In Den Haag wordt de lage vaccinatiegraad bestreden met een AI-hologram dat vragen over inentingen beantwoordt

Iets meer dan een jaar geleden sloeg de gemeente Den Haag alarm: in elke wijk van de stad was de vaccinatiegraad tot onder de kritische grens van 90 procent gezakt. Er waren al langer wijken waar het animo voor vaccinaties laag was – in de Schilderswijk en Transvaal zakte de vaccinatiegraad voor de bof, mazelen en rode hond onder de 50 procent. Maar nu ging het overal mis. Ook in het Zeeheldenkwartier, waar mensen met een relatief hoog opleidingsniveau en inkomen wonen.

In de zomer van 2024 stelde ook het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vast dat de vaccinatiegraad in Den Haag voor het vierde jaar op rij gedaald was. Er was toen een mazelenuitbraak, en nu opnieuw. Het RIVM meldde deze week dat Nederland nu, voor zover bekend, 158 gevallen van mazelen telt.

Wethouder Hilbert Bredemeijer (CDA, Onderwijs, Jeugd, Sport en Dienstverlening) noemt het een „levensgevaarlijke situatie”. Hij ergerde zich aan de manier waarop het ministerie nadruk legde op de landelijke percentages die in 2024 weliswaar laag lagen, maar onder jonge kinderen niet zo sterk daalden. „Terwijl we in de grote steden allang door het ijs zijn gezakt. Het gaat hier niet ‘aardig’, het gaat ronduit slecht.” Ook in Amsterdam, Rotterdam en Utrecht zijn de vaccinatiegraden laag.

Buurthuizen

In het afgelopen halfjaar besloot de gemeente Den Haag daarom een heel pakket plannen om de vaccinatiegraad op te krikken, tegelijkertijd uit te voeren. Zo is er een proef waarbij vrouwen een maternale kinkhoestprik (een vaccinatie die 22 weken zwangere vrouwen krijgen, en die de vrouw én de baby tegen kinkhoest beschermt) direct bij hun verloskundigenpraktijk konden krijgen en niet meer zelf een afspraak hoefden te maken.

Er werden daarnaast prikken gezet op een middelbare school en informatieavonden over vaccineren georganiseerd. Er werd een onderzoeksgroep opgezet die vaccinatiegedrag bestudeert, en in het stadhuis stond een AI-gestuurd hologram om vragen over vaccinaties te beantwoorden.

Door de stad werden posters verspreid waarop boodschappen stonden als: ‘Juist baby’s zijn het kwetsbaarst voor ziekte’. Wie over straat liep, voelde overal dat Den Haag een probleem met vaccineren heeft. Een bewuste keus. „Ik vond dat we continu aanwezig moesten zijn in het straatbeeld”, zegt Bredemeijer.

Lees ook

Huisartsen praten met ouders in de Biblebelt over de gevaren van kinkhoest: ‘God bepaalt of mijn kind ziek wordt’

Een baby krijgt een driemaandenprik bij een consultatiebureau.

Ingrijpen

Het aantal maternale kinkhoestvaccinaties steeg in de hele stad met 14 procent: van 2.993 gezette prikken in 2023 naar 3.412 in 2024. Er was geen sprake van sterk veranderde geboortecijfers. Het cijfer is zeker beïnvloed door het ingrijpen van de gemeente, denkt de wethouder. Bij de proef, bij vijf verloskundigenpraktijken in de wijken waar de vaccinatiegraad het laagst ligt, werden in een paar maanden tijd 107 prikken gezet, een kwart van de stijging.

Ook inentingen tegen bof, mazelen en rode hond (BMR1) en difterie, kinkhoest, tetanus en polio (DKTP) werden vaker gezet: 4 procent en 9 procent meer. Of die toename te herleiden is tot de programma’s van het afgelopen jaar durft wethouder Bredemeijer niet te zeggen voordat het verder is onderzocht.

Het gaat hier niet ‘aardig’, het gaat ronduit slecht

Hilbert Bredemeijer
wethouder Den Haag (CDA)

De GGD Haaglanden spreekt van „positieve signalen” en een „eerste indicatie” dat de Haagse plannen effect hebben. Wel zorgwekkend: het aantal kinderen dat later, als ze al op school zitten, een herhaalprik haalt, daalt nog altijd.

Jeanne-Marie Hament, programmamanager van het Rijksvaccinatieprogramma bij het RIVM, vindt het een „opvallende uitkomst”. „Als je al jaren een dalende participatie hebt, en het tij weet te keren is dat wel knap.” Al benadrukt ze dat een stijging van het aantal vaccinaties zich niet direct vertaalt in een hogere vaccinatiegraad. Het RIVM komt in de zomer opnieuw met cijfers.

Ook andere grote steden hebben door de sterk gedaalde vaccinatiegraad een meer wijkgerichte aanpak ingevoerd. In Rotterdam worden bijvoorbeeld voorlichtingen op kinderdagverblijven georganiseerd. En in Amsterdam – waar het in de wijken met de laagste vaccinatiegraden nu mogelijk is zonder afspraak een prik te halen – werd eerder dit jaar ook een lichte stijging in vaccinatiepercentages gezien.

Concreet

De proef in de vijf verloskundigenpraktijken liet het grootste verschil zien, stelt wethouder Bredemeijer. Daar kwamen concrete veranderingen uit, mensen werden ter plaatse gevaccineerd. Vrouwen krijgen volgens het Rijksvaccinatieprogramma een kinkhoestvaccin als ze 22 weken zwanger zijn. „Dat gaat best passief: ze krijgen van hun verloskundige een flyer mee waarmee de overheid hen probeert te overtuigen. Dan moeten ze thuis een afspraak maken voor een ander moment, op een andere plek. Bizar dat we het zo doen, we maken het ingewikkeld. Dus dachten we: we kunnen het ook aanbieden als ze toch bij de verloskundige zitten, die ze ook nog eens vertrouwen.”

In de Schilderswijk werkt een verloskundige die uit dezelfde regio komt als veel arbeidsmigranten uit de wijk. „Vrouwen met dezelfde achtergrond vertrouwen haar makkelijker dan zo’n flyer van het RIVM.”

Wat zorgwekkend blijft: het aantal kinderen dat later, als ze op school zitten, een herhaalprik haalt, daalt nog altijd

Ook op middelbare school De Einder in Transvaal bood de gemeente vaccinaties aan: in één middag werden meer dan vijftig leerlingen geprikt. Ouders waren vooraf ingelicht en er was een inloopavond georganiseerd waar mensen vragen konden stellen. „We moeten op school zijn als we meer willen vaccineren,” zegt Bredemeijer. „Daar zijn bij een uitbraak ook de grootste gevolgen.”

Maar in een brief aan de raad over de vaccinatie-initiatieven staat dat „niet alle scholen” aan zoiets als een prikmiddag willen meewerken. Het onderwerp ligt gevoelig. „En er zijn al zo veel onderwerpen die gevoelig liggen: discriminatie, antisemitisme. Scholen hebben het er moeilijk mee”, zegt de wethouder. „We hebben laten gebeuren dat we op het gebied van vaccinatie uit elkaar zijn gedreven na corona. We moeten terug. Het is een grote verantwoordelijkheid om aan scholen te geven, maar daar helpen we ze mee.”

Alleen de postercampagne in de straten van Den Haag heeft weinig opgeleverd, schrijft de gemeente in een evaluatie: 90 procent van de mensen die zo’n poster zagen, veranderde niet van gedachte over het vaccineren van kinderen. „Het is duidelijk dat zoiets onpersoonlijks niet werkt”, zegt Bredemeijer. Voor hem een bevestiging van de andere uitkomsten van het gemeenteproject: alleen een persoonlijk gesprek helpt echt.

Lees ook

‘Wellness-rechts’, mensen met prikangst en religieuzen: groep van ongevaccineerden wordt steeds diverser

Een pas geboren kind bij een controle op het consultatiebureau. Zodra ziektes uit het vaccinatieprogramma rondwaren, loopt de urgentie op, constateren verschillende GGD’s.


Identiteit van verdachte steekpartij op de Dam nog onduidelijk, heeft ‘verscheidene documenten’

De politie heeft de identiteit van de verdachte van de steekpartij die donderdag plaatsvond bij de Dam in Amsterdam door „een verscheidenheid aan documenten” nog niet kunnen vaststellen. Dat heeft de politie vrijdagochtend bekendgemaakt. Ook het motief van de verdacht is nog niet bekend.

Om welke documenten het gaat, wil de politie vrijdagmiddag nog niet zeggen. Wel is duidelijk dat bij de aanval meerdere messen zijn gebruikt. De aangehouden verdachte is donderdag behandeld in het ziekenhuis en zit momenteel vast in de Penitentiaire Inrichting in Scheveningen, de enige gevangenis waar ook medische zorg kan worden geboden. Hij had een verwonding aan zijn been.

De man had zich ingeschreven in een hotel in Amsterdam. Hij wordt ervan verdacht donderdag vijf personen te hebben neergestoken in de buurt van de Dam. Vijf mensen, onder wie twee Amerikanen, een Pool en een Belgische, raakten gewond. Een achtervolger wist hem te overmeesteren.


40.000 woningen kunnen niet gebouwd worden, maar merendeel bouwprojecten stuit niet op stikstofdrempels

Door de problemen met stikstof kunnen ongeveer 40.000 woningen niet worden gebouwd. Dat is 9 procent van het totale aantal woningen dat is gepland tot en met 2030. Bijna driekwart van de kleine half miljoen geplande woningen kan direct worden opgeleverd. De rest kan er komen met aanpassingen van de bouwprojecten en met extra vergunningen.

Dit blijkt uit een studie van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB), die vrijdag is gepubliceerd. De aanvullende maatregelen zorgen de komende jaren wel voor vertraging: gemiddeld zes tot twaalf maanden per woning. De extra maatregelen zorgen ook voor meer kosten: naar schatting zo’n 600 miljoen euro.

Het verwachte verlies van 40.000 woningen is maar een zesde van het aantal van ruim 240.000 dat branche-organisatie Bouwend Nederland eerder deze maand noemde in het AD. „Zo’n uitzonderlijk hoog aantal krijg je als je alle projecten binnen de 5 kilometer van beschermde natuurgebieden telt”, zegt directeur Taco van Hoek van het EIB. „In de praktijk kunnen bijvoorbeeld veel kleinere projecten op korte afstand van die gebieden wel doorgaan, blijkt uit onze studie.”


Elk project een druppel

De bijdrage van de bouwsector aan de neerslag van stikstofverbindingen in Nederland is klein (1,3 procent) in vergelijking met bijvoorbeeld de binnenlandse en buitenlandse landbouw (75 procent). Op de bouwplaats is de uitstoot van stikstofverbindingen door bijvoorbeeld graafmachines en vrachtwagens met materiaal bovendien tijdelijk.

Dat de woningbouw toch tegen stikstofregels aanloopt, komt doordat in veel zogeheten Natura2000-gebieden al decennia veel meer stikstofverbindingen neerkomen dan de natuur daar kan dragen. Ecologen spreken wel van een emmer die zo vol is gestroomd, dat elke extra druppel die doet overstromen. Elk bouwproject kan in die benadering zo’n druppel zijn. Extreem kleine hoeveelheden stikstofneerslag worden afgerond naar nul, maar bij een iets grotere neerslag kan er een probleem ontstaan.

De mogelijkheden om die stikstof-hobbel snel te nemen, zijn de afgelopen jaren verkleind door rechterlijke uitspraken. Zo maakte de Raad van State december vorig jaar een eind aan het zogeheten intern salderen. Daarbij werd de bestaande stikstofruimte van bijvoorbeeld een gesloopt gebouw waar eerder stikstof mee werd uitgestoten (zoals een fabriek) automatisch hergebruikt voor een nieuw project op dezelfde plek. Dat mag niet meer: de mogelijke neerslag van een nieuw project op een nabijgelegen natuurgebied moet nu apart beoordeeld worden.

Binnen de normen

Om te achterhalen in hoeverre dergelijke stikstofregels de woningbouw tot en met 2030 belemmeren, hebben de onderzoekers van het EIB maandenlang gerekend. Daarvoor hebben ze de ongeveer 470.000 woningen waarvoor een bouwvergunning is verleend, op de kaart van Nederland gezet. Hetzelfde hebben ze gedaan met alle Natura 2000-gebieden.

Vervolgens hebben de onderzoekers gekeken naar de omvang van alle bouwprojecten en de afstand tot een nabijgelegen natuurgebied. Want: hoe groter een bouwproject en hoe dichter bij een natuurgebied, hoe groter de neerslag van stikstofverbindingen. Uiteindelijk hebben ze met behulp van het in dit soort gevallen verplichte rekenmodel (Aerius) ingeschat hoeveel van de uitgestoten stikstof naar verwachting neerslaat in de nabije natuur.

Daaruit blijkt dat bij 73 procent van de te bouwen woningen de neerslag binnen de huidige norm zal blijven; die woningen kunnen dus zonder meer worden neergezet. „Het gaat daarbij om kleinere bouwprojecten vlak bij natuurgebieden en grotere projecten die verder weg liggen”, zegt Van Hoek. „Dit zijn projecten met een beperkte neerslag.”

Daarnaast kan nog eens 5 procent worden gebouwd door aanpassingen van de projecten. „Vooral door meer elektrische machines in te zetten”, zegt Van Hoek. „Met kleine elektrische machines gaat het al heel goed en met middelgrote steeds beter, maar met grote machines is nog wel werk te doen.” Zulke innovatie is „robuust” benadrukt Van Hoek: „Dat geldt ook breder, in het verkeer en bij de industrie. Zo is in Nederland de hoeveelheid stikstofoxiden in vijf jaar met 30 procent gedaald, vooral door de elektrificatie van het wagenpark. Dat is spectaculair en hoopgevend.”

Zo werkt het

Bij de bouw van een woning komt ongeveer 5 kilo stikstof vrij, bijvoorbeeld van diesel-graafmachines. Van die stikstof mag niet te veel neerslaan in een kwetsbaar natuurgebied in de buurt.

Driekwart van woningen kan straks zonder meer worden gebouwd. Dan gaat het om weinig woningen. Of om woningen die ver genoeg van de kwetsbare natuur komen.

Als intern salderen nog mogelijk was geweest, had het verlies van woningen tot 30.000 beperkt kunnen worden. Omdat intern salderen nu niet meer mag, hebben de onderzoekers een inschatting gemaakt welk project nu nog kans maakt op een natuurvergunning en welk niet. Zo’n vergunning is namelijk onwaarschijnlijk bij natuurgebieden die er zo slecht aan toe zijn, dat alle stikstofruimte gebruikt moet worden om de natuur te herstellen. Om die reden mogen naar schatting 10.000 woningen er niet komen.

„Met de huidige woningbehoefte is het verlies van in totaal 40.000 woningen natuurlijk pijnlijk”, zegt Van Hoek. Die pijn zit vooral bij de grotere projecten en wordt het meest voelbaar bij de Veluwe. Daarnaast moeten voor veel woningen die wel worden gebouwd extra natuurvergunningen worden aangevraagd; dat zorgt voor vertragingen en extra kosten. Vertragingen kosten 42 euro per woning per week. Een ecologisch onderzoek voor een natuurvergunning komt al gauw op 20.000 euro.

Die extra kosten zouden volgens het EIB fors omlaag kunnen, van 600 tot 200 miljoen euro. Nederland zou dan wel voor de stikstofneerslag een grens van 1 mol per hectare per jaar moeten gaan hanteren, zoals het kabinet ook overweegt. Nu wordt er gerekend met een fractie daarvan, namelijk 0,005 mol. Met een veel minder strenge norm heb je ook veel minder projecten die de norm overschrijden. „Met een voorspelbare en evenwichtige norm van 1 mol zou 96 procent van de woningen zonder meer gebouwd kunnen worden”, zegt Van Hoek. „Alleen grote projecten vlak bij natuurgebieden zorgen dan nog voor problemen.”


Amerikaanse defensieminister stelt de Filippijnen gerust: ‘Vrede door kracht en afschrikking werkt, zeker in deze regio’

De Filippijnen kunnen blijven rekenen op de militaire steun van de Amerikanen, aldus de Amerikaanse Minister van Defensie Pete Hegseth. De minister is vandaag op bezoek in Manila. „Vrede door kracht en afschrikking werkt. Zeker in deze regio waar jullie te kampen hebben met de dreiging van het communistische China”, zei hij tegen de Filippijnse president Ferdinand Marcos.

China claimt grote delen van de Zuid-Chinese Zeegebied, ook gebieden die volgens internationale verdragen horen bij de Filippijnen, Vietnam, Brunei, Maleisië en Indonesië. Dat Hegseth bij de hoorzitting in de Senaat voor zijn benoeming, in januari, dacht dat ASEAN (een verbond van tien Zuidoost-Aziatische landen) bestond uit Zuid-Korea en Japan en niet eens leek te weten waar de Filippijnen liggen, werd wereldwijd met hoon ontvangen. De landen in Zuidoost-Azië die afhankelijk zijn van militaire steun van de VS, zoals de Filippijnen en Vietnam, keken bezorgd naar de beelden uit het Amerikaanse Congres.

Chinese schepen

Sinds het aantreden van president Marcos in 2022 is de agressie van Chinese schepen in Filippijnse wateren toegenomen. Chinese oorlogsschepen vallen regelmatig Filippijnse vissers aan die in nationale wateren en in Filippijns zeegebied varen. Ook zijn er regelmatig agressieve aanvaringen met de Filippijnse kustwacht. In juni verloor een Filippijnse militair zijn duim bij een schermutseling bij het rifeiland Second Thomas Shoal, dat in de Filippijnse Exclusieve Economische Zone ligt maar door China wordt geclaimd. Het Hof van Arbitrage in Den Haag oordeelde in 2016 dat de Chinese aanspraak op het gebied niet geldig is, maar Beijing erkent dat vonnis niet.

Sinds 1999 dient een gezonken Filippijns oorlogsschip, de BRP Sierra Madre, er als Filippijnse militaire basis. Spanningen namen toe toen China de route naar het schip blokkeerde, waardoor de Filippijnen de troepen die er gestationeerd zijn enige weken niet meer konden bevoorraden.

Lees ook

Een roestend schip moet China op afstand houden

Een schip van de Chinese kustwacht probeert een bevoorradingsboot voor Second Thomas Shoal te blokkeren.

Ook rond Scarborough Shoal, een ander visrijk rifgebied in Filippijnse wateren, domineren Chinese schepen. En afgelopen weken patrouilleerde het zogenaamde Chinese ‘Monsterschip’, het grootste oorlogsschip ter wereld, in Filippijnse wateren.

Gezamenlijke oefeningen

Zonder Amerikaanse militaire en financiële hulp zijn de Filippijnen niet in staat om zich te verweren tegen de Chinese expansiedrift. De Filippijnen zijn vanwege hun geschiedenis (ze waren een periode door de Verenigde Staten gekoloniseerd) sinds de onafhankelijkheid nauw verbonden met de VS. In 1951 tekenden de landen een wederzijds militair verdedigingspact, dat inhoudt de landen bij een aanval van een andere natie elkaar te hulp komen. Sinds 1991 vindt elk jaar in de Filippijnen een grote militaire oefening door beide landen plaats, Balikatan (‘Schouder aan Schouder’ in de Filippijnse taal Tagalog), waaraan ook andere bondgenoten zoals Frankrijk en Australië deelnemen. Om de Chinese agressie beter het hoofd te bieden ging Marcos vorig jaar met de VS en Japan een apart trilateraal verdedigingspact aan, een samenwerkingsverband op gebied van maritieme veiligheid, economie en technologie. Ook zoeken de Filippijnen toenadering tot de Quad, een bondgenootschap tussen de VS, Australië, Japan en India.

Filippijnse studenten grepen het bezoek van Hegseth vrijdag aan om tegen de Amerikaanse militaire aanwezigheid te demonstreren in de buurt van de ambassade in Manila.
Foto Francis R. Malasig/EPA

Hoewel de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Marco Rubio, gelijk bij het aantreden van president Donald Trump de continuering van Amerikaanse steun aan de Filippijnen telefonisch bevestigde, bleef de onrust over een nieuwe Amerikaanse koers. De grove behandeling van de Oekraïense president Zelensky in de Oval Office door Trump en JD Vance in februari nam de onzekerheid over hun positie bij landen als de Filippijnen niet weg. Betekent ‘America First’ dat de Filippijnen (zoals Taiwan ook vreest) nu slechts een speelkaart zijn in de onderhandelingen met China?

Recente Chinese propaganda heeft de Filippijnen extra op de kast gejaagd. Volgens de Filippijnse admiraal Roy Trinidad circuleren op Chinese mediaplatforms beweringen dat eilandprovincie Palawan (bijna een miljoen inwoners) ooit Chinees was. De beroemde vijftiende eeuwse Chinese ontdekkingsreiziger Zheng He zou het Filippijnse eiland hebben ontdekt en aan China hebben toegevoegd. Maar er is geen enkel bewijs dat hij ooit Palawan heeft bezocht, laat staan dat het destijds onderdeel was van het Chinese keizerrijk.

Verzet tegen Chinese agressie

Wat staat er op het spel? Anders dan zijn voorganger Rodrigo Duterte, die nog steeds warme banden met China onderhoudt, verzet de huidige Ferdinand Marcos zich met hand en tand tegen de Chinese agressie. Maar daarmee legt hij ook zijn lot deels in Amerikaanse handen. Zonder de VS zijn de Filippijnen militair niet tegen China opgewassen. Het land, dat een tiental Amerikaanse militaire bases op zijn grondgebied heeft, rekent erop dat de Amerikaanse militaire steun China op afstand houdt. Eerder deze maand verklaarde Jose Manuel Romualdez, de Filippijnse ambassadeur in Washington, dat 336 miljoen dollar van een onder de regering-Biden toegezegd hulppakket van 500 miljoen dollar onderweg is. De Filippijnen willen dit geld gebruiken om het leger te moderniseren. Ook zei hij dat president Marcos voor de jaren 2025-2029 een totaalpakket van 2,5 miljard dollar van Donald Trump hoopt los te krijgen.

‘Roofdier’

China bekijkt de ontwikkelingen met argusogen. De grootmacht ziet de aanwezigheid van Amerikaanse bases en oorlogsschepen in de regio als buitenlandse inmenging. Een woordvoerder van het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken waarschuwde de Filippijnen dinsdag dat ze de „deur niet moeten openen voor een roofdier”. Hij legde met deze woorden de vinger op een gevoelige plek, namelijk de Filippijnse afhankelijkheid van het tumultueuze, mogelijk onbetrouwbare, beleid van Trump. „Degenen die zich aanbieden als welwillend schaakstuk zal in het eindspel worden opgeofferd,” zei hij om de kwetsbaarheid van de Filippijnen nog eens fijntjes te benadrukken. „We zijn geen willoos schaakstuk,” reageerde een Filippijnse woordvoerder vandaag. „We zijn een onafhankelijke natie.”

Het is nog niet bekend welke concrete toezeggingen zijn gedaan. Pete Hegseth vliegt morgen naar Japan.


Zware aardbeving treft Myanmar, sprake van ‘honderden slachtoffers’

De provincie Sagaing in Myanmar is vrijdagochtend getroffen door een zware aardbeving. Dat melden internationale media. Volgens de United States Geological Survey (USGS), dat wereldwijd aardbevingen in de gaten houdt, had de beving een kracht van 7.7 en vond deze plaats op een diepte van zo’n 10 kilometer.

De beving werd ook gevoeld in Bangkok, meer dan 1.000 kilometer van het epicentrum. Op videobeelden is te zien dat een flatgebouw in aanbouw is ingestort. Volgens het Franse persbureau AFP zouden zeker 43 bouwvakkers onder het puin liggen.

Het epicentrum lag volgens de USGS dicht bij de stad Mandalay in Myanmar, met zo’n 1,2 miljoen inwoners. Na de initiële beving zouden krachtige naschokken te voelen zijn geweest. Er is nog vrijwel niets bekend over de schade of het aantal slachtoffers.

De BBC meldt dat inwoners van Bangkok de straat op vluchtten terwijl gebouwen heen en weer zwiepten. Op eerste beelden uit Myanmar die rondgaan op sociale media, die nog niet zijn geverifieerd, zouden meerdere ingestorte gebouwen in de stad Mandalay te zien zijn. Ook zou een oude brug over de Irawady-rivier zijn ingestort.

Een boeddhistische monnik loopt langs een door de aardbeving verwoest klooster in Naypyitaw in Myanmar.
Foto Aung Shine Oo/AP

Na protest met varkenspoten en vuurwerk keert de raad van Sint-Michielsgestel zich tegen de komst van het azc

Een hoopje verkoolde autobanden ligt donderdagmiddag tegen het hek dat toegang geeft tot een grasland aan de Runweg in Berlicum, een dorp in de Noord-Brabantse gemeente Sint-Michielsgestel. Boven het hek hangen spandoeken: ‘Nee tegen AZC’ en ‘Gekozen raad kreeg ons vertrouwen, besloot over azc hun mondje te houwe’.

Wat ooit een appelboomgaard was, ligt nu braak en zou in de toekomst wellicht plaats bieden aan een asielzoekerscentrum voor zo’n driehonderd vluchtelingen en statushouders. Dat was althans het plan waar de raad eigenlijk al over uit was. Maar de voorgenomen locatie lekte uit en de situatie escaleerde. Het toegangshek werd vorige week in brand gestoken. Mensen hingen varkenspoten op, bekogelden het gemeentehuis met eieren en vuurwerk, bedreigden raadsleden en jouwden verantwoordelijk wethouder Theo Geldens uit. De politie hield een persoon aan.

Afgelopen donderdagavond vergaderde de gemeenteraad opnieuw over de kwestie. Het bleef rustig, in de zaal zat honderd man publiek, buiten volgden enkele tientallen inwoners de stemming via een meegebrachte geluidsbox. Met zeventien stemmen voor en vier tegen besloot de raad per direct te stoppen met de azc-plannen. De motie, ingediend door coalitiepartijen GroenLinks-PvdA en CDA-afsplitsing SMG, was raadgevend, uiteindelijk beslist het college.

„Voor een groot azc is geen draagvlak onder de inwoners”, zegt SMG-fractievoorzitter Kirk den Otter. In principe is GroenLinks-PvdA voorstander van opvang, maar door „het politieke gekrakeel” vindt de partij het „onverantwoord om door te gaan”, laat fractievoorzitter Adriaan van der Maarel weten.

Pijn

Daarmee komt een voorlopig einde aan een roerige episode. Al twee jaar vergaderde de raad over asielopvang. Niet alleen omdat de spreidingswet gemeenten daartoe verplicht, ook omdat „we een morele plicht voelen om mensen op de vlucht voor oorlog en geweld een veilige plek te bieden”, aldus wethouder Theo Geldens.

De hele coalitie steunde het plan, tót het vuurwerk en de varkenspoten. De Plaatselijke Politieke Alliantie (PPA), de grootste partij, trok zonder haar coalitiepartners te verwittigen de steun voor het azc in en wilde liever met kleinschalige opvang de „pijn verdelen” over meerdere dorpen – een plan dat het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) vanwege het benodigde geld, de begeleiding en beveiliging onwenselijk acht.

Daarop verordonneerden GroenLinks-PvdA en SMG een ingelaste raadsvergadering en kondigden ze aan helemaal te willen stoppen met het azc-plan.

Stilte

Vlak voor de vergadering donderdag wandelt Jan van Crij (62) langs het grasland waar het azc moest komen, oortjes in, sportschoenen aan. „Ik heb niks tegen het azc. Als onderhoudsmonteur werk ik al 47 jaar met de handjes. En we hebben handjes nodig in Nederland.” De racistische leuzen en het relschoppen noemt Van Crij „een beetje lomp”, hij keek ernaar „met leedvermaak”.

In het centrum van Berlicum is Anouk Dalessie (34) kritischer over haar dorpsgenoten, terwijl ze naar het grafisch ontwerpbureau wandelt waar ze werkt. „Het is heftig hoe kinderachtig mensen reageren, ze zetten ons dorp negatief neer. Laat iedere vluchteling zich hier maar lekker welkom voelen, dat zou ik ook willen als ik moest vluchten.”

Laat iedere vluchteling zich hier maar lekker welkom voelen, dat zou ik ook willen als ik moest vluchten

Anouk Dalessie
inwoner van Berlicum

Ingrid van Kampen (76), gepensioneerd docent Frans, stapt net uit de boekhandel. „Een azc voor driehonderd mensen is te veel, dat drukt een te grote stempel op deze kleine gemeenschap. Dat het COA kleinschalige opvang niet haalbaar acht, vind ik geen argument.”

Als donderdagavond de raadsvergadering begint, vraagt wethouder Geldens een minuut stilte „ter reflectie”. Hij zag bij inwoners „verstrekkende uitingen van racisme en grof geweld die de democratie ondermijnen” en vraagt raadsleden „partijpolitiek achterwege te laten. De samenleving heeft u nodig.”

Een geëmotioneerde PPA-fractievoorzitter Joep Meijs erkent dat het „niet chic” was om na de protestacties de steun in te trekken. „Zodra het heet werd, trok u zich terug”, reageert Miriam Cooijmans van oppositiepartij Dorpsgoed. „U geeft het signaal: ben je het niet eens? Neem een doos eieren en vuurwerk mee naar het gemeentehuis en wij lossen het voor je op.” Als PPA zich ook achter de stoppen-motie schaart, is duidelijk hoe de kaarten vallen.

Lees ook

Gemeentehuis bekogeld tijdens protestactie om plannen azc in Berlicum

Het gemeentehuis in Sint-Michielsgestel na het protest.


Zware aardbeving treft Myanmar, ook in Bangkok te voelen

De provincie Sagaing in Myanmar is vrijdagochtend getroffen door een zware aardbeving. Dat melden internationale media. Volgens de United States Geological Survey (USGS), dat wereldwijd aardbevingen in de gaten houdt, had de beving een kracht van 7.7 en vond deze plaats op een diepte van zo’n 10 kilometer.

De beving werd ook gevoeld in Bangkok, meer dan 1.000 kilometer van het epicentrum. Op videobeelden is te zien dat een flatgebouw in aanbouw is ingestort. Volgens het Franse persbureau AFP zouden zeker 43 bouwvakkers onder het puin liggen.

Het epicentrum lag volgens de USGS dichtbij de stad Mandalay in Myanmar, met zo’n 1,2 miljoen inwoners. Na de initiële beving zouden krachtige naschokken te voelen zijn geweest. Er is nog vrijwel niets bekend over de schade of het aantal slachtoffers.

De BBC meldt dat inwoners van Bangkok de straat op vluchtten terwijl gebouwen heen en weer zwiepten. Op eerste beelden uit Myanmar die rondgaan op sociale media, die nog niet zijn geverifieerd, zouden meerdere ingestorte gebouwen in de stad Mandalay te zien zijn. Ook zou een oude brug over de Irawady-rivier zijn ingestort.


Dagvaarding bezorgd, klimaatzaak van Milieudefensie tegen ING begonnen

De dagvaarding is bezorgd, en daarmee is een nieuwe, grote klimaatzaak officieel begonnen. Vrijdagochtend hebben de kopstukken van Milieudefensie, vergezeld door een stoet sympathisanten, het processtuk officieel overhandigd op het hoofdkantoor van ING, de bank waarvan Milieudefensie stelt dat haar klimaatbeleid ver onder de maat is en zo dus bijdraagt aan het verergeren van de klimaatcrisis.

Volgens Milieudefensie liepen er honderden aanhangers mee. Naast Milieudefensie zijn er nog 30.000 andere mede-eisers: allemaal individuen.

Voor de fijnproevers: hier de dagvaarding zelf, waarin je precies kunt lezen waarom Milieudefensie achter ING aangaat, wat Milieudefensie ING allemaal verwijt, en wat de milieuorganisatie eist van Nederlands grootste bank. Let wel: het zijn in totaal 351 pagina’s, en veel ervan is ingewikkelde juridische kost. Maar het is niettemin echt aan te raden om eens te door te nemen, want het juridische bouwwerk van Milieudefensie – ook deze keer weer opgezet door advocaat Roger Cox, die ook de Shell-zaak op poten zette – is doorwrocht.

Voor degenen die minder tijd hebben: in de kern stelt Milieudefensie dat ING, door grote vervuilers te blijven financieren, de klimaatcrisis mede veroorzaakt. Milieudefensie noemt ING dan ook consequent „bankier van de klimaatcrisis”. De organisatie eist dat ING zijn uitstoot halveert in 2030 en stopt met het financieren van bedrijven die nog nieuwe olie- en gasprojecten starten.

Milieudefensie-directeur Donald Pols legde twee maanden geleden aan mijn collega Eva Smal en ik al op hoofdlijnen uit waarom zijn organisatie ING op de korrel neemt. Dat interview kun je hier teruglezen.

‘Niet langer toekijken’

Bij het hoofdkantoor van ING vrijdagochtend zei hij in een toespraak tot de verzamelde groep sympathisanten: „We laten vandaag zien dat we niet langer toekijken hoe ING de toekomst van onze kinderen en kleinkinderen in gevaar brengt. ING moet stoppen met willens en wetens de klimaatcrisis te verergeren door miljarden in vervuilende bedrijven te stoppen.”

ING zelf reageerde met een persbericht op de stap. Het hoofd bedrijfsethiek, Arnaud Cohen Stuart, zegt daarin: „Deze laatste stap van Milieudefensie is niet onverwacht – ze hebben hun plannen meer dan een jaar geleden aangekondigd. We hebben hun claims nog niet doorgenomen, maar tot nu toe zijn ze onrealistisch en onredelijk. We delen de bezorgdheid over het klimaat, maar verschillen van mening over welke actie daarvoor nodig is.”

ING verwijst verder naar het feit dat een belangrijke, onafhankelijke organisatie die het klimaatbeleid van grote bedrijven controleert, het Science Based Targets Initiative (SBTi) deze week heeft geconcludeerd dat het klimaatbeleid van ING in lijn is met het Klimaatakkoord van Parijs – ik schreef daar donderdag over. Milieudefensie plaatst daar niettemin zijn twijfels bij.

Foto Sabine Joosten/ANP

Rubio bespreekt China, olie en samenwerking op bezoek aan Suriname

Het werd een kort, maar veelzeggend bezoek. De komst van de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio naar Suriname donderdag duurde al met al nog geen twee uur. En van de luchthaven kwam Rubio niet af; de besprekingen met president Chan Santokhi en de Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken Albert Ramdhin en de daaropvolgende persconferentie vonden plaats op de Johan Adolf Pengel luchthaven.

Maar dat Rubio tijdens zijn tweedaagse regionale reis Suriname aandoet, in zijn eerste tien weken als minister van Buitenlandse Zaken, geeft aan dat het land meetelt in de regio, steeds belangrijker wordt en in het vizier ligt van de Verenigde Staten. Dat veel te maken heeft met de grote olievondsten voor de kust van Suriname werd al snel duidelijk.

„Er ligt hier een geweldige kans voor jullie, de vooruitzichten zijn goed, en de Verenigde Staten wil de relatie graag verstevigen, dat is wat Trump ook graag wil. Jullie plannen om ook toekomstige generaties te laten profiteren van de inkomsten en stabiliteit te creëren, juichen we toe”, zei Rubio tegen president Santokhi.

Naar schatting 750 miljoen vaten olie liggen er voor de kust van Suriname, die dankzij een miljardeninvestering van het Franse TotalEnergies in een samenwerking met het Amerikaanse APA Corporation vanaf 2028 opgepompt kunnen worden. Trump is een voorstander van olie en ontwikkelingen in landen als Suriname en buurland Guyana worden dan ook enthousiast gesteund.

Scherpe waarschuwingen

Veiligheid en stabiliteit in de regio kwamen ook ter sprake. Daarnaast was Rubio lovend over Santokhi’s politieke en economische beleid van de afgelopen jaren. „Suriname is uit het slop getrokken, nadat jullie werden opgescheept met een enorme schuld bij het aantreden van deze regering’’, aldus Rubio, de vierde Secretary of State die Suriname ooit heeft bezocht. 

Hij feliciteerde buitenlandminister Albert Ramdim, die eerder deze maand gekozen werd als de nieuwe secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS). Dit samenwerkingsorgaan, waar meer dan dertig landen uit de regio in vertegenwoordigd zijn – ook de Verenigde Staten – is volgens Rubio een belangrijk instrument voor regionale samenwerking.

Maar er waren ook scherpe waarschuwingen: de invloed van China wordt steeds groter in de regio, ook in Suriname, en dat baart de VS zorgen, stelde Rubio. Suriname, waar behalve Nederland, Europa en de VS ook China veel investeert en zichtbaar aanwezig si, heeft als klein land tot nu toe een zeer pragmatisch buitenlandbeleid.

„We willen juist met zoveel mogelijk landen goede relaties onderhouden en zaken doen’”, zei president Santokhi. Tegelijkertijd nodigde hij de Amerikaanse private sector met nadruk uit om vooral meer te investeren in Suriname. „Wij zijn dichtbij. Jullie hoeven niet helemaal naar Afrika of Azië, kom naar ons om te investeren!” aldus Santokhi.

Jamaica en Haïti

Tijdens zijn tweedaagse bezoek in de regio ging Rubio ook naar Jamaica. Daar ontmoette hij behalve de Jamaicaanse minister-president Holness, ook minister-president Mia Mottley van Barbados, en de leiders van Trinidad en Haïti. De crisis in Haïti werd besproken, die instabiliteit en spanningen in de hele regio veroorzaakt.

Rubio sprak ook zijn zorgen uit over de duizenden Cubaanse artsen die in het Caribisch gebied werkzaam zijn. Deze artsen worden door de Cubaanse regering al jaren naar verschillende landen gezonden – ook naar Suriname – waar tekorten in de medische zorg zijn. Maar de Cubaanse artsen krijgen maar 25 procent van het salaris dat voor hen wordt betaald, het meeste geld strijkt de Cubaanse regering zelf op.

Rubio, zoon van Cubaanse ouders die vluchtten voor het regime van Fidel Castro, is fel gekant tegen deze praktijk en noemt het „mensenhandel”. Trump wil landen die nog blijven werken met deze Cubaanse artsen sancties opleggen, bijvoorbeeld middels een verbod op inreisvisa voor regeringsleiders en hooggeplaatsten van de desbetreffende landen.

Hoewel dit onderwerp tijdens de persconferentie in Suriname niet ter sprake kwam, ligt het gevoelig in de regio, omdat de Cubaanse artsen daar juist van groot belang zijn. Eerder liet minister-president Mottley al weten niet van plan te zijn de Cubaanse artsen weg te sturen, omdat haar land niet zonder kan.

In Guyana, waar net als in Suriname ook grote oliereserves zijn gevonden, en waar de olie al volop wordt opgepompt, waarschuwde Rubio voor Venezolaanse agressie en inmenging bij de Guyanese grensregio Essequibo, waar president Maduro zijn zinnen op heeft gezet. Na het bliksembezoek stapte Rubio op het vliegtuig terug naar de VS, met de belofte van een volgend bezoek waarbij hij dan mogelijk meer van Suriname ziet dan alleen de luchthaven.


Groenland duwt terug tegen hoog, niet-welkom Amerikaans bezoek

Usha Vance keek er nog zo naar uit. In een video die de echtgenote van de Amerikaanse vicepresident JD Vance maandag op haar Instagram-account plaatste, onthulde ze later die week naar Groenland af te reizen. De second lady was „in het bijzonder uitgelaten” dat ze het eiland mocht bezoeken „tijdens jullie jaarlijkse nationale hondenslederace, waarvan we trots zijn dat we die als sponsor steunen”. Met haar drie kinderen had ze „er al veel over gelezen”.

Usha Vance, vrouw van de Amerikaanse vicepresident JD Vance, tijdens de Republikeinse conventie in Milwaukee in juli.
Foto Patrick T. Fallon / AFP

Hoewel ze met haar bezoek „de lange geschiedenis van wederzijds respect en samenwerking tussen onze naties” zegt te willen vieren, zal Usha Vance de racende husky’s moeten missen. De Groenlanders lieten deze week duidelijk merken dat het hoge bezoek niet welkom is, nu de Amerikaanse president Donald Trump blijft zeggen dat hij hun land wil inlijven bij de Verenigde Staten.

De Groenlandse premier Múte Egede sprak van „agressieve druk” en een „regelrechte provocatie” door de Amerikanen. Denemarken, waar het autonome eiland staatskundig onder valt, stelde dat we deze „onacceptabele druk zullen weerstaan”. Er werden al betogingen gehouden tegen het aanstaande bezoek door Groenlanders met trumpistisch-rode MAGA-petjes met de tekst ‘Make America Go Away’ en protestenborden met de aloude anti-Amerikaanse leuze ‘Yankees go home!’.

Bezoek aan eigen basis

De protesten dwongen het Witte Huis om het reisprogramma van Usha Vance terug te schalen. Dinsdag werd bekendgemaakt dat ze alleen nog de Amerikaanse ruimtebasis Pituffik (voorheen luchtmachtbasis Thule) zal aandoen in het noordwesten van het eiland. Ook een bezoek aan de Groenlandse Sociëteit werd geschrapt.

Lees ook

De noordelijkste Amerikaanse basis in Groenland is al sinds de Koude Oorlog van strategisch belang

Het Thule Tracking Station, waar contact met satellieten onderhouden wordt, op de noordelijkste Amerikaanse basis, in Groenland.

Hoewel de Deense buitenlandminister Lars Løkke Rasmussen de afschaling van het programma verwelkomde als „duidelijke de-escalatie”, werd het gewicht van de Amerikaanse regeringsdelegatie tegelijkertijd verzwaard. Usha Vance wordt deze vrijdag niet meer vergezeld door de Nationale Veiligheidsadviseur Mike Waltz – spil in het deze week uitgebroken Signalgate-schandaal – maar door haar eigen man.

JD Vance stelde in een video die hij dinsdagmiddag op sociale media plaatste dat „er zo veel opwinding was rond het bezoek van Usha aan Groenland, dat ik besloten heb dat ik haar niet alle pret voor zichzelf laat houden”. Volgens de vicepresident zijn het juist „andere landen die Groenland bedreigen, die hebben gedreigd om zijn territoria en zeewegen te gebruiken om de VS te bedreigen, Canada te bedreigen en natuurlijk ook de bevolking van Groenland te bedreigen. Dus we gaan uitzoeken hoe de zaken er voor staan daar.”

Betogers demonstreren op 15 maart bij het Amerikaanse consulaat in het Groenlandse Nuuk, onder meer met de leuze ‘We zijn niet te koop!’
Foto Christian Klindt Soelbeck / Ritzau Scanpix via Reuters

Ook na de ophef van deze week en ondanks Trumps miljardenbezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking wordt de sledehondenrace dit jaar nog voor een aanzienlijk deel betaald door Washington. Het ministerie van Buitenlandse Zaken trekt enkele tienduizenden dollars uit, bevestigden Amerikaanse diplomaten desgevraagd aan radiozender NPR. De organisatoren van de race kunnen de vliegkosten van het vervoer van de honden, sledes en coureurs declareren bij het Amerikaanse consulaat in Nuuk.