Opinie | ‘Het zoutpad‘ raadde ik met liefde aan, nu is de droom in duigen

Stel dat we de wereld opdelen in twee groepen: cynici en dromers. Dan heeft het kamp van de dromers afgelopen week een klap gekregen. Vorig weekend bracht The Observer naar buiten dat het alom bejubelde boek Het Zoutpad van Raynor Winn (of eigenlijk: Sally Walker) gebaseerd is op grove onwaarheden en verdraaiing van de feiten.

In dit boek gaat het om een echtpaar dat door financiële problemen hun huis kwijtraakt. De man van het stel wordt ook nog eens ernstig ziek. Waargebeurd, zo verkocht de uitgeverij het boek.

Dat blijkt dus niet zo te zijn. Het gaat daarbij niet om af en toe een verandering van naam, plaats of tijd om de privacy te beschermen of het verhaal lekkerder te laten lopen. Nee, het beeld dat in het boek wordt geschetst van een integer echtpaar dat tegen hun schuld in dakloos raakt, blijkt onjuist.

Raynor en Moth Winn heten in werkelijkheid Sally en Tim Walker, ze zijn al die jaren nooit dakloos geweest want in het bezit van een Frans vakantiehuis, Sally heeft tienduizenden ponden gestolen van haar voormalig werkgever (wat uiteindelijk leidde tot het verlies van hun cottage) en het heeft er alle schijn van dat Tim niet lijdt aan de zeldzame ziekte CBD (al wordt dit intussen tegengesproken door Sally met bewijs). Dit terwijl in de boeken breed wordt uitgemeten hoe de natuur een heilzame werking heeft op zijn symptomen.

Waarom vind ik dit zo erg? Ten eerste, ik voel me genept. Het Zoutpad raadde ik met liefde aan, vanwege het waargebeurde karakter.

Een boek dat zo resoneerde vanwege zijn focus op de schoonheid van de natuur, hoe geluk in het kleine te vinden is en het opneemt voor de kwetsbare mens heeft voor mij op geen enkele manier dezelfde waarde wanneer, zoals nu blijkt, de auteur willens en wetens de boel heeft bedrogen.

Het voelt alsof de sceptische en rationele mens gelijk heeft gekregen. Ik ben de goedgelovige sukkel die al zat te sniffen aan het begin van het boek als hun oude schaap Smotyn doodgaat vlak voor de onteigening van de woning van Sally en Tim, alsof ze aanvoelde dat er voor haar geen plek meer was. Hartverscheurend, vond ik die passage.

Heb ik misschien teveel inlevingsvermogen? Moet ik me meer wapenen tegen de boze buitenwereld? Of blijf ik de wereld zien door de lens dat de meeste mensen deugen en wonderen bestaan?

Het raakt ook aan mijn angst dat waarheid en authenticiteit meer en meer ondergesneeuwd raken. Want wat zijn waarheden en feiten nog waard in onze huidige maatschappij waar mening en manipulatie regeren, en de technologie het steeds moeilijker maakt fictie van non-fictie te onderscheiden?

Voor mij is het niet maar een voorbeeld van een schrijver die een loopje neemt met de waarheid. Het laat mij zien hoe belangrijk goede onafhankelijke onderzoeksjournalistiek is en de onschatbare waarde van een moreel kompas, betrouwbaarheid en authenticiteit.

via Linkedin

Lees ook

Is het erg dat bestseller ‘Het zoutpad’ van Raynor Winn niet ‘waargebeurd’ is?

Het Zoutpad (ofwel: South West Coast Path National Trail) bij Dorset, in het zuidwesten van Engeland.


Het zoutpadEen boek is kunst, meer niet

Zoals NRC bericht is het boek Het zoutpad niet waargebeurd maar verzonnen. Wie het looppatroon van de mannelijke hoofdpersoon in de film analyseerde, had al twijfels kunnen hebben over zijn mogelijkheden deze marathon volledig uit te lopen. Thans blijken ook ander zaken behoorlijk geromantiseerd, aangedikt of ronduit onjuist te zijn weergegeven.

De commotie is echter niet op zijn plaats. Beschouw het boek als kunstproduct. De fantasie van de schrijfster heeft dan de overhand, ‘waargebeurd’ is een marketingtruc voor hoge verkoopcijfers.

Dit doet niets af aan de waarde van boek en film. Wat mij betreft geeft de schrijfster overtuigend aan dat niemand bij de pakkem neer dient te gaan zitten. Onheilsprofeten zijn er al genoeg. Door met een ondernemende en onbevangen blik in het leven te staan is veel mogelijk.

Enschede


Het zoutpadHet verhaal was hoe dan ook ongeloofwaardig

Ik ben een filmliefhebber, dat betekent honderd films per jaar. Een ‘waargebeurd verhaal’ is een filmscript waarbij wordt uitgegaan van de basis. Fantasie is onlosmakelijk verbonden aan kunst, het mag zoals je dat wenst.

Wie het boek of de film The Salt Path heeft gelezen of gezien zal toch niet geloofd hebben dat deze twee vijftigers die door de natuur wandelen hun leven nu pas echt waarderen in regen en wind? Dat is al ongeloofwaardig voor situaties als geen geld, in een tentje leven en nog terminaal ziek zijn voor de oudere medemens. Dat ze er het beste maar van maken is prijzenswaardig.

Waarom wordt een film beter of slechter als het een waargebeurd verhaal is? Het doek gaat open, het licht gaat uit, kom maar binnen in de film. De uren die volgen nemen je mee in een wereld die bedacht is. Een lichte drug die onschadelijk is voor de kijker maar zo nodig om juist die realiteit even te ontlopen.

Het uitzoeken of de hoofdfiguur nu echt wel dezelfde ziekte had is al tijdverspilling. De Britse kust is misschien ook wat minder mooi dan in de film. Gun de fantasie waar hij voor bedoeld is, dromen hoe het leven zou kunnen zijn.

Amsterdam


DuurzaamheidLaat die jongeren lekker vliegen

Het ikje van 5 juli (Duurzaam) suggereert dat een jonge sollicitant haar geloofwaardigheid verliest omdat ze – ondanks haar inzet voor duurzaamheid in de zorg – eerst een maand naar Bali reist. Dat is niet kritisch, maar cynisch.

Alsof één vliegreis alle inzet voor een betere wereld onderuit zou halen. Hypocrisie roepen is makkelijker dan zelf veranderen. Het is bovendien een oneerlijke meetlat. Jongeren zitten opgescheept met de gevolgen van decennialange klimaatverwaarlozing – door generaties die massaal hebben gevlogen, vervuild en verspild. Nu proberen zij het wél anders te doen.

Niet perfect, wel bewust. En ja, soms kiezen ze óók voor leven, reizen, vrijheid. Is een idealistisch verhaal pas geloofwaardig als je een foutloos moreel rapport kunt overleggen? De boodschap lijkt: als je niet perfect bent, moet je maar zwijgen. Maar echte verandering komt juist van mensen die ondanks het systeem blijven proberen. Laat jonge mensen duurzaam zijn – ook als ze een keer vliegen. We hebben hun inzet keihard nodig.

Veendam


DarfurIedereen vergeet dit lijden

Miljoenen mensen lijden onder de oorlog in Darfur, maar er is nauwelijks aandacht voor. Terecht dat Artsen zonder Grenzen scherpe kritiek uit op de wereldwijde diplomatieke onverschilligheid. Triest genoeg heeft die onverschilligheid zich blijkbaar uitgebreid als een olievlek. Ook de gevestigde media hullen zich veelal in een oorverdovend stilzwijgen. Een te eenzijdige focus op het gebeuren in en rondom Gaza doet geen recht aan onrecht wereldwijd.

Tiel

Lees ook

Miljoenen lijden door oorlog, ontheemding, honger, gebrek aan zorg – maar ‘Soedan krijgt nauwelijks aandacht’

Soedanese vluchtelingen  zetten een geïmproviseerde tent op in het kamp Iridimi in Tsjaad. Foto Wang Guansen/Xinhua/ANP


PianoIneens was hij daar, anoniem op Utrecht Centraal

Dinsdagavond kocht ik in een overvol Centraal Station van Utrecht een broodje en liep ermee naar de stationspiano om het daar op te eten. Aan de piano zat een man in haveloze kleding en omlaaghangend haar op een schitterende wijze een sonate van Haydn te spelen.

Ik herkende de muziek, want ik speel zelf de sonate ook. Maar wat ik daar te horen kreeg was zover verheven boven mijn eigen pianogestuntel. Wat een schitterend lichte aanslag en een prachtige timing.

Ik liep naar hem toe. Ik zag lange handen die met een mooi toucher de half kapotte toetsen van de stationspiano beroerden en er een werkelijk schitterende concertklank op tevoorschijn brachten. Ik liep naar de dichtstbij zijnde bank en ging door met eten en luisterde, luisterde.

Helaas kwam de muziek al snel ten einde. Ik bracht mijn handen hoog boven me in de lucht en applaudisseerde. De man liep naar me toe en ik stamelde in het Engels: „Ongelooflijk hoe u uit zo’n slechte piano zo prachtige muziek weet te toveren”. Hij bleef nog even naast me staan, maar ik was zo van mijn stuk dat ik geen woord verder wist uit te brengen.

Even later in de overvolle trein naar Culemborg was ik verbijsterd. Verbijsterd over de korte concertuitvoering maar vooral ook over het feit dat niemand van de voorbijgangers aandacht aan de hemelse pianomuziek had gegeven. De afstand tussen een verlopen uiterlijk en een prachtige pianovertolking leek niet te combineren.

Langzaam drong het tot me door dat ik daar Ronald Brautigam had gezien, spelend incognito.

Ik kon mij niet aan de gedachte onttrekken dat hier een test werd beproefd, of prachtig gespeelde muziek ook werd gehoord en gewaardeerd als die gespeeld wordt door een totaal verlopen ogende musicus. Ieder liep onverschillig door. Maar was dat nu omdat de man er niet uitzag of omdat hij klassieke muziek ten gehore bracht? Beide veronderstellingen lijken me even onaantrekkelijk. Ik moest terugdenken aan de opmerking van een filosofieprofessor in mijn studententijd: „Een goed pianist weet zelfs aan een slecht instrument prachtige muziek te ontlokken”.

Leerdam

Klik op het vinkje naast ‘Ik ben geen robot’


Opinie | ‘Deze is wel oké’

‘Hij niet, hij is oké.” Ik was vijftien toen ik in een fuik-van-gevaarlijke-jongens fietste. Het was al donker en natuurlijk stonden ze precies achter dat tunneltje, daar onder de Leigraaf in Beuningen. Zij zagen mij wel aankomen, maar ik zag hen niet staan. Wat ze precies van plan waren weet ik niet, maar het zal ergens tussen mijn band lek prikken en me knock-out slaan in hebben gezeten.

Gelukkig hoorde Melvin uit mijn voetbalteam ook bij het knokploegje. Hij hield zijn capuchon op en keek me niet aan, maar ik kreeg wel vrije doortocht – waarschijnlijk ten koste van de stakker na mij, want ‘hij niet’ betekende toch vooral ‘de volgende wel’. Melvin en ik voetbalden nog het hele jaar in hetzelfde team, maar we hebben er nooit meer over gesproken.

Als ik het nieuws lees, denk ik soms terug aan dat hachelijke moment daar bij dat tunneltje. Wacht even, zeiden de christelijke partijen bijvoorbeeld nadat ze al hadden ingestemd met strafbaarstelling van illegaliteit én van hulp aan illegalen. Eigenlijk doen wij dat met de kerk ook; illegalen helpen. Wij willen wel een kommetje soep kunnen schenken. De SGP stelde dat „barmhartigheid nooit strafbaar mag worden”, het meest voor de hand liggend zou het dan zijn om, tsja, tegen de strafbaarstelling van barmhartigheid te stemmen. Ook al omdat het gewoon niet zo’n goed idee is. Politie, gemeenten, artsen; eigenlijk iedereen die in de praktijk te maken krijgt met de wet, is ook tegen. Maar de christenen stemden dus niet tegen. In plaats daarvan moeten er ‘nuances’ en ‘uitzonderingsbepalingen’ komen om te voorkomen dat – en ik citeer hier even het commentaar van het Reformatisch Dagblad, „de verkeerde mensen geraakt worden”. Wij niet, bedoelen ze maar te zeggen; wij zijn oké.

Ik dacht ook terug aan het tunneltje toen Mamoudou Gassama in 2018 razendsnel een flatgebouw in Parijs op klom om een peuter te redden. De Malinees verbleef illegaal in Frankrijk, maar mocht nu op de koffie komen bij president Emmanuel Macron. Die beloonde hem voor zijn heldendaad met een verblijfsvergunning. Zelfs het extreemrechtse Front National steunde het toekennen van de Franse nationaliteit: „Er zijn niet veel [migranten] die het verdienen, dus als iemand het wel verdient moet je hem die geven”, zei parlementslid Gilbert Collard. Met andere woorden: deze is oké.

Dat xenofobe politici zo redeneren, is natuurlijk goed te begrijpen. Pas als je transformeert in een soort Spiderman, mag je blijven; veel hoger kun je de lat voor migranten niet leggen. Pijnlijker is het hoe vaak dit soort voorbeelden haast triomfantelijk worden gebruikt als argument tégen xenofobie.

Alsof Wilders dan ineens beseft wat de zegeningen van migratie zijn

Vorig jaar dacht Mirjam Bikker van de ChristenUnie nog het vuur na aan de schenen van Geert Wilders te leggen, door een rijtje ‘goede migranten’ op te lepelen: „een Cody Gakpo, een Don Ceder, een Gidi Markuszower, een Sifan Hassan”. Wat denkt ze daar nou mee te bereiken? Dat Wilders opeens beseft wat een zegen migratie eigenlijk is? Het is een logische reflex: in een politiek klimaat waarin migranten voortdurend worden geproblematiseerd en gecriminaliseerd, wil je daar graag een positief verhaal tegenover zetten. Maar het enige wat Bikker doet, ongetwijfeld onbedoeld, is suggereren dat je als migrant iets uitzonderlijks moet presteren om erbij te horen. Je moet de Champions League winnen, Kamerlid worden, spion van de Israëlische geheime dienst, of zelfs meervoudig Olympisch kampioen. Dat zijn forse toelatingseisen.

Ik was Melvin destijds dankbaar, maar hij maakte de uitzondering niet voor mij. De strategie was gewoon: we pakken ‘m, tenzij iemand hem kent. Omdat het gedoe zou kunnen opleveren omdat ik een van hun namen kende, maar ook omdat het confronterend is als het slachtoffer opeens niet meer anoniem is. Begrijp me niet verkeerd, het is altijd – en dit mag best een keer in de krant – een goed idee om mij niet in elkaar te slaan. Maar het was toch mooier geweest als ze mij niet als positieve uitzondering hadden behandeld. Als mijn angstige, bekende gezicht ze had doen beseffen dat ze sowieso niet goed bezig waren. Maar het bleef bij ‘hij niet, hij is oké’: een uitzondering die de regel helaas alleen maar bevestigt.


Kippenvelwaardige klassieke muziek

‘Momenteel ben ik zo dicht bij de hemel als ik zonder te sterven kan komen”, schreef een Reddit-gebruiker na het luisteren van Beethovens Missa Solemnis. Hij zal niet de enige zijn die zich na het horen van een mis even boven het aardse waant. Het zou zomaar kunnen dat dit genre, dat ooit als een oerrivier door het klassiekemuzieklandschap stroomde, de grootste dichtheid aan kippenvelwaardige klassieke muziek herbergt. Voor de mis doopten componisten hun pen in gewichtloosheid en ontwierpen ze klankkathedralen waarin elke noot de zwaartekracht tart. Het is muziek van kolkende extase tot glinsterende sereniteit, die vaak zelfs aan wie niets met het geloof heeft onverwacht spirituele gevoelens weet te ontlokken.

Hoe ontstond de mis?

In de eerste eeuwen na het jaar nul kwamen christenen thuis of bij martelaarsgraven bij elkaar om met bijbellezingen stil te staan bij het Laatste Avondmaal. Tegen de elfde eeuw was deze samenkomst uitgegroeid tot een vast ritueel van gebeden, lezingen, gezangen en handelingen in de kerk: de mis. Voor elke mis gebruikte men verschillende teksten en gezangen, maar vijf waren altijd hetzelfde: het Kyrie (smeekbede om mededogen), Gloria (lofzang op God), Credo (geloofsbelijdenis), Sanctus (lofzang op Gods heiligheid) en Agnus Dei (aanroeping van het Lam Gods om zonden weg te nemen). Deze vijf teksten gezamenlijk werden door de eeuwen heen door talloze componisten op muziek gezet en die composities noemen we ook ‘mis’.

Hoe ging het verder?

Eeuwenlang klonken er tijdens de mis eenstemmige, gregoriaanse melodieën. Meerstemmige muziek voor de vijf vaste misgezangen ontstond in de late Middeleeuwen. De priester stelde dan een ‘mix-&-match-mis’ samen uit de gezangen die voorhanden waren. De eerste componist die een integrale mis schreef, was Guillaume de Machaut met zijn Messe de Nostre Dame uit circa 1363. Niet veel later werd de mis het pronkstuk waarmee renaissancecomponisten geschiedenis schreven. Het genre vormde het belangrijkste podium voor onderlinge wedijver: componisten probeerden elkaar de loef af te steken met steeds ingenieuzer vocaal vlechtwerk. In de eeuwen erna ging de mis steeds mee met zijn tijd: er kwamen (steeds meer) instrumenten bij, componisten experimenteerden met nieuwe harmonieën en sommige koordelen maakten plaats voor virtuoze solopartijen.

Welke missen mag ik niet missen?

Luister voor een puik staaltje polyfonie naar de Missa Pange lingua van Josquin des Prez (1450-1521): het allerbeste uit de Renaissance. Om je oren even flink te laten klapperen: de kolossale Missa Salisburgensis van barokgeweldenaar Heinrich Ignaz Franz Biber (1644-1704). Met 53 (!) verschillende zang- en instrumentenpartijen zorgt deze monstermis voor een klanklawine die met gemak de geluidsmuren uit de postrock evenaart. Ook de Hohe Messe van Bach (1685-1750) is een voltreffer: bestaat er überhaupt een euforischer begin van het Gloria?

Een geliefde mis voor koor en orkest uit de Romantiek is de Zesde mis van Franz Schubert (1797-1828): zo geladen met pathos vind je ze niet vaak. Wie liever wordt ondergedompeld in een intieme vocale wereld komt uit bij Frank Martin (1890-1974). Alleen al bij de gedachte aan zijn Mis voor dubbelkoor valt menig zanger in katzwijm. Begrijpelijk: muziek voor twee koren die nu eens contrasteren en dan weer in elkaar overvloeien, is een van de beste uitvindingen van de mensheid. Onder de levende componisten schreef James MacMillan (1959) een mis voor koor en orgel die klinkt als een poort naar een andere dimensie: eeuwenoud en hypermodern tegelijkertijd.


Opinie | De geesten worden klaargemaakt voor een permanente mobilisatie

Vervreemding. Dat was het overheersende gevoel dat ik had toen het land eind juni volledig in de ban was van de NAVO-top in Den Haag. Het live verslag ervan deed denken aan een lifestylemagazine. In een soort combinatie van uitzendingen van de Olympische Spelen en het Eurovisie Songfestival werd enthousiast gesproken over de vliegtuigen waarmee de staatshoofden aankwamen. De event planner van dienst (de ‘operationeel directeur Taskforce NAVO-top’) had er ondanks alle vliegreizen echt voor gezorgd dat de top, waarop massale bewapening centraal stond, „zo duurzaam mogelijk georganiseerd” was. Er kwamen details over het interieurontwerp van de top, over hoe hoogpolig het tapijt moest zijn, en over de complexiteit van een gelijke lichtintensiteit op iedere tafel.

Het verlangen om Trump te zien was quasireligieus. Bij NAVO-chef Mark Rutte, maar ook bij de NOS-verslaggever die bij de aankomst van de Amerikaanse auto’s teleurgesteld constateerde: „Je ziet, de deuren gaan nu dicht, zodat we inderdaad, hélaas, níet Donald Trump zien aankomen. We hebben alleen The Beast [Trumps auto] gezien, maar niet de Amerikaanse president die uitstapt.”

Het echte beest bleef onzichtbaar, als een heilig object van culturele hegemonie, maar toen het zijn bek opendeed begon het 5 procent van onze economie te eisen, grotendeels als subsidie voor zijn wapenindustrie.

Lobby voor wapens

Er werd dus ook alvast schaamteloos vergaderd – een eufemisme voor gelobbyd – tussen ministers van Defensie en de wapenindustrie. Steden als Den Haag en Rotterdam waren vergeven van de politie, en dat voelde als de omgekeerde wereld, want nu moesten degenen die voor onze vrijheid en veiligheid zorgen zozeer beveiligd worden dat de democratie ingeperkt werd. Demonstreren was verboden op de plek waar het er toe zou doen, en grote delen van Den Haag waren voor bewoners afgesloten.

In een lichtkrant onder de beelden van de live-uitzending kwam staatsmannelijke retoriek voorbij. Rutte: „Als we oorlog willen voorkomen, moeten we meer gaan uitgeven.” Schoof: „Nog nooit heeft de NAVO voor zo’n grote uitdaging gestaan.” Het was, met Kafka, alsof we zeeziek op het vasteland waren.

Misschien is het inmiddels mogelijk met enige afstand naar dit festival te kijken. Mijn vervreemding lijkt me een symptoom van een bredere vredesvervreemding. Dat wil zeggen: we missen een publieke taal van de vrede. Het lijkt onmogelijk om buiten de kaders van militair conflict en bewapening te denken. Dat past bij het idee, verwoord door verschillende westerse regeringsleiders, dat de oorlog in Oekraïne „existentieel”, is. Existentieel „voor de hele beschaafde wereld”, zei Rutte al in 2022. Dergelijke uitlatingen staan niet langer twijfel toe: een existentiële oorlog is niet te vermijden.

Dit begrip van de oorlog als ‘existentieel’ en de ermee gepaard gaande vredesvervreemding duidt op een diepe spirituele crisis: het leven wordt ondergeschikt gemaakt aan een wereld van natiestaten die in een existentiële wapenwedloop verwikkeld zijn. Denken in termen van vrede en de-escalatie wordt nauwelijks nog serieus genomen in de publieke sfeer, laat staan een pacifisme dat zich even existentieel tégen bewapening keert door van niemand te vragen te sterven voor een land.

En dus worden overal de geesten klaargemaakt voor een permanente mobilisatie. Een jonge techneut met een defensie-startup zegt dat pacifisme een „privilege” is. De fractievoorzitter van Volt zegt dat de Europese kernwapens echt wel veel voorstellen „als je die allemaal zou afwerpen”. De Britse premier kondigt af dat het Verenigd Koninkrijk klaar moet zijn voor een oorlog. De Duitse bondskanselier wil het grootste leger in Europa hebben, en terwijl de AfD de tweede partij in Duitsland is vraagt niemand in Europa welke geschiedenis zich hier herhaalt.

Voor zover er kritiek is gaat die over de ‘haalbaarheid’ ervan: kan defensie wel zo snel opschalen? Ondertussen worden Nederlandse burgers zoet gehouden met retoriek over ‘noodpakketten’ die dezelfde ideologische functie heeft als de absurde duck and cover-oefeningen in de Verenigde Staten tijdens de (eerste) Koude Oorlog. Maar wie vraagtekens zet bij de enorme verhoging van de defensie-uitgaven, die de komende jaren naar 5 procent van het bbp moeten groeien, wordt gezien als een Poetinapologeet.

Kritiek op westerse oorlogstaal wordt gezien als naïef, maar er is een blind vertrouwen op een industrie die geld verdient met het uiteenrijten van lichamen.

In slaap gesust

Het is allemaal normaal geworden. We zijn eraan gewend geraakt, en misschien wel in slaap gesust. Als een geopolitieke wind die alle grashalmen één kant op doet waaien, zo lijkt vrijwel iedereen overtuigd van de heilzame werking van bewapening. De kracht van die wind is niet die van de rationele oordeelsvorming, de twijfel en de kritische distantie, maar die van het pathos van Grote Geopolitieke Noodzakelijkheden.

Maar zoals de Amerikaanse denker W.E.B. Du Bois zei: de oorzaak van oorlog is voorbereiding van oorlog. De geschiedenis leert dat onbetwijfelbare bewapening doorgaans tot oorlog leidt. Wat te doen?

Als we willen dat vrede en de-escalatie een optie zijn en het geloof in bewapening doorbroken wordt, moeten we werken aan twijfel. Dat is enigszins gebeurd ten aanzien van Israël; er gaan nu stemmen op Israëlische misdaden niet langer te voorzien van wapens. Maar in de veel gevaarlijkere escalatie met Rusland is nog nauwelijks ruimte voor twijfel en zelfkritiek.

Twijfel begint bij het verlaten van de kleingeestige gedachte dat alleen de tegenstander aan propaganda doet. Dat wijzen op de rol van uitbreiding van de NAVO, of op het überhaupt blijven bestaan ervan na het ontbinden van het Warschaupact, Kremlinpropaganda is. Wie Rutte of Schoof hoort praten zou bijna denken dat de NAVO, Europa en de Verenigde Staten, als machtigste militaire spelers, eigenlijk geen onderdeel van de geopolitiek zijn en zelf nooit geweld initiëren. Maar, zoals een peiling in opdracht van de Wall Street Journal liet zien, zag in 2022 zelfs 55 procent van de ondervraagde Oekraïners (en daarbij hoorden niet eens de relatief pro-Russische inwoners van de Donbas) de NAVO als medeschuldig aan de oorlog.

De twijfel die nodig is, bevraagt het dominante westerse verhaal over de geschiedenis. Waarom, bijvoorbeeld, kon na 1991 niet een Europese veiligheidsarchitectuur gebouwd worden waar Rusland, als grootste land in Europa, een plek in had? Gorbatsjov stelde een pan-continentale veiligheidssamenwerking voor, en Jeltsin speculeerde over een Russisch NAVO-lidmaatschap. Het was mogelijk om na de Koude Oorlog met Rusland te doen wat in 1818 met Frankrijk gebeurde en in 1945 met Duitsland: inclusie in een Europese orde. Moeten we, terugkijkend, niet constateren dat we kansen op vrede hebben laten liggen, en dat de beste historische parallel die met het Verdrag van Versailles uit 1918 is: uitsluiting, met fatale gevolgen, uit de Europese orde? Het lijkt alsof daarover niet langer een discussie mogelijk is zonder het ad hominem ‘Poetinapologeet’, en dat sluit vreedzame wegen naar conflictbeslechting af.

Twijfel begint bij het verlaten van de kleingeestige gedachte dat alleen de tegenstander aan propaganda doet

Een oriëntatie op vrede die de cirkel van escalatie en bewapening doorbreekt, behelst vanzelfsprekend niet dat Rusland verantwoordelijkheid ontloopt voor de oorlog in Oekraïne, en voor oorlogsmisdaden zoals het vrijwel dagelijks bombarderen van burgers. De-escalatie en een oprechte, niet door wapenindustriële belangen gekleurde gerichtheid op vrede vergen wel een begrip van wat de ander motiveert, en van diens verhaal over de geschiedenis. In geval van Rusland behelst die eeuwen van West-Europese pogingen Rusland te veroveren. Russen die met dat verhaal leven, zullen een andere lezing geven van het richting Rusland kruipen van de NAVO dan Nederlanders. Voor veel Nederlanders lijkt Russische agressie in Oekraïne uit het niets te komen, of hooguit uit een primordiale Russische agressiedrift die zelf weer losstaat van westerse steun voor Russisch autoritair leiderschap én het buiten een uitbreidende NAVO houden van Rusland.

Illustratie Lynne Brouwer

Begrip voor de ander kan voorkomen dat visioenen over Russische tanks op het Scheveningse strand al te veel realiteitswaarde toegedicht krijgen.

Eén manier om afstand tot zulke angstbeelden te krijgen is door te zien hoe de rest van de wereld naar ons kijkt. In grote delen van Afrika, Azië en Latijns-Amerika beziet men de Europese houding jegens Rusland met verbazing. Dat is niet verwonderlijk, want de geschiedenis werkt ook hier door. Al toen Italiaanse fascisten het toenmalige Abessinië binnenvielen, schoot Rusland het land te hulp. En toen het Westen de Zuid-Afrikaanse apartheid steunde, stond de Sovjet-Unie aan de juiste kant van de geschiedenis. Dit werkt door in landen die andermaal zien dat soevereiniteit, nationale zelfbeschikking en mensenrechten selectief gehanteerde waarden zijn.

Levens van Palestijnen, Jemenieten, Soedanezen, Congolezen of Tigrayanen zijn zichtbaar minder waard. Wie herinnert zich de verzuchting van een CBS-verslaggever in Oekraïne die vanuit Kyiv zei: „Dit is niet een plek als, met alle respect, Irak of Afghanistan waar al decennia lang conflict is. Dit is een relatief beschaafde, relatief Europese stad.”

Ondergaand imperium

Een Europa dat vrede werkelijk nastreeft, zal zich internationaal moeten heroriënteren. Aan de leiband van een ondergaand imperium lopen lijkt een fatale optie. De vijfprocentsnorm van de NAVO – in dezen een Amerikaanse wapenlobby – houdt ons gegijzeld in een wapenwedloop. Europa lijkt te leiden aan een geopolitiek Stockholmsyndroom. Juist nu Amerikaanse hegemonie verslapt, klampen we ons eraan vast. Dit tekent de spirituele crisis van Europa: er is een onvermogen een eigen niet-militair vormgegeven rol in de wereld te vinden. Maar zoals de Indiase minister van Buitenlandse Zaken Subrahmanyam Jaishankar scherp zei: „Europa moet zich ontdoen van de mindset dat Europa’s problemen wereldproblemen zijn, maar de problemen van de wereld niet die van Europa zijn.”

En over wereldproblemen gesproken: terwijl we bewapenen warmt de aarde verder op, maar dat thema is begrotingstechnisch geparkeerd. Het laat zien dat een taal van de vrede belast is met het allermoeilijkste: het articuleren van een omvattende visie op het leven, waarin de samenhang tussen Palestina, Oekraïne, Congo, klimaat, kapitalisme en patriarchaat benoemd wordt. Een visie die vrijheid niet door nationale grenzen beperkt ziet. Natiestaten zijn recente historische verbanden die ook weer verdwijnen, ook al zijn veel politici te kleingeestig om dat te zien. Dat het werken aan zo’n visie op velen ridicuul overkomt, ís de spirituele crisis van Europa.

De dekoloniale traditie biedt hier aanknopingspunten. Volgens Frantz Fanon moest dekolonisatie niet uitmonden in het Europese model van de natiestaat. Want zoals tegenwoordig weer vaak te horen is in discussies over de dienstplicht: natiestaten vragen offers. Maar je sterft nooit voor een land; je sterft alleen door een land.

Leren omgaan met neergang, met tanende invloed in de wereld, is ongetwijfeld het moeilijkste voor natiestaten. Krampachtig wordt naar de wapens gegrepen. De dood is big business. Hij draagt het masker van de redelijkheid en de moraal, maar met dollartekens in zijn slechte geweten gebruikt hij onze burgerschapsstatus als chantage en eist hij de inzet van onze kinderen.

Laten we weigeren onze kinderen op te offeren in naam van een natiestaat of een civilisationele zone. Het minimum dat we moeten eisen is de weigering van de oorlog als permanente conditie. Als dat collaboratie is, dan lang leve het ideologisch landverraad.


Op de haringparty komen ondernemers van Stem voor Stabiliteit samen ‘om de politiek een handje te helpen’

Een groep ondernemers heeft zich verenigd om VVD, CDA en D66 gezamenlijk de verkiezingen te laten winnen. De ondernemers, onder wie mediaondernemer Willem Sijthoff, gaan een initiatief lanceren waarmee ze na de zomer campagne voor deze drie partijen gaan voeren. Als VVD, CDA en D66 gezamenlijk een meerderheid in de Tweede Kamer halen, hopen ze, is de formatie van een centrumrechts kabinet onvermijdelijk.

Het initiatief ‘Stem voor Stabiliteit’ is vorige vrijdag aangekondigd op een haringparty die Sijthoff had georganiseerd in Amsterdam. In zijn groep zitten vooraanstaande ondernemers uit de media-, reclame- en communicatiewereld: naast Sijthoff (Sijthoff Media) bestaat de kerngroep uit David Snellenberg (reclamebureau Dawn), Ralph Wisbrun (lid van de Raad van Advies van Sijthoff Media en toezichthouder bij Lucas Bols) en Simon Neefjes (oprichter en voormalig ceo van reclamebureau TBWANEBOKO, nu investeerder bij verschillende bedrijven). Daarbuiten is er een grotere groep sympathisanten.

Het is de bedoeling, zegt Simon Neefjes, dat de groep na de zomer geld gaat inzamelen onder bedrijven en burgers „om de politiek een handje te helpen”. Met dat geld willen de ondernemers campagne voeren voor VVD, CDA én D66. Dat willen ze doen via reclamecampagnes, advertenties, mediaoptredens en een website (www.stemvoorstabiliteit.nl, nu nog niet in de lucht). Zo kunnen de partijen een kabinet vormen zonder de PVV en GroenLinks-PvdA.

Investeringsklimaat

De oprichters hebben een nog niet gepubliceerd manifest geschreven, dat in bezit is van NRC. Daarin staat dat „het investeringsklimaat lijdt onder instabiliteit”. „Weer is een kabinet gevallen. Weer ligt ons land stil. En weer wordt er vooral naar elkaar gewezen. De politiek is drukker met zichzelf en de tegenpartij dan met ons land dat bestuurd moet worden.”

Volgens de groep willen „veel Nederlanders een koers die net rechts van het midden ligt” en moeten burgers zich „niet laten gijzelen door de extreme partijen rechts en links”. Daarom roepen ze kiezers op te stemmen op VVD, CDA en D66. „De waarheid ligt in het midden.”

„Nederland en de Nederlandse economie hebben een stabiel centrum- tot centrumrechts kabinet nodig dat er misschien wel acht jaar zit”, zegt Simon Neefjes, die het intiatief desgevraagd bevestigt. „De PVV heeft bewezen niet serieus te kunnen regeren. Als GroenLinks-PvdA groot wordt, moeten ze misschien met de VVD samenwerken. Dat gaat snel weer crashen, denken we. Nederland kan dat niet gebruiken.”

Het manifest doet weinig concrete uitspraken over onderwerpen die ondernemers belangrijk vinden, zoals minder regels en lagere belastingen. Maar, zegt Neefjes, Nederland is gebaat bij een stabiel landsbestuur. „Er gebeurt al jaren niets. Kijk naar de gestagneerde woningmarkt, het stikstofdossier, de internationale lijstjes waarop Nederland steeds verder wegzakt. De politieke sfeer is bovendien agressief.”

Motie-Piri

Simon Neefjes noemt GroenLinks-PvdA „niet per se radicaal-links”, maar: „De motie-Piri [over het intrekken van steun voor de Iron Dome-luchtverdediging van Israël] wordt niet gewaardeerd door mensen in het midden. Daarom heeft de politiek een beetje guidance nodig. Als we de bevolking meer naar centrum tot centrumrechts kunnen sturen, kan er weer stabiel geregeerd worden.”

De ondernemers hebben banden met de drie partijen. Willem Sijthoff doneerde vorig jaar tienduizend euro aan D66. Volgens Simon Neefjes hebben de ondernemers hun plan vooraf besproken met leden van de drie partijen, en horen ze vanuit de partijen positieve reacties, „al houden ze hun kaarten tegen de borst”. Met de inhoud van de verkiezingsprogramma’s willen de ondernemers zich niet bemoeien, evenmin met de keuze voor de lijsttrekker, nu bijvoorbeeld bij de VVD Dilan Yesilgöz zware kritiek krijgt.

Haringparty

Afgelopen vrijdag lanceerde Willem Sijthoff het ‘burgerinitiatief’ op zijn haringparty, op de bovenste verdieping van creatieve hub Capital C in Amsterdam, dat in zijn bezit is. Het publiek, zo’n drie- tot vierhonderd aanwezigen, bestond uit ondernemers, bekende Nederlanders en mensen uit de media, met name omroep WNL. Er werd onder meer werk van beeldend kunstenaar Arno Coenen geveild, er was Nederlandstalige muziek, en er zou volgens de uitnodiging „spectaculair entertainment” komen.

In de zaal werd hard geklapt, maar er was ook boegeroep te horen

Aan het begin van de avond vroeg Willem Sijthoff de aandacht. Sijthoff vertelde volgens aanwezigen dat Nederland instabiel was geworden en lanceerde het idee voor zijn groep. In de zaal werd hard geklapt, maar er was ook verwarring en hier en daar was boegeroep te horen. Het leek, vertelt een aanwezige, „alsof ondernemers al voor de verkiezingen aan het formeren waren geslagen”.

Bestuurskundige en lobbyexpert Arco Timmermans (Universiteit Leiden) zegt dat „zo’n openlijk pleidooi vanuit het bedrijfsleven voor een centrumrechts kabinet uniek is”. Het kwam volgens Timmermans niet eerder voor dat ondernemers zich voor de verkiezingen zo met de uitkomst bezighouden. „Het lijkt een knipoog naar de Verenigde Staten, waar techbedrijven de politieke arena betreden om voor hun belangen op te komen.”

Ook dit initiatief kun je volgens Arco Timmermans zien als „een poging van het bedrijfsleven om politieke invloed uit te oefenen”. „Dat is van alle tijden. Het bedrijfsleven lobbyt alleen nooit luidruchtig, maar bijna altijd in stilte. Je zou het een goed teken kunnen noemen dat het deze keer niet achter de schermen gebeurt, maar dat openlijk voor één coalitie wordt gepleit.”

De boodschap van de ondernemers lijkt op die van de groep Voor Ons Nederland, opgericht door oud-VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff. Die groep wil „de stille meerderheid een megafoon geven”, en pleit voor een ruk naar het politieke midden om „anti-democratische bewegingen” tegen te gaan. De groep wordt gedragen door (oud-)campagnestrategen van de VVD, maar ook gesteund door (oud-)politici van andere partijen, onder wie Lodewijk Asscher (PvdA) en Marietje Schaake (D66).

Zwevende kiezers

Ondernemer Simon Neefjes zegt dat de groepen een vergelijkbaar doel hebben: na een jaar politieke instabiliteit door het mislukte kabinet-Schoof (PVV, VVD, NSC en BBB) is het tijd dat het midden zich verenigt. De twee groepen hebben ook al contact gehad. „Er is ook een groot verschil. Bij ons is er een handelingsperspectief en niet alleen een idee. We roepen kiezers op een bepaalde coalitie mogelijk te maken. Zo concreet is Voor Ons Nederland niet.”

Neefjes denkt dat er bij deze verkiezingen meer dan ooit kiezers zullen zweven, en dat die groep verleid kan worden tot een gang naar het midden. „Er is een groot potentieel. Veel voormalige PVV-stemmers kunnen denken: dit is een beter idee. Kiezers van de PvdA die zich niet meer thuisvoelen bij GroenLinks-PvdA hebben D66 als alternatief. NSC heeft te maken met een leegloop.”

D66 is bekend met het initiatief. Volgens een woordvoerder is het „aannemelijk dat deze verkiezingen beslist gaan worden in het midden. En hoe groter het midden, des te minder kans voor de extremen, al willen we niet op de combinatie vooruitlopen.” VVD-Kamerlid Eric van der Burg is via Sijthoff op de hoogte van het initiatief, maar zegt dat er verder „geen contacten” zijn. Het CDA is eveneens op de hoogte, maar gelooft volgens een woordvoerder niet in „gezamenlijk optrekken” door de drie middenpartijen. „Daarvoor zijn de onderlinge verschillen te groot.” Ondernemer Willem Sijthoff wil niet reageren, omdat het volgens hem om „een privépartijtje” ging.


Een club van ondernemers gaat campagne voeren voor een kabinet van VVD, CDA en D66 – dus zonder PVV of GroenLinks-PvdA

Een groep ondernemers heeft zich verenigd om VVD, CDA en D66 gezamenlijk de verkiezingen te laten winnen. De zakenlieden, onder wie mediaondernemer Willem Sijthoff, willen na de zomer campagne voor deze drie partijen gaan voeren. Als VVD, CDA en D66 gezamenlijk een meerderheid in de Tweede Kamer halen, hopen ze, is de formatie van een centrumrechts kabinet onvermijdelijk.

Het initiatief ‘Stem voor Stabiliteit’ is vorige vrijdag aangekondigd op een ‘haringparty’ die Sijthoff had georganiseerd in Amsterdam. In zijn groep zitten vooraanstaande ondernemers uit de media-, reclame- en communicatiewereld: naast Sijthoff (Sijthoff Media) bestaat de kern uit David Snellenberg (oprichter en voormalig creatief directeur van reclamebureau Dawn), Ralph Wisbrun (lid van de Raad van Advies van Sijthoff Media en toezichthouder bij Lucas Bols) en Simon Neefjes (oprichter en voormalig ceo van reclamebureau TBWANEBOKO, nu investeerder bij verschillende bedrijven). Daaromheen is er een grotere groep sympathisanten.

Het bedrijfsleven lobbyt nooit luidruchtig, maar bijna altijd in stilte

Het is de bedoeling, zegt Simon Neefjes, dat de groep na de zomer geld gaat inzamelen onder bedrijven en burgers „om de politiek een handje te helpen”. Met dat geld wil de groep campagne voeren voor VVD, CDA én D66, via reclamecampagnes, advertenties, mediaoptredens en een website. Hun oogmerk is dat deze partijen een kabinet kunnen vormen zonder de PVV en GroenLinks-PvdA.

De ondernemers hebben banden met de drie partijen. Willem Sijthoff doneerde vorig jaar tienduizend euro aan D66. Volgens Simon Neefjes hebben de ondernemers hun plan vooraf besproken met de drie partijen, en hebben die daar positief op gereageerd, „al houden ze hun kaarten tegen de borst”. Met de inhoud van de verkiezingsprogramma’s willen de ondernemers zich niet bemoeien, evenmin met de keuze van de lijsttrekker, nu bijvoorbeeld bij de VVD Dilan Yesilgöz zware kritiek krijgt.

Investeringsklimaat

In een manifest dat de zakenlieden hebben opgesteld , staat dat „het investeringsklimaat lijdt onder instabiliteit”. „Weer is een kabinet gevallen. Weer ligt ons land stil. En weer wordt er vooral naar elkaar gewezen. De politiek is drukker met zichzelf en de tegenpartij dan met ons land dat bestuurd moet worden.”

„Nederland en de Nederlandse economie hebben een stabiel centrum- tot centrumrechts kabinet nodig dat er misschien wel acht jaar zit”, zegt Simon Neefjes, die het initiatief desgevraagd bevestigt. „De PVV heeft bewezen niet serieus te kunnen regeren. Als GroenLinks-PvdA groot wordt, moeten ze misschien met de VVD samenwerken. Dat gaat snel weer crashen, denken we. Nederland kan dat niet gebruiken.” Daarom roepen ze kiezers op te stemmen op VVD, CDA en D66. „De waarheid ligt in het midden.”, aldus het manifest. Dit doet evenwel weinig concrete uitspraken over onderwerpen die ondernemers doorgaans belangrijk vinden, zoals minder regels en lagere belastingen.

Nederland, zegt Neefjes, is gebaat bij een stabiel landsbestuur. „Er gebeurt al jaren niets. Kijk naar de gestagneerde woningmarkt, het stikstofdossier, de internationale lijstjes waarop Nederland steeds verder wegzakt. De politieke sfeer is bovendien agressief.”

Volgens de groep willen „veel Nederlanders een koers die net rechts van het midden ligt” en moeten burgers zich „niet laten gijzelen door de extreme partijen rechts en links”, staat in het manifest.

Simon Neefjes noemt GroenLinks-PvdA „niet per se radicaal-links”, maar: „De motie-Piri [over het intrekken van steun voor de Iron Dome-luchtverdediging van Israël] wordt niet gewaardeerd door mensen in het midden. Daarom heeft de politiek een beetje guidance nodig. Als we de bevolking meer naar centrum tot centrumrechts kunnen sturen, kan er weer stabiel geregeerd worden.”

Nederlandstalige muziek

Afgelopen vrijdag lanceerde Willem Sijthoff het ‘burgerinitiatief’ op zijn party, op de bovenste verdieping van creatieve hub Capital C in Amsterdam, die in zijn bezit is. Het publiek, zo’n drie- tot vierhonderd aanwezigen, bestond uit ondernemers, bekende Nederlanders en mensen uit de media, met name van omroep WNL. Er werd onder meer werk van beeldend kunstenaar Arno Coenen geveild, er was Nederlandstalige muziek, en er zou volgens de uitnodiging „spectaculair entertainment” komen.

Aan het begin van de avond vroeg Willem Sijthoff de aandacht. Sijthoff vertelde volgens aanwezigen dat Nederland instabiel was geworden en lanceerde het idee voor zijn groep. In de zaal werd hard geklapt, maar er was ook verwarring en hier en daar was boegeroep te horen. Het leek, vertelt een aanwezige, „alsof ondernemers al voor de verkiezingen aan het formeren waren geslagen”.

In de zaal werd hard geklapt, maar er was ook boegeroep te horen

Bestuurskundige en lobbyexpert Arco Timmermans (Universiteit Leiden) zegt dat „zo’n openlijk pleidooi vanuit het bedrijfsleven voor een centrumrechts kabinet uniek is”. Het kwam volgens de lobby-expert niet eerder voor dat ondernemers zich voor de verkiezingen zo met de uitkomst bezighouden. „Het lijkt een knipoog naar de Verenigde Staten, waar techbedrijven de politieke arena betreden om voor hun belangen op te komen.”

Ook dit initiatief ziet Arco Timmermans als „een poging van het bedrijfsleven om politieke invloed uit te oefenen”. „Dat is van alle tijden. Het bedrijfsleven lobbyt alleen nooit luidruchtig, maar bijna altijd in stilte. Je zou het een goed teken kunnen noemen dat het deze keer niet achter de schermen gebeurt, maar dat openlijk voor één coalitie wordt gepleit.”

De boodschap van de ondernemers lijkt op die van de groep Voor Ons Nederland, opgericht door oud-VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff. Die groep wil „de stille meerderheid een megafoon geven”, en pleit voor een ruk naar het politieke midden om „anti-democratische bewegingen” tegen te gaan. Deze groep wordt gedragen door (oud-)campagnestrategen van de VVD, maar ook gesteund door (oud-)politici van andere partijen, onder wie Lodewijk Asscher (PvdA) en Marietje Schaake (D66).

Zwevende kiezers

Simon Neefjes zegt dat de groepen een vergelijkbaar doel hebben: na een jaar politieke instabiliteit door het mislukte kabinet-Schoof (PVV, VVD, NSC en BBB) is het tijd dat het midden zich verenigt. De twee groepen hebben ook al contact gehad. Maar: „Er is ook een groot verschil. Bij ons is er een handelingsperspectief en niet alleen een idee. We roepen kiezers op een bepaalde coalitie mogelijk te maken. Zo concreet is Voor Ons Nederland niet.”

Neefjes denkt dat er bij deze verkiezingen meer dan ooit kiezers zullen zweven, en dat die groep verleid kan worden tot een gang naar het midden. „Er is een groot potentieel. Veel voormalige PVV-stemmers kunnen denken: dit is een beter idee. Kiezers van de PvdA die zich niet meer thuisvoelen bij GroenLinks-PvdA hebben D66 als alternatief. NSC heeft te maken met een leegloop.”

D66 is bekend met het initiatief. Volgens een woordvoerder is het „aannemelijk dat deze verkiezingen beslist gaan worden in het midden. En hoe groter het midden, des te minder kans voor de extremen, al willen we niet op de combinatie vooruitlopen.” VVD-Kamerlid Eric van der Burg is via Sijthoff op de hoogte van het initiatief, maar zegt dat er verder „geen contacten” zijn. Het CDA is eveneens op de hoogte, maar gelooft volgens een woordvoerder niet in „gezamenlijk optrekken” door de drie middenpartijen. „Daarvoor zijn de onderlinge verschillen te groot.”

Ondernemer Willem Sijthoff wil niet reageren, omdat het volgens hem om „een privépartijtje” ging.


Frans-Brits kernwapenpact is een revolutionaire stap richting Europese nucleaire afschrikking

Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zullen gaan samenwerken bij de inzet van hun nucleaire arsenalen. Daarmee denken beide landen Europa beter te beschermen tegen „extreme dreigingen”. Dat historische besluit hebben de Franse president Emmanuel Macron en de Britse premier Keir Starmer donderdag bekendgemaakt aan het slot van een driedaags bezoek van Macron aan het VK.

De enige twee Europese kernmachten willen daarmee een krachtige reactie geven op de groeiende bedreiging van de veiligheid in Europa, in een tijd waarin bovendien onzekerheid bestaat over de koers van de Verenigde Staten, hun belangrijkste militaire bondgenoot en vanouds de nucleaire beschermheer.

Het is voor het eerst dat Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk de eventuele inzet van kernwapens coördineren. Macron en Starmer ondertekenden donderdagochtend de Northwood Verklaring, waarin het nucleaire samenwerkingsverband is vastgelegd. Het document is vernoemd naar het hoofdkwartier van de Britse strijdkrachten, waar Macron en Starmer elkaar ontmoetten.

Analisten beschouwen het nucleaire samenwerkingsverband als een „aardverschuiving” in met name het Franse nucleaire beleid; de Fransen opereren al decennia volstrekt onafhankelijk, ook van de NAVO, als het gaat om nucleaire afschrikking. „Dit is zo revolutionair dat hierna net zo goed de hel kan bevriezen”, schreef de Finse defensie-analist Minna Ålander van Chatham House donderdag over de nucleaire samenwerking tussen beide landen.

Veiligheid van Europa

„Als enige nucleaire mogendheden in Europa en als leiders binnen de NAVO spelen wij een cruciale rol in het behouden van vrede en veiligheid op dit continent”, zei Starmer. „Vanaf vandaag zullen onze tegenstanders weten dat elke extreme dreiging jegens dit continent zal worden beantwoord door onze twee naties.”

Analisten beschouwen het nucleaire samenwerkingsverband als een ‘aardverschuiving’ in met name het Franse nucleaire beleid

Beide landen blijven wel zelfstandig beslissen over de inzet van kernwapens. „Onze nucleaire machten zijn onafhankelijk, maar ze kunnen samenwerken en significant bijdragen aan de algehele veiligheid van de Alliantie, en aan de vrede en stabiliteit van de Euro-Atlantische regio”, zo staat in de verklaring.

Overigens wordt Rusland niet genoemd in de verklaring, noch de Russische oorlog tegen Oekraïne. Maar duidelijk is dat het VK en Frankrijk de afgelopen jaren nader tot elkaar zijn gekomen, vooral op militair gebied, vanwege de massale Russische invasie in Oekraïne en de ‘schaduwoorlog’ die Moskou voert in heel Europa, met sabotage-acties en andere grootschalige verstoringen.

Amerikaanse atoomparaplu

De Europese landen van de NAVO werden de afgelopen decennia als vanzelfsprekend beschermd door de Amerikaanse ‘atoomparaplu’, als afschrikking tegen Russische dreiging op het Europese continent. Sinds het aantreden van Donald Trump als president is echter twijfel ontstaan of Europa nog wel kan rekenen op de Amerikanen. In lijn met de conventionele defensieplannen van de overige NAVO-landen besluiten Londen en Parijs nu ook op nucleair gebied te streven naar meer Europese zelfstandigheid.

Trump heeft de afgelopen jaren herhaaldelijk gezegd dat Europa verantwoordelijkheid moet nemen voor zijn eigen veiligheid. Ook laat hij doorgaans in het midden of de VS Europa daadwerkelijk te hulp zullen schieten mocht een van de NAVO-partners worden aangevallen. Volgens artikel 5 van de NAVO wordt een gewapende aanval op één of meer lidstaten beschouwd als een aanval op alle 32 lidstaten.

Sinds de grootschalige Russische oorlog tegen Oekraïne zijn in verschillende landen in Midden- en Oost-Europa, waaronder Duitsland en Polen, vragen gerezen over de Europese nucleaire afschrikking die Rusland van verdere agressie af moet houden. President Macron heeft de afgelopen jaren herhaaldelijk gezegd dat het Franse nucleaire arsenaal ook een rol kan spelen om veiligheidszorgen in andere Europese landen weg te nemen.

Ruim vijfhonderd kernkoppen

Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk volgen op dit moment hun eigen beleid op het gebied van kernwapens. Terwijl het Britse kernwapenarsenaal is gericht op de bescherming van het hele NAVO-grondgebied, onder leiding van de Amerikanen, heeft Frankrijk altijd vastgehouden aan een strikt onafhankelijke koers als het gaat om de inzet van kernwapens. De Fransen beschikken over een arsenaal van 290 kernwapens, die kunnen worden gelanceerd vanuit onderzeeërs en bommenwerpers.

Het VK beschikt over 225 kernkoppen. De Britse kernwapens kunnen op dit moment alleen worden gelanceerd vanuit onderzeeërs, die worden geleverd door de Amerikanen. Daardoor kan Londen zijn kernwapens niet volledig onafhankelijk inzetten. De Britse regering maakte onlangs bekend dat het land ook kernwapens wil kunnen lanceren vanuit de lucht. Londen kondigde vorig maand aan twaalf F-35A’s aan te schaffen, Amerikaanse gevechtsvliegtuigen die kernwapens kunnen dragen. De Nederlandse luchtmacht vliegt ook met die toestellen en maakt deel uit van een groep NAVO-landen die kunnen putten uit een poule van Amerikaanse kernbommen, die onder meer liggen opgeslagen op luchtmachtbasis Volkel.

Nieuwe kruisraketten

De Britse en Franse regeringen hebben ook besloten nieuwe, gemoderniseerde kruisraketten te laten bouwen door de Europese wapenfabrikant MBDA. Het gaat om verbeterde versies van de Brits-Franse Storm Shadow/Scalp-kruisraketten, die beide landen de afgelopen jaren hebben geleverd aan Oekraïne. Het is voor het eerst in vijftien jaar dat Frankrijk weer nieuwe kruisraketten aanschaft.

De Oekraïners hebben de afgelopen jaren enkele honderden Storm Shadow/Scalp-raketten ingezet in de oorlog, vooral tegen Russische doelen ver achter de frontlinies in de bezette delen van Oekraïne. Zo werd in september 2023 onder meer het hoofdkwartier van de Russische Zwarte Zeevloot in Sevastopol succesvol aangevallen met deze kruisraketten, die een bereik hebben van zo’n 250 kilometer.

De Franse minister van Defensie Sébastien Lecornu roemde deze week de kwaliteiten van de raket, die volgens hem „zijn effectiviteit heeft bewezen in hoog-intensieve, moderne oorlogvoering, in doorslaggevende situaties”. Zowel de Franse als de Britse voorraden van deze raketten zijn de afgelopen jaren fors geslonken als gevolg van de leveringen aan Oekraïne.


Column | Een Franse legerofficier klapt uit de school

Duitse arbeiders bij autofabrieken die hun baan verliezen, komen meteen in dienst bij wapenfabrieken als Rheinmetall. De KLM stelt piloten beschikbaar voor de Nederlandse luchtmacht, die dringend mensen nodig heeft. In de Franse Dordogne contacteren en recruteren bedrijven in de defensiesector werklozen zodra ze zich bij arbeidsbureaus melden. Volgens Indeed, een banenplatform, is het aantal vacatures in de Europese defensie-industrie sinds 2021 met 41 procent gestegen. Vanwege de schaarste stijgen de lonen ook.

De groei van de Europese defensie-industrie is logisch, nu het steeds onduidelijker wordt of de Verenigde Staten Europa wel te hulp schieten als het wordt aangevallen. Regeringen slaan alarm en verhogen hun defensiebudgetten. Maar ook burgers voelen zich plotseling onveilig. Voorheen waren ze niet zo bang dat de Russische president Poetin, die herhaaldelijk heeft gezegd dat de Baltische staten net als Oekraïne bij het Russische Rijk horen, het in zijn hoofd zou halen om een Europees land aan te vallen: hij zou, dachten ze, meteen de NAVO over zich heen krijgen en zich dus wel tweemaal bedenken. Maar nu Trump weer president is, zijn ze daar niet zo zeker meer van. Dus stijgt hun vrees voor een Russische aanval. Uit een peiling in negen Europese landen blijkt dat 55 procent bang is voor een gewapend conflict in Europa in de komende jaren. Zeventig procent denkt dat Europa er dan alleen voor staat. Interessant genoeg hebben de meeste mensen daarbij meer fiducie in één Europees leger onder gezamenlijk commando (60 procent) dan in verschillende nationale legers die allemaal hun eigen commando hebben (19 procent).

Europese legers komen van ver onder nul

Als de dreiging ineens zo sterk wordt gevoeld en als Europese regeringen en burgers eindelijk begrijpen dat ze actie moeten ondernemen, waarom blijft het dan zo moeilijk om op dit welvarende continent vol goedopgeleide mensen snel een stevige defensie op poten te zetten – niet om aan te vallen maar om zichzelf te verdedigen? Die vraag beantwoordt een Franse legerofficier onder het pseudoniem Robert-Henri Berger (‘berger’ betekent herder) in een essay voor de site Le Grand Continent. Hij steekt de hand flink in eigen boezem. Natuurlijk, schrijft hij, zijn drie decennia vredesdividend (sinds begin jaren negentig), slinkende defensiebegrotingen en bureaucratisering hier debet aan. Europese legers komen van ver onder nul. Ze hebben weinig reserves of operationele ervaring. Maar meer geld is, hoe belangrijk ook, niet het enige antwoord. Ook het verlies van een raison d’être sinds Fukuyama’s ‘eind van de geschiedenis’ speelt Europese legers parten: „Doordat regeringen het gebruik van geweld lang niet meer zagen als legitiem instrument in het publiek belang, zijn legers intellectueel en sociologisch geblokkeerd geraakt.” Omdat ze niet langer nodig waren, continu werden hervormd en gekortwiekt en amper nog contact hadden met de burgerbevolking, zijn Europese legers op een eilandje beland: „Militair denken is een theoretische exercitie geworden, steriel, losgezongen van de realiteit.”

Legers zijn intellectueel en sociologisch geblokkeerd geraakt

Om een militaire afgang en vernedering te voorkomen die op heel Europa afstraalt, schrijft Berger, moet je dus meer doen dan budgetten verhogen en mensen tewerkstellen in de defensie-industrie. Om slagkracht, efficiëntie en drive te krijgen, is een cultuuromslag nodig: „Legers moeten er weer zijn om, in de zin van Clausewitz, politieke resultaten te behalen voor regeringen en samenlevingen.” Die rol zijn ze kwijtgeraakt. Zo had tijdig Europees ingrijpen in Syrië niet alleen de burgeroorlog kunnen smoren en mensenlevens kunnen redden. Het had ook de opmars van Turkije, Rusland en Iran en de Europese migratiecrisis kunnen voorkomen – en daarmee de hysterische, polariserende debatten over migratie en islam in Europa. Zeker, dat ingrijpen was impopulair, dus onmogelijk. Maar als politici de case niet maken, of zelfs maar zien, houdt het bij voorbaat op.

Berger neemt zijn pet af voor het Oekraïense leger: door de schok van de Russische invasie gingen de organigrammen en fte-staatjes het raam uit en werd het flexibel, creatief, innovatief, hi-tech, gedecentraliseerd en gemotiveerd. Zijn conclusie: als de cultuuromslag niet langzaam gaat, tegen geringe kosten, komt het later een keer. Bruut, genadeloos en peperduur.


Oud-campagnestrateeg (VVD) Bas Erlings: ‘Het oerbrein van de kiezer kan geen feiten verwerken’

Hij noemt zich geen spindoctor, maar Bas Erlings is wel de man achter de opgestroopte mouwen en „Pleur op” van Rutte. „De fiets en het appeltje is wel uit zichzelf ontstaan”. Nadat hij de eerste verkiezingen glansrijk van de populisten verloor, dook hij in de gedragspsychologie: geen feiten, maar gevoel. „Je kunt je daar simpelweg niet tegen verzetten.” Hij pleit voor het inspelen op het irrationele onderbewustzijn van de kiezer. „De juiste oneliner is belangrijker dan de materie.” Hij schreef een handboek tegen het populisme van deze tijd en onderzocht hij hoe je het spel van de populist meespeelt zonder er zelf een te worden. Maar het is een dunne grens: „We zijn soms te ver gegaan,” geeft hij toe.

Heeft u vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar [email protected].

Presentatie:
Pieter van der Wielen
Redactie & productie:
Merel van Waalwijk van Doorn
Mixage:
Audiochef
Muziek:
Rufus van Baardwijk
Foto:
Anouk van den Berk


Opinie | Artsen in verzet: ‘medemenselijkheid gesmoord door politiek’

Dino Gacevic ‘Ik zal nooit medische hulp weigeren, aan wie dan ook’

Ik wist het wel, dat mijn ouders vluchteling zijn, maar dat betekende voor mij als kind alleen maar dat ze oorspronkelijk uit een ander land komen. De eerste keer dat ik dit besefte was op een zomermiddag in groep zeven. Het daalde in met het ontzaggelijke gewicht waarmee kinderen voor het eerst de dingen beseffen: onze sterfelijkheid, dat de kosmos oneindig ver achter de hemel reikt. Mijn ouders waren gevlucht voor een oorlog, ik had geboren kunnen worden in een oorlog, met mensen samengeleefd die hadden gevochten in een oorlog. Ik was zo van streek dat ik begon te huilen.

Enigszins verbijsterd zag ik mijzelf aan. Ik stelde mij aan, er was niks gebeurd. De zelfberokkening deed mij echter enkel harder huilen. Ik was diep verward door mijn emotionele uitspatting, in die mate dat ik het vijftien jaar later nog helder voor de geest kan halen.

Mettertijd begreep ik dat het de barmhartige Nederlanders zijn die ervoor hadden gezorgd dat mijn ouders hier konden blijven. De grenswachter kneep een oogje dicht voor mijn moeders gezin, het Friese echtpaar ving hen op en bood hun onderdak, de gemeentelijk medewerker hielp mijn vader met het verkrijgen van zijn verblijfsvergunning. Ik berustte mij in de goedheid van de mensen om mij heen.

Nu zijn we op een punt gekomen dat de politiek diezelfde goedheid ondermijnt. Het is zeer reëel dat ik onder de Asielnoodmaatregelenwet nooit geboren zou zijn. Het nareisverzoek van mijn vader zou, ongehuwd nog met mijn moeder, niet worden ingewilligd. Of mijn moeder zou gewoonweg onder de Wet invoering tweestatusstelsel worden teruggestuurd naar Sarajevo.

Als arts lever ik een relatief grote bijdrage aan de maatschappij, en met mij zaten in de schoolbanken vele andere immigrantenkinderen. Wij steken veel liefde en zorg in onze patiënten. Met evenveel bekommering ontfermen wij ons over de alvleesklierontsteking van Jan als over het gangreen van Meyra. Wat als al onze ouders zouden zijn teruggestuurd?

Dan hebben we niet eens gesproken over het amendement dat illegaliteit strafbaar maakt, en per extensie daarvan het helpen en behandelen van ‘illegalen’. Naast dat dit volkomen onuitvoerbaar is, druist het in tegen de eed die ik heb afgelegd als arts. Daar kan ik kort over zijn: ik zal nooit medische hulp weigeren, aan wie dan ook.

Maar wat mij nog meer angst inboezemt, is dat medemenselijkheid steeds meer wordt gesmoord door de politiek. Het erbarmen wordt bestraft, de klikspaan wordt gelauwerd.

Imma van Galen‘Worden onze patiënten straks bij de deur van de instelling opgewacht?’

Als psychiater behandel ik, in het team Ongedocumenteerden en Psychotrauma, mensen zonder verblijfsvergunning in Amsterdam. We maken ons ernstige zorgen over de impact die de nieuwe asielwet op onze patiënten zal hebben. Verdere marginalisatie van deze doelgroep vergroot de problemen. Het mogelijk stoppen van bed-bad-broodregelingen en verminderde toegang tot medisch noodzakelijke zorg leveren veel stress en angst op. Door zowel ontvangers van hulp als hulpverleners te criminaliseren zakt Nederland door de ondergrens. Nu al horen én zien we de negatieve gevolgen van vreemdelingendetentie op de psychische klachten van deze groep. Dit zal alleen maar toenemen als de voorgenomen nieuwe asielwet daadwerkelijk wordt uitgevoerd.

We zijn verbijsterd dat de medische noodzakelijke zorg, die we als team bieden, strafbaar dreigt te worden. Worden onze patiënten straks bij de deur van de instelling opgewacht en opgepakt? En wij vervolgens ook? Wie is hier uiteindelijk bij gebaat?

Fenna de Ronde‘Wetgeving of niet, de eed heb ik afgelegd’

Niemand kan hier toch voor zijn? Dat dacht ik, vlak voor de stemming over de nieuwe asielwet. Blijkbaar ben ik naïef.

Ik houd me niet veel bezig met politiek. Waar ik me wel dagelijks mee bezighoud, is de mens. Ieder mens. Als huisarts en straatarts in de Haagse Schilderswijk zie ik de hele wereld op mijn spreekuur. Toegankelijkheid van zorg is iets waar mijn collega’s en ik ons al jaren hard voor maken. Iedereen heeft recht op zorg, ongeacht wie je bent, waar je vandaan komt en of je wel de juiste papieren hebt. Nu denk ik: gelukkig is er nog de Eerste Kamer. Het zal daar nooit doorheen komen. Maar blijkbaar weet ik het niet. Wetgeving of niet, de eed heb ik afgelegd, de zorg zal ik geven.

Michelle van Tongerloo‘Het leven van mijn ongedocumenteerde patiënten was al inhumaan’

Dinsdag liep ik de Pauluskerk uit, waar ik één dag in de week werk als straatarts met dak- en thuisloze mensen, veelal ongedocumenteerd. Damn, dacht ik, wat heb ik vandaag toch veel criminele dingen gedaan in het huis van God.

Ik verbond voeten. Analyseerde talloze pijnklachten. Kalmeerde verhoogde bloeddrukken. Gaf ongedocumenteerde kinderen een snoepje en hun moeders wat vertrouwen.

Er zijn vele gedachten en gevoelens door mij heen gegaan, toen ik hoorde dat het wetsvoorstel om ongedocumenteerde mensen te helpen strafbaar zou worden.

Ten eerste: hoe symbolisch het is dat dit de Tweede Kamer doorkwam op Keti Koti. Ten tweede: dat de geschiedenis de neiging heeft zich te herhalen. Ten derde: dat ongedocumenteerde mensen niet het begin van het probleem zijn, maar het einde. Als ze voor mijn neus in de spreekkamer zitten dan zie ik hoe zij slachtoffer zijn van een diep ongelijke wereld, waarin wij hebben besloten dat mensen überhaupt ongedocumenteerd kunnen zijn.

Maar de pijnlijkste realisatie kwam pas later, toen ik merkte dat er opeens zoveel aandacht is voor dit onderwerp. Dat is namelijk niet omdat de ongedocumenteerde mensen er met dit wetsvoorstel zoveel op achteruit gaan. Het is omdat wíj hiermee een risico gaan lopen. Wij, Nederlanders. En dan wordt het pas echt spannend.

Maar het leven van mijn ongedocumenteerde patiënten was zonder deze beoogde aanpassing van de wet ook al inhumaan. En daar hadden we al vele jaren, vele protesten over moeten voeren. Dat dat niet is gebeurd: dat is pas crimineel.