Brussel wil meer geld, vooral voor steun Oekraïne

EU-begroting Het gros van het geld is bedoeld als directe begrotingssteun. Aan de miljarden wil de EU voorwaarden verbinden over het hervormen van de economie en de aanpak van fraude en corruptie.

De komende drie jaar is 50 miljard euro nodig om Oekraïne in oorlog draaiende te houden.
De komende drie jaar is 50 miljard euro nodig om Oekraïne in oorlog draaiende te houden. Foto Anatolii STEPANOV/AFP

Voor een EU die méér wil, moeten lidstaten ook méér bijdragen. Met die boodschap opende de Europese Commissie dinsdag een gevoelige discussie: die over de Europese begroting. Brussel wil vooral fors meer uittrekken om Oekraïne te ondersteunen. De komende drie jaar is 50 miljard euro nodig om het land in oorlog draaiende te houden – nog los van militaire steun en geld voor de wederopbouw.

Het gros van het geld is bedoeld als directe begrotingssteun. Aan de miljarden wil de EU voorwaarden verbinden over het hervormen van de economie en de aanpak van fraude en corruptie. Daarnaast wil de Commissie geld uittrekken om de risico’s van investeerders die huiverig zijn geld in Oekraïne te steken af te dekken.

Het Brusselse verzoek aan lidstaten om Oekraïne verder te steunen zal naar verwachting niet al te veel weerstand oproepen – de solidariteit met het land is nog altijd groot. Dat is anders voor de overige financiële verzoekjes die de Commissie dinsdag ook deed. Voor onder meer migratiedeals, strategische investeringen en extra administratieve kosten wil Brussel bijna 30 miljard extra ophalen bij de lidstaten.

Het verzoek komt nog geen drie jaar nadat de traditioneel explosieve discussie over de EU-begroting juist voor zeven jaar was beslecht. Maar, zo benadrukt de Commissie: inmiddels is de wereld veranderd. En de oorlog in Oekraïne, de toenemende mondiale economische concurrentie en de gestegen inflatie vragen volgens Brussel om meer Europees geld.

‘Doelgericht en begrenst’ verzoek

„We hebben onze begroting meer dan ooit ingezet voor het oplossen van crises”, verklaarde voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen de extra kosten dinsdag. „We hebben alle flexibiliteiten gebruikt en elke mogelijkheid geld opnieuw te verdelen. (…) Maar we konden dit allemaal nooit voorzien toen we de begroting opstelden. Daarom moeten we die nu herzien.” Von der Leyen sprak van een „heel doelgericht en begrenst” verzoek.

Niet iedereen denkt daar net zo over. Afgelopen week lieten onder meer Duitsland en Nederland al weten weliswaar in te willen leggen voor steun aan Oekraïne, maar verder geen extra geld naar Brussel te willen overmaken. Minister Sigrid Kaag (Financiën, D66) zei vrijdag na afloop van een EU-overleg ervan uit te gaan dat de Commissie fondsen zelf zou herschikken. Ook haar Duitse collega Christian Lindner benadrukte dat overheden zelf al genoeg moeite moeten doen de eindjes aan elkaar te knopen.

Tegelijk is het dinsdag gepresenteerde voorstel veel minder ingrijpend dan plannen die eerder dit jaar nog rondgingen, voor een omvangrijk Europees soevereiniteitsfonds. Om een tegenwicht te bieden aan de Amerikaanse golf van overheidssubsidies, suggereerde Von der Leyen deze zomer met een groot nieuw fonds te komen om de Europese groene industrie te stutten.

Lees ook: Europa mengt zich in groene subsidierace – met ‘aanzienlijke risico’s’

Van die ambitie is een paar maanden later weinig meer over. Uiteindelijk trekt de Commissie 10 miljard uit voor een nieuw platform dat ‘strategische technologie’ in Europa moet gaan bevorderen. dat geldpotje zal in de toekomst alsnog moeten uitmonden in een nieuw fonds, maar onduidelijk blijft hoe en wanneer.

Of het Brusselse betalingsverzoek wordt gehonoreerd moet de komende maanden blijken, als alle 27 EU-lidstaten ermee moeten instemmen. Er is enige haast bij, benadrukt de Commissie: het nieuwe geld moet al in 2024 ingezet kunnen worden.