Afslankmedicijnen leveren méér op dan alleen gewichtsverlies. Dat was bekend. Maar Amerikaanse onderzoekers hebben nu het effect op een lange lijst aandoeningen in kaart gebracht. Deze atlas van effecten van zogenoemde GLP-1-medicijnen staat maandag in Nature Medicine.
De onderzoekers hebben in een databank van veteranen naar 175 gezondheidskenmerken van ruim twee miljoen gebruikers gekeken. De verbanden die ze vonden ondersteunen anekdotisch bewijs voor allerlei effecten van GLP-1-medicijnen, die inmiddels door circa één op de acht Amerikanen worden gebruikt en waarvan Ozempic het bekendste merk is.
De studie leest als een winst- en verliesrekening: de medicijnen die ontwikkeld zijn om obesitas en diabetes type 2 te behandelen, hebben allerlei positieve bijwerkingen, onder meer op hart- en bloedvaten en het beteugelen van verslavingen.
Maar de lijst toont ook legio vervelende en gevaarlijke bijwerkingen. Misselijkheid en braken komen veel voor. In zeldzamere gevallen kan de maag voedsel niet meer goed verwerken of krijgen mensen nierstenen of een lage bloeddruk.
De gunstige effecten zijn desalniettemin zo talrijk, dat tijdens de perspresentatie iemand vroeg of GLP-1-medicatie niet in het kraanwater zou moeten. „Deze medicijnen hebben ook risico’s, er belanden gebruikers in het ziekenhuis”, bracht hoofdonderzoeker Ziyad Al-Aly daar tegenin. „Niet iedereen heeft evenveel voordeel, en mensen zonder obesitas hebben op veel ziekten al een lager risico.” De epidemioloog van Washington University benadrukte dat artsen per individu moeten beoordelen of de risico’s opwegen tegen de verwachte gezondheidswinst.
Lees ook
Populair afslankmiddel blijkt medicijn met vele talenten
GLP-1-medicijnen werken op ontvangers (receptoren) die in het hele lichaam zitten, met name in de darmen en de hersenen. Semaglutide is één GLP-1-middel, maar er zijn er meer, en er zijn nieuwe op komst, ook in combinatie met andere middelen. Steeds duidelijker wordt dat ze effecten hebben die optreden los van het gewichtsverlies. „GLP-1-medicijnen zijn ontworpen voor één ding, maar de biologie van het lichaam is complex en er lijkt sprake van een web van effecten.”
Optimisme voerde de boventoon bij de presentatie. Opvallend is de gunstige werking op ontstekingen bijvoorbeeld, maar ook op verslaving aan alcohol en drugs. „Er is een school die obesitas een eetverslaving noemt”, zegt Al-Aly. Geen gekke gedachte, zegt hij, aangezien GLP-1-receptoren in het brein invloed hebben op impulsbeheersing en het beloningssysteem.
In de grote groep gebruikers was verder te zien dat zij iets minder vaak alzheimer en parkinson ontwikkelden. Het zijn wél bescheiden effecten. En ook voor de meeste andere ziekten nam het risico met hooguit 10 à 20 procent af. „Maar dat doet niets af aan de potentie van deze medicijnen voor ziekten waarvoor nu nauwelijks effectieve behandelingen zijn, zoals dementie”, zei Al-Aly.
Over de langetermijneffecten zegt deze studie nog weinig. De onderzochte veteranen – voornamelijk oudere witte mannen – gebruikten de medicijnen tussen 2017 en 2024.
Er valt een bepaald genoegen te halen uit de loting van een tennistoernooi. Zeker als het een grandslam betreft. Met een knock-outsysteem waarin de namen van de beste tennissers van de wereld vooraf worden ingevuld, is het mogelijk eindeloos te speculeren over wie elkaar in toekomstige rondes kunnen treffen. Je verheugen op de mogelijke affiches die dan ontstaan, is voor elke tennisfan een deel van de voorpret.
Dinsdagochtend rond 9.00 uur Nederlandse tijd wordt een van de ontmoetingen waarnaar al ruim een week met smacht wordt uitgekeken werkelijkheid als Carlos Alcaraz en Novak Djokovic elkaar treffen in de kwartfinale van de Australian Open. Niet eerder troffen de twee meervoudige grandslamwinnaars – Alcaraz heeft er vier, Djokovic een recordaantal van 24 – elkaar zo vroeg in een toernooi; de eerste zeven ontmoetingen vonden of in halve finales of finales plaats, waaronder drie keer op grandslams.
De clash is er op het eerste gezicht een tussen twee tegenpolen. Jong versus oud, de Spanjaard en Serviër schelen zestien jaar (21 om 37). De nog altijd in opkomst zijnde uitdager tegen de op leeftijd rakende recordkampioen. Bij Alcaraz ontbreekt de Australian Open als enige grandslam nog op zijn erelijst, Djokovic heeft het toernooi juist vaker – tien keer – dan wie ooit gewonnen. En waar Alcaraz opwindend en aanvallend tennis speelt en soms als een artiest uitsluitend toverballen lijkt te kunnen slaan, staat Djokovic bekend als de efficiënte muur die alles heeft en nooit fouten maakt.
Maar de twee tennissers hebben meer gemeen dan op het eerste gezicht lijkt. Ze behoren beiden tot de best bewegende spelers van de wereld, die vrijwel elke bal kunnen retourneren. En meer dan dat; beiden beheersen de exceptionele vaardigheid om uit onmogelijke hoeken op de tennisbaan een winnende bal terug te slaan.
Drama bij Djokovic
Tijdens deze Australian Open lijken ze zich bovendien elkaars persoonlijkheid te hebben aangemeten. Alcaraz heeft zich tot nu toe geruisloos en op efficiënte wijze ontdaan van zijn tegenstanders. Hij verloor pas één set en hoefde in de vierde ronde slechts anderhalve set in actie te komen voordat zijn tegenstander, de Brit Jack Draper, vanwege een blessure moest opgeven.
Belangrijkste reden voor zijn probate succes is de verbeterde service die Alcaraz dit seizoen laat zien. De Spanjaard speelt met een zwaarder racket, waardoor hij meer snelheid in zijn slagen kan genereren, en heeft zichzelf een vloeiendere servicebeweging aangeleerd.
Aan de andere kant is elke wedstrijd van Djokovic deze Australian Open een recept voor drama geweest. Dat begon al voor het toernooi, toen de Serviër in een interview beweerde vergiftigd te zijn toen hij in quarantaine moest in een Australisch hotel in aanloop naar de Australian Open van 2022. Djokovic werd toen het land uitgezet omdat hij zich niet had laten vaccineren tegen corona. Hij hield daar naar eigen zeggen een trauma aan over.
Zijn uitlatingen zijn Djokovic niet in dank afgenomen door het Australische publiek, dat telkens luidruchtig partij kiest voor de tegenstanders van de Serviër. Die schreeuwde in de derde ronde richting een toeschouwer die een bal voorbarig uit verklaarde: „Will you shut the fuck up? Fucking idiot.” Na afloop van de wedstrijd deed hij onder luid boegeroep de handen om zijn oren, alsof hij wilde zeggen: kom maar op. Want Djokovic is bij uitstek een tennisser die beter gaat spelen onder vijandige omstandigheden.
Na zijn overwinning op de Tsjech Jiri Lehecka in de wedstrijd daarop verliet Djokovic het stadion zonder eerst het gebruikelijke interview op de baan te geven. Op sociale media liet de Serviër weten dat zijn boycot een reactie was op negatieve uitlatingen over hem van een tv-presentator van de zender die de rechten voor het grandslamtoernooi beheert. Die heeft inmiddels zijn excuses aan Djokovic aangeboden.
Olympische finale
Dat de twee topspelers elkaar al in deze fase van het toernooi treffen, komt niet alleen door een toevallige loting maar is ook te danken aan hun ranking. Alcaraz won vorig jaar weliswaar twee grandslams – Roland Garros en Wimbledon – maar zijn niveau viel richting het einde van het jaar ver terug. Op de US Open werd hij in de tweede ronde uitgeschakeld door Botic van de Zandschulp, toen een van de grootste verrassingen van het tennisseizoen. Daarom is hij nu als derde geplaatst. Djokovic staat nog lager; op plek 7. Het is zijn laagste ranking sinds hij twintigste geplaatst was op Wimbledon in 2018 (een toernooi dat hij won), en volgt na afgelopen seizoen waarin Djokovic voor het eerst sinds vijf jaar géén grandslam wist te winnen. Hij verloor de Wimbledon-finale van Alcaraz.
Wel wist de Serviër vorig jaar olympisch goud te winnen, het grootste resterende hiaat op zijn ongeëvenaarde erelijst. In de finale versloeg hij Alcaraz in hun laatste ontmoeting tot dinsdag. Op het gravel van Parijs ontvouwde zich een wedstrijd van ongekend niveau, intensiteit en spanning waarin beide spelers de beste versie van zichzelf lieten zien. Met een uitgekookte tactiek was de Serviër de Spanjaard uiteindelijk de baas, na twee lange sets die werden beslist in een tiebreak.
Het was het soort wedstrijd waarvan iedereen hoopt die dinsdag weer te zien. Voor Alcaraz is de kwartfinale een mogelijkheid om de onderlinge balans weer op gelijke hoogte te brengen; Djokovic leidt nu met vier gewonnen partijen tegen drie. Het zou een statement van formaat zijn; wie de recordkampioen verslaat, is zelf direct topfavoriet voor de titel. Voor Djokovic zal het andermaal een kans zijn te laten zien dat je hem nooit te vroeg moet afschrijven.
Er waren ooit meer dan veertig eisers, in de zaak tegen de Britse roddelpers. Eén voor één troffen die een schikking, of haakten ze af. Acteur Hugh Grant, ‘Spice Girl’ Melanie Chisholm, actrice Sienna Miller. Geen van hen liet het tot een uitspraak komen in de rechtszaak tegen één van de mediabedrijven van tycoon Rupert Murdoch. Maar twee eisers volharden.
Één van hen is prins Harry, die al jaren een principiële strijd voert tegen de „illegale praktijken” van de Britse roddelpers. De andere eisers „hebben geschikt omdat ze moesten schikken”, zei Harry tegen The New York Times. „Een van de belangrijkste redenen om dit door te zetten is dat er verantwoording afgelegd wordt, want ik ben de laatste persoon die dat daadwerkelijk kan bereiken.”
Lees ook
Prins Harry kan na ontboezemingen weinig goed meer doen in het VK
Deze week krijgt de rechtszaak een vervolg en wie weet volgt met de uitspraak ook de ontknoping. Dinsdag begint de inhoudelijke behandeling van de zaak van prins Harry, de jongste zoon van koning Charles, tegen News Group Newspapers (NGN), een uitgeverij in handen van Rupert Murdoch. NGN is de uitgever van tabloidkrant The Sun en voorheen van News of the World. Die laatste titel werd in 2011 opgedoekt, vanwege de afluisterpraktijken die hun journalisten erop na hielden. Drie vragen over de zaak.
1. Waar gaat deze zaak over, als News of the World al zo lang niet meer bestaat?
Prins Harry beschuldigt niet alleen News of the World, maar ook The Sun ervan dat journalisten daar de wet overtraden om aan informatie over hem te komen, iets wat Rupert Murdoch en anderen bij NGN altijd hebben ontkend. Zij houden vol dat de afluisterpraktijken alleen bij News of the World voorkwamen. Daarvoor bood Murdoch in 2011 excuses aan en de krant werd opgeheven als gevolg van het schandaal. NGN heeft sindsdien honderden miljoenen aan schadevergoedingen betaald aan ongeveer 1.300 slachtoffers.
Harry wil bij de rechter bewijzen dat ook The Sun tussen 1996 en 2011 de wet heeft overtreden en dat hij daar slachtoffer van was. Journalisten en detectives zouden telefoons hebben afgeluisterd, maar ook vuilnis hebben doorzocht en geprobeerd om door bluffen tegen bronnen informatie los te krijgen. Tijdens de zittingen komen zo’n dertig artikelen aan de orde waarbij dit soort dingen zou zijn gebeurd. In aanloop besloot de rechtbank ook dat sommige van zijn claims niet worden behandeld, vanwege gebrek aan bewijs. Bijvoorbeeld voor het plaatsen van afluisterapparatuur in kamers en volgapparatuur in auto’s.
2. Prins Harry won toch al eens een rechtszaak tegen de roddelpers?
Dat ging om een rechtszaak die hij tegen Mirror Group Newspapers (MGN) had aangespannen, uitgever van onder andere de Daily Mirror en Sunday Mirror. In december 2023 bepaalde de rechtbank in Londen dat MGN inderdaad schuldig was aan het illegaal vergaren van informatie, dat het inbreken op telefoons en voicemails een „wijdverbreide” praktijk voor hen was en dat ook managers hoog in de organisatie hiervan af wisten. Harry kreeg een schadevergoeding toegekend van 140.600 pond, omgerekend ongeveer 166.000 euro. Bij de huidige zaak is Harry vooral uit op publieke erkenning van aansprakelijkheid door NGN.
Die zaak tegen MGN werd overigens behandeld door dezelfde rechter als nu, Timothy Fancourt. Dit betekent niet automatisch goed nieuws voor Harry. In aanloop naar de zittingen deze week stelde Fancourt in voorlopige bevindingen vast dat deze zaak te veel capaciteit van de rechterlijke macht vraagt, doordat de twee partijen elke stap in het proces onderling betwisten. De vete heeft trekken van een „ingegraven front tussen twee koppige, maar goed uitgeruste legers”, schreef Fancourt. De zittingen duren naar schatting acht tot tien weken.
3. Waarom haakten die andere beroemdheden af?
De tientallen bekende Britten die ooit hierbij waren aangesloten, troffen bijna allemaal een schikking. Acteur Hugh Grant maakte bijvoorbeeld vorig jaar bekend dat NGN hem „een enorm hoog bedrag” aangeboden had. Grant wilde niet schikken, schreef hij in een verklaring, maar volgens de Britse regels rond civiele procedures zou hij waarschijnlijk opdraaien voor de juridische kosten van beide partijen, ook als de rechter hem wel in het gelijk stelde maar de schadevergoeding lager zou zijn dan het schikkingsaanbod van NGN. „Zelfs als elke beschuldiging bewezen wordt geacht, zou ik nog steeds aansprakelijk zijn voor rond de 10 miljoen pond aan kosten”, schreef Grant.
Harry loopt dat grote financiële risico ook, maar hij zou die kosten over hebben voor een gerechtelijke uitspraak waarin de wanpraktijken bewezen worden geacht. Volgens documenten die Harry in de rechtszaak aanleverde, heeft zelfs zijn eigen broer, kroonprins William, in het geheim besloten te schikken met The Sun, al is dat nooit officieel bevestigd. Harry’s weerzin tegen de roddelpers vindt zijn oorsprong in de dood van zijn moeder Diana, die achternagezeten door paparazzi om het leven kwam.
Naast Harry is nu nog één mede-eiser over, dat is Tom Watson, voormalig plaatsvervangend leider van de Labour-partij, die NGN van dezelfde illegale praktijken beticht. Harry, die in Californië in de Verenigde Staten woont, komt naar verwachting minstens twee dagen naar de rechtbank om te getuigen. Hij is van plan om allerlei bekende Britten op te roepen als getuige, onder meer oud-premier Gordon Brown en zangeres Lily Allen.
Hoe vang je zo veel mogelijk ‘boeven’ die hun criminele geld willen witwassen, zonder burgers en bedrijven dwars te zitten die gewoon hun financiële zaken willen regelen via hun bank? Door banken samen te laten werken, schrijft minister van Financiën Eelco Heinen (VVD) maandag in een brief aan de Tweede Kamer. Hij houdt daarmee vast aan een aanpak die afgelopen jaren veel kritiek kreeg van onder meer de Autoriteit Persoonsgegevens.
Volgens Heinen is de anti-witwasaanpak van banken nu „vastgelopen”. Na de flinke boetes voor ING (775 miljoen euro ) en ABN Amro (480 miljoen euro), omdat zij ernstig nalatig waren geweest bij het voorkomen van malafide transacties door hun klanten, pakt de sindsdien strengere aanpak van banken volgens Heinen nu „disproportioneel” uit voor klanten en is deze „onvoldoende gericht”. De Tweede Kamer concludeerde vorig jaar ook al dat deze aanpak is doorgeschoten.
Bedrijven, stichtingen, verenigingen maar ook burgers hebben moeite om een betaalrekening te openen – of krijgen zelfs nul op het rekest
Bedrijven, stichtingen, verenigingen maar ook burgers hebben moeite om een betaalrekening te openen – of krijgen zelfs nul op het rekest, schrijft Heinen nu. Banken hebben in 2021 34.000 potentiële klanten geweigerd, noemt hij als voorbeeld, waarbij de anti-witwasaanpak de reden voor de weigering was bij een op de vijf zakelijke en bij een op de vier particuliere klanten.
Banken zijn ook nog eens veel mankracht en geld kwijt aan de aanpak: een op de vijf bankmedewerkers is nu bezig met het screenen van klanten en transacties op malversaties. Die dertienduizend mensen kosten banken jaarlijks 1,4 miljard euro, „geld dat niet wordt ingezet voor bijvoorbeeld het verbeteren van de dienstverlening”, aldus Heinen.
Volgens de VVD-minister moet er voor een effectievere aanpak een belangenafweging worden gemaakt. „Streng zijn op criminelen, geen inperking van privacy en minder regeldruk: het kan niet allemaal tegelijk. We moeten durven kiezen.” Heinen wil in april komen met een voorstel voor de nieuwe aanpak, dat hij met minister van Justitie en Veiligheid David van Weel (VVD) zal opstellen.
De minister van Financiën schrijft alvast dat daarbij de prioriteit wat hem betreft moet liggen bij het „schoonhouden van het financiële stelsel van crimineel geld en het verminderen van de regeldruk”. „Dat betekent dat we meer ruimte moeten geven aan poortwachters om bijvoorbeeld gegevens met elkaar te delen en de onderzoeken door poortwachters gerichter te maken.” Wel voegt hij eraan toe dat het beleid „uiteraard” ook moet voldoen aan het recht op privacy, „dat een grondrecht is”.
Transactiemonitoring
Afgelopen jaren is dat laatste volgens critici echter misgegaan. Nederland heeft de afgelopen jaren al ruimte gegeven aan banken om samen te werken. De vier grote banken en Triodos riepen daarvoor de organisatie Transactiemonitoring Nederland (TMNL) in het leven. Als een soort proef werden daarbij versleutelde gegevens van zakelijke transactiegegevens naast elkaar gelegd, om zo beter te kunnen zien welke transacties niet deugen. Het idee was dat alleen de bank waar de transactie bij gebeurde uiteindelijk kon zien om wie of wat het ging. Er lag een door de Autoriteit Persoonsgegevens sterk bekritiseerd wetsvoorstel om deze aanpak te verbreden naar transacties door particulieren, maar vorig voorjaar trok de regering het wetsvoorstel in en trokken de vijf betrokken banken de stekker uit de TMNL.
Die stopzetting was het gevolg van Europese wetgeving die in 2027 ingaat, de nieuwe Anti-Money Laundering Directive (AMLD). Die staat alleen uitwisseling van gegevens over betaaltransacties toe als de daarbij betrokken partijen door de banken al in de categorie „hoger risico” zijn geplaatst. Heinen wil nu vooral deze ruimte in de nieuwe EU-regels benutten om alsnog tot samenwerking tussen de banken te komen. Hij wil de Europese regels sowieso met weinig Nederlandse toevoegingen invoeren, omdat die in zijn ogen in voldoende mate regeldruk en oneerlijke concurrentie voorkomen.
De nieuwe aanpak van Heinen zal vooral voortborduren op toekomstige Europese regels
Heinen schrijft verder dat uit de nieuwe EU-regels nog iets voortvloeit dat kan leiden tot minder druk op de banken en klanten: de overgang van het melden van ‘ongebruikelijke’ transacties, zoals nu in Nederland verplicht is, naar het melden van alleen ‘verdachte’ transacties. Toezichthouder De Nederlandsche Bank pleitte hier twee jaar geleden al voor, maar toen was toenmalige minister van Financiën Sigrid Kaag (D66) afwijzend. Onder de nieuwe Europese regels is Nederland verplicht dit deel van het beleid alsnog aan te passen.
De brief van Heinen gaat vooraf aan een debat in de Tweede Kamer woensdag over het anti-witwasbeleid in Nederland. Een aantal maatschappelijke organisaties, waaronder Privacy First en Human Right in Finance.eu (HRF), grijpen dat debat aan om te pleiten voor een versnelde versoepeling van de meldingsplicht – van ‘ongebruikelijke’ naar alleen ‘verdachte’ transacties – en niet te wachten tot 2027, als de EU-regels ingaan. Hierdoor zou de kwaliteit van de meldingen van banken (maar ook accountants en betaalinstellingen) aan justitie snel verbeteren, schrijven zij. En bovendien, menen zij, druist de huidige aanpak met ‘ongebruikelijk’ nu al tegen de (Europese) wet in.
Spaarmarkt
De brief van Heinen gaat niet alleen over de anti-witwasaanpak van banken. Hij schrijft ook over de geringe concurrentie op de Nederlandse spaarmarkt, die de Autoriteit Consument en Markt vorig jaar ook al aankaartte. Heinen zegt toe te onderzoeken wat het effect zou zijn van een verbod op ‘koppelverkoop’ (dat je verplicht bent bij een spaarrekening ook een betaalde betaalrekening te nemen). Ook wil hij een betere overstapservice en kijken of meer concurrentie – van buitenlandse banken in Nederland en van Nederlandse banken in het buitenland – kan worden gestimuleerd.
Heinen schrijft verder over de toekomst van de Volksbank. De Tweede Kamer nam in december een motie aan waarin werd opgeroepen de staatsbank in staatshanden te houden, om zo dienstverlening in stand te houden. Heinen houdt vast aan het besluit om de bank voor te bereiden op verkoop of beursgang. Hij schrijft dat als de Volksbank meer diensten moet aanbieden dan andere commerciële banken, er „inefficiëntie” ontstaat. „De Volksbank kan dan niet meer functioneren als normale, commerciële onderneming, met alle risico’s voor slechte bedrijfsprestaties en mogelijke kapitaalstortingen [door de overheid] van dien. Die inefficiëntie vind ik niet alleen onwenselijk met het oog op gezonde marktwerking, maar ook met het oog op de mogelijke kosten voor de belastingbetaler.”
De Jemenitische Houthi’s zeggen te stoppen met het op deze schaal bestoken van schepen op de Rode Zee. Nu het bestand tussen Israël en Hamas van kracht is, zijn schepen die banden hebben met de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk niet langer doelwit, zo meldt persbureau Reuters maandag.
Schepen die onder de Israëlische vlag varen blijven wel doelwit, schrijft de door Iran gesteunde militante beweging in een verklaring. Pas als alle fases in het staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas zijn voltooid, stelt de strijdgroep ook deze aanvallen te staken.
Na het uitbreken van de oorlog in de Gazastrook wierpen de Houthi’s zich op als bondgenoot van Hamas. Met name schepen die Israël als bestemmen hadden werden onder vuur genomen. De scheepvaart via de Rode Zee en het Suezkanaal – circa 12 procent van de wereldhandel verloopt via deze route – werd ernstig ontregeld.
De Houthi’s waarschuwen dat ze de aanvallen direct hervatten als de Amerikanen, Britten of Israëliërs een luchtaanval uitvoeren op Jemen. Israël heeft Jemen vaak beschoten als vergelding voor raketaanvallen op Israël. Ook de VS en het VK bombardeerden de Houthi’s geregeld.
Sinds november 2023 hebben de Houthi’s volgens Reuters meer dan honderd aanvallen op schepen uitgevoerd. Twee schepen werden daarbij tot zinken gebracht, een ander werd in beslag genomen. Zeker vier mensen kwamen door de aanvallen van de Houthi’s om het leven. De Houthi’s kondigden eerder aan de aanvallen te staken als de oorlog in Gaza zou eindigen.
Liveblog Het laatste nieuws
Staakt-het-vuren in Gaza houdt op tweede dag stand, Houthi’s zeggen alleen nog aanvallen op Israëlische schepen uit te voeren
Terwijl de tech-ceo’s in Washington DC Donald Trump en zijn hernieuwing van het Amerikaans isolationisme toejuichen, reizen de topmannen van heel veel andere grote bedrijven deze maandag af naar het jaarlijkse globaliseringsfeestje van het World Economic Forum in Davos. In het Zwitserse skidorp komen vandaag meer regeringsleiders en ministers dan in de Amerikaanse hoofdstad, en zelfs Trump zelf zal er later deze week – via een videoverbinding – verschijnen.
Zoals ieder jaar bij het begin van ‘Davos’ verscheen vandaag ook weer het jaarlijkse onderzoek van ngo Oxfam Novib naar ‘de impact en effecten van wereldwijde economische ongelijkheid’. Echt nieuws zou het zijn als de inkomensverschillen nu een keer drastisch zijn teruggelopen, maar dat is ook dit jaar niet het geval. De belangrijkste bevindingen van Oxfam Novib dit jaar in het onderzoeksrapport ‘Takers not makers’:
Vorig jaar steeg het vermogen van miljardairs met 2 biljoen dollar, drie keer sneller dan het jaar ervoor. De tien rijkste mannen zijn ieder in 2024 gemiddeld met bijna 100 miljoen dollar per dag rijker geworden, vooral door de enorme waardestijging van hun aandelen.
Tegelijkertijd leeft bijna de helft van de wereldbevolking onder de armoedegrens van 6,85 dollar per dag. Dit gaat om 3,5 miljard mensen.
Vorig jaar zijn er wereldwijd voor het eerst meer nieuwe miljardairs bijgekomen door erfenissen dan door eigen inspanning en ondernemerschap. 36 procent van de rijkdom van alle miljardairs is nu afkomstig uit geërfd – en grotendeels onbelast –vermogen.
Als gevolg van internationale afspraken over uitwisseling van bankgegevens is de belastingontwijking over de grenzen heen met een factor drie afgenomen.
Uiteraard wordt er naar aanleiding van dit rapport weer gepleit voor meer belastingen voor de rijken. In het Trumptijdperk lijkt dat echter ver weg. Beoogd minister van Financiën (en miljardair) Scott Bessent maakte vorige week tijdens een hoorzitting in de Senaat zeer duidelijk dat de belastingverlagingen die Trump in zijn eerste termijn doorvoerde, verlengd zullen worden. Elke poging van Democraten om voor de rijken een uitzondering te maken, sloeg hij af.
Davos in Zwitserland (Graubünden) waar elk jaar het World Economic Forum (WEF) plaatsvindt. Foto Fabrice COFFRINI / AFP
Discriminatie van burgers door de Nederlandse overheid is geen incident, maar een „structureel” probleem. Dat concludeert de Staatscommissie tegen Discriminatie en Racisme in een maandag uitgebracht advies aan het kabinet. Er is snel actie nodig, zegt voorzitter Joyce Sylvester tegen NRC, om te voorkomen dat discriminatie „ontwrichtend uitwerkt op de maatschappij.” Deze Staatscommissie werd drie jaar geleden ingesteld op verzoek van de Tweede Kamer.
Het kabinet-Schoof vergroot het risico op discriminatie door de overheid, zegt Sylvester, door zelf „discriminerende uitspraken” te doen. Ze noemt minister Mona Keijzer (Volkshuisvesting, BBB) en de staatssecretarissen Jurgen Nobel (Integratie, VVD) en Chris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat, PVV) bij naam.
Keijzer zei over asielmigranten uit overwegend islamitische landen dat „jodenhaat daar bijna onderdeel is van de cultuur”. Jansen verdedigde de uitspraak van zijn partijleider Geert Wilders, dat hij „minder Marokkanen” in Nederland wilde „regelen”. En Nobel stelde dat „een heel groot deel van de islamitische jongeren” de Nederlandse „normen en waarden niet onderschrijft”.
Sylvester vindt het kwalijk dat het kabinet „ontkent dat zulke opmerkingen discriminerend zijn”. Door dit soort uitspraken niet terug te nemen, zegt ze, „laat je zien dat het heel gewoon is om zulke dingen te zeggen”.
Bij discriminatie denken veel mensen aan etniciteit, zegt Sylvester. „Maar onze stelling is dat iedereen in Nederland, direct of indirect, met discriminatie en racisme te maken heeft. Misschien heb je een zus of dochter die minder verdient dan haar mannelijke collega. Of een oudere vader die nog graag wil werken, maar bij het solliciteren wordt gediscrimineerd.”
Jullie zien „een breder patroon van discriminatie” door de overheid. Wat merken burgers daarvan?
„In de Toeslagenaffaire was heel duidelijk hoe het leven van mensen kapot werd gemaakt. Je kunt ook denken aan mensen die door hun uiterlijk vaker uit de rij geplukt worden door de douane. En aan studenten uit Caribisch Nederland die in de problemen kwamen door selecties van DUO.” Deze overheidsdienst die studiebeurzen regelt, controleerde bij fraudeonderzoeken jarenlang vooral mbo-studenten en studenten met een migratieachtergrond, bleek vorig jaar.
Wat is de oorzaak van discriminatie door de overheid?
„Discriminatie is diep verankerd in de Nederlandse samenleving. Dat komt doordat mensen altijd beelden hebben van hoe andere mensen zijn. Dat geldt ook voor ambtenaren. Als politieagenten bijvoorbeeld een paar keer ervaring opdoen met jongens met een Noord-Afrikaanse achtergrond, dan zien ze dat misschien niet als incidentele ervaringen, maar wordt daarmee hun mensbeeld gevormd. En werkt dat door in hun handelen. En in het beleid dat zij maken.”
Hebben uitspraken van kabinetsleden als Keijzer, Nobel en Jansen effect op ambtenaren?
„Die maken het moeilijker voor ambtenaren, en voor de hele samenleving, om serieus met dit onderwerp aan de slag te gaan. Je zou willen bevorderen dat ambtenaren alert zijn. Dat zij risico’s op discriminatie kunnen herkennen, bespreekbaar maken en uitbannen. Maar door dit soort uitspraken kunnen zij gaan denken dat discriminatie niet zo erg wordt gevonden, dat het erbij hoort.
„Zulke uitspraken doen ook wat met mensen die discriminatie ervaren. Overheidscampagnes roepen op om discriminatie te melden. Dit soort uitspraken kunnen mensen het gevoel geven dat het geen zin heeft om er iets tegen te doen. Woorden doen ertoe. Als het beeld ontstaat dat mensen ongelijk behandeld mogen worden, is dat desastreus.”
Dit gaat over het kabinet. Is dat anders bij wat Kamerleden zeggen of twitteren, Geert Wilders bijvoorbeeld?
„Voor burgers maakt dat weinig verschil, denk ik. Zeker als andere Kamerleden daar niets tegenin brengen. Dat staat bekend als het bystander effect. Als ik word gediscrimineerd en niemand zegt er wat van, dan is het nog erger. Het moet gecorrigeerd worden.”
Joyce Sylvester: „Je kunt beter nu alert zijn dan achteraf miljarden te moeten betalen aan hersteloperaties.” Foto Merlijn Doomernik
De conclusies en het advies van de Staatscommissie zijn mede gebaseerd op de ervaringen van drie overheidsorganisaties. De gemeente Arnhem, de douane en DUO hebben afgelopen jaar de grootste risico’s op discriminatie opgespoord in hun organisatie, met een door de Staatscommissie ontworpen methode. „Een uitgebreide vragenlijst die ambtenaren helpt om deze risico’s te ontdekken”, zegt Sylvester. „Daarna moeten ze beschrijven hoe ze die problemen gaan aanpakken.”
Welke risico’s Arnhem, de douane en DUO precies ontdekt hebben, wordt over een maand duidelijk. Dan presenteert de Staatscommissie de uitkomsten van deze proef. Het is de bedoeling dat veel meer overheidsorganisaties deze methode gaan gebruiken. Eerst die met veel contact met burgers, daarna mogelijk de organisaties die beleid maken, zoals ministeries.
Vorige kabinetten hebben veel geld en energie gestoken in het verbeteren van het contact tussen de overheid en burgers. Naar dit project, met de naam ‘Werk aan Uitvoering’, gaat jaarlijks 600 miljoen euro. „Maar het onderwerp discriminatie komt er niet in voor”, zegt Sylvester.
Wat zegt dat?
„Het is onbewustheid. Daarom zeggen wij nu tegen de minister van Binnenlandse Zaken [Judith Uitermark, NSC]: maak hier een speerpunt van. Ga actie ondernemen.”
In het maandag gepubliceerde advies noemt de Staatscommissie het een risico als ambtenaren veel vrijheid krijgen om beslissingen over individuele burgers te nemen. Daardoor krijgen vooroordelen van ambtenaren veel ruimte en ligt discriminatie al snel op de loer.
Zelf hebben overheidsorganisaties vaak juist méér ruimte voor ambtenaren gevraagd, om burgers maatwerk te kunnen leveren.
„Als mensen bij bijvoorbeeld de politie of de douane wat strakker worden aangestuurd, geef je discriminatie minder kansen. Je laat minder ruimte voor de individuele mensbeelden van ambtenaren. Maar ik snap dat er een keerzijde is. Als je het te veel gaat vastleggen, kun je net zo goed robots neerzetten. Het is een precair evenwicht.”
Jullie waarschuwen politici om organisaties die gediscrimineerd hebben, niet alleen maar te beschuldigen. Waarom?
„Natuurlijk is het goed als politici daar afstand van nemen. Maar als de politiek zo hard oordeelt dat organisaties gaan denken: voortaan stoppen we dit soort zaken in de doofpot, dan is dat ook niet goed.”
Dus politici die willen laten zien hoe erg zij discriminatie vinden, kunnen die daarmee verergeren?
„Dat is het dubbele. Discriminatie is ernstig. Politici hebben het volste recht om daar afstand van te nemen. Maar de toon en sfeer kan zodanig worden, dat organisaties minder open worden. En je boodschap moet juist zijn: vertel het maar. Vertel ons alles wat er speelt.
„Als politici het alleen maar veroordelen, verandert er niks. Daarom zeggen we ook dat er een structurele aanpak moet komen tegen discriminatie en racisme.”
Door aan die aanpak geld uit te geven, kunnen uiteindelijk veel hogere kosten voorkomen worden, denkt de Staatscommissie. Want hersteloperaties die fouten moeten rechtzetten, zijn vaak veel duurder. Zo is voor de hersteloperatie van de Toeslagenaffaire meer dan 10 miljard euro opzij gezet en voor de compensatie van door DUO gediscrimineerde studenten 61 miljoen euro.
Sylvester: „Daarom zeggen wij dat overheidsorganisaties hun risico’s vooraf moeten opsporen. Je kunt beter nu alert zijn dan achteraf miljarden te moeten betalen aan hersteloperaties.”
Ongeveer twaalf uur nadat de populaire app TikTok in de Verenigde Staten op zwart ging, laat het bedrijf zondagavond op X weten de service in de VS weer te herstellen. Met dank aan Trump, benadrukt het Chinese bedrijf in de verklaring. Aankomend president Donald Trump beloofde namelijk dat hij het huidige verbod op TikTok de dag van zijn inauguratie (aanstaande maandag) weer zal terugdraaien.
TikTok bedankte Trump voor diens „duidelijkheid” en geboden zekerheid dat internetproviders en appstores geen boetes riskeren voor het aanbieden van de app. Het platform zegt samen met Trump te werken aan een lange termijn oplossing om de app in de VS beschikbaar te houden, nadat het verbod vanuit de regering-Biden zaterdag middels een nieuwe wet inging.
Trump wil Amerikaanse eigenaar
Trump wil een decreet tekenen dat de wet voor negentig dagen zal uitstellen. Dat is precies de tijd die aanstaand president het Chinese bedrijf achter TikTok, ByteDance, geeft om een geschikte koper te vinden. Wie deze geschikte koper is, is voor iedereen nog onduidelijk. Wat wél duidelijk is: de wens van Trump om de app voor 50 procent in handen van de Verenigde Staten te doen vallen. „Zonder toestemming van de VS is er geen TikTok, maar met onze toestemming is TikTok honderden miljarden dollars waard.”
De Chinese software- en app-ontwikkelaar ByteDance kwam wereldwijd in opspraak toen duidelijk werd dat de Chinese overheid toegang had tot de gegevens van TikTok-gebruikers, een app die wereldwijd wordt gebruikt. Ook zou de app helpen Chinese propaganda te verspreiden.
In april besloot huidig Amerikaanse president Joe Biden daarom dat het moederbedrijf van TikTok de Amerikaanse tak van het bedrijf moet verkopen aan een niet-Chinese eigenaar. Niet alleen de Democraten, maar ook de Republikeinen stemden voor die wet in het Congres.
Of TikTok akkoord gaat met de verkoopvoorwaarde is nog niet duidelijk. Dit weekend zagen 170 miljoen Amerikaanse TikTok-gebruikers die de app openden een melding waarin stond dat de app voorlopig niet beschikbaar was. Vanaf zondagavond zagen velen dat langzaam maar zeker weer verbeteren, en konden Amerikaanse gebruikers weer scrollen op het platform.
Liveblog Amerikaanse politiek
TikTok herstart service in VS weer na nog geen dag op zwart: ‘Met dank aan Trump’
Vlak voor het Beitunia-checkpoint, even buiten de Palestijnse stad Ramallah, staan Abdallah Habeibeh (37) en Kefaya Habaibeh (52) in de middagzon te wachten. Aan de andere kant van het checkpoint is, vlak naast de snelweg, de Israëlische Ofer-gevangenis.
Daar moet zo meteen hun zus vandaan komen, in een auto van het Rode Kruis. Sinds een kleine zes maanden zat Khitam Habaibeh (47), een docente uit het dorpje Sanur vlakbij Jenin, zonder proces vast in de Israëlische Damon-gevangenis, vlakbij Haifa.
„Het is een geweldig gevoel dat ze vrijkomt. Ik heb zelf ook gevangen gezeten en ik ken deze blijdschap als geen ander”, vertelt Abdallah. „Onze moeder overleed toen we klein waren. Mijn zus heeft me opgevoed, dus ze is als een moeder voor me.”
Een paar pantserauto’s rijden het Beitunia-checkpoint door. Uit de luidsprekers wordt in het Arabisch geroepen dat de menigte op straat op grotere afstand van het checkpoint moet wachten. Sommige jongens rennen uit voorzorg een zijstraat in.
Zondagochtend leek het er even op dat het bestand tussen Israël en Hamas niet zou ingaan, en er dus ook geen gevangenenruil zou komen. Rond half negen, de tijd waarop de wapenstilstand zou ingaan, voerde Israël nog luchtaanvallen uit in Gaza.
De Israëlische premier Netanyahu zei in een verklaring dat er geen bestand zou zijn zolang Hamas niet de drie namen van de gijzelaars bekend maakte die het zou vrijlaten. Toen die namen kort daarna alsnog volgden, ging het staakt-het-vuren om kwart over elf lokale tijd in.
Vanaf dat moment werden twee ontwikkelingen in gang gezet: drie vrouwelijke gijzelaars werden door Hamas vrijgelaten en overgedragen aan het Rode Kruis in Gaza, en daarna naar Israël gebracht. Ondertussen werden vanuit Israëlische gevangenissen negentig Palestijnen overgebracht naar de Ofer-gevangenis, om na een medische check en identiteitscontrole voorbij het Beitunia-checkpoint te worden afgezet.
Ruim tienduizend Palestijnen uit de bezette gebieden worden vastgehouden in gevangenissen op de bezette Westelijke Jordaanoever en, in strijd met het internationaal recht, in Israël. Onder hen zijn honderden kinderen, en ruim 3.400 mensen die zonder aanklacht of proces worden vastgehouden in zogenaamde ‘administratieve detentie’, die keer op keer kan worden verlengd met zes maanden.
De circa drie miljoen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever leven onder een militaire bezetting. Als er een aanklacht is, worden zij berecht in militaire rechtbanken, en vrijwel altijd veroordeeld. Ter contrast: kolonisten in de illegale nederzettingen vallen onder het Israëlisch burgerrecht en burgerlijke rechtbanken, en worden vrijwel nooit veroordeeld voor geweld tegen Palestijnen.
Het Beitunia-checkpoint op de Westelijke Jordaanoever. Zondag passeerden hier vrijgelaten Palestijnse gevangenen. Foto Jalaa Marey / AFP
Lijst van Palestijnse gevangenen
Het Israëlische ministerie van Justitie publiceerde afgelopen weekend een lijst van 734 Palestijnse gevangenen uit de Westelijke Jordaanoever, Oost-Jeruzalem, Gaza en Israël, die tijdens de eerste fase van het bestand (van 42 dagen) in ruil voor 33 gijzelaars en gevangenen in Gaza zullen worden vrijgelaten. Daarnaast komen er tijdens die fase nog circa duizend gevangenen uit Gaza vrij, van wie de namen nog onbekend zijn.
Op de lijst staan gevangenen die een levenslange of langdurige straf uitzitten, onder wie sommigen die naar het buitenland worden gedeporteerd. Er is ook een grote groep die onder administratieve detentie wordt vastgehouden. Op de lijst staan bekende Palestijnse militante strijders, politici en activisten.
Op deze eerste dag van het bestand worden negentig Palestijnen vrijgelaten afkomstig uit de bezette Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem. Volgens de Palestijnse ngo Addameer is het merendeel vrouw, negen van hen zijn kinderen.
Onder die vrouwen is Abdallahs zus Khitam Habeibeh, die net als duizenden anderen vastzit zonder aanklacht of proces. Haar is ook geen administratieve detentie opgelegd. „We weten nog steeds niet wat de aanklacht is. Een rechtszaak werd steeds uitgesteld”, zegt Abdallah. „Het is duidelijk dat er geen rechtvaardiging is voor haar arrestatie, ze is docente op een school. Ze pakken iemand op zonder te zeggen waarom.”
Vijftienduizend opgepakt
Volgens de Palestijnse Gevangenenclub in Ramallah zijn er sinds 7 oktober 2023, na de door Hamas geleide aanval op Zuid-Israël, zeker vijftienduizend Palestijnen opgepakt. Daarvoor zaten er al vijfduizend Palestijnen in Israëlische gevangenissen, vaak zonder proces. „Een golf van wraak”, noemt directeur Abdullah al-Zaghari de arrestaties, in zijn kantoor in Ramallah. Gevangenen getuigden van onthouding van slaap en eten, en toenemend geweld, vertelt advocate Maram Yassin van de Gevangenenclub.
Ook duizenden Palestijnen uit Gaza zijn sinds oktober 2023, vaak geblinddoekt, meegevoerd naar Israël en opgesloten in detentiecentra. Zeker 3.400 Palestijnen uit Gaza worden vastgehouden in verschillende detentiecentra door de Israëlische gevangenisautoriteiten.
Ze worden zonder proces vastgehouden onder de ‘Onwettige strijders-wet’. Volgens Israël vormen ze mogelijk een gevaar voor de nationale veiligheid. Het Rode Kruis mag hen niet bezoeken. Een advocaat kan hen zelden bezoeken. Vermoedelijk zitten er nog meer Palestijnen uit Gaza vast, van wie niemand weet waar zij verblijven.
Alleen al gedurende de hernieuwde belegering van Noord-Gaza sinds afgelopen oktober heeft het leger volgens de Israëlische ngo Public Committee Against Torture (PCATI) in die regio 1.300 Palestijnen gearresteerd.
Een Palestijnse vrouw staat bij de Ofer-gevangenis te wachten op de vrijlating door Israël van een aantal gevangenen. Foto Ammar Awad / Reuters
Bewaard voor onderhandelingen
Een van de plekken waar zij worden vastgehouden is de beruchte Sde Teiman gevangenis, een militaire basis in Zuid-Israël waar volgens diverse getuigenissen veelvuldig is gemarteld en seksueel geweld is gepleegd op gevangenen. Ruim veertig Palestijnen zijn in die gevangenis overleden, waarschijnlijk door marteling.
De lichamen worden in veel gevallen niet vrijgegeven. „Israël houdt al lang voor 7 oktober [2023] lichamen vast van overleden gevangenen”, vertelt al-Zaghari. „Die worden bewaard voor mogelijke onderhandelingen in de toekomst.”
Na een petitie van mensenrechtenorganisaties bij het Israëlische Hooggerechtshof kwam de regering met het nieuws dat de gevangenen uit Sde Teiman zouden worden verplaatst en er nieuwe detentielocaties op die plek zouden worden gebouwd.
Mensenrechtenorganisaties waarschuwden toen al dat de situatie op andere plekken, zoals in de Ofer-gevangenis of het militaire kamp Anatot op de bezette Westelijke Jordaanoever, niet beter is. „Het lijkt erop dat wat er gebeurde in Sde Teiman, nu in Anatot gebeurt”, schreef de Israëlische krant Haaretz vorige maand.
Bovendien zijn na die verplaatsing opnieuw Palestijnen uit Gaza vastgezet in Sde Teiman, vertelt Tal Steiner, directeur van de Public Committee Against Torture in Israël (PCATI), telefonisch. Volgens Steiner zal de vrijlating van Palestijnen gedurende het bestand resulteren in meer getuigenissen over de toestanden in de gevangenissen.
Palestijnse jongeren stookten zondag een vuur bij het Beitunia – checkpoint, op de Westelijke Jordaanoever. Foto Ammar Awad / Reuters
Muziek en een vuurtje
Bij het Beitunia-checkpoint wordt het langzaam donker, en drukker. Families met kinderen staan opgewekt te praten. Er wordt muziek gedraaid, een vuurtje gemaakt, eten verkocht, met een Palestijnse vlag gewapperd. Alleen jongens durven dichtbij het checkpoint te komen, te voet of te paard. Steeds weer worden zij teruggedrongen door het leger.
Op een heuveltje uitkijkend op het checkpoint staan de broers Ahmad (21) en Mustafa Hanani op hun oom Arif Hanani (51) te wachten. In de ochtend kregen ze een telefoontje van de Israëlische inlichtingendiensten dat hun oom zou vrijkomen. Ze vertrokken meteen met een busje vanuit het platteland rond de noordelijke stad Nablus, een reis die uren duurt door de checkpoints.
Hun oom zit al 23 jaar vast, dus ze hebben hem nooit gekend, vertellen ze. Een week geleden is hij naar de Ofer-gevangenis overgebracht, daarvoor zat hij in Hadarim in Israël. „Vanwege zijn inzet voor het Palestijnse volk”, zegt Mustafa, zonder te willen uitweiden.
Israël liet zondag weten dat er geen publieke vieringen zijn toegestaan ter gelegenheid van de terugkeer van de Palestijnen uit de gevangenissen. Maar een groot feest wordt het toch niet, als zijn oom er eenmaal is, vertelt Mustafa. „Het is nu niet het moment om te vieren, met alle martelaren in Gaza.”
Gekleed in het roze, groen en zwart, stapten drie vrouwen zondagavond onzeker een auto uit. Het zijn beelden van de eerste stappen terug in Israël van Romi Gonen (24), Emily Damari (28) en Doron Steinbrecher (31), nadat zij op 7 oktober 2023 werden gegijzeld door Hamas en 471 dagen werden vastgehouden in Gaza. Sinds hun vrijlating verschijnen veel emotionele beelden en berichten op sociale media.
Op een plein in Tel Aviv keek een grote menigte mee met de eerste beelden van de vrijlating van de vrouwen. Er klonk hard gejuich, gepaard met dikke tranen. In onder meer Tel Aviv is sinds het begin van de oorlog bijna wekelijks geprotesteerd voor de vrijlating van de Israëlische gijzelaars. De komende weken worden nog eens dertig Israëliërs vrijgelaten in ruil voor de vrijlating van Palestijnse gevangenen, staat in het overeengekomen vredesbestand.
Emily Damari zwaait in een videocall naar familieleden, vergezeld door haar moeder, zo is te zien op een foto. Haar hand mist een paar vingers. Die heeft ze verloren tijdens de ontvoering door Hamas. Haar moeder schrijft in een publieke verklaring: „Ik wil iedereen bedanken die nooit is gestopt met vechten voor Emily tijdens deze verschrikkelijke beproeving, en die nooit is gestopt met het noemen van haar naam.”
‘Bedankt Trump voor steun’
Op een video is te zien hoe vrienden van Emily emotioneel in elkaar zakken als ze kijken naar de beelden van haar vrijlating, die live op televisie werden getoond. Bij aankomst in Ramat Gan, een stad in Israël waar de vrouwen naar een ziekenhuis werden gebracht, stonden vele vrienden hen op te wachten.
„Na een ondraaglijke 471 dagen is onze geliefde Dodo eindelijk terug in onze armen”, schrijft de familie van Doron Steinbrecher zondagmiddag. „We willen onze oprechte dank uitspreken aan iedereen die ons op deze reis heeft gesteund.” De familie voegt in het bericht nog een extra bedankje toe gericht aan de aanstaande Amerikaanse president Donald Trump, „voor zijn belangrijke betrokkenheid en steun, die zoveel voor ons betekende”. Trump en de huidige president Joe Biden hebben, samen met andere landen, een rol gespeeld in het bemiddelen tussen Israël en Hamas.
Emily Damari en haar moeder videobellen met familieledenFoto Handout van het Israëlische leger / APVrienden van Emily Damari stonden haar op te wachten in Israël.Foto Jack Guez / AFPDoron Steinbrecher (in het roze) knuffelt met haar moeder.Foto Handout van het Israëlische leger / APRomi Gonen (rechts) herenigd met haar moeder.Foto Handout van het Israëlische leger / AP
Liveblog Het laatste nieuws
Onrust op de Westoever: branden gesticht, traangas ingezet en Palestijnen wachten op vrijlating van gevangenen