Hoe Musk met z’n groeiende ‘legioen’ kinderen de beschaving wil redden

Je kan erover twisten of het privéleven van de rijkste man ter wereld iemand iets aangaat.  Ook als die man, Elon Musk, bovendien een sleutelfiguur is bij de ingrijpende omwentelingen die in de Amerikaanse politiek en samenleving plaatsvinden.

Maar The Wall Street Journal heeft zich daardoor niet laten weerhouden om een groot onderzoeksverhaal (achter betaalmuur) te schrijven over hoe Musk zijn vele kinderen (ten minste veertien) en hun vier moeders in zijn greep houdt. Hij heeft daar een man voor, een ‘consigliere’ aldus de krant, die niet alleen de financiële zaken van de diverse huishoudens regelt, maar ook met zo nodig harde hand oplossingen zoekt voor de vele conflicten met de moeders.

Musk is bezeten van het idee dat door afnemende geboortecijfers onze complete menselijke beschaving bedreigd wordt. Veel kinderen maken is dus de beste remedie. Althans, liever niet in derdewereldlanden, want Musk is dan wel weer erg bezorgd dat de geboortecijfers daar hoger zijn dan in de VS en Europa.

Tijdens de zwangerschap van de rechtse influencer Ashley St. Clair appt verwekker Musk haar dat hij bij nog meer vrouwen kinderen wil maken „om voor de apocalyps op legioensniveau”  te zijn. En hij zet haar onder druk om te bevallen via een keizersnede, want vaginale bevallingen gaan ten koste van de hersenomvang, weet Musk.

Als St. Clair wil afdwingen dat haar kind door Musk als vader officieel erkend wordt, krijgt ze van de consigliere te horen dat ze daarvoor maar beter niet naar de rechter kan stappen.  Want Musk is weliswaar „een genereuze man met een groot hart, maar als een moeder van zijn kind kiest voor de juridische route”, zegt hij onheilspellend, „dan leidt dat altijd tot een slechte uitkomst”.  En hij had haar al gewaarschuwd, door tijdens de barensweeën een herinnerings-appje te sturen dat ze Musks naam vooral niet op de geboorteakte moest vermelden.

Kortom, een troost voor alle Amerikanen die zich zorgen maken dat Musk en zijn medewerkers van het zogenaamde Department of Government Efficiency (DOGE) zitten te neuzen in allerlei gevoelige informatie over hen van overheidsdiensten: nu weten ze ook wat meer over hém.

Liveblog
Economieblog


Kinderen in armoede: steeds meer aanvragen voor basisproducten; Giorgia Meloni in Washington


Waar blijven de Europese boetes voor big tech?

De Europese Commissie worstelt met de timing van besluiten over boetes voor Meta en Apple. Het beboeten van machtige Amerikaanse techbedrijven die zich niet aan de Europese wetten houden is een krachtig politiek signaal. Maar president Trump zal het vrijwel zeker opvatten als een oorlogsverklaring.

De Europese Commissie is in maart 2024 vijf onderzoeken gestart naar Apple, Meta en Alphabet, het moederbedrijf van Google. Bij Meta was dat vanwege de verdenking dat het commercieel gebruik maakt van persoonsgegevens van gebruikers van WhatsApp, Instagram en Facebook, zonder een serieus alternatief te bieden aan gebruikers die bijvoorbeeld geen profilering en gepersonaliseerde advertenties willen krijgen. Apple wordt er onder meer van verdacht iPhone-gebruikers weg te houden van concurrenten. De verdenkingen zijn openbaar gemaakt om bedrijven een kans te geven hun werkwijze aan te passen. Dat hebben ze het afgelopen jaar in beperkte mate gedaan, maar volgens het onderzoeksteam van de EC nog onvoldoende.

De boetes zullen naar verwachting niet al te hoog uitvallen, wat escalatie van de handelsoorlog met de VS kan dempen

Inmiddels is het in een zaak tegen Meta en een tegen Apple tijd voor de volgende stap: boetes. Die kunnen oplopen tot tien procent van de wereldwijde omzet van de bedrijven. De omzet van Meta was in 2024 ruim 164 miljard dollar en van Apple 390 miljard dollar. Potentieel gaat het om forse boetes, waarvan vrijwel vaststaat dat ze zullen worden aangevochten via de rechter. Dat gebeurde in het verleden ook en dat waren moeilijke trajecten.

De advocaten van de EC staan daarbij tegenover de bestbetaalde advocaten ter wereld. Het doembeeld voor de EC is de Qualcomm-zaak, waarbij mededingingscommissaris Vestager na jaren procederen flink moest inbinden door vormfouten. Qualcomm is een producent van modems voor mobiele netwerken die ervan werd beschuldigd zijn dominante marktpositie te misbruiken.

Op de boetebesluiten voor Meta en Apple wordt al maanden gewacht. Ze liggen op de plank en zijn tot in de details nagelopen. Toch zijn ze nog steeds niet gepubliceerd, hoewel de EC zichzelf 25 maart als deadline had gegeven. De door de regering-Trump ontketende handelsoorlog maakt de timing uiterst precair. „Het technische werk aan bepaalde dossiers is voltooid”, bevestigde een woordvoerder van de EC woensdag desgevraagd tijdens een persconferentie in Brussel.

Big tech is wel érg groot

De dominante positie van de grote Amerikaanse techbedrijven is problematisch. Ze zijn zó groot dat andere bedrijven geen eerlijke kans krijgen iets op te bouwen. Ook in andere delen van de wereld en in de Verenigde Staten zelf lopen daarom mededingingszaken tegen hen. Die kunnen er toe leiden dat grote techbedrijven moeten worden opgesplitst. Google moet bijvoorbeeld mogelijk de tak afsplitsen die gebruikersdata verhandelt en advertentieruimte veilt. Meta moet misschien WhatsApp of Instagram verkopen. De onderzoeken daarnaar begonnen al onder de vorige regering-Trump. Onder Biden kreeg die aanpak vaart en politieke steun.

Dat ligt nu anders. Sinds de verkiezing van Trump voelen de bazen van grote techbedrijven juist politieke rugdekking in hun verzet tegen buitenlandse regels die hun expansie hinderen. Op 21 februari publiceerde de regering-Trump een memorandum waarin staat dat boetes en belastingen kunnen worden beschouwd als afpersing en het hinderen van Amerikaanse innovatie, waarop zal worden gereageerd met tegenmaatregelen. De Europese wetten voor de digitale wereld, de Digital Markets Act (DMA) en de Digital Services Act (DSA), worden met naam genoemd. Het is een onverhuld dreigement jegens de Europese Unie om niet te handhaven.

Economische orde

Daar wil de Europese Commissie niet voor zwichten. Ze ziet het handhaven van techregels ook als kans om de boodschap af te geven dat in de EU regels worden gehandhaafd. Daarbij geeft het consumenten en bedrijven zekerheid en straalt het uit dat er in de EU een op regels gebaseerde economische orde heerst.

Tijdens een recent bezoek aan Amsterdam benadrukte Henna Virkkunen, de Eurocommissaris voor digitale autonomie, dat de regels in de EU voor iedereen gelden, of een bedrijf nu uit China, Amerika of de EU zelf komt. „Dat moét je ook wel zeggen, anders zijn je regels geen knip voor de neus waard”, zegt Mathias Vermeulen, directeur van AWO in Brussel, een adviesbureau in Brussel voor techzaken.

Zowel de DMA als de DSA én de recentere AI Act zullen gewoon worden geïmplementeerd, zegt een goedgeïnformeerde bron die betrokken is bij de procedures, maar daar alleen op achtergrondbasis vrij over kan praten. „Als je zaken wilt doen in Europa moet je je aan onze waarden houden.”

Bedrijven die dat niet doen en hopen aan handhaving te ontkomen door rugdekking bij Trump te zoeken „misrekenen” zich, zegt hij. Meta heeft meer gebruikers in Europa dan in de VS, vervolgt hij. Die getallen zijn moeilijk te controleren, maar zeker aannemelijk. Europa is een belangrijke markt voor de techbedrijven.

Een van de redenen waarom de bedrijven zich verzetten, is dat de Europese eisen het hart van hun verdienmodel raken. Zo maken ze het moeilijker om data van gebruikers te verzamelen en uit te baten. Ook versterken ze de positie van concurrenten, die bijvoorbeeld een concurrerende app-winkel willen bouwen.

Hoogte van boetes

In Brussel zingt al een tijdje rond dat de hoogte van de boetes zal meevallen. De EC gaat niet meteen voor de maximale tien procent van de wereldwijde omzet. Dat kan worden geïnterpreteerd als een gebaar richting de bedrijven – én als zwichten voor de druk van Trump en zijn techvrienden.

De hoogte van de boetes wordt niet bepaald op basis van het sentiment van een Eurocommissaris, benadrukt dezelfde bron. „We leven niet in een bananenrepubliek. Daar is een hele methodologie voor. Het hangt onder meer af van de duur van de overtreding in de periode dat de wet van kracht was.” De EC is er bovendien op uit dat de techbedrijven hun bedrijfsvoering aanpassen. Daar hebben burgers meer baat bij dan bij het afdwingen van de betaling van miljardenboetes. Hij bevestigt dat de bedragen in it geval niet al te hoog zullen uitvallen en noemt dat „een leuke politieke bijkomstigheid” omdat het verdere escalatie van de handelsoorlog met de VS kan dempen. „Het komt de Europese Commissie wel redelijk goed uit dat de boetes als gevolg van de juridische beperkingen laag uitvallen.”

Inmiddels is de vertraging zover opgelopen dat dit begint op te vallen en in Brussel een veelbesproken onderwerp is geworden. De EC loopt daardoor het risico het tegenovergestelde te bereiken van wat ze wil. Ze komt aarzelend en beïnvloedbaar over, alsof er onderhandelingsruimte is waar die er niet zou mogen zijn. Het ondermijnt de geloofwaardigheid van de Europese Commissie, vindt analist Vermeulen. „Natuurlijk speelt de politieke realiteit mee. Maar juist daarom kan het tijdig afronden van de DMA-zaken een principieel signaal zijn. Door te talmen schiet de Commissie vooral zichzelf in de voet.”

Lees ook

Lees ook: Apple op ramkoers met Europa over strenge techwet, dreigt nieuwe iPhone-functies niet beschikbaar te maken

Apple-topman Tim Cook geeft een productpresentatie in Californië.


Verzet in Israëlische maatschappij tegen de Gaza-oorlog groeit: hausse aan open brieven om gijzelaars vrij te krijgen

Het regent open brieven in Israël. Duizenden soldaten, reservisten en voormalige hoge officieren hebben petities aan premier Benjamin Netanyahu ondertekend waarin ze een einde aan de oorlog in Gaza eisen, door middel van een overeenkomst met Hamas.

Het voornaamste doel van de ontevreden militairen is om de resterende gijzelaars vrij te krijgen. Van de 59 door Hamas ontvoerde mensen die nog in Gaza zijn, wordt aangenomen dat er nog 24 in leven zijn. Ook bekritiseren ze het cynisme van Netanyahu, die de oorlog in hun ogen zou voortzetten om aan de macht te kunnen blijven. Over het lot van de Palestijnen in Gaza – waar inmiddels ruim 51.000 doden zijn gevallen en een forse hongersnood is uitgebroken – reppen ze niet.

De hausse aan open brieven begon vorige week met een petitie van bijna duizend reservisten van de luchtmacht. De nog actieve reservisten onder hen werden prompt ontslagen. Netanyahu noemde hen „een radicale, marginale groep” die Israël in oorlogstijd trachtte te verzwakken. Inmiddels heeft de premier zich ook over de bredere beweging uitgelaten: die zou bestaan uit „een kleine, luidruchtige, anarchistische groep pensionado’s”, gesteund door met buitenlands geld gefinancierde organisaties die erop uit zijn om zijn regering „omver te werpen”.

Solidariteit

De regering-Netanyahu hoopte andere ontevreden militairen af te schrikken met het ontslag van de luchtmachtreservisten. Maar juist dat ontslag heeft de onvrede sterk doen groeien. Eenheid na eenheid van het leger uitte in de afgelopen week haar solidariteit met de ontslagen militairen.

Inmiddels zijn er open brieven gestuurd vanuit de (marine) commando’s, de cyberoperaties, verscheidene infanterie-eenheden, de inlichtingeneenheid, het pantserkorps, de parachutisten, de technologie-eenheid en andere elite-eenheden. Ook oud-chefs van de veiligheidsdienst Mossad en een oud-stafchef steunen de oproep.

De commando’s noemen de regering-Netanyahu „een duidelijk en acuut gevaar voor de veiligheid van Israël en voor de levens van gijzelaars”

De commando’s noemen „de Israëlische regering en haar leider een duidelijk en acuut gevaar voor de veiligheid van Israël en voor de levens van gijzelaars”. Ze benadrukken dat ze wél blijven dienen, maar bekritiseren het ontslag van de luchtmachtreservisten als een poging om „het zwijgen op te leggen aan legitieme civiele kritiek”.

Chef-staf Eyal Zamir heeft gezegd dat hij „niet zal toestaan dat verdeeldheid de gelederen van het leger binnendringt”. Reservisten, aldus Zamir, hebben het recht om hun meningen op democratische wijze te uiten. „Maar de poging om het leger hierin te betrekken en om als een groep te spreken in naam van welke militaire eenheid dan ook is onacceptabel, en we zullen het niet toestaan.”

Lees ook

Wat was de inzet van de betogingen in Gaza: tegen Hamas, tegen de oorlog of allebei?

Palestijnse kinderen demonstreren in Gaza, 25 maart, tegen de oorlog en Hamas en dragen doeken mee met de tekst ‘We willen niet sterven’.

De reservistenbrieven sluiten aan bij een breed gedeeld sentiment in de Israëlische samenleving dat het eenzijdig verbreken van het staakt-het-vuren door Israël, vorige maand, de gijzelaars in gevaar brengt. Bevrijde gijzelaars en familieleden van de resterende gegijzelden hebben inmiddels soortgelijke brieven als de reservisten ondertekend, net als voormalige hoge politieofficieren, zorgmedewerkers, Nobelprijswinnaars, academici, leraren, schrijvers, ondernemers, investeerders en medewerkers in de hightechsector, en medewerkers van de veiligheidsdiensten en van een militaire academie.

Gevolgen voor de oorlogvoering

De kritiek van de reservisten uit verschillende legeronderdelen heeft gevolgen voor de oorlogvoering in Gaza. Het leger heeft als reactie op de ontevredenheid besloten om minder reservisten in te zetten in gebieden waar actief gevochten wordt, schrijft de Israëlische krant Haaretz. Ook zullen minder reservisten een oproep krijgen om zich te melden.

Dit kan gevolgen hebben voor de mankracht die Israël nodig heeft om zijn strijd op verschillende fronten te blijven voeren. Behalve in Gaza valt Israël ook geregeld Palestijnse vluchtelingenkampen op de bezette Westelijke Jordaanoever binnen, heeft het een stukje Syrië veroverd en blijft het aanvallen in Libanon uitvoeren.

Een deel van de reservisten was al ontevreden omdat ze al anderhalf jaar oproepbaar moeten zijn, wat hun dagelijks leven ernstig hindert. Zo zou het voor reservisten met een eigen bedrijf inmiddels ondoenlijk zijn om hun eigenlijke werk met hun inzetbaarheid voor het leger te combineren.


Soft power in de geest van Erasmus: het Nederlandse cultuurhuis op de ambassade in Jakarta

Ontwerper Anastasia Dinda (25) komt uit het hart van Jakarta, maar de rivier had ze nog nooit gezien. Pas toen ze aan de slag ging voor een Nederlands-Indonesisch project om de leefbaarheid van een arme woonwijk te bevorderen, realiseerde ze zich dat het bruine stinkende stroompje, ingeklemd tussen betonnen muren, een rivier was.

In 2015 kregen de bewoners van sloppenwijken aan de Ciliwung-rivier te horen dat ze hun, veelal zelfgebouwde, huizen uit moesten om plaats te maken voor een betonnen oever en een onderhoudsweg. In 2024 werden de Indonesische ontwerpers Dinda en Iqra Firdausy (38) in het kader van het Eindhovense What If Lab-ontwerpproject en het Erasmus Huis, het culturele centrum van de Nederlandse ambassade in Jakarta, gekoppeld aan de Nederlandse ontwerpers Pim van Baarsen en Isabel Driessen. Het collectief had de opdracht oplossingen te zoeken om de leefsituatie te verbeteren van de bewoners die sinds hun uitzetting in een flat wonen.

„We zijn nu in Kampong Krapu. Hier werd vroeger krab verwerkt”, vertelt Firdausy. „Ook deze bewoners kregen te horen dat ze weg moesten. Maar het is ze gelukt te onderhandelen.” Firdausy wijst naar de rij huizen aan de oever. Het resultaat is schrijnend, op het absurde af. „Zie je dat? De huizen zijn letterlijk door midden gehakt. De overheid heeft de woonkamers van de huizen gesloopt. Op de muren van de overgebleven helft hebben mensen een tweede verdieping gebouwd.”

Ma Eng (60) bewatert de weelderig groene planten die aan zijn voorgevel hangen. Een deel van zijn planten heeft hij op de weg neergezet. Dat zijn gevel met balken gestut moet worden, deert hem ogenschijnlijk niet. „Natuurlijk ga ik niet verhuizen. Ik woon hier al vijftig jaar.” Firdausy en Dinda groeten hem vriendelijk. Ze hebben elkaar tijdens de onderzoeksfase van het project leren kennen. „Hierachter is de muur van het oude Batavia Fort,” vertelt Dinda. Omdat de wijken zich in het oude stadshart bevinden, werden de ontwerpers zich ervan bewust hoezeer het koloniale verleden nog altijd doorwerkt in de stadsplanning. „Vroeger mochten arme mensen niet binnen de koloniale stadsmuren wonen en bouwden ze zelf hun kampong net buiten de muur. Er is niet veel veranderd. Ze wonen nog steeds aan de rand en nu zijn ze niet welkom in het toeristische deel van Kota Tua (de oude stad).”

Verrijdbare plantenbakken

We lopen via de afgebrokkelde muur van Fort Batavia langs een geruimde oever. Verderop staat een susun, een van de flatgebouwen waarin een deel van de oeverbewoners nu woont. De ontruiming van hun kampong, Kampung Kunir, ging niet zachtzinnig. Idri (38) – zoals veel Indonesiërs heeft ze één naam – bewaart er nare herinneringen aan. „Op een dag staken mannen voor onze huizen autobanden in de brand.” Een deel van de huizen ging in vlammen op. Bulldozers volgden. Na zeven jaar onderhandeling hebben 30 van de 77 gezinnen een woning in de susun geaccepteerd. Wat met de andere gezinnen is gebeurd, weet ze niet. „Ik denk dat ze elders een leven hebben opgebouwd.” Buurvrouwen Idri, Wa Heni (48) en Bude Limah (43) laten in de overkapte gemeenschapsruimte van de flat de gele verrijdbare plantenbakken zien die uit het leefbaarheidsproject zijn voortgekomen.

De vrolijke bakken, gemaakt van gerecycled plastic, worden elke week benut. Ze kunnen naar gelang de activiteit worden geplaatst als tafel of afscheiding. Een van de bakken is omgetoverd tot koi-visvijver, een hobby van de bewoners. „We gebruiken de bakken het meest voor onze karaoke-avonden”, zegt Wa Heni.

De vrouwen hebben waardering voor de inzet van de ontwerpers, al hadden ze graag meer verbeteringen gezien. „Een mooie blauwe rivier”, verzucht Idri. In een gesprek wordt duidelijk dat de flat het verlangen naar de oude woonsituatie, hun leven in hun eigen golfplaten kampongwoningen met tuintje waar ze hun fruitboompjes teelden, niet heeft kunnen wegnemen. Firdausy en Dinda luisteren aandachtig. Ze voelen mee, maar het stedelijke beleid komt uit een te machtige bestuursmachine om er invloed op te hebben.

„Ons project was bedoeld om de situatie te verlichten”, vertelt Firdausy. Samen met de twee Nederlandse ontwerpers hebben ze in 2024 de Rotterdamse Tarwewijk bezocht. „Ik dacht dat saamhorigheid vooral hoorde bij de Indonesische kampongcultuur, maar ook in Nederlandse wijken is er gezamenlijkheid.” Die ervaringen hebben hem doen groeien als ontwerper. Onderzoek doen naar de context van je ontwerp is van groot belang, stelt hij.

Culturele uitwisseling

Het verhaal van de bewoners werd het afgelopen jaar op een tentoonstelling gepresenteerd in het Erasmus Huis, dat graag een platform is voor ontmoetingen tussen culturen. „Ook het trauma van de ontruiming kreeg een plek”, vertelt Dinda. De susun-buurvrouwen zijn trots dat hun verhaal werd getoond in zo’n mooi, prestigieus instituut. Het Erasmus Huis heeft in Indonesië een goede reputatie opgebouwd. Onder de culturele elite van Jakarta is het al decennia een gerenommeerd cultuurhuis. Het beleid is met de jaren meegegroeid.

Het Erasmus Huis is opricht in 1970, in de nadagen van het kolonialisme. Sinds in 2013 het Institut Néerlandais in Parijs sloot, is het het enige Nederlandse cultuurhuis in het buitenland dat volledig door de staat wordt gefinancierd. Andere Europese landen zoals Duitsland en Frankrijk hebben met respectievelijk het Goethe Institut (151 locaties in 98 landen) en het Institut Francais (98 instituten) een wereldwijd netwerk van permanente instituten voor culturele uitwisseling. Destijds werd voor het Erasmus Huis in Jakarta het behoud van de Nederlandse taal gezien als een van de belangrijkste taken. Daarover bestonden zorgen, in 1973 schreef NRC Handelsblad nog een artikel met de titel: ‘De positie van Nederlands bedreigd: over twintig jaar spreekt Indonesië alleen Indonesisch’.

Waar het vroeger ging om de promotie van de Nederlandse taal en cultuur, gaat het nu vooral om culturele uitwisseling

Niek de Regt
directeur Erasmushuis

„Aandacht voor het koloniale verleden is verweven in onze programmering”, vertelt directeur Niek de Regt. „Maar je moet wel met de tijd meegaan. We willen aansluiten bij ons huidige publiek, en dat zijn jonge Indonesiërs.” Waar het vroeger ging om de promotie van de Nederlandse taal en cultuur, gaat het nu vooral om culturele uitwisseling. „We bieden de kans voor jonge Nederlandse kunstenaars en artiesten om hier op te treden, als het kan samen met Indonesische kunstenaars.” De Regt wil in de geest van het humanistische gedachtegoed van Desiderius Erasmus mensen bij elkaar brengen. „Om vanuit een pacifistische gedachte samen te genieten. En ja, daar mag je ook een kritische noot bij kraken”, vindt hij. „Het was Erasmus die Lof der Zotheid schreef, een werk waarin hij iedereen op de korrel neemt, zichzelf, familie, het bestuur. Hij benadrukte het belang van humor en satire.”

De Regt onderstreept het diplomatieke uitgangspunt. „We houden regelmatig fototentoonstellingen, in Indonesië een populaire manier om maatschappelijke ontwikkelingen te laten zien. We hadden laatst een fototentoonstelling van Kadir van Lohuizen. Dat zijn harde beelden uit Jakarta, kritisch over het klimaatbeleid.”

Ontwerpers Anastasia Dinda (25) en Iqra Firdausy (38) bij de overblijfselen van Fort Batavia in Jakarta.

Foto’s Jefri Tarigan

Het Erasmus Huis volgt het Internationaal Cultuurbeleidsplan 2025-2029, dat is aangenomen door de Tweede Kamer voor het aantreden van het huidige kabinet. „Naast een waarde in zichzelf is cultuur een belangrijk instrument van soft power, zeker waar het bijdraagt aan het vergroten en versterken van democratisch burgerschap en weerbaarheid”, aldus het beleidsplan.

De huidige regering wil dat er vanaf 2029 geen geld meer gaat naar internationale, culturele samenwerking. Minister voor Ontwikkelingshulp Reinette Klever (PVV) schrijft in een brief aan de Tweede Kamer: „Geen steun meer aan initiatieven om met sport, kunst en cultuur ontwikkeling en samenwerking te bevorderen.” Onduidelijk is nog wat dit voor het Erasmus Huis zal betekenen.

Vrijplaats voor meningsuiting

Het Erasmus Huis is sinds 1981 een modern wit theatergebouw, gebouwd op het ambassadeterrein. Zoals diplomaten onschendbaarheid genieten, is het terrein binnen de ambassademuren een vrijplaats voor vrije meningsuiting en expressie. Zo heeft het Erasmus Huis al jaren warme banden met de Indonesische lhbti-gemeenschap, die onder druk staat. Seks buiten het huwelijk is verboden en het homohuwelijk wordt niet toegestaan. Recent hielden Carahanna Marianne Schlovenn (30) en haar organisatie Sanggar Swara in het gebouw een transgender schoonheidswedstrijd. „Voor ons een mooie gelegenheid onze identiteit aan de wereld te laten zien”, zegt Schlovenn. „In de samenwerking voelen we ons heel prettig. En het veiligheidsprotocol van de avond, met zo’n professionele screening aan de deur, was fantastisch.” Voor Schlovenn is veiligheid niet zomaar een gegeven. „Trans wordt hier gezien als een perverse afwijking, zoals pedofilie. Elke dag moeten we het hoofd bieden aan discriminatie. Als we over straat lopen, gebeurt het dat mensen stenen naar ons gooien. De steun van het Erasmus Huis is voor ons heel belangrijk, zeker in de tijd van Trump waar wereldwijd de haat tegen ons toeneemt.”

Het Erasmus Huis biedt ook een platform voor politieke discussies, waar blijkt hoe het soms schipperen is tussen lokale en internationale politiek . Zo was er in februari een conferentie over misinformatie, een samenwerking van de ambassades van Estland, Polen, het Verenigd Koninkrijk en Nederland. De Estse en Poolse ambassades hadden sprekers uitgenodigd die vertelden over het gevaar van Russische inmenging via misinformatie. De Poolse spreker sprak geëmotioneerd over de strijd tegen misinformatie die hem tot wanhoop dreef. De sleutel ligt bij wetgeving en onderwijs, reageerden de Europese aanwezigen.

Foto Jefri Tarigan

Keynote speaker was Noudhy Valdryno, de Indonesische onderminister van Informatie. Valdryno pleitte voor een strategie om het overheidsnarratief te versterken. Hij benadrukte het belang om de Indonesische bevolking ervan te doordringen hoe succesvol het beleid van president Prabowo wel niet is en riep op om via wetgeving het juiste narratief te belichten. Niet geheel verrassend, want de politicus was campagneleider van de huidige president. En die campagne was berucht om de inzet van cybertroepen die Prabowo’s zwarte verleden witwasten. In het kader van de strijd tegen misinformatie was zijn presentatie enigszins hallucinant. Maar niemand leek van zijn verhaal op te kijken of stelde hem vragen.

Tijdens het podiumgesprek, nadat Valdryno de zaal had verlaten, vertelden de Indonesische sprekers – een mensenrechtenactivist en een journalist – hoe moeilijk zij het hebben tussen alle stromen misinformatie gehoord en gezien te worden. Nog steeds zei niemand hardop dat de Indonesische situatie te lijden heeft onder misinformatie vanuit de overheid. Totdat tijdens het publieke debat een Indonesische man opstond. „Hoe kun je misinformatie bestrijden als de overheid zelf cybertroepen inzet die misinformatie verspreiden?”, wilde hij weten.

Debat

De man die het hekele punt aankaartte, bleek universitair docent politicologie Wijayanto. Wijayanto kreeg bijval van de journalist en activist op het podium, maar de Indonesische en de Europese deelnemers bleven – zo leek het in ieder geval – langs elkaar praten. Wijayanto verklaarde na afloop dat hij het juist een goed idee vond iemand als Valdryno bij een debat over misinformatie uit te nodigen. „Wel jammer dat hij niet is gebleven om met de aanwezigen in debat te gaan.”

Dat de keynote speaker Prabowo’s campagneleider was, was nieuws voor de Britse diplomaat en organisator Matthew Perrement. „Het was in dit geval leerzaam om het perspectief op misinformatie van de Indonesische overheid te horen”, reageerde hij fijntjes. „In het kader van de diplomatie nodigen we in principe altijd een vertegenwoordiger van de overheid uit. Als de keuze van de gasten andere aanwezigen een gevoel van onveiligheid geeft, dan is dat natuurlijk wel iets waar we een volgende keer extra over zullen nadenken.”

Een medewerker van de Nederlandse ambassade die liever niet met zijn naam in de krant komt, verklaarde eveneens dat het gangbaar is bij officiële conferenties een Indonesische overheidsvertegenwoordiger uit te nodigen. Meestal geen probleem, legde hij uit. „Want na het officiële gedeelte kunnen de deelnemers altijd in zijkamertjes vertrouwelijk met elkaar praten.”

Heeft De Regt wel eens een telefoontje gekregen van de ambassadeur of van een Indonesische ambtenaar die niet blij was met een activiteit? „Niet in de tijd dat ik directeur was. En daarvóór bij mijn weten ook niet.” En als het huidige Nederlandse kabinet het beleidsplan wil bijsturen? „Dan gaan we in gesprek. We zijn natuurlijk wel een uitvoeringsorganisatie. Maar goed, soms moet je ook een beetje lef hebben. Als je alles aan de voorkant gaat censureren, als je zo gaat denken, ja, dan kan alles wel een bedreiging zijn.”


Italië gaat in ‘Europees belang’, maar mét eigen agenda, naar Trump

Vergeleken met EU-baas Ursula von der Leyen, die Donald Trump sinds zijn aantreden nog niet één keer de hand heeft mogen schudden, is de Italiaanse premier Giorgia Meloni kind aan huis in Washington. In januari was Meloni als enige Europese leider al aanwezig bij Trumps inauguratie. Donderdag gaat ze weer bij de president langs, middenin een zenuwslopende, door Trump ontkende handelsoorlog die ook de EU flink parten speelt.

In Brussel stuit de schijnbaar innige band tussen Trump en Meloni op de nodige argwaan. Handel is bij uitstek een zaak van de Europese Commissie, die vergaande bevoegdheden heeft om hierover afspraken te maken met de rest van de wereld. „Als we bilaterale gesprekken gaan voeren, dreigt de Europese eenheid uiteen te vallen”, zei de Franse minister van Industrie Marc Ferracci, in reactie op het nieuws dat Meloni naar het Witte Huis gaat.

Dat Meloni zelf meteen daarna JD Vance ontvangt – de zeer EU-kritische vicepresident is vrijdag in Rome – voedt de argwaan verder dat ze in de eerste plaats vooral bezig is met de Italiaanse belangen in de handelsoorlog. „Ik kies voor Italië, zoals altijd”, benadrukte Meloni eind maart in een interview met de Financial Times. Ze noemt daarin de band met de VS „de belangrijkste relatie” voor Europa én voor Italië, dat als derde economie in de eurozone, na Duitsland en Ierland, het meeste naar de VS exporteert.

Eerlijk akkoord

Terwijl Meloni direct met Trump aan tafel plaats kan nemen, moet de Europese Commissie het doen met Howard Lutnick, de Amerikaanse minister van Handel. Maandag had Lutnick een ontmoeting met Eurocommissaris Maros Sefcovic (Handel en Economische veiligheid). Over zijn derde handelsmissie in Washington sinds het aantreden van Trump, was Sefcovic kort: „De EU is klaar voor een eerlijk akkoord.” Al is voor een akkoord een „aanzienlijke gezamenlijke inspanning” van de EU en de VS nodig.

Een verrassing voor Brussel kan het bezoek van Meloni niet zijn geweest, zegt Nicola Procaccini, Europarlementariër voor Fratelli d’Italia en politieke jeugdvriend van de Italiaanse premier. „Meloni profiteert van een gedeelde politieke visie, beiden zijn conservatieve leiders.” Het is daarnaast bekend dat Meloni een goede relatie onderhoudt met techmiljardair Elon Musk.

De Italianen vinden dat ‘de geest’ van hun handelsmissie niet wordt begrepen. „Er zijn geen A- en B-landen in Europa”, wierp Tommaso Foti, de Italiaanse minister van Europese zaken, tegen. In andere woorden: wanneer de Franse president Macron naar Washington gaat, is hij een groot Europeaan, maar wanneer Meloni gaat, wordt ze ervan beschuldigd een spelbreker te zijn.

Vergeldingsdrang

Natuurlijk, zegt Procaccini, zal het er Meloni veel aan gelegen zijn om Trump gunstig te stemmen richting Italië zelf. Ze zal aanbieden om meer gas uit de VS te kopen en om de militaire uitgaven te vergroten. Als iemand Trumps vergeldingsdrang op afstand weet te houden, lijkt Meloni de beste Europese kaarten in handen te hebben.

Maar naast het nationale belang, zal Italië donderdag ook goed letten op de bredere verhoudingen. Volgens de Italiaanse regering is de inzet van het bezoek helder: het creëren van een vrijhandelszone tussen de VS en Europa. Zero for zero, nul heffingen aan weerszijden van de oceaan. In lijn met de inzet van Eurocommissaris Sefcovic. Rome vindt wel dat de EU de VS niet te snel de rug moet toekeren. Terwijl de Europese Commissie de blik lijkt te willen verruimen, en ook nauwere banden met China niet uitsluit, vindt Meloni dat Europa de trans-Atlantische relatie op nummer één moet blijven zetten.

Lees ook

De balanceeract van Giorgia Meloni: brengt zij de VS en de EU bij elkaar of zal ze de EU ondermijnen?

In maart op een Europese top in Brussel, waar regeringsleiders spraken over versterking van de EU-defensie en hulp aan Oekraïne.

„Zie Meloni als bruggenbouwer, waarbij ze het Europese belang dient en de weg opent voor een overeenkomst met Trump”, zegt Procaccini. „Een overeenkomst die Von der Leyen kan bezegelen.”

Het bezoek is volgens hem goed in te passen in de ‘de-escalatie’-strategie van de EU. Brussel besloot onmiddellijk na de aangekondigde heffingenpauze van Trump, de tegenheffingen ook negentig dagen te bevriezen. Ook al waren de EU-heffingen ontworpen als reactie op de Amerikaanse staal- en aluminiumheffingen van 25 procent, die de VS al in februari hadden aangezegd en die, net als de 25 procent-heffingen op auto’s, in stand worden gehouden. Commissievoorzitter Von der Leyen, stelde onderhandelingen „een kans te willen geven”.


China schenkt Ghana een ultramoderne haven, maar de lokale vissers voelen zich verjaagd

Eric Oseng Addo leunt tegen zijn langwerpige, beschilderde vissersboot op het strand van de Ghanese hoofdstad Accra. Het is 7 uur ’s ochtends en visverkoop-spits. Oseng Addo komt net terug van een week op zee en verkoopt zijn vangst net als tientallen andere vissers ’s ochtends vroeg aan marktlui en restauranteigenaren. „We zijn verdreven naar dit kleine gedeelte van het strand”, vertelt de 55-jarige visser, kauwend op taakotsa een ‘kauwspons’, een natuurlijke tandenborstel.

Hij doelt op de bouw van een nieuwe haven. Een gift van de Chinese overheid ter waarde van 50 miljoen dollar (bijna 44 miljoen euro). Een paar honderd meter verderop blinken de smetteloze witte gebouwen. „Het strand werd leeggeveegd, alle huizen vernield. Zonder compensatie,” zegt Oseng Addo, een gestreept petje met de Amerikaanse vlag beschermt zijn gezicht tegen de zon die het strand snel opwarmt. „Ik verblijf met mijn vrouw en zes kinderen bij een vriend.” Hij wil graag een huis bouwen, maar ja, geld.

Eric Addo op het strand van de Ghanese hoofdstad Accra.
Foto Francis Kokoroko

In wat nog rest van de oude haven wordt druk gebeld en onderhandeld. Het strand is bezaaid met afval dat aanspoelt vanuit de zee. Met blokken ijs onder in de boot blijft de vis vers. Vrouwen staan in de branding te wachten om een emmer te bemachtigen, nog voordat de bootjes goed en wel zijn aangemeerd.

De ultramoderne nieuwe haven daarentegen beslaat zestigduizend vierkante meter en bestaat uit een vismarkt, winkels, ijsmachines, een koelhuis en zelfs een kinderdagverblijf, politie en brandweer. Hoewel voormalig president Nana Akufo-Addo het project afgelopen september met een uitgebreide ceremonie opende, is het er – mede door een fout bij de aanleg – nog bijna volledig uitgestorven. Ook heerst er onduidelijkheid over wie er in de nieuwe haven mag vissen.

Chinese schepen halen zoveel vis binnen dat er bijna niets meer overblijft. Die kleine bootjes maken geen schijn van kans

Nathaniel Ocquaye
onderzoeker London School of Economics and Political Science

De Chinese ambassadeur Tong Defa zei bij de opening dat de gift de inzet van China toont om de bilaterale banden met Ghana te versterken voor sociaal-economische ontwikkeling. „Ik hoop dat dit project het leven van de mensen van Jamestown en Accra zal verbeteren en de sociaal-economische ontwikkeling zal waarborgen.” Maar vooralsnog voelen de vissers zich verjaagd.

Parlementslid Alfred Kotey Ashie van regeringspartij National Democratic Congress (NDC) beweert dat de overheid lokale vissers benadeelt ten behoeve van Chinese schepen in Ghanese wateren. Maar volgens oud-president Akufo-Addo zou de nieuwe haven juist banen creëren, de economie versterken en illegale visserij, waarover veel vissers ook deze ochtend klagen, tegengaan.

Het strand bij de oude vissershaven is bezaaid met afval dat aanspoelt vanuit de zee.
Foto Francis Kokoroko

De haven ligt in de wijk Jamestown, het oudste gedeelte van de Ghanese hoofdstad. Generaties lang leven families hier van de visserij. Jamestown was al een belangrijke doorvoerhaven toen Ghana nog de naam Gold Coast droeg tijdens de koloniale overheersingen. Nog steeds is de Golf van Guinee, waar Ghana aan ligt, een belangrijke handelsroute.

Lees ook

China heeft Afrika net zo goed nodig als andersom

De Chinese president Xi Jinping begroet donderdag William Ruto, president van Kenia, bij de opening van de China-Afrika-top in Beijing.

Ghana loopt naar schatting elk jaar tussen de 14,4 en 23,7 miljoen dollar mis als gevolg van illegale visserij, berekende de Environmental Justice Foundation. Voor de groep landen aan de Golf van Guinee waaronder Liberia en Gabon, is dit 2,3 miljard euro. En de grootste boosdoener is China. Zo’n 90 procent van de Ghanese vloot is eigendom van Chinese bedrijven die lokale frontbedrijven gebruiken om zich als Ghanees te registreren en de wet te omzeilen.

Nathaniel Ocquaye, expert in Chinees-Ghanese betrekkingen, vertelt dat Chinese schepen met enorme netten diep de zee opgaan. „Ze halen zoveel vis binnen dat er bijna niets meer overblijft”, aldus de onderzoeker aan de London School of Economics and Political Science. „Die kleine bootjes maken geen schijn van kans.”

Lokale vissers in de nieuwe haven, die nog bijna volledig uitgestorven is.

Foto’s Francis Kokoroko

Chinese uitbreiding in Afrika

China is naar schatting actief in 35 Afrikaanse landen, waar het een grote rol speelt in het opzetten van infrastructuur. Naast ruim zestig havenprojecten – voornamelijk in West-Afrika – zijn dat bijvoorbeeld spoor- en snelwegen en elektriciteitscentrales. Het is aannemelijk dat China vanwege de Europese en Amerikaanse bezuinigingen op ontwikkelingshulp zijn aanwezigheid in Afrika verder zal uitbreiden, meent Ocquaye.

„De Chinese regering heeft daarover nog geen officiële aankondiging gedaan, maar het land vergrootte ook zijn betrokkenheid in Cambodja nadat de VS in 2018 hun hulp hadden teruggeschroefd vanwege zorgen over de democratie. Het is waarschijnlijk dat dit patroon zich in Afrika zal herhalen”, aldus de analist.

Lees ook

Amerika zet zijn reputatie als betrouwbare partner op het spel, wat gaat China met die ruimte doen?

Een door China gebouwd financieel district in Colombo, Sri Lanka.

China’s infrastructuurfinanciering wordt in het Westen vaak bekritiseerd wegens oneerlijke aanbestedingsprocessen, gebrek aan transparantie en de keuze voor snelheid boven kwaliteit. Maar over het algemeen staan inwoners van het continent positiever tegenover samenwerking met China dan met hun voormalige kolonisators, blijkt uit een rapport van onderzoeksbureau de Afrobarometer.

Toen de EU in 2021 aankondigde tot 2027 zo’n 340 miljard dollar te investeren in „groene en digitale infrastructuur”, als concurrentie met de Chinese investeringen in hun ‘Belt & Road Initiative’, kwam dat op veel kritiek te staan van Afrikaanse experts. De EU luistert niet, klaagden analisten in een interview met Euractiv. Er was immers voorafgaand aan dit plan geen enkel overleg geweest met Afrikaanse partners.

Hoewel China minder eisen stelt aan samenwerking dan Europa, komt hulp nooit zonder voorwaarden, legt Ocquaye uit. Ten eerste zoekt China diplomatieke bondgenoten. Daarnaast is het waarschijnlijk geen toeval dat China juist hier investeert, een land aan de Golf van Guinee. Het Aziatische land vergrootte eerder zijn militaire aanwezigheid met gezamenlijke oefeningen en financiële steun aan landen in de Golf. „Het is mogelijk dat China de haven ook voor militaire doeleinden gaat gebruiken, maar daar zijn nu nog geen aanwijzingen voor”, zegt Ocquaye. Pas als de haven open is kunnen we volgens hem zien hoeveel Ghana ervan profiteert.

Een visser prepareert een net.

<figure aria-labelledby="figcaption-0" class="figure" data-captionposition="icon" data-description="Vers gevangen vis wordt verkocht in de oude vissershaven in de wijk Jamestown.

Foto Francis Kokoroko

” data-figure-id=”0″ data-variant=”grid”><img alt data-description="Vers gevangen vis wordt verkocht in de oude vissershaven in de wijk Jamestown.

Foto Francis Kokoroko

” data-open-in-lightbox=”true” data-src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/04/china-schenkt-ghana-een-ultramoderne-haven-maar-de-lokale-vissers-voelen-zich-verjaagd-5.jpg” data-src-medium=”https://s3.eu-west-1.amazonaws.com/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/04/11135103/data130671722-00c36e.jpg” decoding=”async” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/04/china-schenkt-ghana-een-ultramoderne-haven-maar-de-lokale-vissers-voelen-zich-verjaagd-29.jpg” srcset=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/04/china-schenkt-ghana-een-ultramoderne-haven-maar-de-lokale-vissers-voelen-zich-verjaagd-27.jpg 160w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/04/china-schenkt-ghana-een-ultramoderne-haven-maar-de-lokale-vissers-voelen-zich-verjaagd-28.jpg 320w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/04/china-schenkt-ghana-een-ultramoderne-haven-maar-de-lokale-vissers-voelen-zich-verjaagd-29.jpg 640w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/04/china-schenkt-ghana-een-ultramoderne-haven-maar-de-lokale-vissers-voelen-zich-verjaagd-30.jpg 1280w, https://images.nrc.nl/SbWxn9z0ln3Pn5haMvakX77wDjw=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/04/11135103/data130671722-00c36e.jpg 1920w”>

Vers gevangen vis wordt verkocht in de oude vissershaven in de wijk Jamestown.

Foto’s Francis Kokoroko

Buitengesloten

Al benadrukte de toenmalige president Akufo-Addo dat de lokale gemeenschap inspraak zou hebben in het havenproject, de chief van de vissersgemeenschap voelt zich buitengesloten. Op een paar minuten rijden van het nieuwe haventerrein met geairconditionde ruimtes, zit Nii Armah Wulu II (60) in een klein kamertje met wat plastic stoelen en een ventilator. „Formeel hebben wij ook een kantoor op het haventerrein, maar ze hebben ons hier weggestopt”, vertelt hij met veel handgebaren. „Ze zien ons als mensen zonder opleiding, ofzo.”

Lees ook

Wat levert al die Chinese aandacht Afrikaanse landen eigenlijk op?

De  Ethiopische premier Abiy Ahmed en de Chinese minister van Buitenlandse Zaken Qin Gang op dinsdag in Addis Abeba.

In theorie is de chief blij met de Chinese investering. „De geglobaliseerde wereld is één geheel. De nieuwe haven zal hygiënischer worden.” Hij spreekt tegen dat zijn gemeenschap zonder compensatie is verdreven. „Iedereen die er legaal viste, is gecompenseerd.” Maar hij is teleurgesteld in de kwaliteit van de haven. „Aan slechts één zijde staat een windbreuk, bij harde wind knallen de boten tegen elkaar aan en gaan ze kapot”, legt hij uit. „Daarom is de haven nog niet geheel open.”

Nii Armah Wulu II: „Formeel hebben wij ook een kantoor op het haventerrein, maar ze hebben ons hier weggestopt.”
Foto Francis Kokoroko

Maar Nathaniel Ocquaye ziet het ook gebeuren dat de nieuwe haven helemaal niet opengaat. Sinds de nieuwe president, John Dramani Mahama (eerder president van 2012-2017) in januari dit jaar aantrad, is de bouw weinig opgeschoten. „In het verleden zijn soortgelijke situaties voorgekomen”, legt Ocquaye uit. „Een regering start bijvoorbeeld met de aanleg van een nieuwe weg, maar als de opvolgende regering aantreedt, blijft de weg onvoltooid achter.”

Vertrouwelijkheidsclausules

Het ministerie van Transport gaat niet in op een interviewverzoek, maar reageert schriftelijk dat gesprekken over het managementmodel op dit moment worden afgerond. „Hopelijk gaat de haven binnenkort open”, schrijft de verantwoordelijke ambtenaar. „Volgens de overeenkomst biedt de aannemer 24 maanden [financiële] steun voor operationele en onderhoudssteun door de aannemer na voltooiing.” Verdiepende vragen over de overeenkomst met de Chinese regering blijven onbeantwoord.

En dat is geen uitzondering. Contracten tussen China en de overheden zijn bijna nooit openbaar. China gebruikt vertrouwelijkheidsclausules die ontvangers verbieden de voorwaarden of zelfs het bestaan van de gift openbaar te maken.

Oprichters van een school voor weeskinderen, aan de andere kant van de muur die het havengebied scheidt, zijn in ieder geval blij met de Chinese investering. Ze vertellen dat bouwvakkers de weg naar de school hebben geasfalteerd, zodat de leraren de kinderen niet meer op hun rug over diepe plassen hoeven te dragen als het hard heeft geregend.

Bij de ingang van de nieuwe haven staat een bord met daarop ‘Chinese hulp voor een gezamenlijke toekomst’. Een aantal vissers is vast op eigen houtje aan de slag gegaan. Hier is het rustig en schoon. Vermoeide arbeiders rusten onder een afdakje uit van hun harde werk. Toch zegt één van hen: „Ik had liever dat er op het bord stond ‘Ghanese hulp voor een gezamenlijke toekomst’.”

Vissersboten in de nieuwe haven.
Foto Francis Kokoroko


Bondgenoten krijgen ‘buikpijn’ van Israël, maar stellen beleid nog niet wezenlijk bij

Kantelt er iets in de reacties op het Israëlische optreden in Gaza? Vooral sinds de goed gedocumenteerde executie van vijftien hulpverleners bij Rafah valt er hier en daar een scherpere toon te bespeuren.

In Nederland bijvoorbeeld, waar minister Caspar Veldkamp (Buitenlandse Zaken, NSC) voor het eerst in lange tijd de Israëlische ambassadeur ontboden heeft. In Frankrijk, waar president Emmanuel Macron aangekondigd heeft dat hij Palestina wil erkennen. En in Israël zelf, waar bijna duizend leden van de luchtmacht een oproep hebben ondertekend om de oorlog te beëindigen.

Maandag komen de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU-lidstaten bij elkaar in Luxemburg. Ze zullen daar onder meer de situatie in het Midden-Oosten bespreken. Ook praten ze met premier Mohamed Mustafa van de Palestijnse Autoriteit.

Lees ook

Israël geeft toe dat uitleg over gedode hulpverleners in Gaza ‘deels onjuist’ was na filmpje van een van de slachtoffers

Palestijnen rouwen om de artsen die onder Israëlisch vuur kwamen te liggen tijdens een reddingsmissie, nadat hun lichamen werden teruggevonden, volgens de Rode Halve Maan, in het Nasser-ziekenhuis in Khan Younis in de zuidelijke Gazastrook op 31 maart 2025. REUTERS/Hatem Khaled/Archieffoto

Europa is sinds het uitbreken van de Gaza-oorlog vooral erg verdeeld: landen als Hongarije, Tsjechië, Oostenrijk, Duitsland en Nederland staan tamelijk onvoorwaardelijk achter Israël. Ierland en Spanje komen juist veelvuldig voor de rechten van de Palestijnen op.

Epische verdeeldheid

Die epische verdeeldheid uit zich onder meer in grote moeite om zich uit te spreken over duidelijke schendingen in het gebied. Gezamenlijke verklaringen van de 27 EU-lidstaten monden daarom vaak uit in vlak proza.

Kijk bijvoorbeeld naar de reactie van de EU nadat Israël vorige maand eenzijdig het staakt-het-vuren verbroken had, zegt directeur Martin Konecny van de Brusselse denktank European Middle East Project. „De lidstaten konden het er niet over eens worden dat ze de actie van Israël ‘veroordelen’ (to condemn). In de uiteindelijke verklaring staat dat ze het eind van het staakt-het-vuren slechts ‘betreuren’ (to deplore). En meteen daarna wordt Hamas opgeroepen om alle gijzelaars vrij te laten. Je kunt Hamas veel verwijten, bijvoorbeeld hoe ze de vrij te laten gijzelaars tentoonstelden, maar hier was Hamas nou juist de partij die zich wél aan de afspraken had gehouden.”

Hoe onwrikbaar zijn die Europese posities in het licht van steeds ernstigere Israëlische mensenrechtenschendingen? Wanneer besluit de internationale gemeenschap dat de Israëlische oorlogsmisdaden in Gaza een grens overschreden hebben?

In Den Haag lijkt er ook bij rechtse coalitiepartijen iets te schuiven. In reactie op het ontbieden van de ambassadeur door minister Veldkamp benadrukten Pieter Omtzigt (NSC) en Dilan Yesilgöz (VVD) het Israëlische ‘recht op zelfverdediging’. Maar ze kwamen ook met voorzichtige nuanceringen. „Er zijn grenzen aan wat je nog als zelfverdediging kan zien”, zei Omtzigt bijvoorbeeld bij de NOS. Yesilgöz zei dat er „zaken” plaatsvinden waar ze „buikpijn” van krijgt. „Ook richting bondgenoten kan je zeggen: hoe kan dit nou?”

Bij de Israëlische luchtaanval op een gebouw in Shejaiya, een buitenwijk van Gaza-Stad, werden woensdag minstens 29 mensen gedood.

Foto’s Omar AL-QATTAA/AFP

Toch is het evenmin ingewikkeld om bewijzen te vinden voor de tegenovergestelde stelling: er verandert nooit wat. Neem de Israëlische ambassadeur die van Veldkamp moest komen opdraven. De minister kwam Modi Ephraim niet eens persoonlijk te woord staan, maar stuurde een hoge ambtenaar. En die gewijzigde opstelling van de coalitiepartijen: is die niet zo subtiel dat ze amper iets uithaalt?

Lees ook

Hulporganisaties ‘diep geschokt’ na gesprek met Schoof over Gaza-oorlog

Palestijnen lopen langs door Israël verwoeste gebouwen in Gaza-stad. Foto Haitham Imad / EPA

De kritische Israëlische militairen hebben op hun beurt te horen gekregen dat ze niet meer hoeven terug te komen. Premier Netanyahu noemde het een „onvergeeflijke” uiting van een „marginale en extremistische groep die opnieuw probeert de Israëlische samenleving van binnenuit te breken”. Overigens zijn de leden van de Israëlische luchtmacht niet kritisch vanwege de behandeling van Palestijnen, maar omdat voorzetting van de oorlog volgens hen „zal leiden tot de dood van gijzelaars, IDF-soldaten en onschuldige burgers, en de uitputting van de reservisten”.

Muisstil

Ondanks enkele kritische geluiden over het Israëlische optreden ziet de Brusselse denktankdirecteur Konecny voorlopig niet al te veel veranderen. Sinds 1 december vorig jaar, toen de nieuwe Europese Commissie aantrad, constateert hij dat Israël juist minder hard aangesproken wordt. „De vorige buitenlandchef, Josep Borrell, was erg kritisch. Zijn opvolger, Kaja Kallas, die zo stevig Rusland tot de orde kan roepen, houdt zich tegenover Israël muisstil.”

Ook op andere terreinen ziet Konecny vooral minder politieke wil om Israël aan te pakken. De lidstaten van het Internationaal Strafhof die weigeren om de Israëlische premier Benjamin Netanyahu te arresteren. Of het intrekken van subsidies aan UNRWA, de VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen die veel elementaire hulp biedt in Gaza.

Konecny: „Kijk ook naar de ‘associatieraad’, een formele vergadering van de EU met Israël. Daar wordt dan gezegd: we hebben Israël stevig aangesproken op het stopzetten van hulp aan Gaza en op de nederzettingen! Ook Israël spreekt mooie woorden, maar schendt vervolgens doodleuk alle afspraken. Toch hoor je diplomaten dan zeggen dat de bijeenkomst een groot succes was.”

Lees ook

‘Zij hebben wapens en stokken, wij hebben camera’s’ – kolonisten terroriseren Palestijns dorp in Masafer Yatta

De heuvels bij Jinba.

Volgens de Tsjechische analist is het echter ook niet zo dat Israël helemaal nergens op wordt aangesproken. In het Europees Parlement is er een motie aangenomen die oproept tot een beoordeling van de mensenrechtenclausule in het associatieverdrag met Israël. Die clausule stelt Europa in staat om ‘passende maatregelen’ te nemen in geval van ernstige mensenrechtenschendingen van de andere partij. Dat zou bijvoorbeeld het opschorten van handelsvoordelen kunnen inhouden.

Konecny: „Het doden van de vijftien hulpverleners is het minst verdedigbare wat er in deze oorlog gebeurd is. De mensenrechtensituatie is nog nooit zo verwerpelijk geweest. Misschien dat Europa een keer wat steviger kan zijn dan ‘foei Israël, het is niet zo aardig wat je doet’.”


‘Ratten zo groot als katten’ in Birmingham nu het vuilnis op straat blijft liggen

Haar kinderen spelen graag buiten in het hofje tussen de huizen, maar dat kan al weken niet meer. Kish War wijst naar een stapel vuilniszakken pal naast de ingang, bij het hek. „Ik zie vaak muizen. En soms liggen er injectienaalden tussen het afval, al helemaal onveilig voor de kinderen.” Sommige zakken zijn opengescheurd. Er liggen pizzadozen, verfblikken en luiers.

Kish War, op slippers, met bril en een zwarte hoofddoek, woont in Small Heath, even buiten het centrum van Birmingham en één van de armste buurten van de stad. Ze weet niet waarom de vuilnismannen staken. Ze ziet alleen de gevolgen. Zij en de buren hebben al een paar keer geklaagd bij de gemeente, maar dat heeft weinig zin. „Vorige week zijn ze langsgekomen om alles op te halen. Maar een dag later gooit iemand er één zak neer en dan begint het van voren af aan.”

In Birmingham, de tweede stad van Engeland, hebben honderden vuilnismannen hun werk nu al langer dan een maand neergelegd. En dit is geen gewoon cao-conflict waarbij werknemers meer salaris eisen. De gemeente wil ze opnieuw inschalen en voor sommige vuilnismannen zou dat neerkomen op een inkomensdaling van ongeveer 8.000 pond (ongeveer 9.650 euro) per jaar. Maandag stemmen de leden van de belangrijkste vakbond over een aanbod van de gemeente. De verwachting is dat ze het bod afwijzen.

Financiële problemen

Vuilnisman Adrian Markley komt nu net rond en heeft geen idee hoe dat zou moeten als hij 8.000 pond minder salaris zou krijgen. Na alle vaste lasten en boodschappen houden hij en zijn vrouw per maand ongeveer 30 pond over. Eén keer met de taxi naar het ziekenhuis voor zijn vrouw – ze is slecht ter been en kan niet werken – en ze zijn door die paar tientjes heen. Minder verdienen zou betekenen dat ze moeten verhuizen, zegt hij. Maar waarheen? „We wonen nu al in een goedkoop deel van de stad. Ik zou het niet weten.”

De vuilophalers staken tegen een plan ze opnieuw in te schalen. Sommigen gaan er daardoor per jaar tot 8.000 pond op achteruit.

Markley werkt al meer dan twintig jaar ‘op de wagen’ en ziet deze staking als noodzakelijk kwaad. Met enkele tientallen werknemers protesteert hij dagelijks tegenover één van de grote afvalverwerkingspunten van de stad. „Ondergewaardeerd en onder vuur”, staat op een spandoek. Natuurlijk gaat hem aan het hart hoe smerig veel straten zijn. „Ons afval thuis wordt óók niet opgehaald. Maar dit is de enige manier om de gemeenteraad te laten luisteren.”

De stad Birmingham heeft grote financiële moeilijkheden en dat is een probleem voor meer gemeentes in Engeland. De afgelopen jaren kregen ze steeds minder geld van de landelijke overheid. Gemiddeld hebben gemeenten nu 11 procent minder te besteden dan in 2010. Volgens de Britse rekenkamer kan ongeveer de helft van de gemeenten volgend jaar zodanig in de problemen komen dat ze failliet gaan.

Dit gebeurt overal waar ze bezuinigen. Ook de handhaving van illegaal dumpen van afval is bijna helemaal wegbezuinigd

Norman Shayler
inwoner Birmingham

Birmingham verklaarde zichzelf in 2023 al praktisch bankroet. De stad kreeg toen een tegenvaller van 760 miljoen pond, nadat uit een rechtszaak was gebleken dat vrouwen bij de gemeente al jaren minder betaald werden dan mannen in dezelfde functie. Om de financiën rond te krijgen ontsloeg de gemeente honderden werknemers. De lokale belastingen stegen vorig jaar met 10 procent en dit jaar met nog eens 7,5 procent. Er is sterk bezuinigd op voorzieningen voor inwoners, zoals maatschappelijk werk, jeugdhulp en onderhoud van wegen. En omdat sommige vuilnismannen ook meer verdienen dan collega’s met vergelijkbaar werk wil de gemeente nu hun salarissen verlagen, uit angst voor nieuwe rechtszaken.

Bij een afvalverwerkingspunt wordt door de stakers dagelijks gedemonstreerd.

Die problemen rond gelijke betaling spelen ook elders, schreef The Times afgelopen week. In zeker 25 andere steden, waaronder Leeds, Brighton en Sheffield, zijn vakbonden rechtszaken begonnen over ongelijke salarissen. „Wil je weten waar de toekomstige stakingen plaatsvinden, kijk dan waar zaken voor gelijke beloningen spelen”, zei een anonieme regeringsbron tegen de krant. Het gelijktrekken van functies en salarissen zal tot verzet leiden bij degenen die erop achteruit gaan.

Privébedrijfjes

In Birmingham maakt de staking de grote sociaal-economische ongelijkheid extra zichtbaar. In een armere wijk als Small Heath staan kliko’s volgepropt en met open kleppen aan de weg, in de hoop dat er toch een vuilniswagen langskomt. Vuilnisbakken naast bankjes in het park lopen over. Rottende voedselresten op de grond zijn zwart uitgeslagen en er stijgt een weeïge lucht uit op. Ongediertebestrijders doen goede zaken en over de rattenpopulatie gaan de wildste verhalen rond. Ze zouden zo groot zijn als katten of kleine aapjes.

Bewoners kunnen hun huisvuil inleveren op mobiele afvalpunten. <p>Foto Andy Rain/EPA</p>
Foto Andy Rain/EPA
Bewoners kunnen hun huisvuil inleveren op mobiele afvalpunten. <p>Foto Andy Rain/EPA</p>
Foto Andy Rain/EPA

In rijkere buurten ligt bijna geen afval op straat. Hier hebben inwoners een auto om hun vuilniszakken zelf naar de stort te brengen. Of ze betalen privébedrijfjes om hun containers te komen legen. De gemeente probeert de tonnen vuilnis weg te werken met uitzendkrachten en mobiele afvalpunten. Ook die zijn makkelijker te bereiken voor inwoners mét een auto.

Op een pleintje in het oosten van de stad staan twee vuilniswagens, eentje voor losse zakken en eentje om containers in leeg te kieperen. In hun auto’s komen bewoners afval brengen. Sommigen hebben hun hele achterbak vol, anderen houden één afvalzak op schoot. Een buurman loopt heen en weer met een kruiwagen vol vuilniszakken, kliko’s rammelen over de stoep.

Na meer dan een maand begint de sympathie voor de staking bij veel bewoners af te nemen.
Foto Andy Rain/EPA

Norman Shayler, in een zwart Lonsdale-vest, komt twee zakken afgeven. Hij ziet de staking als symptoom van een landelijk probleem: „Dit gebeurt overal waar ze bezuinigen. Ook de handhaving van illegaal dumpen van afval is bijna helemaal wegbezuinigd.” Aanvankelijk hadden de meeste inwoners sympathie voor de vuilnismannen, zegt Shayler, maar na ruim een maand zakt dat weg, zegt hij: „Ze zien de rotzooi op straat groeien en denken, kom op, ga maar weer aan het werk.”


Trump geselt de wereld met een zenuwslopende chaos

„De telefoon staat roodgloeiend”, zei Karoline Leavitt, de woordvoerder van het Witte Huis. Wereldleiders „struikelen over hun eigen benen” in hun haast contact te leggen over de invoerheffingen. „Amerika”, zei ze, „heeft andere landen veel minder hard nodig dan andere landen ons nodig hebben, en president Trump weet dat.”

Een grootmacht kan zich heel wat hoogmoed veroorloven, maar ook een grootmacht, leerde de wereld deze week weer, kan zijn hand overspelen. Een dag na Leavitts uitspraken, toen de vlucht uit Amerikaanse staatsobligaties pijn begon te doen en mensen een beetje „misselijk” en een beetje „yippy” werden, moest hij wel gas terugnemen, aldus de president. Ook voor Donald Trump zijn er grenzen aan de macht.

Eén man geselt de wereld met een zenuwslopende chaos. De heffingenoorlog is weliswaar enigszins gekalmeerd, maar geenszins voorbij. De confrontatie met China loopt met de dag verder uit de hand, vrijwel elk land zit nog vast aan een basisheffing van 10 procent én er gelden nog heffingen op onder meer staal, aluminium en auto’s. Over de torenhoge zogenaamde wederkerige heffingen die Trump op ‘Bevrijdingsdag’ bekendmaakte, kan nu negentig dagen onderhandeld worden. De Amerikaanse consument kijkt tegen de hoogste effectieve heffingen aan sinds 1903, aldus onderzoekers van Yale.

Trump is een politieke projectontwikkelaar met wel héél veel bouwputten. In de schaduw van de heffingenchaos lijken de vredesbesprekingen met Rusland en Oekraïne op een dood spoor te zijn geraakt. Het is inmiddels vier weken geleden dat Oekraïne akkoord ging met een staakt-het-vuren, maar de oorlog gaat door. Trumps onderhandelaar Steve Witkoff zou vrijdag een derde ontmoeting hebben met de Russische president Vladimir Poetin.

En alsof China en Rusland nog niet genoeg diplomatieke energie vreten, openen de VS deze zaterdag in Oman ook nog besprekingen met Teheran over het beëindigen van Irans nucleaire programma. Om zijn argumenten kracht bij te zetten heeft Washington alvast opzichtig bommenwerpers en een vliegdekschip verplaatst.

Landen met veel macht kunnen die macht op verschillende manieren inzetten. Ze kunnen hun macht subtiel aanwenden, door andere landen met een mix van dreiging en beloning aan zich te binden. Op die manier kunnen ze op termijn hun invloed vergroten. De Verenigde Staten bonden na de Tweede Wereldoorlog West-Europa en een aantal landen in Azië – Japan, Zuid-Korea, Filippijnen – aan zich en konden zo decennia invloed uitoefenen in regio’s ver van huis.

Drieste manoeuvre

Grootmachten kunnen hun macht ook gebruiken om anderen op rauwe wijze hun wil op te leggen om een voordeel op korte termijn te incasseren. Met die kleine overwinningen kan een grootmacht dan even goede sier maken, maar die aanpak zet wel kwaad bloed en kan landen op den duur zomaar op het idee brengen om te zien naar andere vrienden.

Donald Trump doet nooit iets sotto voce. Hij ziet niets in kalm overleg en een gezamenlijke aanpak. De heffingenstorm was een ondoordachte actie van een leider die nauwelijks onderscheid maakte tussen vriend en vijand. Het was, ook voor Trump, nogal een drieste manoeuvre om in één beweging de hele wereld aan te vallen.

En het was ook nog eens onlogisch. Want, waarom traditionele bondgenoten in Azië belagen met heffingen als ze tegelijkertijd medestanders zouden kunnen zijn in de krachtmeting met China? Terwijl Trump Japan raakte met een invoerheffing, haalde secretaris-generaal Mark Rutte in Tokio de banden tussen Japan en de NAVO aan met het oog op de gezamenlijke uitdaging China. Japan, bleek tijdens dat bezoek, wil zelfs toetreden tot het nieuwe NAVO-hoofdkwartier NSATU in Wiesbaden waar de westerse militaire steun voor Oekraïne wordt geregeld. Het ene doel van Trump – China aanpakken – stond haaks op het andere: het repatriëren van de maakindustrie.

De wereld antwoordde op de Amerikaanse aanval met drie strategieën. Verreweg de meeste landen buigen voor de macht en zijn bereid tot concessies of cadeautjes om de heffingen omlaag te praten. Politici uit Zuidoost-Azië stonden de afgelopen week meteen op de stoep in Washington.

Twee grote handelspartners van de VS, Canada en de EU, zochten niet alleen het gesprek, maar waren ook bereid om terug te slaan. Brussel reageerde op de invoerheffing van 20 procent op alle producten, die op ‘Bevrijdingsdag’ werden aangekondigd, door heffingen voor te bereiden die een antwoord waren op heffingen die Trump al veel eerder had gelanceerd. Nadat Trump aan de noodrem trok, ging ook de EU voorlopig op de rem. De zwaarste wapens in een handelsconflict bleven veilig in het arsenaal, al beloofde Commissievoorzitter Ursula Von der Leyen dat de EU niet zal aarzelen Amerikaanse techbedrijven aan te pakken als de onderhandelingen met Washington falen.

De EU maakte ook duidelijk heel goed in staat te zijn om handel te drijven met de wereld-minus-de-VS. De EU overlegt met landen „die goed zijn voor 87 procent van de wereldhandel en die met ons het geloof in een vrije en open uitwisseling van goederen, diensten en ideeën delen”, aldus een persbericht. De VS zijn goed voor 13 procent van de wereldhandel. Brussel legde deze week contact met Maleisië, Thailand, de Filippijnen, Indonesië en de Emiraten. Europa presenteert zich nu graag als redelijk alternatief voor de VS.

Lees ook

Europa probeert hoofd koel te houden tegen Trump: ‘We moeten als boeddha zijn’

Het hoofdkantoor van de Euronext-beurs in de Parijse financiële wijk La Defense, Frankrijk. De Europese beurzen herstelden zich na de aankondiging van president Trump om een deel van de importheffingen voor negentig dagen uit te stellen. Foto Yoan Valat / EPA EPA

‘Eenzijdige pesterijen’

In deze woelige periode is de EU in elk geval een aantrekkelijke partner voor Europese landen die eerder graag half op afstand bleven. In Noorwegen wordt weer nagedacht over toetreding tot de Unie en Zwitserland schuift dit weekend aan bij een vergadering van Europese ministers van financiën.

China koos een andere aanpak. Beijing ging voluit, oog om oog. Het antwoordde eerst met 34 procent heffingen op de 34 procent van Trump, die daar op zijn beurt met 50 procent overheen ging, waarop ook China weer verhoogde, hetgeen Trump natuurlijk niet op zich kon laten zitten. Donderdag stond de teller voor Chinese producten die de VS binnenkomen op 125 procent, China hief 84 procent op Amerikaanse goederen. Vrijdag ging ook China naar 125 procent.

„Als je wil praten, is de deur open”, verklaarde het Chinese ministerie van Handel, „maar de dialoog moet plaatsvinden op basis van gelijkwaardige uitgangspunten en wederzijds respect. Als je wilt vechten, zal China vechten tot het einde. Druk, dreigementen en chantage zijn niet de manier om met China om te gaan.”

Ook China zocht contact met anderen. China belde met Maleisië, tijdelijk voorzitter van het Aziatisch handelsblok ASEAN, en er waren twee gesprekken op hoog niveau met de Europese Commissie. Een paar telefoontjes tellen niet meteen op tot een nieuwe alliantie tussen Brussel en Beijing. Wel was het een opmerkelijke dooi tussen de twee grote handelsblokken die al jaren met elkaar overhoop liggen. Het was ironisch genoeg mede aan Trump te danken dat Europa vanaf 2016 steeds kritischer is geworden over de Chinese expansie in Europa.

President Xi Jinping kreeg vrijdag bezoek van de Spaanse premier Pedro Sanchez. Een heffingenoorlog kent geen winnaars, zei Xi bij die gelegenheid. Ingaan tegen de wereld, zei hij volgens staatspersbureau Xinhua, leidt alleen maar tot isolement. Hij riep China en de EU op de globalisering en internationale handel te verdedigen en zich gezamenlijk te verzetten tegen „eenzijdige pesterijen”.

Lees ook

Voor China ‘zullen de Amerikaanse heffingen een shock veroorzaken, maar de hemel zal niet naar beneden vallen’

Klanten kopen kerstversiering in op een internationale handelsmarkt in de Chinese stad Yiwu. Foto Go Nakamura/Reuters

Trumps grilligheid van de afgelopen dagen riep weer de vraag op: valt met deze man nog wel te werken? Op zoek naar houvast is er door analisten, ondernemers, politici en diplomaten veel gespeculeerd over wat Trump bezielt. Is hij dronken van de macht? Heeft hij zich omgeven door de verkeerde adviseurs? Zit zijn blinde vertrouwen in eigen kunnen als dealmaker hem in de weg? Of wordt hij uiteindelijk gedreven door rancune, door de heilige overtuiging dat anderen de VS op grote schaal bedrogen hebben en dat hij is uitverkoren om dat onrecht te corrigeren – desnoods met harde hand?

Einde van de status quo

Het analyseren van Trumps diepere drijfveren is een glibberig pad, al zegt hij wel héél vaak dat China, Oekraïne, de EU, alle landen eigenlijk, de VS een poot uitgedraaid hebben. Alleen Rusland noemt hij dan niet.

Trump is in elk geval met bijna beangstigende voortvarendheid bezig de rol van de VS in de wereld te wijzigen en hij is bereid daarin vér te gaan.

Eerst zocht hij over de hoofden van Europese leiders contact met de Russische leider Vladimir Poetin over de oorlog tegen het door Europa gesteunde Oekraïne. Hij liet aankondigen dat Europa in de toekomst voor zijn eigen conventionele verdediging moet opdraaien omdat de VS de handen vrij willen hebben voor de Indo-Pacific, zonder erbij te vertellen hoe snel die omschakeling moet plaatsvinden. Sindsdien is er grote onzekerheid over de Amerikaanse rol in de NAVO. Team Trump beweert weliswaar keer op keer dat de VS in het bondgenootschap actief blijven, maar veel Europese leiders geloven Trump en de zijnen niet meer op hun woord.

De afgelopen tien dagen was het dus de beurt aan de wereldeconomie en vrijwel al haar deelnemers. „Het is een keerpunt met de Verenigde Staten, geen twijfel mogelijk”, zei Commissievoorzitter Von der Leyen in een vraaggesprek met de Financial Times. „We zullen nooit meer teruggaan naar de status quo.”


De balanceeract van Giorgia Meloni: brengt zij de VS en de EU bij elkaar of zal ze de EU ondermijnen?

‘Duce! Duce! Duce!”, galmt het op een rockconcert in Rome, waar jongeren elkaars onderarm vastgrijpen – een fascistische begroeting zoals ten tijde van dictator Benito Mussolini. Alleen is het niet 1924 maar 2024 wanneer een undercoverjournaliste van de Italiaanse onlinekrant Fanpage de beelden maakt. En de aanwezige jeugd behoort niet tot een obscuur neofascistisch clubje, maar tot Gioventù Nazionale, de jeugdafdeling van Fratelli d’Italia, de regeringspartij van premier Giorgia Meloni, met zo’n 30 procent de grootste van het land.

Op bijeenkomsten van de jeugdafdeling klinkt het trots dat zij „fascisten zijn”, afgewisseld met racistische en antisemitische beledigingen en een sporadische Hitlergroet, Sieg Heil. Gioventù Nazionale wordt gul gefinancierd door de partij, die uit deze kweekvijver de volgende generatie politici vist. Namens de regering zal enkel minister Luca Ciriani, verantwoordelijk voor de relaties met het parlement, achteraf reageren: „De undercoverreportage toont gefragmenteerde beelden, in de privésfeer gemaakt en uit hun context gerukt.” Meloni houdt de lippen op elkaar.

„Het was geen momentopname, onze reporter is maandenlang undercover geweest”, zegt Francesco Cancellato, hoofdredacteur van Fanpage, dat dagelijks meer dan twee miljoen bezoekers trekt. Plaats van afspraak is Palazzo Grazioli, het zestiende-eeuwse statige gebouw in hartje Rome met zijn vele plafondfresco’s dat jarenlang het hoofdkwartier was van wijlen premier Silvio Berlusconi – bunga-bunga-feestjes incluis. Nu houdt de buitenlandse pers er kantoor. „Wij wilden onderzoeken hoe poreus een zelfverklaarde ‘conservatieve’ partij is voor extreemrechtse invloeden. En we hoefden het niet ver te zoeken.”

Boegbeeld

Meloni is veel meer dan het boegbeeld van haar partij. Ze bestuurt Fratelli d’Italia als een monarchie en bepaalt wie welke functie bekleedt in de regering en in overheidsinstellingen. Haar positie is uniek: ze staat met één been in Europa en met het andere in de VS. Ze volgt een ‘MIGA’-agenda – Make Italy Great Again – en dat maakt de Amerikaanse president Trump „de eerste bondgenoot van Italië” – haar eigen woorden, in een recent interview met de Financial Times. Tegelijk is zij de leider van de op twee na grootste economie in de EU. Een duidelijke keuze schuift Meloni voor zich uit.

Italië is sterk gepolariseerd. Links tilde zwaar aan de undercoverreportage over de jonge partijmilitanten van Fratelli d’Italia. Maar rechtse, en ook centrumrechtse politici en kiezers zeiden geërgerd dat progressieve media als Fanpage én de buitenlandse media Meloni en haar partij tot in de eeuwigheid ‘fascistisch’ zullen noemen. Dat de premier als tiener toetrad tot de jongerenafdeling van de neofascistische partij MSI, is in Italië bekend. De opvolger van die partij, de rechts-conservatieve Alleanza Nazionale, nam afstand van nostalgie naar het fascisme. Fratelli d’Italia kan worden gezien als de erfgenaam van die laatste partij, niet van de neofascistische MSI.

Volgens Francesco Cancellato, de hoofdredacteur van Fanpage, heeft Fratelli d’Italia een keurig imago – „zolang de camera loopt”. Ook Meloni heeft volgens hem twee gezichten: „Haar waardenpatroon blijft extreemrechts. Maar ze weet donders goed wanneer ze dat het beste kan verbergen, of juist moet uitspelen.” Als premier schreeuwt Meloni niet, zoals vroeger, maar ze laat wel codewoorden vallen die de achterban herkent, zegt Cancellato: „Zoals ‘vaderland’, ‘natie’ en ‘de traditionele familie’. Of ze gaat tekeer tegen illegale migranten. Zo past ze prima tussen leiders als [de Argentijnse president, red.] Javier Milei en Donald Trump.”

In gesprek met premier Schoof op de Europese top in maart.
Foto Jonas Roosens / ANP

Meloni zegt de ‘conservatieve’ waarden van Trumps Republikeinse Partij te delen, maar noem die rustig ‘oerconservatief’. Fratelli d’Italia is tegen euthanasie en vindt dat niet-hetero’s geen gezin mogen stichten. De regeringspartij handelt hier ook naar. Het ouderschap van niet-biologische ouders in lesbische gezinnen werd al betwist, en het bestaande verbod op draagmoederschap werd verruimd. Italiaanse wensouders die zich wenden tot een draagmoeder in het buitenland zijn voortaan ook strafbaar.

Electoraal wordt de partij daar niet op afgerekend, stelt politicoloog Lorenzo Castellani vast, tijdens een lunch in Rome, waar hij aan de LUISS-universiteit geschiedenis van de politieke instellingen doceert. „Biologisch-ethische thema’s en lhbti-rechten hebben geen grote impact op de publieke opinie, ook niet op jongeren.” Op die thema’s is Italië, een natie met bovendien het Vaticaan in de hoofdstad, al jaren de conservatieve uitzondering in West-Europa. Onder Meloni zal Italië niet zo reactionair worden als Hongarije, maar zeker ook geen progressieve inhaalbeweging maken.

Pragmatisme

Buiten Italië is Meloni’s grote ambiguïteit moeilijk te begrijpen. Tijdens de verkiezingscampagne in 2022 werd de kandidaat-premier in veel internationale artikelen onomwonden neergezet als een ‘anti-Europese fasciste’. Volgens Castellani waren de Italianen zelf minder beducht. Wie Italië bestuurt, moet zich pragmatisch opstellen, en dan zijn de extreemste kantjes er snel af. „Dat politici van mening veranderen, nemen Italianen voor lief. In elk van ons schuilt een stukje Machiavelli”, zegt hij met een knipoog.

Toen Meloni in oktober 2022 premier werd, bracht ze dat pragmatisme meteen in de praktijk. Ze reisde prompt naar Brussel voor een onderhoud met Commissievoorzitter Ursula von der Leyen. In de EU zou het centrum naar rechts verschuiven, een meevaller waarvan de Italiaanse profiteerde. Ze speelde een hoofdrol bij Europese migratiedeals met Tunesië en Egypte, en liet Italiaanse opvangcentra voor migranten openen in Albanië, buiten de EU. „Out of the box denken moet kunnen”, zei Von der Leyen complimenteus. „In geen enkele Europese hoofdstad wordt Meloni als een extremiste gezien”, concludeert Castellani.

In elke Italiaan schuilt een stukje Machiavelli

Lorenzo Castellani
politicoloog

Maar hard, identitair rechts is niet verdwenen uit de rangen van Fratelli d’Italia. Neem Fabio Rampelli, een architect uit Rome en oud-leider van de neofascistische jongerenafdeling, die Meloni’s politieke denken heeft gevormd. Tijdens een ontmoeting in Rome houdt hij zijn radicale standpunten allerminst verborgen. „Niet-hetero’s die kinderen willen krijgen, vertonen grillig gedrag.” Rampelli gelooft in het bestaan van een lhbti-lobby en heeft harde standpunten inzake migratie.

„Meloni dankt een groot deel van haar carrière aan hem”, zegt analist Castellani, die niettemin het belang van die oude, rechtse garde relativeert. „Rampelli had nu makkelijk minister kunnen zijn. Maar de écht belangrijke regeringsfuncties geeft ze aan ervaren politici die bij ándere partijen zijn opgegroeid.” Wetend dat haar partij geen bestuurlijke klasse heeft, weert ze de hardliners uit de regering, uit vrees voor al te rechtse uitschuivers. Het illustreert haar politieke behendigheid.

Op ramkoers

Rampelli ontvangt ons in Palazzo Montecitorio, een barok paleis dat dienst doet als de Italiaanse Tweede Kamer – hij werd dan geen minister, maar wel ondervoorzitter van het parlement. Op zijn schrijftafel staat een Romeins soldaatje in Asterix-en-Obelix-stijl, tegen de muur hangt een bijzondere Europese vlag, met in elke ster de vlag van een EU-land. „Zelf bedacht”, zegt hij glunderend. „Zo zien wij Europa: als een unie van aparte natiestaten, elk met hun eigenheid en tradities. Italië is ons huis en Europa is onze wijk.”

Die wijk ligt op ramkoers met Donald Trump, de ‘eerste bondgenoot’ van Meloni’s Italië. Vragen over Trumps afbraak van de Amerikaanse democratie en zijn confrontatie met Europa gaat Rampelli uit de weg. „Over Trumps beleid in eigen land moeten de Amerikanen oordelen. En in Europa waren wij te afhankelijk geworden van de VS. Een technologische en militaire inhaalbeweging dringt zich op.” De vraag of Meloni Europa dan wel Trumps Amerika verkiest, noemt hij „te kwader trouw”. „Ze had ook al een goede verstandhouding met Trumps voorganger Joe Biden. Onze premier ijvert ervoor dat het westerse blok verenigd blijft.”

Premier Meloni in de Italiaanse Kamer van Afgevaardigden.
Foto Roberto Monaldo/ LaPresse / AP

In een eerder deze week gepubliceerd interview met NRC stelt politiek strateeg Nathalie Tocci echter dat de breuk in dat blok al een feit is. Volgens Tocci zocht Meloni als oppositieleider al toenadering tot Biden vanuit het besef dat zij de steun van de VS hard nodig had, als post-fasciste die in Italië aan het roer zou komen. Haar vroege solidariteit met Oekraïne moet volgens Tocci vooral worden gezien als een manier om Biden voor zich te winnen.

Wat Meloni’s houding ten aanzien van Kyiv dan ook motiveert, oppositiesenator en oud-minister Carlo Calenda (van de centrumpartij ‘Actie’) kan deze waarderen. Calenda, een uitgesproken medestander van Oekraïne, vindt dat de premier consequent achter Oekraïne is blijven staan, in weerwil van een deel van de Italiaanse publieke opinie, de oppositie en haar eigen vicepremier Matteo Salvini, een vroegere Poetin-adept. Maar nu moet ze wel een heldere keuze maken, zegt hij: „Ze kan niet achter Kyiv én achter Trump blijven staan. In het beste geval voelt Trump affiniteit met Poetin, in het slechtste laat hij zich door hem dicteren.”

In het interview met de Financial Times eind maart doet Meloni de keuze tussen Europa en Kyiv enerzijds, of Trumps Amerika anderzijds nog af als „kinderachtig” en „oppervlakkig”. Midden april werkt Europa niet alleen in allerijl aan een eigen defensie, maar staat de wereld bovendien aan het begin van een door Trump ontketende handelsoorlog. De VS zijn de belangrijkste handelspartner van Italië buiten de EU. In een week gedomineerd door Trumps inmiddels weer gepauzeerde heffingen en de Europese tegenreactie, herinnerden de Italiaanse voeding- en wijnproducenten en de modesector de regering in Rome aan het enorme belang van de Amerikaanse markt. Voor Meloni’s ‘Make Italy Great Again’-agenda zijn de VS van belang, niet de belaagde Oekraïners.

Tegenmaatregelen

Het dwong haar, voor het eerst, tot publieke kritiek op Trump: „De importheffingen zijn een foute maatregel.” Italië spoorde de EU-partners wel meteen aan tot een gematigde reactie, en stelde voor de eerste tegenmaatregelen, voor 15 april gepland, pas twee weken later te laten ingaan, ná Meloni’s bezoek aan Trump in het Witte Huis. Italië kreeg het gevraagde uitstel niet, maar slaagde er samen met Frankrijk en Ierland wel in om Amerikaanse wijn en whiskey te schrappen van de Europese lijst. De pauze van drie maanden die Trump afkondigde, een periode waarin ook de EU voorlopig geen tegenmaatregelen instelt, verandert niets aan Meloni’s agenda. Donderdag brengt zij zoals gepland een bezoek aan Washington, waar ze met Trump verder over de heffingen onderhandelt.

Voor de Italiaanse premier is de voorbije maanden veel veranderd. Eind januari mocht ze als enige Europese leider aanwezig zijn bij Trumps inauguratie. Door haar toegang tot Trump en diens adviseur Elon Musk leek zij uiterst geschikt als bruggenbouwer tussen Amerika en de EU. Inmiddels is het zeer de vraag of Trump überhaupt een bemiddelaar wil én of hij die ziet in Meloni. Italië is de derde grootste economie in de eurozone en lid van de G7, maar anders dan Frankrijk en het VK geen kernmacht met een zetel in de VN-Veiligheidsraad.

Zo is Meloni’s stoere spreidstand op korte tijd in een delicate balanceeract veranderd. Haar ‘MIGA’-hart maakt haar een natuurlijke partner van Trump. Maar haar verstand houdt haar bij de Italiaanse economie, de EU-instellingen, en de positie van Italië in Europa. Het economische, politieke en militaire lot van Rome is nauw verbonden met de rest van de EU. Houdt Meloni dat voor ogen, dan wint het verstand.