroeid. Tussen 2021 en 2022 stegen de bezittingen van 2,6 miljoen euro naar 7,9 miljoen euro.
In de scheepswereld verbaast men zich over de bedragen die worden verdiend. Op zijn woonschip bladert een Nederlandse kapitein driftig door contracten. De kapitein, die niet met zijn naam in dit artikel wil, wilde ook een schip voor de asielopvang kopen. Maar dat er zoveel geld in omging, had hij niet voorzien. Hij toont een contract uit 2023 waarin staat dat het COA ruim een half miljoen euro per jaar voor een oud riviercruiseschip betaalt. Een bedrag dat volgens hem op geen enkele andere manier nog met zo’n schip verdiend kan worden. In Nederland, zegt hij, is geen oud schip meer te krijgen. „Alles is opgekocht om te verhuren aan het COA.”
Jongedijk en Barendrecht willen daar in eerste instantie niet inhoudelijk op reageren. Later volgt een gezamenlijke algemene verklaring, waarin ze veel vragen onbeantwoord laten. Vlak voor publicatie vertelt Barendrecht aan de telefoon dat één werknemer, nadat hij een advocaat inschakelde, ruim 44.000 euro van Cruisinc heeft gekregen. „Dat was voor kosten en extra salarissen”, zegt hij. Barendrecht zegt dat hij het heeft overgemaakt om van de man af te zijn. „Het slokte veel energie op. Ik was het zat. Ik heb gezegd: ik wil ervan af zijn.” De betaling is volgens hem geen erkenning dat er iets misging.
Cyprus
Cruisinc blijkt een uitgebreide financiële constructie te hebben opgetuigd. De activiteiten van Cruisinc zijn in Nederland verdeeld over acht BV’s, waarvan de meeste tot voor kort niet gedeponeerd hadden, terwijl dit wel verplicht is. (Ruim een week nadat NRC een uitgebreide vragenlijst aan Cruisinc stuurt, worden er alsnog acht jaarrekeningen gedeponeerd.)
De acht vennootschappen zijn allemaal eigendom van het Arnhemse Quality River Catering Holding BV, opgericht in juni 2023. Vanaf daar gaan de geldstromen Nederland uit.
De ondernemers die schuil gaan achter Cruisinc blijken hun belangen in Cyprus te hebben geparkeerd. Uit gegevens van de plaatselijke Kamer van Koophandel blijken er zes Cypriotische firma’s betrokken te zijn bij Cruisinc. De aandeelhouders zijn vier Nederlandse zakenlieden: Roland Barendrecht, die het grootste belang heeft, en drie Limburgers.
Asielopvang is een business geworden
De moedermaatschappij op Cyprus paste begin dit jaar een financiële truc toe om miljoenen euro’s naar de vier aandeelhouders te laten stromen. Het bedrijf keerde geen dividend uit, maar verminderde zijn kapitaal met 6,5 miljoen euro. Zo’n kapitaalreductie is een methode die bedrijven en hun eigenaren vaak gebruiken om zo min mogelijk belasting te betalen over uitgekeerde winsten. In een reactie zegt Barendrecht dat hij in Nederland belasting afdraagt.
Zijn zakenpartners reageren niet op verzoeken van NRC om contact op te nemen. Als een van de aandeelhouders op een vrijdagmiddag op berensloffen de deur open doet in een Midden-Limburgs kerkdorp zegt hij: „We hebben een gezamenlijke persverklaring uitgegeven en daar beperk ik me toe.” De man, eigenaar van een belastingkantoor voor schippers, wil niet ingaan op vragen over de constructie op Cyprus. „Ieder zijn eigen standpunt, zullen we maar zeggen.”
Waarschuwingen
In de zomer van 2023 werkt de Bulgaarse hotelmanager op het riviercruiseschip MS Viola, in Wageningen. In de eetzaal van het schip is het lunchbuffet net geopend als zijn telefoon gaat. Het is een leidinggevende van Cruisinc.
Het hoofdkantoor wil dat hij zijn Indonesische kok een officiële waarschuwing geeft. De kok zou „niet volgens het menu” koken. Dat is onzin, vindt de Bulgaarse manager.
Door eerdere ervaringen weet hij precies hoe dit af zal lopen. De officiële waarschuwing zal een opmaat naar ontslag vormen. De kok zal binnenkort moeten vertrekken, net als vele andere werknemers die hem voorgingen.
De Bulgaar neemt daarom een besluit: hij weigert zijn kok een onterechte waarschuwing te geven.
Daarop komt hij zelf in de problemen. Een leidinggevende van Cruisinc krijgt in september een telefoontje van het hoofdkantoor in Arnhem. Het gaat over de Bulgaarse hotelmanager. „I want him fired”, krijgt de leidinggevende te horen van het hoofdkantoor. De reden? De Bulgaar zou „te weinig” communiceren. Vaag, vindt de leidinggevende.
„Ik wil dat hij ontslagen wordt”, reageert het hoofdkantoor van Cruisinc, die de opdracht nog maar eens verduidelijkt – de communicatie is in handen van NRC. „Dus beter vind je de dingen die gevonden moeten worden.”
De leidinggevende weigert, en wordt daarop zelf ontslagen.
Gesprekken met COA
Medewerkers van het COA zijn dagelijks op de schepen, om de asielzoekers te begeleiden. Volgens de ontslagen leidinggevende zagen zij ook hoe arbeidsmigranten behandeld werden.
Een andere oud-medewerker van een van de betrokken bedrijven zegt dat er „meerdere gesprekken” over de arbeidsomstandigheden zijn geweest, waarbij ook COA-ambtenaren aanwezig waren. Er veranderde niets. Voor vragen van NRC over de arbeidsomstandigheden verwijst het COA naar Slaapschepen en Cruisinc. Een woordvoerder zegt ook: „Van Nederlandse bedrijven mag verwacht worden dat zij zich aan Nederlandse wet- en regelgeving houden.”
Een andere betrokkene meldt de misstanden bij de Arbeidsinspectie. Een woordvoerder van de inspectie bevestigt dat er in 2023 naar aanleiding van een melding onderzoek is gedaan. Daaruit zijn volgens de inspectie geen misstanden naar voren gekomen.
In 2020 deed voormalig SP-leider Emile Roemer in opdracht van het vorige kabinet onderzoek naar arbeidsmigranten. Volgens zijn rapport is een van de grootste problemen dat de werkgever van arbeidsmigranten in veel gevallen ook de huisbaas is. Maar met precies die constructie werkten arbeidsmigranten voor de Nederlandse overheid op de vluchtelingenschepen.
Als werknemers op hun werkplek wonen, is dat volgens Nationaal Rapporteur Mensenhandel Conny Rijken niet alleen „ongezond” maar ook „een indicatie van uitbuiting”. Als opdrachtgever heeft het COA ook een verantwoordelijkheid voor deze situatie, zegt ze. Volgens Rijken wordt met de constructie op de opvangboten voor vluchtelingen „misbruik gemaakt van de onwetendheid van arbeidsmigranten en van hun kwetsbare positie”.
Rijken zegt dat de overheid „de omstandigheden waarin dit kan ontstaan zelf heeft gecreëerd”. Omdat de overheid zelf niet genoeg structurele opvangplekken regelt, is het volgens Rijken afhankelijk van dure noodopvang, waar ad hoc-personeel voor nodig is. „Asielopvang is een business geworden.”
Barendrecht zegt: „Het interesseert me helemaal niets wat ze ervan vindt. De huisvesting van onze medewerkers is marktconform.”
In het najaar van 2023, ongeveer een half jaar nadat hij bij Cruisinc begon, is de Bulgaarse manager nog niet ontslagen, maar de situatie begint ook hem op te breken. Hij meldt zich ziek vanwege de stress. Dat wordt niet geaccepteerd: hij moet weer aan het werk, blijkt uit opgenomen gesprekken en verklaringen. Als de huisarts hem vervolgens zeven dagen rust voorschrijft, wil een leidinggevende van Cruisinc „het rapport” van de arts zien. Dat is tegen de wet.
Cruisinc wil de Bulgaar van zijn schip hebben. Hij moet naar een ander schip. Daar krijgt hij een bed tussen de asielzoekers. De overspannen man komt terecht tussen vijftienhonderd mensen die zijn taal niet spreken. „Ik mocht niet meer in de crew area komen.”
Na een week vertrekt hij zelf.
Maandenlang probeert de Bulgaar in contact te komen met Cruisinc, omdat hij vindt dat hij gecompenseerd moet worden, onder meer voor niet uitbetaald overwerk. De man heeft een advocaat in de arm genomen.
Zijn plek is al ingenomen door andere arbeidsmigranten.
Zo gaat het altijd, zegt zijn collega S., de Roemeense hotelmanager. „Cruisinc kan zo weer een nieuwe groep werknemers uit Oost-Europa halen. En op die manier zijn gang blijven gaan. Dat ze er zo mee weg proberen te komen, vind ik nog het ergste van alles.”
De politie heeft vrijdagavond een protest in een gebouw van de Universiteit Utrecht door pro-Palestijnse demonstranten beëindigd. De actievoerders hadden Drift 13, waar de faculteit Geesteswetenschappen is gevestigd, sinds de ochtend bezet en eisten dat de universiteit banden met Israëlische instituties zou verbreken.
Enkele tientallen demonstranten hadden de ingang van het gebouw gedurende de dag gebarricadeerd. Aan de gevel hingen spandoeken met teksten als ‘UU blood on your hands‘, terwijl de actievoerders voor de deur pro-Palestijnse leuzen scandeerden. Met hun actie richtten zij zich ook op toekomstige universiteitsstudenten. In de faculteit zouden vrijdag activiteiten plaatsvinden rond de open dag van de universiteit, die nu op een andere locatie doorgang vonden.
Nadat de vice-voorzitter van de universiteit, Margot van der Starre, rond 16.00 uur in gesprek was gegaan met de demonstranten, kregen zij te horen dat zij uiterlijk 17.30 uur weg moesten zijn uit het gebouw. De groep, UU Encampment , noemde het gesprek op Instagram ’teleurstellend’ en gaf aan het verzoek geen gehoor. Rond 18.30 begon de politie vervolgens met mensen uit het pand te halen. Zij werden in een bus naar een onbekende locatie gebracht. Onduidelijk is om hoeveel mensen het precies gaat.
Sinds het begin van de Gaza-oorlog voeren studenten aan meerdere Nederlandse universiteiten actie tegen de banden van de onderwijsinstellingen met Israëlische instituties. Zo ook in Utrecht, waar in mei nog een gebouw van de rechtenfaculteit werd bezet. Het universiteitsbestuur zei toen toe de samenwerkingen te evalueren. In oktober concludeerde de universiteit dat alle huidige samenwerkingen met Israëlische instanties door kunnen gaan, onder meer omdat er geen gezamenlijk onderzoek is dat ook voor militaire toepassingen kan worden gebruikt.
Van een uitverkoop is in de Blokker in Spakenburg absoluut nog geen sprake, kondigt een briefje bij de ingang alvast aan. De theedoeken, huishoudtrapjes en kaasschaven liggen in goed gevulde schappen en worden voor de gebruikelijke prijs verkocht. Aan het begin van de winkel liggen de pietenpakjes al klaar voor de Spakenburgse Sinterklaasintocht op zaterdag.
Deze winkel zal ondanks het faillissement van de keten blijven bestaan, zegt Aart-Wim Heinen, die vrijdagmiddag de leiding heeft. „Onze winkel is rendabel”, zegt hij. Recent werd het vloeroppervlak zelfs vergroot door ook de naastgelegen winkel erbij te trekken. „Wij zijn ervan overtuigd dat Blokker voort kan bestaan.”
Heinens winkel is een van de 45 Blokkers die door zelfstandige franchisenemers wordt uitgebaat en dus buiten het woensdag uitgesproken faillissement van de huishoudwinkelketen vallen. Op sociale media laten meerdere franchise-Blokkers weten „gewoon door” te willen gaan.
De bedrijfsleider moet het gesprek meerdere keren onderbreken, doordat er doorlopend klanten de winkel binnen stappen die iets af willen rekenen, of een pakketje van het DHL-punt in de zaak komen ophalen.
Ook zoeken ze advies. Zo wil een vrouw een Brabantia wasdroogrek kopen, maar vraagt ze zich af of het exemplaar in de winkel dezelfde maat is als het rek dat ze thuis al heeft. „Is het een 20 meter die ik thuis heb staan of is het een 25 meter?” vraagt ze aan Heinen. „25 meter zonder beugel wil je hebben”, adviseert hij.
Opgeluchte klanten
De toeloop is „niet veel meer dan anders”, zegt Heinen. „Het was goed en het is goed, en wat ons betreft blijft het gewoon goed.” In de winkel reageren veel klanten opgelucht als ze horen dat het filiaal blijft bestaan. Ook willen ze de ondernemers een hart onder de riem steken.
Zo informeert Daniëlle ter Beek of ze producten voor het kerstpakket van haar installatiebedrijf bij de lokale Blokkerondernemer kan inkopen. „We proberen altijd wel een beetje lokaal te kopen, dat we elkaar helpen. Wij hebben zelf ook veel klanten uit het dorp.” Zelf komt ze voor producten zoals föhns naar Blokker. „Als er dan wat mee is, kun je ook zo weer terug en hoef je niet van alles op te sturen.”
De winkel in Spakenburg oogt fris en opende pas in 2016 met het Blokkerlogo op de gevel. Daarvoor was het een Marskramer. Terug naar die winkelformule wil Heinen niet. „Blokker is een veel sterker merk. We willen graag over een paar maanden nog steeds onder de Blokkervlag zitten. Vooralsnog krijgen we gewoon goederen van Blokker”, zegt hij.
De zelfstandige Blokkerondernemers mogen dan niet betrokken zijn bij het faillissement van de keten zelf, het definitief wegvallen van dat bedrijf zou wel betekenen dat ze hun leverancier kwijt zijn. Ook als er een doorstart komt, is er geen garantie dat de nieuwe eigenaar met franchisenemers in zee wil.
Groothandel Otto Simon, dat sinds 2021 de eigenaar is van Marskramer, staat klaar om ook Blokkerfranchisers te verwelkomen. Volgens verkoopdirecteur Hans Hummelink levert de groothandel „als vangnet” op dit moment al spullen aan sommige Blokkerondernemers. „Wij zijn de enige andere huishoudformule en een prima alternatief. Maar wij nemen er geen initiatief in, we wachten tot de Blokkerondernemers er klaar voor zijn.”
Nieuwe invulling
Blokker heeft nog een kleine vierhonderd winkels in Nederland. Als er geen doorstart komt, zullen de 349 eigen filialen van het winkelbedrijf in ieder geval hun deuren sluiten. Een „aanzienlijk deel” van die winkels zal waarschijnlijk snel weer een nieuwe invulling krijgen, verwacht Gertjan Slob, hoofdonderzoeker van vastgoeddataverzamelaar Locatus. „Over het algemeen is het in binnensteden iets makkelijker, maar het hangt er ook vanaf hoeveel leegstand er al is in die binnenstad. Retailers zijn ook in kleinere plaatsen geïnteresseerd als ze daar zelf nog niet zitten en er een Blokker wegvalt.”
„Blokkerwinkels zitten over het algemeen op toplocaties, doordat ze vaak een van de eerste huurders waren in onze winkelcentra”, zegt vastgoedbeheerder Wereldhave. „We verwachten deze winkelruimtes snel weer opnieuw te kunnen verhuren.” Wereldhave baat een aantal winkelcentra uit in Nederland en besloot, nadat Blokker uitstel van betaling aanvroeg bij de rechtbank, al om de zeven huurcontracten van de keten niet meer te verlengen.
Wibra staat klaar
Textieldiscounter Wibra aast ook op Blokkerlocaties. „We zouden zo’n honderd winkels kunnen inlijven”, zei topman Bas Duijsens tegen vakblad RetailTrends. Daarmee zou Wibra, dat nu zo’n 240 winkels heeft, een stuk dichter bij concurrent Zeeman komen, dat 450 winkels heeft.
Ook het personeel van Blokker is gewild. Reisbureauketen D-reizen biedt een gratis omscholingstraject aan voor Blokkermedewerkers die willen overstappen naar de reisbranche. Ook vakbond CNV wil samen met branchevereniging INretail het personeel van de failliete winkelketen koppelen aan andere werkgevers.
De vestigingen van koopjesketen Big Bazar, dat tot 2021 onderdeel was van Blokkers moederbedrijf Mirage en vorig jaar failliet ging, geven een indruk van wat er kan gebeuren. In Amersfoort heeft de snelgroeiende Duitse kledingdiscounter KiK inmiddels zijn intrek genomen in de voormalige Big Bazar-winkelruimte.
In het winkelcentrum van Soest staat het pand nog leeg. In het pand komt binnenkort een Crazy Selfie, kondigt een poster aan. Daar kunnen bezoekers in allerlei decors foto’s van zichzelf maken.
De president van de Spaanse regio Valencia, Carlos Mazón, heeft zijn aanpak van de catastrofale overstromingen waarbij meer dan 220 mensen om het leven kwamen verdedigd en gezegd niet te zullen aftreden. In een vrijdag gehouden toespraak bood hij zijn excuses aan voor het optreden van de autoriteiten, maar volgens hem werden zij overweldigd door een „monsterlijke waterlawine die alle weersvoorspellingen overtrof”.
Mazón kondigde aan dat een parlementaire commissie de ramp gaat onderzoeken en dat hij zijn verantwoordelijkheid niet zal ontlopen, mocht het onderzoek daartoe aanleiding geven. Volgens hem functioneerde de protocollen voor dergelijke overstroming altijd goed, tot 29 oktober. „Ik ga mijn fouten niet ontkennen, dat is niet mogelijk en het zou ook niet nuttig zijn”, aldus Mazón.
De getroffen lokale bewoners van het overstromingsgebied hebben felle kritiek geuit. Die was vooral gericht aan de lokale autoriteiten, maar ook de nationale overheid – vooral de mate van paraatheid – waren doelwit. Zo zouden ze er niet in zijn geslaagd mensen op tijd te waarschuwen voor de risico’s van de storm van 29 oktober en de daaropvolgende overstromingen.
Lees ook
Wantrouwen in Spanje door wisselende cijfers over aantal slachtoffers door overstromingen
Afgelopen zaterdag gingen 130.000 mensen de straat op om het aftreden van Mazón te eisen. Zij vinden dat de regiopresident niet op tijd is begonnen met het versturen van waarschuwende sms’jes. Pas toen al de overstromingen uren bezig waren en er al auto’s werden meegesleurd door het water werd het sms-waarschuwingssysteem in gang gezet.
Tijdens zijn toespraak zei Mazón dat de instantie die verantwoordelijk is voor het meten van de waterstanden er inderdaad niet in was geslaagd om voldoende waarschuwingen te geven. Ook zei hij dat het sms-systeem nog nooit eerder was gebruikt.
Kritiek
Mazón verontschuldigde zich niet voor de lange lunch die hij had met een journalist op de dag van de overstromingen. Critici verweten hem dat hij zich met de ramp bezig had moeten houden. Mazón zei dat hij zijn agenda die dag niet had vrij gemaakt omdat de regionale functionaris die verantwoordelijk was voor de hulpdiensten de situatie afhandelde. Tientallen burgers verzamelden zich vrijdag buiten de regionale vergadering en eisten zijn ontslag en scandeerden „noch vergeten noch vergeven” en „je was aan het eten terwijl anderen stierven”.
De demonstranten vinden ook dat Mazón verantwoordelijk moet worden gehouden voor de trage hulpverlening. Ze vinden dat inwoners van de getroffen regio te lang zonder hulp hebben gezeten. Volgens de president van de regio zelf draagt de socialistische regering hier verantwoordelijkheid voor.
Ook vanuit de politiek is er veel kritiek op Mazón. „Hoeveel van deze sterfgevallen waren vermijdbaar?” zei Joan Baldovi, een parlementariër van de extreemlinkse Compromispartij. Hij riep Mazon op om af te treden en omschreef hem als „nalatig”.
Hulpverleners zijn nog op zoek naar zestien vermisten. Bijna de helft van de doden die vielen tijdens de overstromingen waren 70 jaar of ouder.
Een machtsspel heeft de benoeming van de tweede Europese Commissie van Ursula von der Leyen in een thriller veranderd, met onzekere afloop. De goedkeuring van de zes belangrijkste Eurocommissarissen wordt geblokkeerd door het Europees Parlement, waar linkse en rechtse partijen elkaar in een wurggreep houden en de verwijten over en weer vliegen.
Manfred Weber, de machtige fractievoorzitter van de christendemocratische EVP, werd er woensdag door de sociaaldemocraten van beschuldigd dat hij „roekeloos de Commissie op het spel zet” en met uiterst-rechtse populisten heult. De Italiaanse radicaal-rechtse premier Giorgia Meloni beweerde even later via X dat juist linkse Europarlementariërs zich schuldig maken aan politieke spelletjes.
Vooraf was de verwachting dat Von der Leyen dinsdagavond opgelucht adem zou kunnen halen. Als de zes beoogde vicevoorzitters die dag hun hoorzittingen in het parlement met succes zouden doorstaan, was de nieuwe Commissie zo goed als klaar om te beginnen. Het werd een moddergevecht. Zelfs een poging van Von der Leyen om de impasse woensdag hoogstpersoonlijk te doorbreken met een topoverleg op haar kantoor in Brussel heeft nog niet tot een oplossing geleid.
Partijpolitiek
De ruzie kan niet los worden gezien van de veranderde verhoudingen in het Europees Parlement. Sinds de verkiezingen in juni zijn centrumrechtse en radicaal-rechtse partijen sterker geworden en is de positie van progressieve partijen juist verzwakt, al was dat toen niet direct zichtbaar. In de zomer wist Von der Leyen haar eigen verkiezing tot Commissievoorzitter nog veilig te stellen met een in het midden gesmede coalitie van christendemocraten, liberalen, sociaaldemocraten en groenen.
Sindsdien schuift alles echter gestaag op naar rechts. Von der Leyen, zelf een Duitse christendemocraat, gaf een van de zes vicevoorzitterschappen in haar Commissie aan de Italiaan Raffaele Fitto, een partijgenoot van premier Meloni. Ook in het Europees Parlement begonnen de christendemocraten vaker samen te stemmen met de radicaal-rechtse flank, tot ongenoegen van liberale en linkse Europarlementariërs.
Als vanzelf rees de vraag met welke partijen Von der Leyen een meerderheid wilde halen om de 26 kandidaten van haar Commissie, onder wie Wopke Hoekstra, goed te laten keuren. De hoorzittingen draaien weliswaar om het testen van de geschiktheid van de kandidaten, maar partijpolitiek is nooit ver weg.
Aanvankelijk leek het erop dat dat besef de verschillende groepen dichter tot elkaar zou brengen. Een stem van de sociaaldemocraten tegen een rechtse kandidaat zou ongetwijfeld tot een wraakactie leiden, en vice versa. Voor je het weet zouden de Commissarissen bij hun stemming als dominosteentjes omvallen.
Precies dat scenario dreigt nu alsnog uit te komen. De linkse partijen voelen er niets voor om in te stemmen met Fitto, zeker zolang die zijn status als vicevoorzitter behoudt. Dat is een principekwestie: de Italiaanse sociaaldemocraten zijn aanmerkelijk milder over Fitto, een voormalig christendemocraat, dan andere linkse Europarlementariërs. Aan die scepsis kon Fitto in zijn drie uur lange hoorzitting niets veranderen.
Inmiddels hebben ook de rechtse fracties een eigen doelwit: de Spaanse Teresa Ribera, beoogd vicevoorzitter en commissaris voor Klimaat en Concurrentie. Volgens de rechterflank heeft de sociaaldemocratische Ribera gefaald als klimaatminister bij de overstromingen in Valencia. De verantwoordelijkheid voor die ramp ligt hoofdzakelijk bij het regionaal bestuur, maar dat kon niet voorkomen dat de hoorzitting met Ribera dinsdag uitliep op een kruisverhoor.
Verantwoording
Weber en zijn christendemocraten hebben nu als eis op tafel gelegd dat zij niet met Ribera willen instemmen voordat zij eerst verantwoording heeft afgelegd in het Spaanse parlement. Dat debatteert pas volgende week woensdag over de overstromingen. Bovendien willen de christendemocraten dat de linkse en liberale fracties alsnog instemmen met de kandidatuur van Fitto als vicevoorzitter.
Een derde obstakel is de Hongaarse kandidaat-commissaris Olivér Várhelyi, die naar voren is geschoven door de uiterst-rechtse premier Viktor Orbán. Hoewel er vrijwel geen hoop bestaat dat Orbán een meer gematigde kandidaat naar voren schuift als Várhelyi sneuvelt, heeft de linkerflank er weinig zin in hem te steunen. Ook dat is weer tegen het zere been van de christendemocraten, die vinden dat de linkse partijen hun verantwoordelijkheid ontlopen.
De kopstukken van de partijen hebben nog twee weken om hun onenigheid op te lossen. Dan stemt het Europees Parlement over de gehele Europese Commissie. Komt het niet tot een akkoord, dan kan Von der Leyen officieel niet aan de slag met haar nieuwe ploeg.
Lees ook
Hoe verliepen de hoorzittingen met de eerste 20 kandidaat-commissarissen?
Handhavers in Den Haag mogen vanaf 2025 zichtbare religieuze uitingen dragen, zoals een hoofddoek, keppeltje, kruis of tulband. De gemeenteraad nam daarover vorig jaar al een motie aan, nu heeft het college groen licht gegeven. Met het toestaan van de religieuze uitingen gaat de gemeente in tegen landelijk beleid.
In december 2023 diende GroenLinks-raadslid Hera Butt namens GroenLinks de motie in. Die kreeg een meerderheid, maar het college wilde zich er eerst uitgebreid over buigen alvorens het een besluit zou nemen.
Het college geeft gaat nu akkoord omdat het dragen van religieuze uitingen door boa’s „een verbindende rol [kan] hebben in de samenleving”. Het dragen van de uitingen zou bijdragen aan de toegankelijkheid, herkenbaarheid en het vertrouwen in de overheid. Daarnaast moet, zo stelt het college, het de vrije keuze van een boa zijn om een religieuze uiting te dragen.
In het besluit heeft het college meegewogen dat het dragen van religieuze uitingen voor boa’s in de gemeenten Arnhem, Almere en Tilburg al is toegestaan. Ook in een aantal landen is dat het geval, zoals in de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Zweden. Dat de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme en de landelijk coördinator tegen racisme en discriminatie van de Nationale Politie ook vinden dat de religieuze uitingen toegestaan zouden moeten worden, woog ook mee in het besluit.
Gemeenten hopen daarnaast dat met het toestaan van de religieuze uitingen ook vrouwen met een hoofddoek zich sneller voor een boa-opleiding willen aanmelden, om zo de tekorten aan boa’s op te vangen. Over de tekorten aan boa’s bestaan geen exacte cijfers. Het college schrijft wel dat er nog geen handhavers zijn die hebben aangegeven religieuze uitingen te willen dragen tijdens hun werk.
Landelijke lijn
Met het toestaan van de religieuze uitingen gaat Den Haag in tegen de landelijke lijn. Als demissionair minister van Justitie en Veiligheid besloot Dilan Yesilgöz (VVD) eind vorig jaar dat wijkagenten en boa’s geen religieuze uitingen mogen tonen. Zij moeten „neutraal” overkomen. Het nieuwe kabinet heeft zich hier bij aangesloten.
Het landelijke beleid kan daarmee verandering brengen in de beslissing van het college. De rijksoverheid kan vastleggen dat religieuze uitingen niet toegestaan worden. „Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft laten weten nog dit jaar met een uitwerking te komen”, schrijft het college. „Dit kan te zijner tijd gevolgen hebben voor het hier voorgaande.”
Lees ook
Mag een boa een hoofddoek of kruisje dragen? Daarover botsen de minister en de gemeenten
Blokker is woensdag op eigen verzoek failliet verklaard door de rechtbank van Amsterdam. Anderhalve week eerder meldde de huishoudwinkelketen al in „acute geldnood” te verkeren en vroeg het bedrijf uitstel van betaling aan. De rechtbank heeft twee curatoren aangesteld die gaan onderzoeken hoe (delen van) het winkelbedrijf alsnog te gelde gemaakt kunnen worden. Daarmee kunnen dan zoveel mogelijk van Blokkers schulden afbetaald worden.
1. Waarom is Blokker nu failliet?
Afgelopen zomer waarschuwde KPMG, de externe accountant van moederbedrijf Mirage Retail Group, al dat er in het najaar een financieel tekort zou zijn. Die voorspelling kwam uit: vorige week zei Blokker zelf in „acute geldnood” te verkeren.
Nieuw zijn die financiële problemen niet: Blokker is al jarenlang verliesmakend. Klanten laten de winkel links liggen en kopen huishoudelijke artikelen liever bij het goedkopere Action. Pogingen om van Blokker een luxere winkel te maken met meer merkproducten, zijn ook niet aangeslagen bij het winkelpubliek. Merkartikelen zijn bovendien minder onderscheidend, consumenten kunnen in de winkel gelijk opzoeken wat hetzelfde product bij bol of Amazon kost en kopen het dan net zo gemakkelijk daar.
2. Wat gebeurt er nu met de winkels?
De 394 fysieke vestigingen van Blokker blijven „voorlopig tot eind van het jaar open”, zo laat het bedrijf weten. De webwinkel werd vorige week al gesloten. Klanten kunnen geen geld meer terugkrijgen als ze een aankoop retourneren, ruilen voor een ander product kan nog wel. Cadeaukaarten kunnen tot eind volgende week nog verzilverd worden in de winkels van Blokker zelf. In de 45 zaken van franchisenemers kan dat niet meer. Die groep valt buiten het faillissement: dat zijn winkels van zelfstandige ondernemers. Zij zeggen door te willen gaan met hun winkels. Wel wordt het voor hen nu moeilijker om aan voorraden te komen.
Het is mogelijk dat de curatoren een partij vinden die met een deel van de Blokker-winkels door wil gaan. Heel groot lijkt die kans vooralsnog niet. Textieldiscounter Wibra liet eerder deze week al weten interesse te hebben in „zo’n honderd” winkellocaties van Blokker. Omdat Blokker al sinds 1896 bestaat, zitten de zaken vaak op hele centrale – en dus gewilde – plekken in winkelgebieden. Vastgoedbeheerder Wereldhave, dat in zeven winkelcentra ruimtes aan Blokker verhuurt, liet eerder al weten de huurcontracten niet meer te zullen verlengen.
3. En de werknemers?
Er werken ruim 3.500 mensen bij Blokker. Van alle medewerkers worden de contracten per 31 december beëindigd, laat een woordvoerder weten. De komende weken wordt winkelpersoneel nog geacht naar het werk te komen. Vakbond CNV wil dat de curatoren zo snel mogelijk duidelijkheid geven aan de werknemers en hen niet langer dan nodig vasthouden. De detailhandel kampt met personeelstekorten, wat de Blokker-medewerkers gewild maakt. De vakbond wil winkeliers die personeel zoeken gaan koppelen aan Blokker-medewerkers.
4. Hoeveel schuld heeft Blokker?
Dat gaan de curatoren nu in kaart brengen. Schuldeisers kunnen zich nog bij hen melden. Over een maand wordt het eerste faillissementsverslag gepubliceerd en zal er meer over de schulden duidelijk worden. Bekend is wel dat Blokker nog voor tientallen miljoenen euro’s aan belasting moet afdragen. Ook sloot het bedrijf afgelopen mei een kredietlijn van maximaal 35 miljoen euro af bij de Amerikaanse durfinvesteerder Gordon Brothers. „We zijn er zeker van dat dit ons de stabiliteit zal geven”, zei Ynse Stapert destijds, de topman van moederbedrijf Mirage. Toch bleek het niet genoeg om alle rekeningen van Blokker te betalen.
5. Komt er een opheffingsuitverkoop?
Bij het noodkrediet van Gordon Brothers dient de voorraad van Blokker als onderpand. Daardoor krijgt die financier voorrang op andere schuldeisers, zoals de Belastingdienst of het UWV. Dat geldt alleen voor de winkelvoorraad zelf, en niet voor opbrengsten die de curatoren uit bijvoorbeeld de verkoop van meubilair of merkrechten weten te halen.
Gordon Brothers heeft veel ervaring met het verkopen van winkelvoorraden. Naast de financieringstak is er een speciale divisie die opheffingsuitverkopen uitvoert. In Nederland was die bijvoorbeeld betrokken bij de opheffingsuitverkoop van V&D begin 2016.
Lees ook
Familieruzie voorlopig beslecht: bewindvoerders krijgen controle over Blokkervermogen
Lees ook
De onzichtbare broer van Jaap Blokker was minstens zo belangrijk voor het bedrijf
De drie laatste aanbieders van de zogenoemde ‘restitutiepolis’ (ASR, Menzis en Aevitae) maakten woensdag bekend per januari te stoppen met die polis. Bij een restitutiepolis betalen verzekerden een hogere premie, waarvoor zij zorg ook volledig vergoed krijgen van aanbieders die geen contract met de verzekeraar hebben. Met de standaardpolis wordt deze zorg slechts vergoed tot 60 à 85 procent van het gemiddelde tarief van gecontracteerde aanbieders.
Lees ook
Lees ook: Zorgpremie voor basisverzekering volgend jaar gemiddeld 11 euro hoger
Steeds minder verzekeraars boden die polis al aan – zij besloten niet-gecontracteerde geestelijke gezondheidszorg (ggz) en wijkverpleging niet meer volledig te vergoeden. Wel kunnen verzekerden nog opteren voor een ‘combinatiepolis’, waarbij andere vormen van niet-gecontracteerde zorg wel nog vergoed worden. In 2023 had 5 procent van de verzekerden een restitutiepolis.
De polis werd onbetaalbaar volgens verzekeraars, omdat verzekerden met die polis bovengemiddeld veel zorg gebruiken. Logisch, zei gezondheidseconoom Xander Koolman eerder tegen NRC: patiënten die weinig zorg gebruiken, kiezen niet voor een duurdere polis. „En zo werd de restitutiepolis totaal verlieslatend.”
Behandeling onderbreken
Maar op het verdwijnen van de polis is kritiek: het perkt de vrije artsenkeuze in omdat verzekerden niet meer kunnen kiezen voor een polis waarbij zij álle zorg vergoed krijgen. Vooral in de ggz zijn vaak lange wachtlijsten, de restitutiepolis bood verzekerden een mogelijkheid tot ontsnapping aan die lange wachtlijsten bij gecontracteerde aanbieders.
Het verdwijnen van de polis kan de wachtlijsten verder doen oplopen, omdat mensen die voorheen een restitutiepolis hadden daar nu ook op terechtkomen. Voor patiënten kan het betekenen dat zij hun behandeling moeten onderbreken. Eerder vertelden verschillende ggz-patiënten in NRC dat het einde van de polis zou betekenen dat hun zorg onbetaalbaar wordt.
Het lag voor de hand dat restitutieverzekerden zouden overstappen naar de drie overgebleven verzekeraars, waardoor die er meer zware zorggebruikers bij kregen en uiteindelijk ook moeten stoppen met de polis.
Lees ook
Lees ook hoe de zorg voor sommige ggz-patiënten onbetaalbaar wordt zonder restitutiepolis